• No results found

Welzijn, gezondheid, zorg en vernieuwing sociaal domein vernieuwing sociaal domein

2.1.4 (Inter)nationaal Promoten van onze kennissectoren

PROGRAMMA 4 Welzijn, gezondheid, zorg en vernieuwing sociaal domein vernieuwing sociaal domein

'Actief aan de samenleving meedoen' gaat in dit programma vooral over het gewone dagelijkse leven, na en naast het werk. Dat leven wordt plezieriger als buurtgenoten elkaar kennen en bereid zijn wat voor elkaar te doen. Dat waarderen we - want er gebeurt al heel veel - en bevorderen we. Er zijn ook mensen die in onze samenleving de weg (nog) niet goed weten te vinden, of op een andere manier belemmeringen ondervinden. Stadjers met een lichamelijke of psychische beperking ondersteunen we zo nodig en op maat in overleg met en aansluitend bij maatschappelijke steunsystemen. Ook het gemeentelijke gezondheidsbeleid maakt deel uit van dit programma.

Doelstellingen

We willen dat Groningen een stad is:

 Waar iedereen zich prettig en geborgen voelt en zo lang mogelijk actief aan de samenleving kan blijven meedoen. Ook als ouderdom, beperkingen of ziekte dat lastiger maken;

 Waar mensen zo lang mogelijk gezond blijven en waar dat nodig is kunnen rekenen op adequate (aanvullende) zorg en ondersteuning;

 Waar niemand vanwege herkomst, geaardheid of welke reden dan ook wordt buitengesloten;  Waar jongeren veilig en gezond opgroeien;

 Waar we de vernieuwingen in het sociaal domein in samenwerking met maatschappelijke partners vlot tot stand brengen zonder dat er mensen buiten de boot vallen.

Relevante beleidsnota's

Het programma is uitgewerkt in de volgende beleidsnota’s:

Samen Sterk in Stad (2012-2015)

Meedoen maakt het verschil (maatschappelijke participatie) 2014 Samen Gezond in Stad 2012-2015

Uitvoeringsnota zelforganisaties 2011-2014

Nota regionaal kompas 'Actief onder Dak' (2014-2017) Regiovisie huiselijk geweld en kindermishandeling (2014) Regionaal Transitiearrangement Groningen (2013) Re) -visie zicht op werk & participatie in Stad (2012) Nota Maatschappelijke stages 2012-2015

Stad om te groeien, kadernota integraal jeugdbeleid Groningen 2011-2014

Beleidsplan/ Uitvoeringsplan Vernieuwing Sociaal Domein gemeente Groningen 2014/2015

Groningen voor elkaar, visie en uitgangspunten voor de uitvoering van de decentralisaties en "Jeugd ieders zorg!" (2012)

Contouren jeugdstelsel Groningen 2015-2018 (2014)

Meerjarenprogramma 'Van Beschermd wonen naar wonen met begeleiding op maat', vastgesteld 23 colleges (2015)

Notitie afstemmingsoverleg Gemeenten-Onderwijs (2013)

Belangrijke resultaten 2016

Vanuit het sociaal domein wordt geconstateerd dat een groeiend aantal initiatieven op de terreinen leefbaarheid en sociale samenhang ontstaan in onze wijken, door de wijken zelf geïnitieerd. Een ontwikkeling die goed past in de huidige tijdgeest en waarin de gemeente een zo goed mogelijke, op de wijk of situatie toegespitste, functie wil vervullen. Aan deze ontwikkelingen wordt vanuit het gemeentelijk sociaal domein proactief gewerkt.

65

De gemeentelijke dienstverlening in het kader van de Wmo en de Jeugdwet sluiten sterk op deze ontwikkelingen aan. In 2016 zijn in dat kader belangrijke stappen gezet. Hierbij valt te denken aan stappen in de richting van een vernieuwende aanpak voor beschermd wonen, een verdiepende inhoudelijke en organisatorische

doorontwikkeling van de WIJ-teams en belangrijke vernieuwende stappen in de jeugdhulp. Dit betreffen allemaal stappen in langjarige processen.

De reguliere ondersteuning, in de vorm van individuele voorzieningen Wmo (zoals vervoer- en

woonvoorzieningen), dagbesteding en jeugdhulp heeft volop plaatsgevonden op basis van de wettelijke verantwoordelijkheden die de gemeente in dat kader heeft. We constateren in 2016 een stijging van het aantal inwoners dat een beroep doet op individuele voorzieningen (inclusief jeugd) alsook een stijging van het aantal verstrekte individuele voorzieningen.

Met betrekking tot de aanpak van kindermishandeling is onder meer breed ingezet op verdere implementatie van de Wet meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling en de verplichte kindcheck,

deskundigheidsbevordering in de WIJ-teams en het verbeteren van de samenwerking tussen de zorg- en veiligheidsketen.

