• No results found

Deelprogramma7.2: Openbaar vervoer

Deelprogramma 7.6 Overig verkeer

8.1.1 Bouwen in de uitleg

Om voldoende woningen voor gezinnen in en rond de stad aan te kunnen bieden, ontwikkelen we samen met marktpartijen diverse woningbouwprojecten in uitleggebieden. De nadruk bij de stadsuitbreiding ligt op de ontwikkeling van Meerstad. Deze uitbreiding viel in 2016 nog formeel onder de gemeente Slochteren. Volgens regionale afspraken bedient deze uitbreiding vooral huishoudens uit de stad. Aan de westkant van de stad ontwikkelen we Reitdiep fase 3 en 4.

Prestatie indicatoren

Met de onderstaande indicatoren is de voortgang van dit beleidsveld in 2016 gemeten. Als er geen gegevens beschikbaar zijn/of één maal per twee jaar gemeten worden staat er een streepje.

Indicator (en) Behaald

2015

Beoogd 2016

Behaald 2016 Jaarlijks gemiddelde plancapaciteit voor

grondgebonden woningen in uitleg-gebieden (excl. jongerenhuisvesting)

71 145 170 excl.

Reitdiep

Wat wilden we bereiken in 2016?

Samen met diverse marktpartijen hebben we woningbouwprojecten in de uitleggebieden ontwikkeld. De nadruk bij de stadsuitbreiding ligt op de ontwikkeling van Meerstad. Deze uitbreiding viel in 2016 nog formeel onder de gemeente Slochteren. Op 1 januari 2017 heeft een grenscorrectie plaatsgevonden waardoor Meerstad nu formeel onder de gemeente Groningen valt. Aan de westkant van de stad ontwikkelen we Reitdiep fase 3 en 4. Wat hebben we hiervoor gedaan in 2016?

Ontwikkelen woonwijk Reitdiep fase 3 en 4.

In de laatste fase van Reitdiep, deelplan 3 en 4, is in 2016 de bouw van de eerste woningen gestart. In het gebied ten noorden van de Reitdiephaven (deelplan 4) komen 137 woningen waarvan 32 bouwkavels voor particulier opdrachtgeverschap. Voor deze bouwkavels was veel belangstelling en ze zijn allemaal verkocht.

Er komen verder circa 25 vrije sector huurwoningen en circa 80 projectmatig te bouwen koopwoningen. Hiervan zijn de eerste woningen in verkoop genomen.

Ontwikkeling Meerstad.

In Meerstad zijn er in 2016 bijna 100 woningen bijgekomen. Daarnaast is de planontwikkeling van Tersluis-West concreet geworden en zijn er weer volop nieuwe woningen in de verkoop gegaan. We zien daarbij ook een grotere variatie in het aanbod ontstaan en er worden nu naast de traditionele grondgebonden (vrijstaande) woningen ook appartementen aangeboden en verkocht. Naast de woningverkoop is in 2016 het

(semi-)permanente gezondheidscentrum gerealiseerd en is begonnen met de aanleg van het omvangrijke park tussen Meeroevers en Tersluis-West. Met deze voorzieningen gaat de ontwikkeling van Meerstad een nieuwe fase in. De GR Meerstad heeft in 2016 voor het laatste jaar gediend als bestuurlijk platform voor de afstemming van het beleidskader voor de publieke voorzieningen in Meerstad. Per 1 jan. 2017 is de grenscorrectie tussen de gemeenten Slochteren en Groningen geëffectueerd en daarmee is Meerstad deel gaan uitmaken van de gemeente Groningen. De gemeenschappelijke regeling wordt in 2017 opgeheven en vervangen door een bestuursovereenkomst met de gemeente Slochteren.

Conclusie

De vraag naar woningen in uitleggebieden zoals Reitdiep en Meerstad neemt weer toe en er is volop

belangstelling. De rol van de gemeente is er op gericht om voldoende plancapaciteit (bestemmingsplannen en woningaanbod) te realiseren. Hiervoor hebben we onze doelstelling in 2016 gehaald.

136

8.1.2 Bouwen in de bestaande stad

Veel mensen willen in de stad, dicht bij het centrum, wonen. Niet alleen in een appartement, maar ook in een grondgebonden eengezinswoning. Daarmee kunnen we ook gezinnen aan de stad binden. We zien dat juist projecten in de bestaande stad goed verkopen. We willen nieuwe woonconcepten ontwikkelen, waarbij we grondgebonden woningen dicht op elkaar bouwen. Het wonen in en rond de binnenstad willen we met een manifestatie proberen te stimuleren. Zo blijft Groningen een compacte stad.

