• No results found

Interview Marjolijn Bronkhuyzen Naam interviewer: Tonke Huizing

LITERATUURLIJST Literatuur

Bijlage 1 Interview Marjolijn Bronkhuyzen Naam interviewer: Tonke Huizing

Naam geïnterviewde: Marjolijn Bronkhuyzen

Functie bij EYE: Sectormanager Marketing, Communicatie, Shop en Sales en Events Datum interview: 11-11-2015

Datum uitgewerkt: 11-11-2015 Duur: 00:37:22

T: Oke, nou ik hoef mezelf en het onderzoek verder dus niet meer te introduceren. Kun je nog heel kort wat over je achtergrond dus opleiding vertellen?

M: Heb je hem ondertussen aanstaan? T: Ja.

M: Eh, nou Marjolijn Bronkhuyzen. Ik ben eh sinds november 2011 bij EYE werkzaam. Ik ben aangenomen om de opening neer te zetten als projectmanager. En eh ik ben nu sinds ruim anderhalf jaar sectormanager Marketing, Communicatie, Shop en Events. Eh en daarvoor heb ik vijf jaar lang bij het Stedelijk Museum gewerkt als hoofd communicatie, marketing en fondsenwerving en ook sponsoring. En daarvoor heel lang bij de VPRO, de omroep. Ook als hoofd communicatie. Dus dat is echt het gebied waar ik vandaan kom. Ik heb Nederlands en Geschiedenis gestudeerd, en eh ik ben vijftig plus. [Interviewer en geïnterviewde lachen] T: Oh ik wist niet dat je dan Nederlands en geschiedenis had gestudeerd. Dat is wel grappig, hoe ben je dan eigenlijk naar de cultuursector gegaan, gelijk daarna eigenlijk of heb je eerst nog?

M: Nee ik heb eerst nog zeven jaar met een eh (? Naam nog navragen bij Marjolijn, niet goed

te horen op de opname) een bedrijf opgericht, dat hebben we uiteindelijk gevestigd in Spanje.

En ik heb eigenlijk ook wel op mijn manier tijdens mijn werk altijd wel in de marketing en communicatie en reclame dingen gedaan. In combinatie dan dus ook met dat Nederlands op een bepaalde manier.

T: Ja.

M: Eh ja en toen ben ik uit interesse bij de omroep terechtgekomen. Daar ben ik lang blijven hangen.

T: Ja.

M: En van het een ga je naar het andere, en dan ga je weer door naar het andere.

T: Precies. Oke. Eh nou in mijn onderzoek maak ik een heel duidelijk onderscheid tussen taken van musea en functies. Omdat eh functies is natuurlijk waar het onderzoek zich op richt. Taken dat zijn echt de werkzaamheden eh die het bestaansrecht van de musea maken. Dus dat zijn het verzamelen, bewaren, beheren en presenteren van de collectie. En functies zijn dan de manieren waarop die werkzaamheden uitgevoerd worden, en de doelen die daarbij kunnen komen kijken. Eh kun je je daarin vinden, in dat onderscheid?

M: Ja, want eh ja. Kijk dit is onze taak. Dit is waartoe wij eigenlijk voor op aarde zijn. Wij beheren die collectie, dat is de opdracht, vanuit de OCW ook. In Nederland zijn wij het enige instituut die dat doen, daarvoor krijgen wij ook subsidie. Eh en dan is het aan ons om te zorgen dat we dat uitvoeren, op zo goed mogelijke manier, en dat we verschillende manieren vinden om dat dan weer bij het publiek te krijgen. Het is belangrijk wat mij betreft dat dat ook zichtbaar wordt, en ook echt een publiekelijke functie krijgt.

57

T: Ja.

M: Dat het publiek daarmee in aanraking komt. T: Ja.

M: En daar eh dat zie ik wel, ja dat zie ik wel als taak. En dan zeg je dat onderscheid van functie. Ja, ja, nou in die zin zie ik het onderscheid dat dit is de curve waarop wij drijven, de

core competence. Maar onze belangrijkste doelstelling, of taak of functie - dat maakt me niet

zoveel uit hoe je dat noemt - is te zorgen dat we dat zo goed mogelijk voor het voetlicht krijgen.