Op het domein van integratie en emancipatie zien wij tot slot dat in 2016 sterkere verbindingen tot stand zijn gekomen tussen de belangrijke spelers op het gebied van diversiteit. Ook is de taakstelling voor de huisvesting van vergunninghouders nagenoeg bereikt. Op de grotere stroom aan vluchtelingen hebben wij onder andere geanticipeerd door een noodopvanglocatie van het COA in gebruik te nemen, waar 550 mensen verbleven in afwachting van de start van hun asielprocedure. In oktober 2016 is deze noodopvanglocatie beëindigd. Ook in 2016 boden we als centrumgemeente sobere bed bad brood-opvang voor dakloze vreemdelingen.

Deelprogramma 4.1: Sociale samenhang en leefbaarheid

Voor het welbevinden zijn sociale contacten in de eigen buurt van grote betekenis. In een buurt waar mensen elkaar ontmoeten en kennen, kunnen we gemakkelijker iets aan elkaar vragen. Wij hebben de overtuiging dat veel mensen graag iets voor en ander doen, individueel of in een vrijwilligersorganisatie. Voorwaarde is dat ze kunnen rekenen op adequate faciliteiten en (professionele) ondersteuning. Die worden geboden door verschillende (gesubsidieerde) instellingen en in (wijk)accommodaties.

Beleidsvelden

 Bevorderen sociale samenhang en leefbaarheid in wijken  Individuele voorzieningen (Wmo)

Effectindicatoren

Met de onderstaande indicatoren is de voortgang van ons beleid in 2016 gemeten. Als er geen gegevens beschikbaar zijn/of één maal per twee jaar gemeten worden staat er een streepje.

Indicator(en) Behaald

2015

Beoogd 2016

Behaald 2016 % inwoners dat tevreden is over de eigen (of

van de kinderen) leefomgeving (= kwaliteit woonomgeving, hoger is beter)

- - *

% inwoners dat vrijwilligerswerk doet - > 30% 28%

% inwoners dat mantelzorg biedt - > 21% 21%

* Deze indicator wordt niet meer uitgevraagd in de nieuwe enquête. Het ging om een samengestelde indicator die te

onvoldoende bruikbare informatie opleverde. We vragen nu gerichter uit, onder andere in hoeverre inwoners hun buurt als prettig ervaren. Deze indicator kende in 2016 een score van 94%.

66

We willen dat de mensen in de Groninger wijken en dorpen met plezier wonen en dat ze zich actief inzetten voor elkaar en de leefbaarheid van hun buurt. Ook willen we dat ze zich geaccepteerd voelen en deelnemen in wederkerige sociale verbanden. Dit geldt ook voor mensen met een hoge leeftijd, met een beperking of een niet-Nederlandse achtergrond. In de Groninger wijken en dorpen hebben bewoners aandacht voor elkaar en ze helpen naar vermogen mee aan de vitalisering van de wijk. Goede informatievoorziening en een

ondersteuningsstructuur zijn belangrijk om preventief te werken en een beroep op langdurige en zware zorg te voorkomen. Het is daarom van belang dat op wijk- en buurtniveau mensen elkaar ontmoeten, leren kennen en er laagdrempelige informatie en ondersteuning beschikbaar is. De buurtbewoners zelf, buurtinitiatieven,

verenigingen, vrijwilligersorganisaties, accommodaties, wijkbedrijven, de gebiedsteams, WIJ Groningen zijn de belangrijkste instrumenten om dit te ontwikkelen en te realiseren.

Prestatie indicatoren

Met de onderstaande indicatoren is de voortgang van dit beleidsveld in 2016 gemeten. Als er geen gegevens beschikbaar zijn/of één maal per twee jaar gemeten worden staat er een streepje.

Indicator (en) Behaald 2015 Beoogd 2016 Behaald

2016

Sociale samenhang (hoger is beter) - > 5,9% 6,1%

% inwoners dat zegt het afgelopen jaar actief te

zijn geweest om de buurt te verbeteren - > 20% 23%

% inwoners dat zegt zich (mede) verantwoordelijk te voelen voor de leefbaarheid in de buurt

- >79% 86%

% inwoners dat zegt bereid te zijn een buurtgenoot te helpen in geval van ziekte of een handicap

- 91% 94%

% inwoners dat aangeeft onbetaalde zorg te

(hebben) ontvangen (afgelopen 12 maanden) - >6%*

-

*dit is nu op een bredere manier uitgevraagd en daarmee een trendbreuk met de genoemde indicator Wat wilden we bereiken in 2016?

