• No results found

Trofimov’s profilering van al-Utaybi: tussen waarheid en fictie

4. Juhayman al-Utaybi: Zijn betekenis voor de Belegering

4.4 Trofimov’s profilering van al-Utaybi: tussen waarheid en fictie

Wat heel duidelijk naar voren komt in het boek van Trofimov is dat hij dezelfde conclusie trekt die in de voorgaande paragraaf is getrokken, namelijk dat Juhayman al-Utaybi de aanstichter is geweest van hetgeen zich eind 1979 voltrok in de Grote Moskee in Mekka. Hij was volgens Trofimov zeer duidelijk de leider van de groep die verantwoordelijk was voor de bezetting, zowel militair als geestelijk.

Al-Utaybi als leider

Trofimov beaamt tevens dat Utaybi gedurende zijn tijd bij Al Jama‘a Salafiyya

al-Muhtasiba opklom naar een leidinggevende positie. Eerst als hulp bij de rekruteringtrips naar

de woestijn en later als hoofdcoördinator van alle excursies die de groepering maakte.326 Volgens Trofimov was al-Utaybi rond 1976 een ‘gevestigde autoriteit’. Hij baseert zich op een ooggetuigenverslag van al-Huzaymi en beschrijft hoe deze al-Utaybi ontmoette: ‘Zoals passend was voor een ware leider kon men Juhayman alleen ontmoeten na uitvoerige voorbereidingen waarbij de nieuwelingen te horen kregen hoe geweldig de man wel niet was. Toen de tijd daar was, werd Huzaymi door Juhaymans assistenten de vergaderzaal binnengebracht. Hij bespeurde meteen het charisma van de voormalige korporaal.’327 Hieruit blijkt dat nog voor de splitsing binnen Al Jama‘a al-Salafiyya al-Muhtasiba al-Utaybi al optrad als een leidinggevend figuur.

Dat Trofimov al-Utaybi als leider van de groep ziet die de moskee bezette blijkt gedurende het hele boek. De groepering die al-Utaybi vormde krijgt in het boek niet de naam de Ikhwan maar wordt omschreven als ‘de hechte gemeenschap van Juhaymans aanhangers’, ‘Juhaymans clandestiene netwerk’, Juhaymans strenge, gewelddadige beweging’, ‘Juhaymans rebellen’, ‘de rebellen van Juhayman’, ‘Juhaymans samenzweerders’ en de ‘beweging van Juhayman’.328

Uit het boek blijkt ook dat al-Utaybi als het brein van de operatie wordt gezien, zowel in de aanloop, als ten tijde daarvan. Over de aanloop naar en voorbereidingen van de belegering schrijft Trofimov bijvoorbeeld het volgende: ‘Na de hadj was Juhayman begonnen met de

326 Trofimov, Het Beleg van Mekka, 45-46. 327

Trofimov, Het Beleg van Mekka, 46.

78 voorbereidingen voor de nu volgens hem onvermijdelijke confrontatie met de onrechtmatige regeerder van het Koninkrijk. Juhayman onderwees nu dat de ware gelovigen zich op het ergste moesten voorbereiden. Ze moesten zich kunnen verdedigen als de hypocriete Saoedische staat Gods dienaren opnieuw wilde treffen.’ Juhayman stuurde vervolgens zijn volgelingen de woestijn in om ‘hun schutterskunst bij te slijpen’.329

Over het moment waarop door al-Utaybi besloten werd dat de Grote Moskee bezet zou gaan worden schrijft Trofimov: ‘Juhayman sprak ditmaal openhartig: de Mahdi moest beschermd worden tegen vijanden van het ware geloof, en het was aan de gelovigen om deze bescherming te bieden. Op de vastgestelde dag, zo zei hij, zal de Grote Moskee onder bedreiging van geweren worden ingenomen en met wapens worden verdedigd.’330

Dat al-Utaybi de (militaire) leider was ten tijde van de belegering wordt ook meermaals door Trofimov beschreven. Zo omschrijft hij bijvoorbeeld hoe de bezetting begint. ‘Toen klonken er geweerschoten, net toen de imam het gebed afrondde met vredeswensen.’ ‘Te midden van deze beroering verscheen de leider van de rebellen, Juhayman al-Utaybi, vanuit de dieptes van de moskee.’331

