• No results found

beschrijving en analyse van het organisatieproces

5.2 De voorbereiding van de verschillende actoren

5.2.2 De voorbereiding van de voorgangers

In paragraaf 5.1.3 heb ik beschreven welke belangrijke rol de voor-gangers konden spelen in het organisatieproces. Met name in Almstad zorgde de positieve wijze waarop de voorganger het project onder de aandacht van de gemeente bracht voor voldoende draag-vlak. De rol van de voorgangers verschilde niet alleen wat betreft het enthousiasmeren van de gemeente (voorafgaand aan de viering); ook tijdens de viering speelde de voorganger een belangrijke rol in het (helpen) duiden van dit liturgische experiment. De ene voor-ganger sprak beduidend makkelijker over de performance-rituelen dan de ander. In deze paragraaf kijk ik in hoeverre ik deze verschil-len kan verklaren aan de hand van het voorbereidingsproces van de voorgangers. Maar eerst beschrijf ik de wijze waarop de voorgangers omgingen met de performance-rituelen tijdens de viering; ik kijk hoe vertrouwd zij zich toonden met dit artistieke en liturgische experiment. Voorafgaand aan de viering had ik aan alle voorgangers gevraagd om de kerkgangers te helpen bij het proces van betekenisgeving rondom de performance-rituelen. Niet door zelf ‘de’ betekenis uit te leggen, maar door tijdens de overweging te reageren op de gebeurtenissen om hen heen en hun ervaring van de performance-rituelen te delen met de gemeente. Zo kon een voorganger naar mijn idee spreken over de performance-rituelen zonder deze tot een illustratie te maken bij de overweging en zonder de presentatieve symboliek te ontkrachten. In het vorige hoofdstuk constateerde ik dat uiteindelijk geen van de voorgangers werkelijk de eigen ervaring heeft gedeeld met de kerkgangers. Zij kozen allen voor een vooraf uitgeschreven en voorbereide overweging. Daarin konden zij wel opnemen (in hoofdlijnen) wat zij zagen, maar niet wat zij hadden ervaren. De eigen ervaring van de voorgangers kwam in alle overwe-gingen weinig aan bod maar de voorgangers in Wasdorp, Oostdam en Almstad wisten wel op een andere manier een verbinding te maken met het performance-ritueel. Dit deden zij door in hun gebe-den en overweging impliciet naar de performance-rituelen te

verwij-zen door middel van metaforen en symbolen283. De voorganger in Oostdam voegde hier nog iets aan toe. Hij vertelde in zijn inleiding hoe de gemeente naar de performance-rituelen kon kijken en wat deze teweeg konden brengen. Zijn inleiding van de performance-rituelen in de viering vond ik het meest overtuigend.

Hoe zijn deze verschillen nu ontstaan? Zijn zij uitsluitend het gevolg van verschillen tussen de voorgangers (meer of minder ervaring en affiniteit met de performance-rituelen), of speelt ook het voorberei-dingstraject hierbij een rol?

In Oostdam en Almstad was er voor de voorgangers meer voorbereidingstijd dan in Wasdorp. In Almstad heb ik tijdens zeer diverse bijeenkomsten284 zo’n zeven keer met de voorganger gespro-ken over de viering. In Oostdam heb ik driemaal zeer uitgebreid over de viering en de performance-rituelen gesproken. In Wasdorp heeft er slechts één formele voorbespreking van de viering plaatsge-vonden. Naast dit verschil in het aantal gesprekken was er ook een kwalitatief verschil tussen deze voorbereidingsbijeenkomsten. In Almstad en Oostdam konden de voorgangers bij de informatieavond aanwezig zijn waarop de performance-objecten werden getoond aan de mensen uit de gemeente. Daardoor werd mijn verhaal over de performance-rituelen concreet en tastbaar. Daarnaast heb ik de voor-gangers in Oostdam en Almstad beeldmateriaal van eerdere vierin-gen laten zien285. Door het samen bekijken en bespreken van eerdere uitvoeringen van de performance-rituelen kon ik mijn intenties beter duidelijk maken. Het beeldmateriaal maakte het mij mogelijk om ook die aspecten van de performance-rituelen te tonen die moeilijk onder woorden waren te brengen286. Door deze presentatie met een sterk presentatief karakter, waren de voorgangers in Oostdam en Almstad beter voorbereid op de viering dan de voorganger uit Wasdorp.

Toch verklaart deze uitvoeriger en meer presentatieve voorbereiding nog niet alle verschillen. De voorganger in Oostdam had min of meer hetzelfde voorbereidingstraject doorlopen als de voorganger in Alm-stad met wie het voorbereidingstraject zelfs nog iets intensiever was geweest. Toch leek de voorganger in Oostdam gemakkelijker woor-den te vinwoor-den bij de performance-rituelen dan de voorganger in Almstad. Persoonlijke affiniteit met de performance-rituelen en kennis van performancekunst lijken hierbij ook een rol te hebben gespeeld. De voorganger in Oostdam vertelde bijvoorbeeld dat hij een bewonderaar was van de performances van Joseph Beuys. Hij

283 Zie ook paragraaf 4.2.7.

284 Deze bijeenkomsten varieerden van een informatieavond tot een overleg met het bestuur van het koor (waar de voorganger ook aan deelnam).