We willen:

 Gezinnen ook aan de bestaande stad binden;  Dat Groningen een compacte stad blijft. Prestatie indicatoren

Met de onderstaande indicatoren is de voortgang van dit beleidsveld in 2016 gemeten. Als er geen gegevens beschikbaar zijn/of één maal per twee jaar gemeten worden staat er een streepje.

Indicator (en) Behaald

2015

Beoogd 2016 Behaald 2016 Jaarlijks gemiddelde plancapaciteit voor

grondgebonden woningen en appartementen. (excl. jongerenhuisvesting)

385 512 293

Wat wilden we bereiken in 2016?

We willen dat er jaarlijks gemiddeld genomen een plancapaciteit van 400 grondgebonden woningen in de bestaande stad is. In 2016 wilden we dat er 310 grondgebonden woningen en 202 appartementen worden toegevoegd.

Wat hebben we hiervoor gedaan in 2016?

We hebben de plannen voor diverse locaties in de bestaande stad verder uitgewerkt. Met diverse ontwikkelaars wordt in de Reitdiepzone gewerkt aan nieuwbouw voor verschillende doelgroepen. Hiertoe heeft de raad het bestemmingsplan voor de Woldringlocatie vastgesteld. Daarnaast wordt er nog steeds gewerkt aan de plannen voor grondgebonden woningen op het voormalige Engelse Kamp. Helaas heeft dit in 2016 nog niet geleid tot extra plancapaciteit. Ook vinden er gesprekken plaats voor de planvorming van het voormalige Alfa Laval terrein in de Oosterpark. In de Eemskanaalzone onderzoeken we met andere grondeigenaren de mogelijkheden voor een versnelde ontwikkeling van de terreinen aan de noordzijde van het Eemskanaal voor woningbouw. Conclusie

De ontwikkeling van de benodigde plancapaciteit blijft achter bij de woningvraag die in 2016 weer sterk is gegroeid. We zullen daarom in 2017 voortvarend met de ontwikkeling van woningbouwlocaties in de bestaande stad aan de slag gaan. Hiervoor zijn in het meerjarenprogramma Wonen (vastgesteld door de raad in december 2016) concrete maatregelen opgenomen.

Deelprogramma 8.2: Jongerenhuisvesting

We willen de groeiende groep jongeren goede huisvesting bieden. Deze keus voor kwaliteit past ook bij de ambitie om Groningen de onderwijsstad van Nederland te laten zijn en blijven. Groningen heeft te veel kleine onzelfstandige kamers. En dat terwijl veel jongeren graag anders willen. Onder de noemer Campus Groningen (Bouwjong) werken we daaraan door het toevoegen van kwalitatieve zelfstandige woningen voor jongeren. Tegelijk willen we de balans in de wijken herstellen door het verminderen van de druk op de bestaande voorraad. Ook stimuleren we dat de kwaliteit van de bestaande verhuurpanden omhoog gaat. We bevorderen het prettig samenleven van studenten en andere Stadjers.

137 We willen dat:

 Jongeren tevreden zijn over de kwaliteit van hun woningen;  Studenten en Stadjers plezierig met elkaar om gaan;  De nieuwbouw voor jongerenhuisvesting versneld. Beleidsvelden

 Kwaliteit

 Kamerverhuurbeleid

 Leefbaarheid, studenten en Stadjers Effectindicatoren

Met de onderstaande indicatoren is de voortgang van ons beleid in 2016 gemeten. Als er geen gegevens beschikbaar zijn/of één maal per twee jaar gemeten worden staat er een streepje.

Indicator(en) Behaald

2015

Beoogd 2016

Behaald 2016 % jongeren dat tevreden is over de woonruimte 80%

Toevoeging jongerenhuisvesting door nieuwbouw en transformatie

661 677 1.048

Aantal jongereneenheden o.b.v. onttrekkings-vergunningen.

<50

% Stadjers dat aangeeft dat de omgang tussen student en Stadjers goed is

>70%

Het aantal van 1.048 wooneenheden is inclusief de woningen van het Student Hotel (365 eenheden).