T: Ja.

M: Dat we zoveel mogelijk mensen daarmee in aanraking brengen. T: Ja. En hoe zou je de kerntaken van EYE omschrijven?

M: Nou de kerntaak is eh digitaliseren, restaureren en ontsluiten van de collectie,

veertigduizend objecten, eh films, vanaf het begin van de ontstaansgeschiedenis van film. En eh zorgen dat in die ontsluiting eh dat we dat aan een zo breed mogelijk publiek kenbaar maken. En dat die daar ook van kan genieten en gebruik van kan maken, en kan gebruiken voor verdere studies of voor verdere inspiratie. Eh dat dat, daartoe hebben wij een gebouw, die prettig is om te komen, eh en te zijn en echt actief deelgenoot te worden van die

ontsluiting. Dat zie ik denk ik wel als hoofdtaak van ons. T: Ja, hmhm.

M: Maar de ene taak daar moeten we natuurlijk, het valt of staat bij het restaureren en digitaliseren.

T: Ja.

M: Dus wij hebben hier ook een academische functie. Dat naar de academische wereld duidelijk is wat wij allemaal in huis hebben. Maar ook een publieksfunctie. Dus de

publieksfunctie naar het grote publiek. En ook een educatieve functie, dat wij eh beginnen met schoolkinderen, primair onderwijs, en daarna secondair onderwijs ook zichtbaar maken. Dus dat zie ik ook als taak, of functie van EYE.

T: Oke. Eh in mijn onderzoek maak ik ook, of je constateer ik eigenlijk dat de focus in die taken van musea, dat de focus of het zwaartepunt is verschoven. Dus dat het eerst echt lag op dat verzamelen, bewaren en beheren van een collectie, en dat dat meer verschoven is naar presentatie, dus het publiek. Dus de publieksfocus is opgekomen. Eh ben je het daarmee eens? Zie jij dat ook?

M: Ja ik denk dat eh, ik ben het daarmee eens. Je ziet het ook om je heen. En je ziet ook eh dat het een vorm is of een middel om het zo breed mogelijk uit te zetten naar je publiek. Eh je moet ook meegaan met de tijd. Je moet ook meegaan met dat materie, stof, wat je ook om je heen ziet dat je dat op een andere manier tot je krijgt. Dus het gebruik van eh media is natuurlijk heel anders dan dertig jaar geleden. Daar ga ik natuurlijk niet over uitweiden maar daar moeten wij, moet je echt in meegaan. Dus dat betekent dat je in presentatie werkelijk letterlijk presenteren van eh tekst of een beeld, eh dat is op een andere manier dan twintig jaar geleden. Dat laat niet onverlet dat je niet aan de inhoud moet tornen. Want de inhoud die blijft staan. En daar moet je ook niet wat mij betreft door je knieën voor gaan om dat publiek te bereiken, want dat moet de inhoud zijn die je graag wilt vertellen, maar alleen de manieren waarop je het bij mensen krijgt of hoe je het in je museum kan tentoonstellen, die verandert wel met de tijd. En daar is gelukkig ook meer aandacht aan besteed, waardoor musea ook van een redelijk, eh een wat minder stoffig imago hebben.

T: Ja.

M: Waarvan ik ook denk dat dat juist is, want ik zou met ons museum ook op de mindset willen hebben dat als je iets leuks wilt doen op zondag, dat je dan lekker hiernaartoe komt. Voor alle doelgroepen.

58

T: Ja. Eh net zei je al academische functie, publieksfunctie en educatieve functie; hoe zou jij eh, zijn er nog meer functies die je bij EYE ziet? Als je echt vanuit dat onderscheid taken functies kijkt, welke functies zie jij dan allemaal voor EYE?

