• No results found

Een aantal concepten en redeneringen van zelfproductie

cybernetica en autopoiese

7.1 Een veelkleurig palet

7.1.1 Een aantal concepten en redeneringen van zelfproductie

Voordat ik begin aan de inzichten die de complexiteitstheorie biedt om de weerbar- stigheden van het veranderen beter te begrijpen, beschrijf ik in het kort een paar belangrijke concepten en redeneringen van de theorieën van de zelfproductie. Ik begin met de complexiteitstheorie en breid deze concepten uit met ideeën van de theorie van de autopoiese van Maturana en Varela en systeemdenken, in het bij- zonder cybernetica. Ik bespreek deze verschillende theorieën onder de naam theo- rieën van zelfproductie.

Interactie en ordenen

Interactie van componenten of elementen produceert verrassend emergent gedrag dat met behulp van formele modellen kan worden begrepen. Dit wil niet zeggen dat met deze modellen kan worden voorspeld hoe dit gedrag, ofwel de ordening zich zal ontwikkelen. Dit is een eerste cruciale redenering van de zelfproductiethe- orieën. Een belangrijk thema van onderzoek is het vaststellen van het aantal ele- menten en hoeveelheid interactie dat zal leiden tot verrassende emergente ordeningen. Voor dit onderzoek ontwikkelt Kauffman een zogenoemd NK model (n staat voor aantal elementen in een netwerk en k voor het aantal elementen dat een knooppunt heeft als input). In zijn model gaan bepaalde knooppunten geor- dend functioneren afhankelijk van de status van andere knooppunten waar zij mee verbonden zijn. Dit geordend gedrag ontstaat zonder vooraf ingegeven algoritme of andere inbreng van buiten. Anderson (1999) verwijst naar uitbreiding van deze kijk op complexiteit van Boisot en Child die twee regimes suggereren, een chao- tisch – en een ordelijk regiem. Tussen deze twee regiems zou een balancerende andersoortige fase bestaan die reageert op een teveel orde of een teveel aan niet- orde (chaos). Een dergelijke balancerende staat tussen orde en chaos vertoont over- eenkomsten met wat ik in dit onderzoek overgangsgebied noem. En die m.i. voor het begrijpen van veranderingen in sociale systemen van groot belang is. Structuur en structurele koppeling

Autopoiese, zoals dit in de sociale wetenschappen is door gedrongen, vertoont veel gelijkenis met complexity thinking, zoals uitgelegd door Richardson e.a.. Maturana en Varela ontwikkelen de theorie van de autopoiese op basis van eigen biologisch

onderzoek en dat van anderen. Zij zelf, en in hun kielzog anderen, hebben hun bevindingen uit de biologie uitgebreid naar andere domeinen. Bijvoorbeeld het ontstaan van gemeenschappen, het gedrag van dier en mens en het ontstaan van weten en kennis. (Maturana en Varela,1998)

Het ontstaan van autopoïetische – zelfproductieve – systemen is onder de gegeven condities van de aarde onvermijdelijk. Dit idee staat centraal in het den- ken van Maturana en Varela (1998:49). Op het moment dat dit gebeurde – zo ver- volgen zij hun betoog – is het leven begonnen. Het leidt geen twijfel dat hier sprake is van een bijzonder en belangwekkend proces. Niet in de laatste plaats omdat zelfproductie, in het bijzonder de interactie tussen een mens en zijn omge- vingen ook het weten voortbrengt. Als dit weten wetenschappelijk wil zijn, zo stel- len Maturana en Varela (Ibid:96), dan is het uitgangspunt: structurele koppeling. De structurele koppeling veronderstelt dat ieder levend wezen begint met een initiële structuur. Deze structuur verandert over de tijd heen. Dit kan door interne zelfproductie en door interactie met zijn omgeving. In beide gevallen is de feite- lijke verandering bepaald door of in de structuur van het organisme. De structurele koppeling zegt dat de inhoud van de verandering bepaald wordt door de structuur van de eenheid die veranderd. De interactie is slechts een trigger. Voor het voortbe- staan van het het organisme is een structurele congruentie met de omgeving nood- zakelijk. Valt deze congruentie weg dan verdwijnt het organisme, of de omgeving. Doen is weten

