• No results found

Aspecten met betrekking tot de transitie 1. Activiteiten die nodig zijn in de transitie

4. Effecten per variant voor Caribisch Nederland

4.1 Variant 1 – Sédula+, ID-nummer, PIVA

4.1.1 Aspecten met betrekking tot de transitie 1. Activiteiten die nodig zijn in de transitie

a. Aanpassingen in de identiteitsdocumenten;

Er moet een nieuw model voor de sédula (de sédula+) worden ontwikkeld. Het Ministerie van BZK moet het ontwerp en de daadwerkelijke productie aanbesteden.

b. Aanpassingen in het persoonsnummer;

Het persoonsnummer blijft ongewijzigd.

c. Aanpassingen in de registraties;

In beginsel wordt in deze variant de persoonsregistratie en de documentregistratie niet aangepast. Wel is het zo dat de registratie van documentnummers van de huidige sédula’s nu met CAS wordt gevoerd. De sédula+ moet echter waarschijnlijk in Europees Nederland worden geproduceerd (tenzij er een betrouwbare leverancier in het Caribisch gebied kan worden gevonden). Het aanvragen van een sédula+ bij een Nederlandse leverancier kan niet met het huidige CAS. Het ligt daarom voor de hand om dan het al bij burgerzaken aanwezige RAAS (voor het aanvragen van paspoorten in Nederland) hiervoor te gaan gebruiken. RAAS heeft al functies voor het beheer van

documentnummers, een koppeling met een externe leverancier en een tweezijdige koppeling met PIVA (ophalen van persoonsgegevens en teruggeven van het

documentnummer). Het documentnummer van de sédula+ kan op deze wijze ook zonder veel wijzigingen in PIVA worden opgeslagen. Het is dan handig om, net als voor het paspoort, de administratie van verlies/diefstal/inname van de sédula+ ook in PIVA te doen.

67 Variant 1 – Sédula+, ID-nummer, PIVA

Er kan voor gekozen worden om op basis van de registratie van vermissing van een sédula+ in PIVA ook het BasisRegister Reisdocumenten en het Verificatieregister te voeden. Maar dit staat los van de vervanging van de sédula en in deze beschrijving gaan we er vanuit dat dit vooralsnog niet gebeurt.

Voor wat betreft de registratie van documentnummers van de oude sédula’s - waarvan de geldigheid nog niet verlopen is - zijn er twee opties. De eerste is de documentgegevens uit CAS éénmalig over te brengen naar de PIVA. De tweede is om CAS te blijven gebruiken tot alle oude sédula’s uit de omloop zijn.

d. Aanpassingen in processen;

De aanvraag, productie- en verstrekkingsprocessen rondom de sédula worden gewijzigd (van decentraal naar centraal – zie ook bijlage 7). Om dat te realiseren moeten de beschrijving van de administratieve organisatie en interne controle (ao/ic) op dit punt worden aangepast.

Bij verlies, diefstal of inname van sédula’s wordt de administratie niet meer in CAS bijgehouden maar in PIVA. Zo is er altijd een actuele lijst met daarop de nummers van sédula’s die in het maatschappelijk verkeer mogen worden gebruikt.

De beschrijving van de documentnummeradministratie en interne controle moet worden gewijzigd.

Omdat de sédula+ nu net als de NIK geheime derdelijns echtheidskenmerken krijgt zal het ECID in Europees Nederland ingeschakeld moeten worden om bij het vermoeden van fraude de echtheid van een sédula+ vast te kunnen stellen. Dit kan worden ingeregeld zoals dat nu al voor het paspoort gebeurt.

De processen met betrekking tot de controle van identiteitsdocumenten veranderen niet.

Weet een controleur niet zeker of een document echt en geldig is, dan moet deze contact opnemen met Burgerzaken. Buiten Burgerzaken is er geen (digitale) inzage in de

documentregistratie.

e. Aanpassingen in (ICT-) systemen en gegevens (kaarten, registraties) van de overheid;

De benodigde aanpassingen in de (ICT-)systemen zijn de volgende:

 De module reisdocumenten in de PIVA-applicatie en het RAAS-station moeten worden aangepast. Het moet mogelijk worden om de aanvraag van een sédula+

met RAAS te doen en het documentnummer in PIVA op te slaan. Daarbij moeten, net als bij het paspoort de relevante persoonsgegevens door PIVA aan het RAAS-station worden geleverd .

 De producent van de sédula+ moet systemen ontwikkelen die de sédula+ kunnen produceren, personaliseren en verzenden.

 Hoewel het CAS niet meer wordt gebruikt voor de sédula+ zal het nog in gebruik blijven tot de laatste oude sédula is vervallen.