M: Nou dus die academische functie. Eh educatieve functie. Ja en als EYE zelf natuurlijk ook de internationale functie, met EYE International. Dus het overbrengen, de promotie van de Nederlandse film. Een belangrijke taak voor EYE ook eh een publiekelijke functie. Eh ja misschien academisch wetenschappelijk, maar ook branche, de branche-functie om maar zo te zeggen. Ik weet niet echt of dat ook een functie is maar dat je ook een instelling bent voor de branche, de filmbranche. En ook de museale en de beeldende kunst branche. Eh nee

publieksfunctie, daarmee vat ik wel echt alle doelgroepen samen die wij dan eh. En dan hebben we natuurlijk ook in het kader van de activiteiten die we verder doen ook een business to business functie, maar dat is niet echt een functie. Dat is meer een manier om geld te verdienen.

T: Ja precies.

M: Ja dat is dus eigenlijk puur alleen maar geld verdienen. En eh iets neerplanten met betrekking tot sponsoring, maar niet als een soort functie. Het staat niet in onze kerntaak. Eigenlijk onze grootste functie is het bewaren van erfgoed.

T: Ja. En hoe zie je de functies van EYE ten opzichte van het publiek? Zijn daar nog specifieke functies?

M: Eh ja ik denk dat het wel taak voor ons is om eh, dat zit ook in onze missie, pionier, schatbewaarder en gids van bewegend beeld en alles wat daarmee samenhangt. Eh, de functie is wel om te zorgen dat we het publiek meekrijgen daarin, meenemen in het verhaal. Eh, de rijkheid van het beeld laten zien, maar ook de, eh, dat er ook debat erover, de inleiding, de context eromheen. Dat zie ik ook echt als een functie waarin wij echt onszelf onderscheiden als andere musea, of bioscopen in dit geval. Eh dus de context eromheen, maar dat wel op een professionele, prettige manier overbrengen in een fijne omgeving.

T: Ja. En ik zal kort even uitleggen de functies die ik aan de hand van het literatuuronderzoek zelf heb opgesteld, dat deed ik expres pas hierna.

M: Ja, ik ben benieuwd!

T: Ik heb vier overkoepelende functies, die allemaal eh ja verschillende kenmerken of activiteiten onder zich dragen. Die vier functies zijn educatieve functies, entertainment- functies, sociale functies en maatschappelijke functies.

M: Oke, ja.

T: Bij educatieve functies zijn nou ja, het traditionele faciliteren van onderzoek en nieuwe kennis. Eh maar ook edutainment, wat nu nieuw is opgekomen en steeds meer van gesproken wordt. Dus educatie met vermaak gecombineerd. Eh en emancipatorische functie, eh dat is dat musea ja zich focussen in bijvoorbeeld tentoonstellingen op een bepaald genre of op een bepaalde kunstenaar, en het begrip van het publiek met betrekking tot die kunstenaar of stroming vergroten. Of mensen kennis laten maken daarmee. Dus dat ze op die manier mensen echt leren en de geschiedenis als het ware levend houden. Eh entertainment-functies dat is dus het vermaak. Mensen willen een belevenis, een totale belevenis met alles erop en eraan. Niet alleen de tentoonstelling is belangrijk, maar ook de service, dus personeel, de ontvangst, en aanvullende diensten, dat soort dingen. Vormgeving van de tentoonstelling. Eh sociale functies is het museum als sociale ontmoetingsplek.

M: Ja.

T: Dus dat mensen er komen om te ontspannen, om te ontsnappen uit het alledaagse leven, maar ook om er te werken zoals je ziet dat steeds meer zzp'ers gewoon in een museumcafé gaan werken.

59

T: Of wat jullie hier doen volgens mij dat vergaderruimtes door externen gehuurd kunnen worden, dat is hier toch ook?

M: Ja.