8.2.1 Kwaliteit

Groningen groeit de komende jaren vooral door aanwas van jongeren en (internationale) studenten. We willen kwalitatief goede huisvesting voor deze doelgroep. Hierdoor blijven we een aantrekkelijke stad voor jongeren en studenten en versterken we de concurrentiepositie van de onderwijsinstellingen.

Uit ons eigen woonwensenonderzoek blijkt dat 58% van de jongeren een verhuiswens heeft. Veelal willen ze verhuizen naar een grotere wooneenheid met eigen voorzieningen. We willen in deze behoefte voorzien door kwalitatief hoogwaardige nieuwbouw toe te voegen op de locaties waar wij dat het meest passend vinden. Naast kwalitatieve nieuwbouw streven we naar kwaliteitsverbetering in de bestaande voorraad. Met ons beleid voor kamerverhuur willen we de toevoeging van meer kamers afremmen, vooral op de plekken die qua

leefbaarheid al onder druk staan. Ook stimuleren we kamerverhuurders om bestaande kamers om te zetten naar grotere appartementen of om grotere appartementen toe te voegen. Daarnaast zetten we voorlopig de

subsidieregeling voor geluid reducerende maatregelen voort.

We realiseren als gemeente zelf geen wooneenheden. We gaan daarom vooral inzetten op het stimuleren en mogelijk maken van projecten. Dit doen we door het verstrekken van projectfinanciering, het oprichten van een investeringsfonds en het verleiden van beleggers om in Groningen te investeren.

We willen:

 Nieuwbouw van eenheden voor jongerenhuisvesting versnellen;  Kwaliteit van de bestaande woningvoorraad verbeteren. Prestatie indicatoren

138

 Verstrekken van projectfinancieringen om jongerenhuisvestingsprojecten mogelijk te maken;  Vergroten van financieringsmogelijkheden van projecten door oprichten van een investeringsfonds;  Investeerders en beleggers actief benaderen met bidbook;

 Voortzetten subsidieregeling geluid-reducerende maatregelen;

 Plan van aanpak opstellen voor verbetering van de kwaliteit op de particuliere kamerverhuurmarkt. Wat wilden we bereiken in 2016?

In 2016 wilden we bereiken dat zoveel mogelijk projecten voor jongerenhuisvesting waarop in de woonvisie de focus hebben gelegd werden gerealiseerd. Voor het verbeteren van de kwaliteit van de bestaande

woningvoorraad voor jongeren wilden we een Plan van Aanpak opstellen. Wat hebben we hiervoor gedaan in 2016?

In 2016 hadden we beoogd om circa 677 jongereneenheden op te leveren. In 2016 zijn er uiteindelijk ruim 1.000 nieuwe eenheden opgeleverd. De markt heeft deze eenheden gerealiseerd zonder projectfinancieringen van de gemeente. Hieruit blijkt dat de economische crisis voorbij is en de markt ook zonder financiering van de gemeente in staat is om deze projecten te realiseren. We faciliteren bij deze projecten vooral door het planologisch mogelijk maken van deze projecten.

In 2016 is een plan van aanpak voor de verbetering van de bestaande woningvoorraad opgesteld (Kamers in de Lift). Als onderdeel van dit plan van aanpak is per 1 juli 2016 het Meldpunt Ongewenst verhuurgedrag

gelanceerd. In 2016 heeft dit meldpunt 11 meldingen opgeleverd van ongewenst verhuurgedrag. De meldingen worden gebruikt in ons onderzoek naar het nemen van maatregelen tegen verhuurders die regelmatig over de schreef gaan.

Door de groei van het aantal buitenlandse studenten bleek in 2016 dat er onvoldoende aanbod is om

buitenlandse studenten in het begin van het studiejaar allemaal van een permanente woonruimte te voorzien. Ook bleek dat de informatieverstrekking aan buitenlandse studenten kan worden verbeterd. Wij zijn in 2016 samen met de Rijksuniversiteit Groningen en de Hanzehogeschool Groningen begonnen met het ontwikkelen van een portaal om voor het studiejaar van 2017-2018 in ieder geval de informatieverstrekking te verbeteren. Het geven van betere informatie aan buitenlandse studenten was ook een punt uit het Plan van Aanpak. De overige punten worden in 2017 verder vormgegeven.

