• No results found

7. Conclusies en aanbevelingen

7.2 Verschillen tussen de identiteitsinfrastructuren

De basisadministraties van persoonsgegevens in Europees Nederland, Caribisch Nederland en de Caribische landen zijn in de jaren ’90 van de vorige eeuw ontstaan vanuit dezelfde oorsprong. De principes en structuur waarin persoonsgegevens kunnen worden bijgehouden zijn vrijwel identiek.

Een verschil is bijvoorbeeld dat waar in Europees Nederland het “BSN” en de “Gemeente” wordt genoteerd dat in Caribisch Nederland het “ID-nummer” en het “Eiland” zijn.

68 De Caribische landen zijn autonoom. Zij bepalen zelf hoe hun identiteitsinfrastructuur wordt ingericht.

151 Verschillen tussen de identiteitsinfrastructuren

Toch zijn er - ondanks de grote overeenkomst in wat er kan worden geregistreerd - wel grote verschillen tussen de basisadministraties. Die worden enerzijds veroorzaakt door verschillen in de wijze waarop gegevens in de basisadministratie worden bijgehouden – zo worden adressen in Caribisch Nederland anders bijgehouden dan in Europees Nederland - en anderzijds doordat er in Europees Nederland sinds de jaren ’90 een groot aantal controle- en verbetermechanismen zijn ingebouwd in wetgeving, processen en systemen rond de kwaliteit van de gegevens in de gemeentelijke basisadministraties. En die mechanismen zijn niet of in veel mindere mate overgenomen door de voormalige Nederlandse Antillen. Wij noemen hier een aantal van de verschillen tussen de identiteitsinfrastructuren in Europees Nederland en Caribisch Nederland:

De in de GBA-regelgeving verankerde auditsystematiek heeft ervoor gezorgd dat alle

gemeenten werken op een minimum kwaliteitsniveau. Het is in de regelgeving vastgelegd dat prestaties onder dit niveau dienen te worden gecorrigeerd. Daar wordt ook daadwerkelijk op gecontroleerd. Deze systematiek ontbreekt op de eilanden, een minimum kwaliteitsniveau is daar niet vastgelegd.

De GBA kent een uitgebreid verstrekkingenregime voor persoonsgegevens. Voor alle betrokken gebruikers is de kwaliteit van de gegevens in de GBA van zeer groot belang. Deze kwaliteit wordt in Europees Nederland niet gezien als een verantwoordelijkheid van de gemeente alleen, maar van alle betrokkenen. Dit heeft onder andere geleid tot de invoering van het verplicht gebruik van de gegevens door alle overheden en van de terugmeldverplichting door gebruikers indien zij twijfelen aan de juistheid van een bepaald gegeven. Zo kan een gebruiker bijvoorbeeld beschikken over andere adresgegevens dan die in de GBA staan opgenomen. PIVA kent geen uitgebreid verstrekkingenregime, geen verplicht gebruik door overheden en geen

terugmeldverplichting. Wel is in Caribisch Nederland op 10 oktober 2010 gestart met het verzorgen van verstrekkingen vanuit een nieuw centraal bestand, de PIVA-V. Op dit moment wordt gewerkt aan uitbouw van de verstrekkingen van deze voorziening.

Verschillen tussen het persoonsnummer in Caribisch Nederland (het ID-nummer) en in Europees Nederland (het BSN). Het ID-nummer wordt per openbaar lichaam verstrekt. Dat betekent dat wanneer een ingezetene verhuist naar een ander openbaar lichaam hij of zij een ander ID-nummer ontvangt. Een persoon kan dus legaal meerdere ID-nummers hebben en het is niet helemaal uitgesloten dat twee verschillende personen hetzelfde ID-nummer bezitten. De wet- en regelgeving rond BSN (en systemen zoals de Beheervoorziening BSN) zorgen ervoor dat bij één persoon in Europees Nederland slechts één BSN hoort.

Door het koppelen van een aantal informatiesystemen aan de hand van het unieke BSN kunnen overheden in Europees Nederland on-line verifiëren of een bepaald identiteitsdocument nog in roulatie mag zijn en of het document inderdaad bij de drager hoort. Deze faciliteit ontbreekt in Caribisch Nederland.

