• No results found

Verdrag 94 – Bepalingen ter regeling van arbeidsvoorwaarden

HOOFDSTUK 8 ARBEIDSVOORWAARDEN

8.3 Andere arbeidsvoorwaarden

8.3.1 Verdrag 94 – Bepalingen ter regeling van arbeidsvoorwaarden

Ratificatiedatum: 20-05-1952

Werkingssfeer

Het verdrag is van toepassing op aannemingscontracten waarbij tenminste één van de partijen een overheidsorgaan is, waarbij de uitvoering besteding van gelden door een overheidsorgaan meebrengt, en de andere partij (de aannemer) werknemers te werk stelt (artikel 1).

Het contract moet gesloten zijn door een centrale autoriteit van een lidstaat.

De werkingssfeer kan door de lidstaten desgewenst worden uitgebreid tot contracten, gesloten door andere autoriteiten dan de centrale overheid. Daarbij wordt de omvang waarin en de wijze waarop toepassing plaatsvindt, bepaald.

De werkingssfeer is beperkt tot contracten die ten doel hebben: a. bouw, verbouwing, herstel of sloping van openbare werken;

b. vervaardiging, samenvoeging, verplaatsing of vervoer van materialen, andere benodigdheden en uitrusting;

c. of het verrichten of verschaffen van diensten.

Het verdrag is ook van toepassing op werken die door onderaannemers en uitvoerders van de contracten worden uitgevoerd. Een uitzonderingsmogelijkheid is voorzien voor contracten, die een uitgave van de openbare fondsen met zich mee brengen, die een door de bevoegde autoriteiten te bepalen bedrag niet te boven gaat.

Contracten die de uitgave van overheidsgelden betreffen of een bedrag dat een bepaalde hoogte, vastgesteld door de bevoegde autoriteit, niet te boven gaat, mogen na overleg met de betrokken organisaties van werkgevers en van werknemers worden uitgezonderd van de toepassing van het verdrag.

Verder kunnen van de toepassing van het verdrag worden uitgezonderd: personen die een leidende functie bekleden, of die een technische of wetenschappelijke functie hebben, en van wie de arbeidsvoorwaarden niet geregeld zijn in nationale wetten of andere bepalingen, en die gewoonlijk geen handenarbeid verrichten.

Verplichtingen

Artikel 2 legt vast dat de contracten moeten bepalen dat de voorwaarden ten aanzien van lonen, arbeidsduur en andere arbeidsvoorwaarden niet ongunstiger mogen zijn dan de voorwaarden die in het betrokken beroep of bedrijf bij collectieve arbeidsovereenkomst, scheidsrechtelijke uitspraak of nationale wetgeving voor werk van dezelfde aard zijn vastgesteld. Indien geen collectieve arbeidsovereenkomsten, scheidsrechtelijke uitspraken of nationale wetgeving als referentiekader beschikbaar zijn, moeten de contracten garanderen dat de voorwaarden betreffende lonen (inclusief toeslagen), arbeidstijden en de andere arbeidsvoorwaarden:

a. niet ongunstiger zijn dan die welke voor werk van dezelfde aard in het beroep of bedrijf in het dichtstbijzijnde district bij collectieve arbeidsovereenkomst of ander erkend mechanisme van

b. dan wel niet ongunstiger zijn dan het algemene niveau dat in het beroep of bedrijf waarin de aannemer is gecontracteerd, door werkgevers wordt aangehouden.

De inhoud van de in de contracten op te nemen bepalingen en afwijkingen daarvan worden na overleg met betrokken organisaties van werkgevers en werknemers vastgesteld door de bevoegde autoriteiten, op een wijze die het meest passend wordt geacht gezien de nationale omstandigheden. Verder dient de bevoegde autoriteit passende maatregelen te nemen om te verzekeren, door het openbaarmaken van voorschriften of anderszins, dat personen die contracten willen sluiten zich bewust zijn van de inhoud van de bepalingen.

Artikel 3 legt op de bevoegde autoriteit de verplichting om maatregelen te nemen ter verzekering van behoorlijke situaties wat betreft gezondheid, veiligheid en welzijn van de arbeiders, waar die nog niet bestaan.