In 2016 hebben we de samenwerking met studentenorganisaties verbreed. We hebben de Groninger Studentenbond (GSb) ondersteund met een subsidie voor het maken van een Engelstalige versie van het Kamerboek en het vergroten van de oplage. Verder hebben we het Steunpunt Bemiddelingskosten met een subsidie ondersteund om daarmee het vragen van onterechte bemiddelingskosten tegen te gaan. Samen met het steunpunt zijn we in 2016 gestart met de voorbereidingen van een rechtszaak tegen kamer-bemiddelingsbureaus die zichzelf failliet hebben laten verklaren om onder mogelijke claims uit te komen.

Conclusie

In september 2016 vierden we de oplevering van de 3.500ste jongereneenheid. Aan het eind van 2016 stond het aantal op te leveren jongereneenheden op circa 4.000 stuks. Voor de komende jaren zitten ook nog verscheidene plannen in de pijplijn. Tot 2020 zetten we in op de toevoeging van nog circa 2.000 eenheden. Door de toevoeging van deze eenheden wordt er een flinke kwaliteitsslag in het aanbod gemaakt.

Door de samenwerking met studentenorganisaties als de GSb en het Steunpunt Bemiddelingskosten proberen we ongewenst verhuurgedrag tegen te gaan.

8.2.2 Kamerverhuurbeleid

Verhuurders voegen vooral in de populaire wijken en in de binnenstad kamerverhuur toe. Op verschillende plekken leidt dit tot een verstoring van het evenwicht en minder woonkwaliteit, zowel voor omwonenden als de

139

huurders zelf. Om dit te voorkomen moeten we ingrijpen wanneer het ergens mis dreigt te gaan. Daarom kiezen we per situatie voor maatwerk. Ook beperken we de toevoeging van extra kamers en kleine zelfstandige appartementen aan de particuliere woningvoorraad op plekken waar het woonklimaat en de leefbaarheid onder druk staan. We volgen de effecten van dit nieuwe beleid goed om te voorkomen dat het aanbod aan kamers teveel afneemt.

Prestatie indicatoren

Met de onderstaande indicatoren is de voortgang van dit beleidsveld in 2016 gemeten. Als er geen gegevens beschikbaar zijn/of één maal per twee jaar gemeten worden staat er een streepje.

Indicator (en) Behaald

2015

Beoogd 2016

Behaald 2016

Aantal verstrekte onttrekkings-vergunningen 69 <50 36

Wachttijd voor onzelfstandige kamer 2 weken -

Wachttijd voor zelfstandige kamer 3 maanden -

Wat wilden we bereiken in 2016?

We wilden bereiken dat er minder kleine onzelfstandige kamers worden toegevoegd, in ieder geval in de wijken die qua leefbaarheid al onder druk staan. Daarnaast wilden we voorkomen dat er nog meer kleine zelfstandige eenheden worden toegevoegd in de bestaande woningvoorraad.

Wat hebben we hiervoor gedaan in 2016?

Om de toename van kamerverhuur te beperken hebben we al eerder met de woonvisie vastgelegd dat we een omgevingstoets gaan uitvoeren voor nieuwe kamerverhuur. Om de toename van meer kleinere zelfstandige eenheden tegen te gaan is in juni 2016 het voorbereidingsbesluit Herziening Bestemmingsregels Wonen vastgesteld en later in december het ontwerpbestemmingsplan. Dit bestemmingsplan Herziening regels Wonen moet voorkomen dat in de binnenstad en de schilwijken nog ongewenste ontwikkelingen plaatsvinden zoals het optoppen van woningen en het bebouwen van tuinen en binnenterreinen. Tevens wordt met het

bestemmingsplan nieuwe kamerverhuur voor de binnenstad en de schilwijken uitgesloten. Nieuwe

appartementen moeten in principe een minimale maat van 50m2 hebben. Ook is het niet meer mogelijk om bestaande kamerverhuurpanden te intensiveren door meer kamers toe te voegen.

Conclusie

Met de invoering van de omgevingstoets hebben we meer sturing gekregen over waar nog wel en waar geen kamerverhuur meer kan worden toegevoegd. Door vaststelling van het ontwerpbestemmingsplan Herziening Bestemmingsregels Wonen kunnen we daarnaast voor grote delen van de stad ook ongewenste ontwikkelingen zoals woningsplitsingen, optoppingen, bebouwen van achtertuinen en binnenterreinen en de intensivering van bestaande kamerverhuur tegengaan.