• No results found

5. SOCIAALWETENSCHAPPELIJKE LEGITIMITEIT 83

5.5 Aanvaarding en onderzoek

5.5.1 Empirisch onderzoek naar belastingheffing

Empirisch onderzoek richt zich op de realiteit van de belastingheffing, meer in het bijzonder op de fiscale rechtshandhaving.424 Deze vorm van sociaalwetenschappelijk onderzoek richt zich binnen het toepassingsgebied van belastinggedrag onder meer op mentale processen van mensen met betrekking tot belastingheffing; overtuigingen, percepties, beleving, houding, verwachtingen, attitudes en gedragsintenties van belastingplichtigen vormen een belangrijk onderwerp.425 Daarnaast worden ook gedragcomponenten in onderzoek betrokken.426 Een voorbeeld van empirisch onderzoek rond belastingheffing is de Fiscale Monitor die jaarlijks wordt uitgevoerd door de Belastingdienst en waarin onder meer aan burgers wordt gevraagd hoe ze denken over de Belastingdienst en de belastingheffing.427

Binnen het toepaste onderzoek naar belastinggedrag kunnen verschillende thema’s worden onderkend. Belangrijke thema’s zijn de bepaling van de mate waarin belastingplichtigen bereid zijn hun fiscale verplichtingen na te komen, de factoren die daarin een rol spelen, de werking van verschillende handhavingsinspanningen van de Belastingdienst en hun effect op de beleving van burgers en hun uiteindelijke belastinggedrag. 428

422

Nationale ombudsman, Behoorlijkheidswijzer, versie oktober 2012, Nationale ombudsman, http://www.nationaleombudsman.nl/, geraadpleegd op 15 oktober 2012.

423

Zie paragraaf 8.3 en 8.4.

424

Toegepast onderzoek naar belastinggedrag vindt ondermeer plaats in de vorm van survey-onderzoek

(vragenlijstonderzoek), waarbij grootschalig wordt uitgevraagd hoe belastingplichtigen over bepaalde zaken denken, wat hun ervaringen zijn, wat hun beleving is en wat hun intenties zijn. Een voorbeeld van een survey-onderzoek is de Fiscale Monitor. Daarnaast vindt ook interventieonderzoek plaats, waarin effecten van bepaalde interventies in de praktijk worden gemeten.

425

Long, S.B. en J.A. Swingen, “Taxpayer compliance: setting new agenda’s for research, Law and Society review”, vol. 25, nr. 3, 1991, pp. 637-683.

426

Zie bijvoorbeeld; Kirchler, E, en E. Hoelzl, “Modelling taxpayers’behaviour as a function of interaction between tax authorities and taxpayers”, in H. Elffers e.a. (red.), Managing en maintaining compliance, Den Haag, Boom Juridische uitgevers, 2006, pp. 19 e.v.

427

Zie verder over de Fiscale Monitor paragraaf 6.8 en paragraaf 8.6.2.

428

K.A. Kinsey, “Theorieën en modellen van belastingfraude”, in D.J. Hessing, H. Elffers en J.H. Christiaanse (red.),

Belastingontduiking: Juridische, economische en psychologische aspecten van belastingweerstand, Deventer, Kluwer,

96

Empirisch onderzoek naar belastinggedrag vanuit de verschillende sociaalwetenschappelijke onderzoeksgebieden is waardevol gebleken.429 Op grond van toegepast onderzoek zijn modellen voor fiscale handhaving ontwikkeld die in door belastingdiensten in verschillende landen zijn vertaald naar beleid.430 Een sprekend voorbeeld hiervan is het model van responsief handhaven, waarin en belastingdienst zijn handelen (tot op bepaalde hoogte) afstemt op de beleving en het gedrag van burgers.431 Dit model is ook door de Nederlandse Belastingdienst omarmd.432 Daarnaast genereren landen kennis van fiscale rechtshandhaving, wisselen ze ervaringen uit en ontwikkelen ze gezamenlijke visies op fiscale rechtshand-having.433

Mogelijkheden en beperkingen

Toch is het ook van belang om te laten zien dat toegepast sociaalwetenschappelijk onderzoek naar belastinggedrag beperkingen kent. Zo vragen veel concepten die zijn ontwikkeld op basis van onderzoek nuance in de toepassing, omdat hun werking per definitie afhankelijk is van de context waarin ze worden geplaatst.434 Beleidsbepalers en bestuurders die deze concepten in de praktijk willen toepassen zouden zich dit moeten realiseren.435 Juist vanwege de gretigheid waarmee beleidsbepalers de inzichten in de praktijk willen toepassen volgt hier een korte analyse van de beperking van fiscaal empirisch onderzoek.436