We wilden bereiken dat de inwoners van Groningen gezond, veilig en met plezier wonen en leven. In energieke wijken bruist het van activiteiten en initiatieven die door en voor bewoners worden georganiseerd. Ook faciliteren en stimuleren we bewonersinitiatieven gericht op het verbeteren van de leefbaarheid van en samenredzaamheid in de eigen woonomgeving. Ieder draagt naar vermogen en kunnen een steentje bij. Dat geeft een positief gevoel van saamhorigheid, wederkerigheid, erbij te horen en thuis te zijn. De nadruk ligt op de ontwikkeling van preventieve individuele en collectieve activiteiten die het gevoel van welzijn stimuleren en bijdragen aan een positieve gezondheid. Daardoor voorkomen we dat bewoners gebruik (moeten) maken van individuele, medisch zwaardere zorg die vaak veel duurder is. Daarnaast is er aandacht voor de verbinding met en de aansluiting van de formele beroepsmatige zorg op de informele zorg (mantelzorgers en vrijwillige inzet). Vrijwilligers en mantelzorgers voelen zich (h)erkent en gewaardeerd. De informele zorg is de basis waar de formele zorg zich bij aansluit en aanpast.

Wat hebben we hiervoor gedaan in 2016?

 Verder ontwikkelen van en aansluiten bij gebiedsgerichte aanpak in de gebiedsteams;

 Subsidiëren Humanitas (met haar vrijwilligersprojecten onder andere op het gebied van eenzaamheid, verlies, opvoeden, opgroeien, thuisadministratie, maatschappelijke opvang, mantelzorgondersteuning;  Subsidiëren MJD voor haar vrijwilligersprojecten (zoals mentorenproject, buurtbemiddeling) en de

makelaarsfunctie vrijwillige inzet in de vorm van de vrijwilligerszaak Link 050. Ook organiseert de MJD de vrijwilligersacademie; deskundigheidsbevorderingen trainingen voor vrijwilligers;

 Subsidiëren Humanitas voor hun verbinding met en inbreng van vrijwillige inzet in de WIJ-teams (WIJ-medewerker informele zorg);

 We zijn lid van de coöperatie We helpen een matching site tussen hulpvragen en hulpaanbod en hebben een aanjaagteam om deze site meer bekend te maken

67

 Organiseren van innovatieateliers waarin we Stadjers en maatschappelijke instellingen op roepen tot vernieuwing in het sociale domein en substitutie in zich heeft;

 Zoeken verbinding tussen maatschappelijke vragen, maatschappelijk verantwoorde ondernemers en vrijwillige inzet via de Groninger Uitdaging;

 Stimuleren vrijwillige inzet voor en door vluchtelingen en statushouders samen met Humanitas, LINK 050 en de ROC's;

 Experimenteren met right to challenge in een aantal pilots waardoor we al werkende leren;  Subsidiëren vrijwillige inzet vanuit de kerken (Present);

 Doorontwikkeling WIJ door meer aandacht voor en verbinding met collectieve preventie en informele zorg.

Conclusie

Het bruist en er is heel veel in beweging. Doordat de wijk de ruimte pakt ontstaan er steeds meer initiatieven en bewegingen vanuit de wijk, door de bewoners, die passen bij de wijk en haar bewoners. Want elke wijk is weer anders. We geven meer ruimte aan Stadjers, buurt initiatieven, instellingen en ondernemers om kansen te creëren en initiatieven te ontplooien. Daardoor voelen bewoners zich (weer) eigenaar van hun woonomgeving en hoe zij met elkaar omgaan. Steeds meer bewoners voelen zich verantwoordelijk voor hun leefomgeving en zijn daarin ook daadwerkelijk actief. Daarnaast zijn heel veel stadjers bereid elkaar te helpen en ook dat aantal is gegroeid. Een positieve ontwikkeling.

Intern is het een omslag in denken en doen. Naar buiten gericht, vanuit een open en meedenkende houding, gericht op samenwerken aan een positief resultaat. Daarin zijn we een lerende organisatie.

4.1.2 Individuele voorzieningen (WMO)

In de huidige Wmo (Wet maatschappelijke ondersteuning) heeft de gemeente een wettelijke opdracht om bepaalde voorzieningen te treffen ter bevordering van de maatschappelijke participatie van haar inwoners. Voorzieningen zoals ondersteuning, huishoudelijke hulp, een rolstoel, taxivervoer en woningaanpassingen vallen daaronder.

We creëren door adequate communicatie naar- en samenwerking met burgers, zorgorganisaties,

zorgmedewerkers, ambtenaren en bedrijfsleven en bewustwording van de veranderende rol van de overheid. In toenemende mate zal de Groningse samenleving zorgzaamheid en betrokkenheid voor elkaar moeten oppakken en oplossingen in de eigen omgeving moeten vinden. Er is een (financiële) noodzaak om te komen tot

zelfredzaamheid en samenredzaamheid.

