• No results found

“In making choices between contradictory demands there is a complex weaving together of the positions (and the cultural/social/political meanings

7.2. aanvulling op het analytisch kader

7.2.2. Kleine woorden en breuklijnen

Een tweede aanknopingspunt voor het opsporen van een pluriformiteit aan

mogelijkheden om gezond te leven, biedt de exploratie van breuklijnen. Volgens Jerome Bruner (1990) gaan mensen verhalen vertellen wanneer er een breuk optreedt met het vanzelfsprekende of vertrouwde. Met deze verhalen leggen ze verbindingen en creëren ze samenhang “between the

16 De conjunctief of aanvoegende wijs is een taalkundige begrip voor een in Nederland niet zo bekende vervoegwijze van

een werkwoord. Met behulp van de aanvoegende wijs worden betekenisaspecten zoals een onwaarheid, onzekerheid, wens, aansporing, aanwijzing of toegeving tot uiting gebracht.

129 | hoofdstuk 7 analyse

exceptional and the ordinary” (Bruner, 1990, p.47). Geconfronteerd met breuklijnen tussen ideaal en realiteit en tussen zelf en samenleving is echter nog een tweede reactie mogelijk, dat vertellers de ontstane breuk open laten en dus incoherentie laten bestaan. Beide functies van narratieven, het construeren van coherentie of juist het laten bestaan van de breuk in een vertelde

gebeurtenis, hebben relevantie voor in transformatieprocessen geïnteresseerde onderzoekers (Emerson & Frosh, 2004). Door aandacht te hebben voor beide reacties op breuken wordt zowel meer behoudende als meer vernieuwende betekenisverlening onderwerp van onderzoek. Die vernieuwende, openende vorm van betekenisverlening is vooral van belang waar het de creërende gezondheidsvorm betreft (§2.4.).

In welk opzicht verschilt het begrip breuklijnen nu van het eerder in dit hoofdstuk gebruikte begrip trouble dat ik ook ontleen aan Bruner? Trouble verwijst naar de disbalans tussen elementen in een verhaallijn die aanleiding geeft tot het vertellen van een verhaal om de ontstane disbalans of breuk te adresseren. Zoals ik het begrijp is trouble een begrip waarmee de aandacht van de onderzoeker komt te liggen op de dramatische kwaliteit van het verhaal vanuit vertellerperspectief. Het is zijn of haar perceptie van het drama dat in het verhaal tot uitdrukking komt. Het begrip trouble vestigt de aandacht op de omgang van vertellers met een ervaren disbalans, maar ook op manieren om deze te laten bestaan of zelfs uit te vergroten. Het gaat dan om de relatie tussen de twee elementen waartussen de balans verstoort is. Het begrip breuklijnen (mijn vertaling van breaches) daarentegen richt de aandacht minder op de (verbroken)

verbindingen die de verteller legt. Hierdoor wordt de identificatie van breuken vanuit

onderzoekerperspectief mogelijk in plaats van de bepaling van wat een breuk constitueert vanuit vertellerperspectief voorop te stellen. Het begrip breuklijnen geeft onderzoekers de mogelijkheid om verdergaande interpretaties te doen ten aanzien van de impliciete en expliciete omgang van vertellers met breuken (of die nou behoudend of openend is).

Het begrip breuklijnen noemde ik eerder in de context van het dialogische, op Bakhtins werk geïnspireerde perspectief op de ontwikkeling van identiteit en zelf (zie §5.1.2.). De dialectische relatie tussen het bewuste en het onbewuste die ik noemde als onderdeel van dit dialogische perspectief kan de analytische werking van het begrip breuklijnen verhelderen. Dialectisch betekent dat de woorden die we gebruiken tegelijkertijd de aandacht vestigen op het ene (bewuste) en de aandacht van het andere (onbewuste) afleiden (Shotter & Billig, 1998). Om de reproductie van ideologie of juist het ontstaan van nieuwe betekenisverlening bloot te leggen, moeten onderzoekers in hun analyse daarom niet alleen aandacht hebben voor grote, ideologisch geladen woorden (zoals democratie en vrijheid), maar ook voor de kleine woorden17 die in

communicatie vaak aan de bewuste aandacht ontsnappen. Kleine woorden “operate in the service, as it were, of the big words, and as such are the unobtrusive servants of dialogue” (Shotter & Billig, 1998, p.20). Het werken met kleine woorden vertoont overeenkomsten met dat van narratieve therapeuten, die mensen aanmoedigen om ‘the untypical’ in detail te onderzoeken18

(White & Epston, 1990).

17 Een voorbeeld van een in interviews veel voorkomend klein woord is ‘gewoon’.

18 Narratieve therapeuten maken gebruik van het opsporen en uitvergroten van details om mensen te helpen ontsnappen aan dominante verhalen die hun waarnemingen en levens beïnvloeden. Dit betekent dat oneffenheden, contradicties en losse eindjes niet worden weggepoetst of in dienst staan van de invoeging in een overkoepelende plot. Integendeel, ze worden uitgebuit, ‘verdikt’ en onderzocht op hun potentieel voor alternatieve verhalen (Payne, 2006; Bohlmeijer, 2007).

7.2.3. Belangenanalyse

Wanneer onderzoekers door het gebruik van hun eigen verbeeldingskracht en met behulp van breuklijnen en kleine woorden een veelvoud aan alternatieven om gezond te leven construeren, lopen zij het risico van overinterpretatie. Willen deze interpretaties enig werkelijkheidsgehalte hebben, dan is het van belang dat deze verankerd worden in de lichamelijke, morele en sociale realiteit. Om deze verankering in concrete materiële, sociale en morele omgevingen te versterken, kan een narratieve onderzoeker aanvullende interpretatieve vragen stellen (naast de reeds genoemde met betrekking tot identiteit, actorschap en de positionering op de drie niveaus) zoals de vraag “what is at stake?” (Kleinman & Seeman, 2000, p.236).