Een beperking in toegepast onderzoek naar fiscaal gedrag is de meetbaarheid van mentale processen die bij mensen plaatsvinden.437 Omdat mentale toestanden in de regel niet door onderzoekers van buitenaf waarneembaar zijn moet het zicht erop verkregen worden door indirecte methoden van waarneming.438 Vaak vallen onderzoekers daarbij terug op

onderzoeksmethoden waarbij de inhoud, de waardering en de frequentie van de onderwerpen worden bepaald door de verbale beschrijvingen van respondenten, die daarbij al dan niet hun

429

Zie bijvoorbeeld, Elffers, H. en P.J. van Koppen, “Methoden van rechtspsychologie”, in Koppen e.a. (red.) Het recht van

binnen, psychologie van het recht, Deventer, Kluwer, 2002.

430

Zie paragraaf 6.6.

431

Braithwaite J., 2002, Restorative Justice and Responsive Regulation, Oxford, Oxford University Press.

432

Belastingdienst, Horizontaal toezicht binnen de individuele klantbehandeling, versie 2010, p. 9, www.Belastingdienst.nl/, geraadpleegd op 14 maart 2011.

433

Zie bijvoorbeeld, OECD, Compliance risk management: managing and improving tax compliance, OECD, 2004, zie ook

OECD, Right from the Start: influencing the compliance environment for small and medium enterprises, OECD, 2012, zie ook OECD, Study into the role of tax intermediaries, OECD, 2008.

434

OECD, Centre for tax policy and administration, Forum on tax administration: Compliance sub-group, final report,

Monitoring taxpayers’ compliance: A practical guide based on revenue body experience, OECD, 2008, p. 37. 435

Huisman, W. en A. Beukelman, Invloeden op regelnaleving door bedrijven. Inzichten uit wetenschappelijk onderzoek, Den Haag, Boom Juridische uitgevers, 2007, p. 43.

436

Idem, p. 35.

437

Elffers, H., “Onderzoek naar belastingontduiking”, in D.J. Hessing, H. Elffers en J.H. Christiaanse (red.),

Belastingontduiking: Juridische, economische en psychologische aspecten van belastingweerstand, Deventer, Kluwer,

1989, pp. 165 e.v.

438

Stokkom, B. van, Handhaven:eerst kiezen dan doen, Sociaal-wetenschappelijke mogelijkheden en beperkingen, Den Haag, Expertisecentrum Rechtshandhaving, 2004, p. 9.

97

fiscale gedrag in het verleden betrekken.439 Studies over de validiteit van dergelijke

onderzoeksmethoden leren dat zelfpresentatiebelangen en gebrek aan bewustheid van gedrag de validiteit en betrouwbaarheid van dit type onderzoeken verminderen.440

Met andere woorden, mensen geven soms verkeerde antwoorden omdat ze zich beter voor willen doen dan ze werkelijk zijn, of omdat ze zich onvoldoende bewust zijn van hun eigen gedrag.441 Omdat mentale toestanden als “aanvaarding van machtsuitoefening” en “bereidheid tot naleving” niet direct waarneembaar zijn gelden de hierboven geschetste onderzoeks-beperkingen ook voor toegepast onderzoek naar belastinggedrag.442

De beperking van empirisch onderzoek laat echter onverlet dat onderzoek naar belasting-gedrag zeer waardevolle inzichten heeft opgeleverd. Zo zijn factoren die invloed uitoefenen op de bereidheid van mensen om aan al dan niet aan hun fiscale verplichtingen te voldoen stap voor stap in kaart gebracht.443 Dit vergt veel creativiteit en doorzettingsvermogen.444

Empirisch onderzoek draagt er aan bij dat de motieven voor fiscaal gedrag steeds meer worden bloot gelegd.445 Daarbij bieden statistische methodieken mogelijkheden om onevenwichtig-heden in de resultaten, tot op bepaalde hoogte, te onderkennen en te corrigeren.

5.5.2 Experimenteel onderzoek

Naast empirisch onderzoek wordt ook experimenteel onderzoek uitgevoerd rond fiscale rechtshandhaving. Veel van dit onderzoek gebeurt binnen de sociale psychologie, een wetenschapsgebied dat door de affaire Stapel beschadiging heeft opgelopen.446 Over de validiteit en betrouwbaarheid van sociaalpsychologisch onderzoek rond fiscale

439

Elffers, H., “Onderzoek naar belastingontduiking”, in D.J. Hessing, H. Elffers en J.H. Christiaanse (red.),

Belastingontduiking: Juridische, economische en psychologische aspecten van belastingweerstand, Deventer, Kluwer,

1989, p. 166.

440

Zie bijvoorbeeld, Baumeister, R.F., “A self-presentational view of social phenomena”, Psychological Bulletin, 91, 1982, pp. 3-26.