T: Eh en eh ook nog identiteitsversterking. Dat is niet bij elke bezoeker aanwezig, maar het publiek is steeds meer op zoek naar authenticiteit, authentieke ervaringen waarmee ze

eigenlijk hun identiteit kunnen aanscherpen. Dus dat ze het museumbezoek gebruiken van 'dit ben ik' als het ware. En maatschappelijke functies is het bevorderen van laagdrempeligheid. Het op gang brengen en faciliteren van debat. En ook nog het museum als instrument voor stedelijke ontwikkeling. Dus dat is het Bilbao-effect, waarschijnlijk ken je dat wel, voor de revitalisatie voor verloederde gebieden. Maar niet alleen dat soort gebieden, maar ook musea worden steeds meer als citymarketing gebruikt, en creëren een economische waarde, dus meer werkgelegenheid en vestigingsklimaat. Speelt dat ook allemaal bij EYE of hoe zie jij dat? M: Ja nou, om te beginnen met die educatieve functie, ja zeker.

T: Hmhm.

M: Eh en dan ook eh als je zegt dat moet op een bepaalde manier gekoppeld worden aan een soort entertainment, dat doen wij natuurlijk ook door vanuit educatie eigenlijk films te laten maken door de jongeren uit die doelgroep, Moviezone. Die krijgen de gelegenheid om zelf films te maken, dus eh die functie is bij EYE essentieel, dat is een belangrijke functie. Die sociale functie zie je natuurlijk sowieso wel omdat we de setting van onze filmzalen en museale plek combineren met een prachtig restaurant met een heel mooi uitzicht en lekker eten, waarin we stimuleren om elkaar te ontmoeten, om elkaar te treffen. Een sociale plek. Eh activiteiten, optredens, feesten eh dus die eh openingen, grootschalige uitnodigingen, iedereen met elkaar in contact brengen. Dan hadden we die entertainment, dat doen we bijvoorbeeld door eh bijvoorbeeld mee te doen aan zaken als de Museumnacht, waarbij je de inhoud van EYE eh overbrengt. Projecten, stille films, Seeing Sounds, films met moderne muziek eronder, dus dat je een entertainment-factor aanbrengt zodat je een grote doelgroep kan bereiken met een stille film uit 1895. Eh maar ook feestjes daaromheen, dus dat is

entertainment. En andere vormen bedenken zoals de EYEwalk, dat je met film voor gezinnen door het pand kan lopen en overal op allerlei plekken in contact komt met een desbetreffende film. Dan hebben we de maatschappelijke functie, die zien we hier door het pand open te stellen voor eh, zoals de schoolvoorstellingen met Movies That Matter-festival, of Cinekid of IDFA. Maar ook door elke maandag en elke dinsdag de filmacademie en de universiteit van Amsterdam binnen te laten met debatten, inleidingen, presentaties, colleges die gaan over de films die wij hier tonen. Dus die contextualisering van de collectie. En eh die verdieping in de maatschappij op die manier is voor ons heel erg belangrijk. Bijna 65% van wat wij doen heeft op een of andere manier een link met de collectie, dus dat is zeker essentieel. En dat

onderscheidt ons ook van andere musea. Eh nou ben ik er een paar vergeten of niet? T: Nee hoor.

M: Maatschappelijke, sociaal, educatie en.. T: Ja stedelijke ontwikkeling.

M: Stedelijke ontwikkeling, natuurlijk. Nou met name wil ik zeggen dat sinds wij hier aan de Noord-oever zitten, de noordelijke IJ-oever, dat we gestart zijn met een boost om naar Amsterdam-Noord te komen, een gebied dat tien jaar geleden nog niet op de kaart van Amsterdam stond. Eh en eh nu, als je ziet wat er nu allemaal gebeurt. Dus wij hebben wel degelijk bijgedragen aan stedelijke ontwikkeling. Het IJ is natuurlijk meer het einde van Amsterdam, maar het IJ is nu een rivier door Amsterdam heen met een Noord-gedeelte, een Centrum-gedeelte en een Zuid-gedeelte.

T: Ja. En hoe zie je die identiteits- of authenticiteitsfuncties. Zie je dat ook bij EYE aanwezig, of het publiek van EYE? Dus dat ze EYE gebruiken als..