Vervolgens pakt al-Utaybi de microfoon van de imam af en ‘blafte een reeks afgebeten militaire bevelen in de microfoon’, waarna ‘hele hordes van zijn goed getrainde volgelingen zijn instructies volgden en door het complex verspreidden om boven op de zeven minaretten van het heiligdom machinegeweren te installeren’.332 Zo zijn er nog enkele passages in het boek waaruit heel sterk blijkt dat Trofimov al-Utaybi als de militair leider ziet. Als gezegd blijkt in het boek ook duidelijk dat al-Utaybi de geestelijk leider van de groep is. ‘Hoewel veel van zijn aanhangers een eigen huis hadden, stichtte Juhayman communeachtige woongemeenschappen in steden als Riyad, Medina en Mekka. Daar konden de mannen van de beweging goedkoop eten en slapen alsook samen bidden en de Islam bestuderen. Bekeerlingen maken….. bleef het belangrijkste doel. Huzaymi….klom op binnen de groep terwijl hij kriskras door het land bleef reizen om de leringen van de voormalige korporaal (al-Utaybi) te verbreiden.’333

Zo zijn er talloze citaten uit het boek te halen die bevestigen dat al-Utaybi de leider van de groepering, verantwoordelijk voor de belegering van de Grote Moskee, was.

329

Trofimov, Het Beleg van Mekka, 69. 330 Trofimov, Het Beleg van Mekka, 72. 331 Trofimov, Het Beleg van Mekka, 17-18. 332

Trofimov, Het Beleg van Mekka, 19. 333 Trofimov, Het Beleg van Mekka, 53.

79

Ideologie al-Utaybi

Het valt verder op dat Trofimov in zijn boek al-Utaybi als een zeer conservatieve Wahhabi neerzet die fel tegen het Saoedisch Koningshuis gekant is, waarbij zijn afkomst als telg uit een stam, die meevocht met de Ikhwan tegen het Koningshuis, ook duidelijk naar voren komt. Verstoken van enige welvaart in zijn geboortedorp Sajir, waar vele overlevenden van de Slag om Sibilla woonden, sloot al-Utaybi zich aan bij de Nationale Garde.334 Trofimov schrijft over de Nationale Garde dat zij ‘van meet af aan de verslagen Ikhwan had opgenomen’ en ‘doordrongen was van de Islamitische orthodoxie en altijd voorkeur gaf haar manschappen te rekruteren uit de conservatieve stamleden in de Nedj’.335 Al-Utaybi paste volgens Trofimov zeker binnen dit profiel van de Nationale Garde. Wat echter opvallend en paradoxaal is, is dat de Nationale Garde het Koningshuis dient te beschermen tegen interne onrust en een lijfwacht voor het Koningshuis vormde, terwijl al-Utaybi een hekel aan het Koningshuis had. Trofimov schrijft namelijk het volgende: ‘Opgevoed met herinneringen aan de nederlaag van de Ikhwan bij de Slag van Sibilla vergaf hij al-Saoed de smaad niet die zijn stamgenoten was aangedaan.’336

Sterker nog, de haat jegens het Koningshuis vormde later een belangrijk element in zijn gedachtegoed.

Wat duidelijk naar voren komt in Trofimov’s boek is dat volgens hem al-Utaybi’s gedachtegoed sterk beïnvloed is tijdens de periode dat hij veelvuldig in Mekka en later Medina was om lezingen en colleges bij te wonen van geestelijken, waarbij met name Bin Baz een grote rol speelde. Trofimov beschrijft kort de conservatieve ideologie van Bin Baz en hoe zijn kritiek op het on-Wahhibitische gedrag van het Koningshuis. Hij noemt Bin Baz ‘de meest prominente criticaster van de duizelingwekkende snelle modernisering van Saoedi-Arabië.’ Hij vond het schandalig hoe duizenden Saoedi’s met liberale ideeën thuiskwamen na buitenlandse reizen en dat er nieuwe winkelcentra geopend werden en Amerikaanse soapopera’s op tv werden uitgezonden. Tevens was hij fel tegen het feit dat het Koningshuis officiële gebouwen van koninklijke portretten voorzag, aangezien het volgens Bin Baz niet toegestaan was portretten aan een muur te hangen, want dit kan ertoe leiden dat mensen het vereren of aanbidden, zeker als het om een koning gaat.337 Zoals in hoofdstuk 1.2 al is besproken is monotheïsme, het geloven in één goddelijkheid, een belangrijk, zo niet het