De idee van structurele koppeling zegt dat het weten, het kennen van de werkelijk- heid nooit de “feiten” zijn die buiten hem of haar die weet liggen. Dat mensen vaak de werkelijkheid zo ervaren en voorstellen is een effect – zeggen Maturana en Varela (1998:25) – van de specifieke structuur van mensen. De verbinding tussen actie, sensomotorische actie: bewegen, aanraken, ademen, eten, lachen etc. van mensen en de omgeving leidt tot ervaringen, die zij ‘actie van weten’ (Ibid:26) noemen. En elke actie van weten brengt een wereld tot stand. Een wereld die niet het zelfde is als de omgeving, maar een ervaringswereld is. Maturana en Varela vatten dit proces van weten kort en bondig samen: ‘All doing is knowing and all knowing is doing’. (Ibid:27)

De werkelijkheid ofwel de wereld wordt in de theorie van autopoiese ontstaat door ‘enactment’. Er is geen sprake van een ‘waarnemers afhankelijke wereld’. De structurele koppeling beschrijft dat de wereld die zich vormt in het weten onscheidbaar is van de structuur van de waarnemer, de actor. (Varela,1999:13) ‘Cognitie bestaat niet uit representaties, maar uit belichaamde actie’. (Ibid:17) Al het weten van iemand is persoonlijk, en gegrond in zijn biologische structuur. Echter altijd, dat veronderstelt de structurele koppeling, in relatie met de structu- ren van de omgeving en de structuren van andere mensen. Interactie – in de theo- rie van de zelfproductie – is niet puur fysiek. Zij is actief op alle dimensies van het dagelijks leven, in het bijzonder in het spreken. De actie van iemand, die een ‘act of knowing’ is en altijd in taal plaats heeft, creëert samen met anderen een wereld. Kortom in de inter-actie ontstaat betekenis. Dit gegeven maakt het voor Maturana en Varela noodzakelijk te begrijpen hoe het weten tot stand komt. Niet weten, ofwel niet reflecteren op interactie is onverschillig zijn. En onverschilligheid is volgens hen een van de ergste zaken waar mensen zich voor zouden moeten scha- men. Reflectie op de inter-actie, en dus op het ontstaan van het weten en kennis, kan deze onverschilligheid verminderen. Kortom de zelfproductietheorieën

kennen een ethische dimensie. Een dimensie die inzicht biedt in de wijze waarop de kennis van de wereld als representatie kan worden ontstegen. En dat is niet het enige. Zij is de sleutel naar de vrijheid van iemand. Een vrijheid waarin een indi- vidu dagelijks zijn weg vindt van het ene moment in het andere, in overeenstem- ming met zijn eigen bronnen, en tegelijk in relatie staat tot anderen. Ook als nieuwe gebeurtenissen of ingrijpende veranderingen plaats hebben. Gebeurtenis- sen waar vooraf geen kennis over is, en – volgens de theorie van de autopoiese – er toch moreel verantwoorde actie mogelijk is.

Vier domeinen (soorten) van veranderingen

Vier domeinen van verandering, waar kennis ontstaat en reflectie mogelijk is, worden door Maturana en Varela (1998:97) onderscheiden:

A. Domein van de veranderingen van de staat van het systeem. (Domain of chan- ges of state) Al de structurele veranderingen die een eenheid kan ondergaan, zonder verandering in zijn organisatie en dus met behoud van identiteit. Een auto in beweging, is een voorbeeld van dit domein.

B. Domein van destructieve veranderingen, alle veranderingen in de structuur die ook de organisatie veranderen, met als gevolg verlies van klasse identiteit. De auto vallend de afgrond in en na vele klappen op de rotsen 500 meter lager tot stilstand komt.

C. Domein van kleine veranderingen (perturbations): al de interacties die een verandering in de staat waarin het systeem verkeert triggeren. Het gas geven van de chauffeur, of scherp de bocht nemen.

D. Domein van destructieve interacties: al de kleine veranderingen die resulteren in een destructieve verandering (klasse 2). Het te snel en te scherp de bocht nemen zodat de auto uit de bocht vliegt en de afgrond ingaat.

Een voorbeeld van de destructieve verandering: de auto vallend de afgrond in wordt niet gespecificeerd door de interactie met de chauffeur, die in mijn voorbeeld de bocht te scherp neemt, maar door de structuur van de auto. Het kan de structuur van de auto zijn die in interactie met de chauffeur hem of haar triggert de bocht te snel te nemen. Zo triggeren eenheden veranderingen in elkaar, maar specificeren deze niet.