Artikel 4 houdt maatregelen in voor de toepassing van de wettelijke bepalingen: a. zij moeten ter kennis van alle betrokkenen worden gebracht;

b. personen moeten worden aangewezen, die voor de naleving verantwoordelijk zijn;

c. op duidelijk zichtbare plaatsen in de betrokken vestigingen en op de werkplek dienen mededelingen te worden opgehangen met het oog op het informeren van de werknemers over hun arbeidsvoorwaarden;

d. behalve wanneer andere regelingen gelden ter verzekering van een doeltreffende naleving, moeten regels worden gesteld voor het bijhouden van adequate registers betreffende de door de werknemers gewerkte werktijden en de aan hen uitbetaalde lonen.

Daarnaast moeten er regels zijn voor een systeem van inspectie, dat afdoende is om een doeltreffende naleving te verzekeren.

Artikel 5 schrijft sancties voor (bijv. weigering om contracten af te sluiten of anderszins), indien de bepalingen ter regeling van de arbeidsvoorwaarden niet worden nageleefd of toegepast. Tevens moeten maatregelen worden genomen (bijv. het niet uitbetalen van de in het contract overeengekomen bedragen), om de werknemers in staat te stellen de lonen te ontvangen waarop zij recht hebben.

Artikel 7 regelt mogelijke uitzonderingen voor uitgestrekte, dunbevolkte streken van een land.

Implementatie

Verdrag 94 betreft de arbeidsvoorwaarden in publieke contracten. Indien de centrale overheid contracten sluit met private partijen over de levering van goederen of diensten dan dienen in deze contracten voorwaarden te worden opgenomen. In deze voorwaarden moet geregeld zijn dat werknemers die bij de uitvoering van die contracten zijn betrokken, op het punt van lonen, arbeidstijden, vakantie- en ziekteverlof en andere arbeidsvoorwaarden, worden behandeld in overeenstemming met wat daarover is bepaald in toepasselijke wetten en cao’s.

Overheidsopdrachten zijn in EU-verband in Richtlijn 2004/18 geregeld. In deze Richtlijn is opgenomen dat tijdens de uitvoering van de overheidsopdracht zowel de nationale als de communautaire wetten, regelingen en cao’s inzake arbeidsvoorwaarden en veiligheid op het werk van kracht zijn (overweging 34 Richtlijn 2004/18).

In artikel 26 van de Richtlijn is opgenomen dat de aanbestedende diensten bijzondere voorwaarden kunnen bepalen waaronder de opdracht wordt uitgevoerd. Deze voorwaarden kunnen met name verband houden met sociale of milieuoverwegingen.

Ter implementatie van deze Richtlijn is in artikel 26 van het Besluit aanbestedingsregels voor overheidsopdrachten dan ook bepaald dat een aanbestedende dienst bijzondere voorwaarden kan verbinden aan de uitvoering van de overheidsopdracht welke verband kunnen houden met sociale of milieuoverwegingen.

Zoals in ILO-verdrag 94 wordt voorgeschreven, hebben de Nederlandse centrale overheidsinstanties de bevoegdheid om eisen te stellen aan de arbeidsvoorwaarden van werknemers die overheidsopdrachten uitvoeren. De wederpartij is gehouden aan de geldende regelingen in van toepassing zijnde cao’s en wetten.

Interpretatie en naleving

Noch door het Comité van Experts, noch door sociale partners zijn knelpunten gesignaleerd met betrekking tot dit verdrag. Het lijkt er op dat het verdrag weinig bekendheid geniet. In 2001 heeft het Comité van Experts Nederland verzocht om een gedetailleerd en up-to-date rapport ten aanzien van de praktische naleving van dit verdrag waaronder kopieën van contracten met betrekking tot

aanbestede werken, de modeltekst van de arbeidsclausule in dat contract, informatie van inspectiediensten en naleving.

8.3.2 Verdrag 101 – Betaalde vakantie in de landbouw

Outline

GERELATEERDE DOCUMENTEN