334

De Slag om Sibilla is in hoofdstuk 1 al genoemd. Het betreft de veldslag in 1939 tussen de Ikhwan en ibn Saoed, waarbij de Ikhwan werden verslagen. Zie Trofimov, Het Beleg van Mekka, 33-34.

335 Trofimov, Het Beleg van Mekka, 41. 336

Trofimov, Het Beleg van Mekka, 42. 337 Trofimov, Het Beleg van Mekka, 43-44.

80 belangrijkste, element van het Wahhabisme. Het aanbidden van stenen, bomen, maar ook portretten wijzen op polytheïsme, het vereren van meerdere goddelijkheden, wat volgens het Wahhabisme ten zeerste verboden is. Verder was Bin Baz fel tegen de legale verkoop van sigaretten en het bestaan van kapsalons, en was hij woedend over ‘de prille emancipatie’ van Saoedische vrouwen. Tot slot was één van de belangrijkste punten van Bin Baz de aanwezigheid van ongelovigen op het Arabisch Schiereiland.338

Opvallend is dat de punten die de ideologie van Bin Baz volgens Trofimov kenmerken sterk overeenkomen met die van al-Utaybi. Hij was eveneens fel tegen de koninklijke portretten die overal te zien waren, zelfs op de Saoedische geldbiljetten, de Riyal, prijkte een portret van de koning. ‘Jonge geesten werden vergiftigd door geïmporteerde boeken en films.’339

Daarnaast liet al-Utaybi zich uit over de relatie met het Westen en de aanwezigheid van buitenlanders in Saoedi-Arabië: ‘De natuurlijke superioriteit van de Islam was domweg onverenigbaar met de toenemende aantallen buitenlanders en de beschamende afhankelijkheid van Saoedi-Arabië van Amerika en andere westerse landen.’ Vervolgens quote Trofimov uit de epistels van al-Utaybi: ‘Hoe is het mogelijk om de staten van de ongelovigen de jihad te verklaren als wij ambassadeurs in hun landen hebben en zij ambassadeurs, experts en leraren in het onze hebben?’340

Het verschil tussen al-Utaybi en Bin Baz zit hem uiteindelijk in twee zaken. Ten eerste het feit dat Bin Baz gaat werken voor de Saoedische overheid terwijl al-Utaybi zich juist sterker ging afzetten tegen het Koningshuis.341 Ten tweede geloofde Bin Baz niet in de komst van de Mahdi, terwijl al-Utaybi hiervan doordrongen was, zodanig zelfs dat hij besloot de Grote Moskee te bezetten.342

De betekenis van al-Utaybi volgens Trofimov

Waar Trofimov heel duidelijk al-Utaybi als leider en aanstichter van de belegering van de Grote Moskee ziet en Bin Baz als inspirator van al-Utaybi’s gedachtegoed is hij minder duidelijk in waar de persoon al-Utaybi en zijn groep geplaatst moete worden. Hij beschrijft hoe al-Utaybi volgelingen kreeg in Saoedi-Arabië, maar ook uit Egypte, Syrië, Jemen, Koeweit en zelfs de Verenigde Staten.343 Samen met zijn volgelingen slaagde al-Utaybi erin om de Grote Moskee twee weken lang te gijzelen wat volgens Trofimov van invloed is

338 Trofimov, Het Beleg van Mekka, 36 en 44. 339

Trofimov, Het Beleg van Mekka, 48. 340 Trofimov, Het Beleg van Mekka, 48-49. 341 Trofimov, Het Beleg van Mekka, 46-51. 342

Trofimov, Het Beleg van Mekka, 64-71. 343 Trofimov, Het Beleg van Mekka, 52-54, en 60.