Kritiek op en verandering van bestaande wetenschapsopvattingen

Mijn idee dat de complexiteitstheorie, de autopoiese en de cybernetica ofwel sys- teemdenken nieuwe inzichten brengen die van belang kunnen zijn in de benade- ring van wicked problems en – ervaringen. Dit idee, dat ik hierna verder uitwerk, wordt mede ingegeven door de expliciete aandacht van deze theorieën voor ethiek. Abraham (2001) beschouwt complexiteitstheorie niet als iets dat zich in de eerste plaats bezig houdt met wetenschappelijke kennis maar ‘is something that helps us in coming to terms with the ethical problems associated with complex (social) systems. (Richardson,2001) Ook de ontwikkelaars van de systeemtheorie en het ‘critical systemthinking (Churchman,1969, Bateson,1972; Flood,1999,) betrekken zeer nadrukkelijk de ethiek in de ontwikkeling van theorie en benaderingen.

Naast de concepten en redeneringen hiervoor genoemd, leveren de zelfpro- ductietheorieën kritiek op andere theorieën en wetenschapsopvattingen. Tevens ontwikkelt de zelfproductietheorie politiek interessante concepten. De door mij in deze en volgende paragrafen vaak aangehaalde auteurs zoals Maturana en Varela als grondleggers van de autopoiese, Kauffman en anderen als het gaat

om complexiteitstheorie en Bateson en Flood en enige anderen voor wat betreft systeemdenken doen creatief onderzoek, en gaan niet voorbij aan dat waar het allemaal om te doen is, namelijk het goede doen. Daarin blijven zij vooral kritisch, ook naar zichzelf. Ik stel vast dat de zelfproductietheorieën binnen de werelden van de wetenschappen veel veranderingen teweegbrengen. Of al deze veranderin- gen en mogelijkheden een duurzaam effect hebben op de wijze van organiseren en samenleven is nog steeds de vraag. Echter nu al is zichtbaar dat ideeën en inzich- ten van de zelfproductie het dagelijks organiseren binnendringen. Misschien is het zo dat kleinere ideeën en inzichten langzaam de samenleving in sijpelen en wel- licht hebben deze kleinere veranderingen grote gevolgen. Dit zou helemaal con- form de ideeën van de autopoiese zijn, die zegt dat kleine veranderingen tot ‘destructive interactions’ leiden. Waarbij ik nog eens opmerk dat destructie niet gelijk is aan slecht. Het zijn de kleinere veranderingen in de wijze van onderne- men, in het omgaan met het milieu, in het luisteren naar klanten met elkaar iets groots bewerkstelligen. Voor de sociale en organisatiewetenschap kan dit bijvoor- beeld zijn een verandering in de betekenis en belang van de politiek binnen de organisatiewetenschap? Dit lijkt bijna vanzelfsprekend. Vele kleine veranderingen die leiden tot destructieve interacties met grotere betekenis die iedereen aangaan, en daarom van politieke betekenis zijn. Delgado (2004) koppelt deze veranderende politieke betekenis van kleinere veranderingen aan de complexiteitstheorie. Deze theorie kent, zegt hij geen grote bewegingen, geen overkoepelende ideologieën, geen langere termijn planningen. Het is de theorie die omschrijft dat in vele klei- nere interacties op een vijftal grotere thema’s veranderingen plaats hebben. Veran- deringen die gaande zijn en de wetenschap dichter bij het dagelijks leven en de politiek brengt. Delgado noemt de volgende vijf veranderingen. Het bevragen van de Cartesiaanse scheiding tussen subject en object van kennis, en het daarmee breken. Bateson, zoals ik later zal beschrijven, is hier een groot voorvechter van. Als tweede verandering de idee dat de werkelijkheid zich blootgeeft als een open eind. Ten derde de heroverweging van determinisme, causaliteit en voorspelling. Een vierde verandering is de herwaardering van waarden als integraal deel van kennis en van de actie die daarmee gepaard gaat. Tenslotte de nadruk die gelegd wordt op verantwoordelijkheid en ethiek, niet alleen in het dagelijks leven, maar vooral in de actie van professionals. Het is mijn inziens terecht dat de rol en ver- antwoordelijkheid van professionals en kennisorganisaties onderwerp van kritiek is. Vooral als het gaat om de negatieve gevolgen van het moderne samenleven te onderzoeken en voorstellen voor verandering te doen.90

7.2

Inzichten en grenzen van de zelfproductie

Outline

GERELATEERDE DOCUMENTEN