• No results found

iii Zachtmoedig levensvervulling vinden in een stap vooruit van de ander

Kernthema I: Zorg voor

III. iii Zachtmoedig levensvervulling vinden in een stap vooruit van de ander

Wanneer M expliciet over zijn beleven vertelt – op schaarse momenten – is dat vaak met gevoelens van trots en blijdschap voor cliënten die een stap vooruit komen. Deze gevoelens van trots over successen van cliënten steekt M niet onder stoelen of banken. “En waar wij trots op zijn – en daar loop ik echt wel naast m’n schoenen van, maar ik ben er echt trots op – is dat onze cliënten, die wij vanuit hier dus naar het Albeda [Col- lege] sturen voor het Europees [computer]rijbewijs, tot de besten van de klas horen.” Zijn trots interpreteer ik als uitdrukking van een gevoel van levensvervulling. Hij be- leeft dat een cliënt zijn of haar sociale isolement overwint, succesvol een reguliere op- leiding afrondt en daardoor meer zelfvertrouwen krijgt. Wanneer een cliënt leert om op eigen benen te staan ziet M dat als vrucht van een benadering, waarmee hij een hande- lingsmogelijkheid van die cliënt heeft waargenomen en geactiveerd: door uiteindelijk een duwtje naar een leven in de gewone maatschappij te geven. Maar de cliënt heeft het zelf gedaan.

Het herwonnen zelfvertrouwen van cliënten ervaart M primair als bron van zijn levens- vervulling, daar windt hij geen doekjes om. “Maar het is dan leuk te zien dat zo’n cliënt dan – die eigenlijk tot voor zes maanden geleden toen ie hier binnenkwam alleen maar luid vloekend door de gang liep en overal eigenlijk ook werd weggestuurd en dat daar niets mee te bereiken was – dat deze cliënt na zes maanden een andere cliënt helpt met een computercursus en waar eigenlijk van verbale agressie vrijwel geen sprake meer is.”

In zijn jeugd heeft M in een pijnlijke relatie met zijn vader gestaan. Hij heeft van nabij ervaren hoe het oorlogstrauma zijn vader blokkeerde om een liefdevolle relatie met zijn zoon aan te gaan. In mijn interpretatie is met deze jeugdervaring voor M een relati- oneel mensbeeld verbonden, dat hem tot op de dag van vandaag zachtmoedig maakt. Doordat hij zijn vader heeft vergeven is M in staat ook zijn cliënten hún trauma, voor zover dat persoonlijke ontwikkeling blokkeert, te vergeven. Zijn strijdbaarheid voor zinvol werk is gerijpt tot zachtmoedige inzet voor anderen, hoe beperkt of beschadigd die anderen ook zijn. Zachtmoedige levensvervulling straalt M uit, als hij het over cli- ëntcontacten heeft. Cliënten kunnen ook de diepere laag raken, die verbonden is met het vergeven van zijn vader. “En, echt, ik kan echt een ontiegelijke klotendag hebben,

dat echt alles bijvoorbeeld helemaal fout gaat, en dat het stress is, en dan maakt een cli- ënt een opmerking, en dan is, en dat is zo mooi, is dat. [...] Ja, en daarom hou ik van m’n werk. Ja.”

Vermengd met zijn trots op successen van cliënten, ervaart M dankbaarheid tegenover anderen, die hém hebben geholpen hindernissen in zijn eigen leven te overwinnen. Dat anderen hem ‘zagen’, ondanks zijn beperkingen, vervult hem nog steeds met dankbaar- heid. Dat speelde vooral toen hij zelf in dagbehandeling was en leed aan verveling door een zinloze dagbesteding. Eerdere citaten van M kunnen in het licht van deze dank- baarheid voor het vinden van zijn levensrichting worden geïnterpreteerd. “Ik kom hier om naar het werk te groeien en ik heb het idee dat ik, oneerbiedig, maar niet zo be- doeld, maar wat aan het doen was.” In die periode zag zijn leidinggevende E iets in hem, waardoor hij het werk kon doen dat hij nu heeft opgebouwd. “Zij [E] heeft iets [in mij] gezien. Denk ik. [---] Ja, E heeft gewoon mensenkennis.” Dankzij E en anderen die hem kansen gaven, beleeft hij vervulling in het werk dat hij nu doet en in de uitda- gingen die nog voor hem liggen. “Ik heb de mooiste baan ter wereld (lacht). […] Maar dat meen ik echt serieus. Ik vind echt gewoon, ik vind het leuk. Het is dus constant kij- ken: wat is er mogelijk.”