Doordat de GBA’s via het GBA-berichtenverkeer met elkaar zijn verbonden kunnen wijzigingen in de persoonsgegevens die in een andere gemeente ontstaan (geboorte, huwelijk, overlijden) automatisch worden doorgevoerd in de basisadministratie van de woongemeente van de persoon. In Caribisch Nederland gebeurt dat niet automatisch.

152 Verschillen tussen de identiteitsinfrastructuren

De systemen van de IND zijn gekoppeld aan de GBA. De persoonsgegevens en de gegevens over verblijfsvergunningen van vreemdelingen worden over en weer automatisch

gesynchroniseerd. In Caribisch Nederland bestaat deze koppeling niet.

Alle uitgegeven reisdocumenten in Europees Nederland worden geregistreerd in de

basisadministratie. Als er een document is verloren of gestolen, wordt dat ook geregistreerd in de basisadministratie en via het Basisregister Reisdocumenten en het Verificatieregister doorgegeven aan gebruikers. Die kunnen online controleren of specifiek identiteitsdocument nog geldig in omloop is. Dit mechanisme bestaat in Caribisch Nederland alleen voor het paspoort. Voor de sédula is er geen adequate geldig-/niet geldigheidsregistratie.

De straatnamen worden formeel vastgesteld door de gemeenteraden en dan ingevoerd in de GBA. In Caribisch Nederland is dat proces nog niet helemaal afgerond, waardoor straatnamen en huisnummers nog onvolledig zijn.

Door deze – en andere – verschillen zijn er ook verschillen in de kwaliteit van de persoonsgegevens in de basisadministratie en in de kwaliteit van de identiteitsinfrastructuur als geheel.

Voor wat betreft de identiteitsdocumenten moet worden vermeld dat er groot verschil bestaat tussen de functionaliteit van de sédula (een verplicht identiteitsdocument voor alle ingezetenen,

Nederlander en vreemdeling) en de NIK (een niet verplichte identiteitskaart voor Nederlanders). De sédula kan daardoor niet eenvoudig één-op-één worden vervangen door de NIK. Wel is per 10 oktober 2010 een beter beveiligde sédula ingevoerd in Caribisch Nederland. Oude sédula’s van ingezetenen van Saba en Sint Eustatius zijn na die datum allemaal in één actie omgewisseld door nieuwe betere sédula’s. In Bonaire zijn sindsdien alleen nog nieuwe sédula’s uitgegeven. De laatste oude sédula’s zullen daar eind 2015 uit de roulatie worden genomen.

Voor wat betreft de verschillen tussen de identiteitsinfrastructuren in Europees Nederland en Caribisch Nederland concluderen wij samengevat het volgende:

Conclusie 0: De identiteitsinfrastructuren verschillen op een groot aantal punten:

Hoewel de basisadministraties in de kern sterk overeenkomen zijn er verschillen in de wijze waarop gegevens worden geregistreerd en in de mechanismen die zijn ingericht om de kwaliteit van de persoonsgegevens in de basisadministratie te borgen en te verbeteren.

De verstrekkingsregimes van persoonsgegevens verschillen sterk.

De identiteitsdocumenten zijn verschillend: de per 10 oktober 2010 vernieuwde sédula heeft een andere functie dan de NIK. Ook verschillen de mogelijkheden voor controle van de identiteitsdocumenten.

153 Een beter beveiligde sédula (variant 1)

Er zijn, zo blijkt ook uit dit onderzoek, verbeteringen mogelijk in de identiteitsinfrastructuur van Caribisch Nederland. Dit onderzoek is uitgevoerd om inzicht te krijgen in de mogelijkheden en inspanningen die nodig zijn voor een (gedeeltelijke) overgang van de Nederlands-Antilliaanse naar de Europees Nederlandse systematiek. Er zijn daartoe door het ministerie van BZK 5 varianten opgesteld. Elke variant heeft voor- en nadelen die we in de volgende paragrafen samenvatten.