Deze vraag verkent de link tussen culturele of morele eisen van de omgeving en

persoonlijke ervaring en gaat verder dan een psychologische analyse van belangen, maar situeert deze in een bredere morele context. Deze interpretatieve vraag houdt de analist scherp met betrekking tot het doel van de positioneringsanalyse, namelijk om de onderzoeken hoe geïnterviewden zichzelf construeren als morele actor, ook of juist als die constructie afwijkt van culturele en maatschappelijke normen ten aanzien van gezond leven. De focus op wat in de ervaring op het spel staat zorgt er bovendien voor dat narratieve onderzoekers verder kijken dan cognitieve, reflectieve manieren van in het leven staan. Mensen zijn meer dan interpreterende, categoriserende wezens die betekenis opleggen aan de wereld. Ze worstelen met sociale, culturele en materiële bronnen die voorhanden zijn of doen het daar simpelweg mee. Een belangenanalyse richt de aandacht op de manier waarop mensen moreel en emotioneel betrokken zijn bij gezond leven in plaats van te focussen op hun vermogen tot het maken van rationele keuzes, tot strategisch opereren en tot het maken van kosten-batenanalyses. Op deze manier worden onderzoekers sensitiever voor tegenstellingen, onbepaaldheid en morele vraagstukken waardoor de praktijk van gezond leven gekenmerkt wordt (Kleinman & Seeman, 2000).

7.3. samenvatting

In dit hoofdstuk heb ik de positioneringstheorie als analytisch kader geïntroduceerd, toegepast op een voorbeeldcasus en nader uitgewerkt. Dit analytisch kader heb ik vervolgens aangevuld met enkele analytische middelen om de constructie van alternatieve verhaallijnen voor gezond leven te ondersteunen. Een narratieve positioneringsanalyse bestaat uit de analyse van de positionering op drie analyseniveaus (respectievelijk de positionering van karakters in

verhaallijnen, van sprekers in interactie en van subjecten in lokale morele contexten). Het resultaat van deze analyse is inzicht in subjectiviteit, identiteit en actorschap met betrekking tot gezond leven en wat er emotioneel, moreel en sociaal gezien op het spel staat in de ontwikkeling daarvan. Die analyse op drie niveaus heb ik gedemonstreerd aan de hand van 7 stappen:

Positioneringsniveau 1. Verhaallijnen:

Stap 1. Globale verkenning van de positionering in het interview als geheel Stap 2 De identificatie van elementen, plots en verhaallijnen

Stap 3. Aanduiding van verhaallijnen en hun onderlinge relatie Positioneringsniveau 2. Interactie:

Stap 4. De analyse van de wederzijdse positionering door interviewer en geïnterviewde Stap 5. Karakterisering van de interactie

131 | hoofdstuk 7 analyse

Positioneringsniveau 3. Morele contexten:

Stap 6. De analyse van morele contexten en de status daarvan Stap 7. Verkenning van onderbelichte, alternatieve verhaallijnen

Op het eerste niveau van de verhaallijnen heb ik de dramatische pentad gespecificeerd als middel om de opbouw van verhaallijnen te analyseren. Dit is mijn eerste bijstelling van de positioneringsanalyse. Als tweede bijstelling heb ik de pentad zelf aangepast met het oog op gezond leven door de terminologie aan te vullen en te wijzigen. De resulterende pentad bestaat uit vijf elementen: lokatie of setting; karakters, waarbij protagonisten en antagonisten worden onderscheiden; handelingen en gebeurtenissen; hulpmiddelen en helpers; doelen en resultaten. Op het derde niveau is de bepaling van de status van verhaallijnen (dominant, canoniek,

alternatief, counter) aan de orde. De bepaling van die status kan, net als de bepaling van identiteit en actorschap, plaatsvinden vanuit vertellerperspectief en vanuit onderzoekerperspectief. Voor de constructie van alternatieve verhaallijnen heb ik als aanvullende analytische middelen genoemd: het gebruik van verbeelding, het literaire middel van de aanvoegende wijs, breuklijnen en kleine woorden en een belangenanalyse. Het gebruik van literaire middelen maakt dus onderdeel uit van zowel de analyse van verhaallijnen in de positioneringsanalyse als van de aanvullende analytische middelen.

De analysemethode lijkt vooral compatibel met een kleine verhalenbenadering, die de constructieve micro-activiteit van vertellers in het hier-en-nu centraal stelt. Maar er is ook ruimte voor een groot verhaal in de zin van een compleet narratief bestaande uit alle vijf de

verhaallijnelementen en de verbindingen daartussen. De aandacht in de analyse kan echter ook uitgaan naar ontbrekende elementen. Dit is een van de analytische activiteiten die ik in de komende hoofdstukken zal verkennen. De hier onderscheiden zeven analysestappen laten zich niet per se direct vertalen in de volgorde van de rapportage van resultaten. In de volgende hoofdstukken zal ik deze stappen bekend veronderstellen, en me richten op het uitbouwen en nader specificeren van methodologische kwesties die ik in de toepassing van het samengestelde analysekader tegenkom.

hoofdstuk 8

de positionering van twee vertellers

Outline

GERELATEERDE DOCUMENTEN