Zachtmoedige aanvaarding spreekt voor mij tenslotte uit hoe hij de formele kant van zijn huidige werkzaamheden beleeft. Het opbouwen van een persoonlijk netwerk over- stijgt namelijk de formele functie van M. Hij heeft als functie ‘activiteitenbegeleider’, zonder management verantwoordelijkheid. M beleeft echter wel degelijk dat hij mana- gement taken vervult, zonder dat hij daarvoor wordt betaald. Zijn zachtmoedigheid blijkt voor mij uit het onderscheiden van de formele kant van zijn functie van de le- vensvervulling die de praktische invulling hem biedt. “Ik weet dat ik een aantal taken doe wat eigenlijk managerstaken zijn. Ik weet, dat dat niet m’n werk is. Ik vind het zó leuk, het interesseert me niet. Ik ga liever zo naar m’n werk toe dan, ... dan zou ik meer kunnen verdienen. Ja, ben ik dan gelukkiger?”

In de interpretatie die ik hier weergeef, mengen twee soorten gevoelens zich tot zacht- moedigheid van M. Hij herbeleeft dankbaar hoe anderen hém kansen hebben geboden en handreikingen hebben gedaan om zijn minderwaardigheidsgevoelens en onvrede tij- dens psychiatrische dagbehandeling te overwinnen.

Daarnaast erkent en ervaart M dat mensen onbenutte handelingsmogelijkheden hebben, wat ze ook aan ellende hebben meegemaakt. Samenhangend met dit beleven raakt hij vervuld van cliënten, die positief en met herwonnen zelfvertrouwen het leven (weer) tegemoet kunnen treden.

De positieve strijdbaarheid van M is als volgt samen te vatten. M beseft hoe hij in de loop der jaren een persoonlijk netwerk met scholen op heeft gebouwd, om daar ruimte te maken voor zijn cliënten. Hij wil dat zij, ondanks aangetast zelfvertrouwen en min- derwaardigheidsgevoelens als gevolg van een traumatische ervaring, weer mee kunnen doen in de gewone maatschappij. Hij zet zich onvoorwaardelijk in om daartoe zijn net- werk met scholen voor cliënten op te bouwen en te onderhouden. Daarbinnen kan hij

met praktische wijsheid, tact en zachtmoedigheid interveniëren – als het nodig is plaatsvervangend. In zijn ogen is het gevoel van eigenwaarde aangetast, maar liggen er in de levenssituatie van cliënten altijd mogelijkheden, hoe klein ook, om het gevoel van eigenwaarde weer te versterken. Met deze blik wordt voor hem tot dan toe verborgen handelingspotentieel van cliënten zichtbaar.

M zet in zijn levensloop verworven relationele vermogens in om dit handelingspotenti- eel tot realisatie te brengen. Zelf heeft hij ervaren hoe hij afhankelijk is van anderen die zíjn handelingspotentieel zagen, waardoor hij een weg kon gaan die hem zelfvertrou- wen en levensvervulling heeft gegeven. We zijn van anderen afhankelijk die ons han- delingspotentieel ‘zien’ en tevens vermogens hebben om relationele blokkades te han- teren en een deel van dit potentieel te activeren.

Ik constateer een symmetrie tussen zijn wijze van verwerken van zijn jeugdervaringen en -trauma, en daaruit voortvloeiende levensrichting en -vervulling, aan de ene kant en het praktische werk met deels getraumatiseerde cliënten dat zijn omgeving hem nu gunt aan de andere kant. Wat hij zelf heeft ervaren gunt hij anderen van harte. Daarop berust in mijn ogen zijn positieve strijdbaarheid. M strijdt voor een groeiklimaat met een ka- meraadschappelijk karakter, omdat ieder mens recht heeft op een waardig leven. Aan de hand van de casus van respondent M heb ik de drie kernthema’s die uit het em- pirische deel van het onderzoek naar voren zijn gekomen duidelijk willen maken. In de komende drie hoofdstukken werk ik ieder kernthema meer in detail uit voor de gehele respondentengroep van acht zorgdragers.