In de (nieuwe) Wmo 2015 worden geen voorzieningen meer expliciet benoemd. Gesproken wordt nu van (noodzakelijke) ondersteuning van de zelfredzaamheid en de participatie van personen met een beperking, chronisch psychisch en psychosociale problemen om zo lang mogelijk in de eigen omgeving te kunnen blijven wonen. Dit kan in de vorm van algemene en/of individuele voorzieningen. Is een voorziening individueel van aard, dan wordt gesproken van een maatwerkvoorziening. Er wordt bekeken wat redelijkerwijs verwacht mag worden van de cliënt en zijn sociaal netwerk. Vervolgens zal waar nodig de gemeente in aanvulling hierop hem in staat stellen gebruik te maken van een algemene voorziening of – als dat niet volstaat – een

maatwerkvoorziening waarmee een passende bijdrage wordt geleverd aan zijn mogelijkheden om deel te nemen aan het maatschappelijk verkeer en zelfstandig te functioneren in de maatschappij.

De afgelopen jaren zijn in de wijken tal van (algemene) basisvoorzieningen georganiseerd, zoals klussendiensten, maaltijdvoorzieningen en vrijwillige vervoersvoorzieningen.

Wat wilden we bereiken in 2016?

De gemeente staat een nieuwe benadering van huishoudelijke hulp en ondersteuning voor ogen. Deze

68

hulp en ondersteuning in 2016 en daarna binnen het beschikbare budget blijven. Vanaf 2016 worden de lichte vormen van huishoudelijke hulp als algemene voorziening aangemerkt. In principe dragen inwoners de kosten van een algemene voorziening zelf. Inwoners kunnen in aanmerking komen voor een financiële tegemoetkoming van de gemeente. Hiervoor is de Regeling Tegemoetkoming Huishoudelijke Hulp 2016 van kracht. De hoogte van de tegemoetkoming is afhankelijk van de hoogte van het inkomen. De tegemoetkoming dekt niet alle kosten van de algemene voorziening. Voor inwoners resteert een tariefbijdrage in de kosten. Voor inwoners die meer ondersteuning nodig hebben blijft huishoudelijke hulp als maatwerkvoorziening mogelijk.

De inzet voor 2016 is gericht op het zetten van stappen om in 2017, met in ieder geval de gemeenten in de provincie Groningen, te komen tot een vergaande integratie van het doelgroepenvervoer (leerlingen- en het Wmo-vervoer) en het openbaar vervoer.

Wat hebben we hiervoor gedaan in 2016?

Per 2016 is de maatwerkvoorziening HH1 gewijzigd in een algemene voorziening. Deze is bedoeld voor mensen met een beperking die niet of onvoldoende in staat zijn om zelf of met hun huisgenoten hun huishouden te doen, maar die wel zelf hulp kunnen regelen. Mensen die hiervoor in aanmerking kwamen konden deze voorziening tegen een gereduceerd tarief afnemen bij aanbieders waarmee de gemeente een overeenkomst heeft

afgesloten. Mensen met een laag inkomen konden een korting krijgen op dit tarief. Alle mensen die tot en met 31-12-15 de maatwerkvoorziening HH1 ontvingen kwamen in ieder geval in aanmerking voor de algemene voorziening huishoudelijke hulp.

Medio 2016 heeft de raad besloten de opzet voor 2016 te handhaven en voort te zetten in 2017.

De maatwerkvoorziening HH2 is bedoeld voor mensen zonder regie of mensen die veel ondersteuning nodig hebben. Dit product is per 2016 gecombineerd met de voormalige lichte AWBZ-begeleiding tot het product lichte individuele ondersteuning.

Daarnaast heeft de gemeente in 2016 woon- en vervoersvoorzieningen verstrekt.

In 2016 is de aanbesteding van het Wmo-vervoer, vervoer naar de sociale werkvoorziening en het

leerlingenvervoer voorbereid samen met alle Groningse en Drentse gemeenten en de provincies Groningen en Drenthe. Dit heeft geresulteerd in een programma van eisen publiek vervoer dat door al deze partijen is vastgesteld. Het programma van eisen beidt vervoerder meer mogelijkheden om vervoersstromen te bundelen en samen te werken. Dit zorgt voor een optimale bezetting van de voertuigen. Het programma van eisen wordt begin 2017 verder uitgewerkt in een bestek. Na besluitvorming over dit bestek volgt de daadwerkelijke aanbesteding.

Conclusie

Met de verstrekking van huishoudelijke hulp en vervoer- en woonvoorzieningen heeft de gemeente uitvoering gegeven aan haar wettelijke taken op grond van de Wmo. Daarbij is in 2016 met de invoering van de algemene voorziening huishoudelijke hulp gevolg gegeven aan het beleidskader voor de vernieuwing van het sociaal domein. Tot slot zijn belangrijke stappen gezet op weg naar een efficiënte opzet van de vervoersvoorzieningen.