285 In Wasdorp was er geen gelegenheid om het beeldmateriaal uit de viering in Utrecht met de voorganger te bekijken en te bespreken.

286 Het gaat dan om zaken als de houding van de performer, de spanning die met de uitvoering van zo’n performance gepaard kan gaan, de uitwerking van het ritueel op de performer en de ambigue betekenis van de performances.

wist al voordat ik met hem sprak over de viering wat performance-kunst was. Deze kennis gaf de voorganger waarschijnlijk een voorsprong in het verwoorden van de betekenis en de ervaring die de performance-rituelen teweeg konden brengen. Maar los daarvan zag de voorganger in Oostdam ook meer mogelijkheden om de dubbele boodschap van de performance-rituelen – zowel de donkere, zwarte zijde als de positieve boodschap van verlichting en verlossing, een plaats te geven in de viering. De voorganger in Almstad leek moeite te hebben met het in zijn ogen soms te overheersende ‘schurende geluid’ dat de performance-rituelen lieten horen en met de te donkere stemming en de soms rauwe beelden287. De voor-ganger in Oostdam daarentegen zag dit vooral als een aanvulling op de gewone viering. Zo vertelde hij mij dat hij het gebed Onze Vader prachtig bij het laatste performance-ritueel (Verbonden tot oneindigheid) vond passen. Doordat het gebed zo bekend is, ging men vaak aan de betekenis voorbij. Hij zag het performance-ritueel vooral als een mogelijkheid om met nieuwe ogen naar dit vertrouwde gebed te kijken. Volgens hem werd door de donkere stemming van Verbonden tot oneindigheid duidelijk dat ook het bidden van het Onze Vader niet vrijblijvend is. Voor hem was de donkere kant van het performance-ritueel vooral een verrijking van de viering. Dit maakte naar mijn idee ook dat hij gemakkelijker sprak over de performance-rituelen in de viering.

Een laatste factor die het verschil in de prestatie van de voorgangers kan verklaren is hun ervaring. Dit verschil wordt duidelijk wanneer ik de voorganger uit Utrecht in dit verhaal betrek. In Wasdorp en Utrecht hadden de voorgangers min of meer hetzelfde voorberei-dingstraject gevolgd. Maar de voorganger in Wasdorp kon beter aansluiten bij de performance-rituelen in zijn overweging dan de voorganger in Utrecht. Hier lijkt vooral het verschil in ervaring tussen beide voorgangers een rol te spelen288. Deze viering met

287 De voorganger in Almstad vond de sfeer van vooral het eerste en laatste perfor-mance-ritueel nogal zwaar en zwart, met name bij Heer ontferm U dat volgens hem een gebed was dat veel zinzoekers niet aansprak. Want, zoals hij de mening van een aantal kerkgangers weergaf: ‘Je voelt je lekker, je gaat naar de kerk en je komt er gelijk al in een depressieve stemming, daarom gaf hij er de voorkeur aan om de Thomasviering vrolijker en optimistischer te laten beginnen en eindigen.

288 De voorganger in Utrecht was het minst ervaren. Hij ging niet wekelijks voor; hij was geen dominee in vaste dienst maar hij trad slechts enkele keren per jaar op als gastvoorganger. Tegelijkertijd verkeerde hij, net als de voorganger in Wasdorp, in een lastige situatie; door het ontbreken van beeldmateriaal en de zeer summiere voorbereidingstijd hadden zij nog weinig idee van de werking van de performance-rituelen in de viering. Beide voorgangers werden in het diepe gegooid. De voor-ganger in Utrecht miste echter de ervaring om zich er uit te kunnen improviseren. In zijn overweging was hij niet in staat om aansluiting te vinden bij de performance-rituelen.

mance-rituelen lijkt meer ervaring289 en kundigheid van een voor-ganger te vragen dan een gewone viering.

De ideale voorganger

Wanneer ik het bovenstaande samenvat en het profiel van de ideale voorganger voor de viering met performance-rituelen opstel, dan kom ik tot het volgende beeld: de ideale voorganger is een ervaren voorganger, met affiniteit en kennis van performancekunst en met affiniteit met de meerduidige boodschap van de performance-rituelen. De voorganger is bereid om iets van zijn autonomie op te geven ten gunste van de kunstenaar. Hij/zij wil veel tijd aan deze viering besteden en is bereid zich in te werken in de materie. Dat wil zeggen dat de voorganger bij de informatieavond aanwezig kan zijn en het beeldmateriaal van eerdere performance-rituelen bestudeert en bespreekt met de kunstenaar. De voorganger durft tijdens de viering vrijelijk over de performance-rituelen te spreken (zowel in alledaagse als in metaforische taal). Hij durft zich kwetsbaar op te stellen en zijn eigen ervaring een plaats te geven in de overweging.

GERELATEERDE DOCUMENTEN