• No results found

E FFICIËNTIEVOORDELEN VAN PREMIEHARMONISATIE

In document Mededinging en verzekering (pagina 196-198)

Premiebepaling bij coassurantie

5.5 Mededingingsrechtelijke beoordeling van premieharmonisatie

5.5.2.1 E FFICIËNTIEVOORDELEN VAN PREMIEHARMONISATIE

De eerste voorwaarde die wordt gesteld in artikel 101 lid 3 van het Werkings- verdrag is dat de overeenkomst bij moet dragen aan de bevordering van de technische of economische vooruitgang of productie. Dit komt erop neer dat een overeenkomst efficiëntieverbeteringen met zich mee moet brengen. Betoogd zou kunnen worden dat premieharmonisatie bepaalde efficiëntievoordelen met zich meebrengt, zoals een snelle acceptatie van risico’s of het vergroten van verzekeringscapaciteit. Bij het in kaart brengen van de efficiëntievoordelen moet echter worden bedacht dat alleen objectieve economische voordelen in aanmerking kunnen worden genomen.141 Efficiëntieverbeteringen kunnen daarom

niet worden beoordeeld vanuit het subjectieve standpunt van partijen.142

Een van de argumenten die wel wordt aangedragen voor premieharmonisatie is dat kleinere of minder ervaren verzekeraars (volgverzekeraars) kunnen profiteren van de voorwaarden die zijn onderhandeld door de grotere, meer ervaren, verzekeraars.143 Het zou hun kosten besparen die anders worden doorberekend in

de premie. Premieharmonisatie zou op die manier ook de volgverzekeraars, die

139 Richtsnoeren betreffende de toepassing van art. 81 lid 3 van het Verdrag, par. 42. 140 Verordening (EG) nr. 1/2003 uitvoering mededingingsregels, artikel 2.

141 Richtsnoeren betreffende de toepassing van artikel 81 lid 3 van het Verdrag, par. 49. 142 Richtsnoeren betreffende de toepassing van artikel 81 lid 3 van het Verdrag, par. 49. 143 BISI 2007, COM(2007) final, p. 32.

ONDER

geen expertise hebben in de verzekering van bepaalde groot zakelijke risico’s, in staat stellen om deel te nemen in de verzekering in coassurantie. Dit zou tot gevolg kunnen hebben dat een grotere groep van verzekeraars bereid is risico’s in coassurantie te verzekeren waardoor de beschikbare capaciteit wordt vergroot (wat een premie-drukkend effect kan hebben). Hieraan gerelateerd is het argument dat het voor volgverzekeraars kostbaar en inefficiënt zou zijn om bij het verzoek als volgverzekeraar mee te tekenen zelfstandig nog een risicobeoordeling en premie-inschatting te maken. Zij zouden niet in staat kunnen zijn om tot een betere premieberekening te komen dan de leider.144 Volgens deze redenering

brengt premieharmonisatie dus kostenvoordelen met zich mee. In het onderzoek door EY wordt dit argument ook naar voren gebracht:

‘393. Those followers whose strategy was to follow, either in a specific industry sector or line of business or more generally those seeking diversification risk would be unlikely to offer a lower rate than a leader who is an expert in the business line. The BISI report [Business Insurance Sector Inquiry, GTB] recorded the argument that ‘it would be inefficient … for following(re) insurers who have not assessed the risk at the tender stage to be obliged to do so subsequently, at a cost which would have to be passed on to the client’. However, in at least the UK market, the largest subscription market, it is a requirement that they do so; respondents commented that underwriting risk management requires that underwriters always apply the discipline of rating to risks offered to them, and it is no longer acceptable for them to ‘write blind’.