81 geweest op andere radicale moslims. ‘Juhaymans gedurfde inval in de Grote Moskee heeft op talloze andere manieren radicale moslims over de hele wereld geprikkeld.’ Voorbeelden hiervan waren Khaled Islambouli, een Egyptenaar die de Egyptische president Sadat vermoorde en Isam al-Barqawi alias Abu Mohammed al-Maqdisi, een Palestijnse prediker waar in hoofdstuk 8 nader op ingegaan zal worden. Tevens zouden een aantal directe medeplichtigen van de belegering in Mekka, nadat zij uit de gevangenis in Saoedi-Arabië kwamen, zich aansluiten bij Al-Qa‘ida. Volgens Trofimov zou de nieuwe generatie jihadisten leren van Juhaymans fouten, door niet een dergelijk religieus symbool als de Grote Moskee als doelwit te kiezen.344 Trofimov gaat zelfs zo ver dat hij de ‘leden’ van Al-Qa‘ida de ‘ideologische erfgenamen van Juhayman’ noemt.345

Met betrekking tot al-Utaybi’s groep beschrijft Trofimov hoe deze groep veel gelijkenissen met Al-Qa‘ida toont: ‘In vele opzichten was Juhaymans multinationale onderneming waarin voor het eerst de door de Wahhabisten geïnspireerde geloofsijver van de Saoedische radicalen met de conspiratieve vaardigheden van de Egyptische jihadisten werd gecombineerd, een voorloper van Al-Qa‘ida zelf.’ Al met al kan dus geconcludeerd worden dat al-Utaybi een behoorlijke invloed heeft gehad op toekomstige Islamitische radicale individuen en zelfs groeperingen als Al-Qa‘ida. Wat dan weer vreemd is, is dat Trofimov aan het eind de groep van al-Utaybi een voorloper van Al-Qa‘ida noemt, terwijl hij eerder in het boek niet bepaald ‘lovend’ is over de groep. ‘Uit zijn netwerk van Uteybistamgenoten, veteranen uit de Nationale Garde en islamstudenten, vormde Juhayman een geheime organisatie die honderden leden telde. Deze groep van naïeve moslimidealisten streefde ernaar om Gods woord naar de letter te volgen, door kort afgeknipte gewaden te dragen, materiele luxe te schuwen en elk gebruik van foto’s en andere afgodsbeelden af te zweren. Doordat ze hun haar en hun baard lieten groeien leken ze griezelig op de hippies in het westen.’346 Even later noemt Trofimov al-Utaybi’s groep een ‘samengeraapt zootje’, om hen nog weer later in zijn boek ‘een ongeregeld zootje rebellen’ te noemen.347

Enerzijds hecht Trofimov dus veel waarde aan de beweging die al-Utaybi opzette en zijn rol als inspirator voor toekomstige jihadisten, terwijl hij anderzijds niet bijster positief is over de groep van al-Utaybi en ook niet over de persoon al-Utaybi zelf. Zo had hij een ‘gutturaal woestijnaccent’ en toonde hij zijn zwakheid door na de bezetting spijt te krijgen van zijn daden, ‘De realiteit van zijn complete nederlaag begon tot

344 Trofimov, Het Beleg van Mekka, 290-292. 345 Trofimov, Het Beleg van Mekka, 298. 346

Trofimov, Het Beleg van Mekka, 52. 347 Trofimov, Het Beleg van Mekka, 84 en 197.

82 hem door te dringen.’ ‘Als ik had geweten dat het zo zou aflopen, zou ik het niet hebben gedaan’. Hij zou zelfs koning Khaled, de man die hij haatte, hebben verzocht hem te vergeven.348

De positie die Trofimov ten aanzien van al-Utaybi en zijn groep aanneemt komt vreemd over. Gedurende het lezen van zijn boek zal men meermaals een vrije negatieve bejegening ten aanzien van hem en de beweging tegenkomen, terwijl hij in de conclusie van zijn boek stelt dat juist deze man en zijn groepering een inspiratie en voorloper van toekomstige jihadisten en zelfs Al-Qa‘ida is geweest. Het lijkt er sterk op dat Trofimov in zijn conclusie in het boek doorschiet ten aanzien van zijn profilering van al-Utaybi, terwijl hij verder in zijn boek juist een meer realistisch beeld van hem lijkt te schetsen.

83