60

M: Eh ik denk dat je dat terugziet in partijen die met ons samenwerken, die bijvoorbeeld hier het pand huren en hier evenementen hebben. Dat is echt heel onderscheidend ten opzichte van heel veel firma's van de Zuidas. Dat ze juist niet in het Rijks of in het Stedelijk komen maar bij EYE wat toch staat voor een beetje innovatief, creative industry, kwaliteit en hip jong en happening. Dus die ontlenen de identiteit ook, of die willen graag hun identiteit of pr-matig gebruiken om iets tentoon te spreiden ten opzichte van hun klanten. En ik denk dat mensen die op een of andere manier verbonden zijn aan EYE als aan onze support-club of aan onze vriendenclub of ambassadeursclub, dat die daarmee ook naar buiten treden als zijnde belangrijk, of dat als belangrijk gegeven zien om zichzelf neer te zetten. Ja dat je je kan onderscheiden ten opzichte van andere firma's met wie je werkt.

T: Ja. En die opkomende behoefte aan totale belevenis, dus nou ja wat ik in mijn scriptie ook stel is musea concurreren niet alleen meer onderling met musea maar op de vrijetijdsmarkt. Dus bijvoorbeeld met de Efteling of Madurodam, dat dat ook ja..

M: Ik denk dat steeds meer, ik zat er toevallig vanochtend aan te denken toen ik hiernaartoe fietste, dat het steeds meer is van kom een dagje uit. Leuk dagje uit, kom naar EYE.

T: Ja.

M: Dat dat steeds iets is wat eh, dat wordt steeds meer gepropageerd op die manier. En je kan ook een leuk dagje naar Artis toe of naar eh, ja wat zal ik zeggen, ja naar de Efteling mwah, maar bijvoorbeeld wel naar Nemo. Naar dat soort plekken, dat je mensen echt stimuleert om er een gehele beleving van te maken. Bij ons begint dat natuurlijk ook al met de pont, dat gebruiken we ook. We zetten dat in: je gaat naar Noord, je hebt de pont als beleving, je komt bij EYE en je kunt er een hele dag van maken inclusief appeltaart, tentoonstelling, EYEwalk, een rondtour in het Panorama en een borrel en dan ook nog even naar de film.

T: Ja precies. En de service, hoe proberen jullie daar op in te spelen?

M: Ja gastvrijheid, hospitality, is een belangrijk goed. Daar moeten we nog wel veel aan doen. Eh we proberen hier ook niet door onze knieën te gaan om het te debiliseren. Mensen heel serieus te nemen, of de klant vooropstellen is ook het beleid van het restaurant. Lukt nog niet altijd even goed. En ook in onze teksten natuurlijk willen we dat ook. Maar eh ja service is wel eh belangrijk. Toegankelijkheid, mensen het gevoel geven dat ze welkom zijn, dat ze meer dan welkom zijn, dat is wel iets wat we graag willen uitstralen.

T: Ja. En hoe zie je al die verschillende functies, dat is vrij uiteenlopend he educatief maar ook entertainment, hoe zie jij dat die functies zich tot elkaar verhouden? Kunnen ze naast elkaar bestaan naar jouw idee?

M: Ja dat denk ik wel. Met het behoud van de identiteit dat wel. En dan noem ik dat even zo omdat je de inhoud mag je eh niet aan tornen. Voor de inhoud, wat je laat zien en wat je zegt, mag je best mensen laten uitreiken. Dus niet door de knieën gaan, maar dat je omhoog kijkt, he dus ik moet wel bij de les blijven. Dat stimuleert, dat prikkelt ook. Maar dat kan wel gecombineerd worden met een bepaalde mate van inhoudelijke eh tekst of inhoudelijk beeld, inhoudelijk debat. Je kunt er wel een sausje van entertainment overheen gieten. Het ene sluit het andere helemaal niet uit.

T: Nee, oke. Eh dan gaan we nu naar een iets ander onderwerp, of nou ja. Maar eh hoe zie je de waarde van EYE in het culturele veld?

M: Eh, cultureel museale veld Amsterdam? T: Ja.

M: Een belangrijke speler. Weliswaar wel een kleine speler. Het is geen Museumplein qua aantallen, bezoekersaantallen heb ik het over. Maar eh wel een essentiële speler, zo worden wij ook wel gezien. Eh we zijn een belangrijke speler omdat we natuurlijk ook in een iconisch