441

Ongeldige zelfrapportages kunnen ook ontstaan door een gebrek aan bewustzijn bij de respondent van zijn eigen feitelijke gedrag. Geheugenrapportages worden minder betrouwbaar naarmate situaties minder duidelijk zijn en meer tijd is verstreken tussen het moment van het feitelijke gedrag en het onderzoeksmoment. Zie bijvoorbeeld, Elffers, H., R.H. Weigel en D.J.Hessing, “The consequences of different strategies for measuring tax evasion behavior”, Journal of

Economic Psychology, 1987, pp. 311-337.

442

Elffers, H., “Eerste schetskaart fraude door fraudologische avonturiers”, Tijdschrift voor criminologie, 2-2008, zie ook Verhoeven, W.J., “Te hard van stapel gelopen”, Tijdschrift voor criminologie, 2-2008.

443

Pronk, P.A., “Indicatoren voor naleving van fiscale regelgeving door ondernemingen”, WFR 2003/332.

444

Denkers, A. en S. Goslinga, “Over cartografie en riemen die je hebt”, Tijdschrift voor criminologie, 2-2008.

445

Goslinga, S. en A. Denkers, “Motieven voor regelovertreding: een onderzoek onder ondernemers”, Gedrag &

Organisatie, 2009-22, nr. 1.

446

“De affaire Stapel is niet exemplarisch voor de gehele wetenschap”, Volkskrant, 16 september 2011, http://www.volkskrant.nl, geraadpleegd op 18 februari 2011.

98

handhaving bestaat echter geen enkele twijfel.447 Experimenteel onderzoek vindt plaats binnen een (gedrags)laboratorium waarin de verschillende condities in het onderzoek kunnen worden beheerst. Ten aanzien van experimenteel onderzoek moet eveneens een opmerking worden gemaakt.448

Experimenteel onderzoek naar belastinggedrag in een laboratorium op een universiteit is wezenlijk anders dan de fiscale realiteit. De resultaten van experimenteel

sociaal-wetenschappelijk onderzoek naar belastinggedrag laten zich dan ook niet altijd eenvoudig vertalen naar de praktijk. Dit is een algemeen geldend nadeel van experimenteel onderzoek dat zich ook in andere gebieden dan de fiscale rechtshandhaving voordoet.

5.5.3 Vergelijking tussen landen

Tot slot past een opmerking bij een onderzoeksmethodiek die regelmatig in de bestuurskunde wordt toegepast. Deze onderzoeksmethodiek betreft onderzoek dat, met betrekking tot fiscale rechtshandhaving, bestaat uit een vergelijking van fiscale situaties in verschillende landen. Daarbij worden vaak zowel de aanpak van de belastingdiensten als de effecten daarvan betrokken.

Onderzoek in de vorm van vergelijking tussen landen met betrekking tot belastinggedrag kan leerzaam zijn, maar kent ook beperkingen. Landen vertonen qua belastingsysteem, cultuur en maatschappelijke ordening namelijk vaak grote verschillen waardoor de

onderzoeks-mogelijkheden en de vergelijkbaarheid (enigszins) aan de oppervlakte kunnen blijven.449

Slotsom

Anders dan in de juridische benadering is het binnen de verschillende sociale wetenschappen gebruikelijk om hypothesen empirisch te onderzoeken. De verschillende sociale weten-schappen hebben daartoe methoden ontwikkeld die in diverse vormen van toegepast onderzoek kennis opleveren over de werkelijkheid van de fiscaliteit. Die systematische en expliciete kennis van de fiscale empirie vormt een belangrijke aanvulling op de juridische benadering van belastinggedrag. De normatieve benadering van belastingheffing houdt immers steeds het risico in dat de theorievorming in de rechtswetenschappen zich los zingt van de realiteit.450 Zicht op (bepaalde aspecten) van die fiscale realiteit kan dat voorkomen.

447

Veel experimenteel onderzoek naar belastingheffing vindt plaats binnen de sociale psychologie, een kennisgebied dat als gevolg van de affaire Stapel thans onder druk staat. Met betrekking tot onderzoek rond belastingheffing is geen frauduleus handelen bekend.

448

Experimenteel onderzoek bestaat uit onderzoek in een gecontroleerde omgeving, waarbij verschillende factoren gevarieerd kunnen worden om te bezien of deze factoren effect hebben op een te onderzoeken onderwerp.

449

OECD, Centre for tax policy and administration, Forum on tax administration: Compliance sub-group, final report,

Monitoring taxpayers’ compliance: A practical guide based on revenue body experience, OECD, 2008, p. 29.

450

99

Het feit dat de sociaalwetenschappelijke onderzoeksmethoden enige beperkingen kennen doet daaraan niet af.