• No results found

Ethiek en het vaststellen van grenzen

cybernetica en autopoiese

7.3 Belang voor weerbarstig veranderen De zelfproductietheorieën bieden een aantal inzichten:

7.3.3 Ethiek en het vaststellen van grenzen

De grote winst van de zelfproductietheorieën is zonder enige twijfel het op de kaart en agenda van de organisatieveranderaars zetten van ethiek, van het bevragen dat wat gebeurd het goede is, meer concreet: het stellen van morele vragen bij verande- ringen en initiatieven. De idee dat de werkelijkheid ontstaat zonder ingeving en ingrijpen van buitenaf, niet van een mens noch een God, zet direct aan tot het stellen van grote vragen. Bijvoorbeeld: wat betekent de wil van mensen, kunnen mensen in vrijheid handelen, wat is de betekenis van religie? Vragen naar de beperktheid van mensen qua vaardigheden, mogelijkheden, kennis en bewustzijn. Vragen die ook onrust veroorzaken. De schoonheid van het bespreken van deze vragen kan zijn, dat mensen volstaan hun kwaliteiten, hun bewuste en overwogen manier met meer bescheidenheid te etaleren. Ik heb hiervoor meer dan eens beschreven dat dit laatste vaak niet het geval is. En dit geldt ook hen die zich pro- fessioneel verhouden met organisaties en organisatieverandering. Het is zeker niet zo, dat de onbescheidenheid van wetenschappers en ondernemers, de idee dat alles maakbaar is, dat onderzoek de sleutel is tot de oplossingen, de onverschilligheid

voor natuur, maar ook voor de ander en het ontkennen van de onvoorspelbaarheid van het leven en mensen in het bijzonder, verschijnselen zijn die te wijten zouden zijn aan de mogelijke tekortkomingen van de hier besproken inzichten van de zelfproductietheorieën of andere theorieën. Nee, we hebben hier te maken met een veelkoppig monster, dat op vele manieren gevoed en in leven wordt gehouden.

Sociale configuraties: gezinnen, organisaties, samenlevingen zijn zelfprodu- cerende eenheden die blijkbaar continu getuned worden. En omdat ieder individu deel is van meer dan één sociale configuratie bepaalt hij of zij een deel van de zelfproductie, en wordt hij of zij bepaald door de zelfproductie van deze configura- ties. De zogenoemde 3e orde sociale systemen – zoals een gezin of organisatie – zijn niet gelijk te stellen aan autopoietische systemen van een lagere orde niveau. Het laten zijn van de zelfproductie en tegelijk ‘tunen’ van 3e orde systemen veron- derstelt een beter begrijpen van, en het stellen van vragen naar die aspecten van menselijk samenleven en samenwerken, die niet honderd procent zelfproducerend zijn. Ik heb het hier over de onderwerpen tot dusver besproken: de politiek, de macht van mensen en instituten, het fenomeen grenzen stellen en handhaven, de legitimering van vernieuwingen en van wetten. Dit zijn aspecten die gewetensvol en met kennis van zaken bestudeerd en besproken tot minder wicked ervaringen kunnen leiden dan onverkort de zelfproductie toeschrijven aan interactie binnen organisaties en groepen van mensen. Indien dit laatste gebeurt, organisaties voor- stellen als pur sang zelfproducerende eenheden, en mijn waarneming van de dage- lijkse praktijk van veranderingstrajecten binnen organisaties zegt dat dit gebeurt, dan leidt dit tot enerzijds bovenmatige toedeling van verantwoordelijkheden aan individuen, en anderzijds tot meer controle en beheersing.

Professionele benaderingen van organisatieverandering die de onvoorspel- baarheid van organisaties en samenleving en de emergentie van ordes hoog in het vaandel hebben staan, dragen soms onbedoeld mee aan de verantwoordelijkheids- hype en de toename van control. De nadruk van de ‘emergent approach’ (Bur- nes,2000) houdt medewerkers en burgers voor, dat zij, en hoe zij kunnen leren zich gereed te stellen voor verandering. Hen wordt geleerd om te gaan met veran- deringen die niet te ontwijken zijn. Managers en bestuurders leren in situaties vol onvoorspelbaarheden mensen te betrekken, bijvoorbeeld bij de diagnose van com- plexe situaties. In het vertrouwen de geloofwaardigheid van voorstellen, visies en zichzelf te vergroten. Dit type leren bergt mijn inziens twee gevaren in zich. Ten eerste: mensen leren dat overal wel een oplossing voor is, en dat ongemak en pijn altijd kunnen worden uitgebannen of op zijn minst kunnen worden verminderd. Ten tweede: als dit niet mogelijk is, en dat is de overtreffende trap van de bovenma- tige verantwoordelijkheidstoedeling, zijn de medewerkers of burgers daar zelf verantwoordelijk voor zijn. Kortom te weinig werk in de stad, conflicterende cultu- ren in één samenleving, als je er last van hebt dan is het jouw verantwoordelijkheid daar oplossingen voor te vinden.

Het ontstaan van menselijke samenlevingen is een mix van zelfproductie en bewust, planmatig, intentioneel menselijke ingrijpen. Gelijk de discussie rond de verhouding structuur en agency, die in het vorig hoofdstuk centraal staat, is ook hier niet eenvoudig te bepalen waar zelfproductie begint, en planmatig handelen ophoudt en andersom. Waar ligt die grens, of beter gezegd waar en hoe ontstaat deze grens. Zo is het fenomeen grenzen van gemeenschappen lastig te verstaan als niet wordt begrepen waarom er altijd mensen zijn die de gemeenschap de rug toekeren terwijl anderen er juist deelgenoot van willen zijn, maar niet worden

toegelaten. Wat de legitimiteit van dit grensgedrag is van zowel de in- en uitwonen- den als van de grensbewakers blijft binnen de complexiteitstheorie een zaak die nog moet worden uitgezocht. De grens die wordt gezien als afbakening is dezelfde die communiceert tussen twee gebieden en deze (ver)bindt. Het is deze betekenis van grenzen die nader onderzocht moet worden, een voorstel dat Bateson doet als hij de interactie tussen componenten vertaalt in communicatie en grenzen in interface. Deze vertaling opent een nieuw perspectief op de zelfproducerende inter- actie. Voor hem is de religie ‘het herkennen van grote gehelen en organisaties met immanente mentale eigenschappen’ (Bateson,1990:156) van groot belang bij het ontstaan van grenzen van 3e orde ofwel sociale systemen. Het ontbreken van “reli- gieuze” communicatie in de theorievorming is voor hem een grote zorg. Een zorg die wat hem manifest zou kunnen worden bij het bestuderen en benaderen van het ontstaan van ongetemde problemen, zoals verslaving en sociaalpsychische ziekten.

Outline

GERELATEERDE DOCUMENTEN