394. One London-based broker also commented that there came a point at which the customer accepted that the price was reasonable for the risk transferred, and that whilst it would always be possible to ask for quotes from more insurers, this would not be cost effective. In this case, the alignment of premium in the majority of cases would represent a natural equilibrium of the market, rather than a concerted practice. A representative of an international risk management association in the UK expressed the view that the coinsurance market in the UK was ‘not broken’ and did not need to be fixed. The association’s members were knowledgeable and controlled significant bargaining power. Underwriting respondents also pointed to the buyer-led nature of the market, one underwriter commenting that if there were further efficiencies, brokers would be able to access them given their negotiating power.’145

Volgverzekeraars beschouwen de premie-inschatting van de leider (dus) als de meest competitieve premie in de markt waarbij het voor hen niet efficiënt zou zijn daaronder te bieden. Onder de paraplu van kostenvoordelen zou dus bepleit kunnen worden dat premieharmonisatie efficiëntieverbeteringen met zich meebrengt die in aanmerking kunnen worden genomen bij toetsing aan de eerste voorwaarde van artikel 101 lid 3 van het Werkingsverdrag. Ook Europe Economics komt in haar onderzoek naar samenwerkingsvormen tussen verzekeraars en de invloed daarvan op de mededinging tot de conclusie dat premieharmonisatie efficiënt kan zijn:

‘premium alignment between leaders and followers is generally efficient. Insofar as the leader is not additionally remunerated relative to the followers (either in terms of a top-up, or in terms

144 Europe Economic 2016a, p. 86. 145 EY 2014, p. 138.

ONDER

of followers receiving a discounted premium), but is instead remunerated through an increased premium applicable to both leader and follower, then there is a potential concern that some costs that have been incurred only by the leader (e.g. risk assessment and underwriting costs) may be charged to the clients multiple times’.146

Tegelijkertijd wordt er geen efficiëntie geboekt als kosten dubbel in rekening worden gebracht terwijl daar geen goede rechtvaardiging voor bestaat. In de verhouding leider-volgers bestaan immers factoren die nu juist een variatie in premie rechtvaardigen. Zo heeft de leider als gezegd een andere rol dan volgers. Hij is degene die de spreekbuis is bij de schadebehandeling. Indien de volgverzekeraars tot zekere hoogte dezelfde premie ontvangen, ‘free riden’ zij, zoals ik eerder aan de orde stelde, op de inspanningen van de leider. Door Europe Economics is in dat kader aangevoerd dat dit in het nadeel is van de klant omdat zij kosten dubbel betalen (de premie voor de volgers bevat een risicobeoordelingscomponent die zij niet hebben gemaakt) en verzekeraars die in de positie zijn om als leider op te treden de voorkeur zouden kunnen geven voor de rol van volger.147 Europe Economics maakt inzichtelijk dat de premie van een

leider bestaat uit drie componenten: de verwachte verliezen, een veiligheidsbuffer en de overheadkosten.148 Als al deze kosten via de premie worden doorberekend

aan de klant, terwijl niet alle verzekeraars bij coassurantie de kosten maken, is dat niet efficiënt. Er zal dan ook geen sprake zijn van efficiëntieverbeteringen in de zin van artikel 101 lid 3 van het Werkingsverdrag als blijkt dat er een goede mogelijkheid bestaat dat volgers tevens kunnen verzekeren in coassurantie tegen een lagere premie dan de leider ontvangt. Daarbij dient bedacht te worden dat de makelaar degene is die het risico aanbiedt en zich moet vergewissen van deze mogelijkheid van een lagere premiestelling bij de volgers.

Gelet op het bovenstaande bestaat er (enige) ruimte om te verdedigen dat premieharmonisatie gepaard gaat met efficiëntieverbeteringen, maar als er geen goede rechtvaardiging bestaat voor eenzelfde premie tussen leider en volgers (gelet op hun verschillende positie) en de voordelen niet via een lagere premie terecht komen bij de klant lijkt het onwaarschijnlijk dat voldaan is aan de eerste voorwaarde van artikel 101 lid 3 van het Werkingsverdrag. In de volgende paragraaf behandel ik het doorgeven van de voordelen aan de klant als onderdeel van de toetsing aan artikel 101 lid 3 van het Werkingsverdrag.

In document Mededinging en verzekering (pagina 196-198)