68 Variant 1 – Sédula+, ID-nummer, PIVA

f. Aanpassingen in wet- en regelgeving;

Het model van de sédula, dat is opgenomen in de bijlage van de Regeling identiteits-kaarten BES, zal gewijzigd moeten worden bij ministeriële regeling.

g. Benodigde opleidingen en voorlichting;

De medewerkers van Burgerzaken in Bonaire, St. Eustatius en Saba moeten het nieuwe werkproces voor de uitgifte van sédula’s aanleren. Dat proces lijkt veel op dat voor het paspoort, waarmee de medewerkers van Burgerzaken al bekend zijn. De opleiding is voor medewerkers dan ook eenvoudig, en het trainingsmateriaal is relatief gemakkelijk op te bouwen uit bestaand materiaal.

Controlerende instanties als de KMar en de politie moeten bekend worden gemaakt met echtheidskenmerken van de nieuwe sédula+. Ook moeten zij leren hoe zij de echtheid kunnen controleren (aan de hand van de echtheidskenmerken, en eventueel met behulp van het ECID. Trainingsmateriaal kan eenvoudig worden opgebouwd uit het materiaal uit Europees Nederland.

Burgers, bedrijven en medeoverheden moeten worden voorgelicht over het waarom van een nieuwe sédula(+) en over de nieuwe echtheidskenmerken. De omvang en aard van de communicatiecampagne is vergelijkbaar met die van de invoering van de sédula op 10-10-‘10.

h. Aanpassingen bij andere (semi) overheden en bedrijven;

Andere overheden in Caribisch of Europees Nederland hoeven geen aanpassingen te doen. Bedrijven in Caribisch Nederland hoeven geen aanpassingen te doen.

2. De aanpak en volgtijdelijkheid van de transitie

De sédula+ kan het best worden ingevoerd door vanaf een bepaalde datum te stoppen met de uitgifte van de oude sédula. De bevolking moet goed worden geïnformeerd over de overgangs-datum, de geldigheid van de oude sédula, de kosten en de nieuwe doorlooptijd van een aanvraag.

Voor wat betreft het uitfaseren van de oude sédula zijn er twee opties. De oude sédula kan vanaf een bepaalde datum ongeldig worden verklaard. Of de oude sédula’s blijven geldig tot aan de op de sédula aangegeven datum (maximaal 5 jaar). De eerste optie is aanzienlijk duurder omdat de houders van sédula’s die nog geldig zijn gecompenseerd moeten worden.

Afhankelijk van de precieze duur van het ontwikkeltraject en de keuze met betrekking tot de uitfasering kan de sédula+ binnen anderhalf tot twee jaar zijn ingevoerd.

3. Globale eenmalige kosten van de transitie

De eenmalige kosten voor het realiseren van deze variant bestaan (vooral) uit het ontwikkelen van een nieuw model sédula, aanpassen van de systemen en het inregelen van de productie en processen.

69 Variant 1 – Sédula+, ID-nummer, PIVA

Wanneer de overheid er voor kiest om de bestaande sédula ongeldig te verklaren vóór deze officieel ongeldig zouden zijn (5 jaar), dan zal zij de burgers hiervoor moeten compenseren. Een gratis verstrekking van een nieuwe sédula+ aan alle ingezetenen van Caribisch Nederland die ouder zijn dan 12 jaar (circa 17.800 personen) kost circa € 250.000 aan rijksleges en een onbekend bedrag aan gemiste leges voor het openbaar lichaam (zie punt 7 hierna).

De eenmalige kosten kunnen pas worden geraamd nadat er politieke keuzes zijn gemaakt over bijvoorbeeld de veranderaanpak. Dit kan in een nog uit te voeren haalbaarheidsonderzoek, waarin aannames worden gedaan over verschillende onzekerheden.

We geven nu dan ook alleen een globale indicatie van de eenmalige transitiekosten – gebaseerd op schattingen van leveranciers, BPR en Berenschot in het geval van een geleidelijke vervanging van de sédula: 55

4. De risico’s van de transitie

De risico’s van deze verandering zijn klein. Het veranderproces is namelijk bekend, omdat in 2010 nog een nieuw model sédula is ingevoerd. En ook de aanvraag- en productieprocessen zijn bekend – want zij lijken sterk op die van het paspoort.

5. De verandercapaciteit en -bereidheid van overheden

Het invoeren van de sédula+ is geen grote opgave, dus de benodigde verandercapaciteit is ook gering (en voldoende).

De bereidheid van de (lokale) overheid om deze variant te realiseren is echter wisselend. Aan één kant twijfelt de lokale overheid, zoals de KMar en Burgerzaken, aan het nut van deze variant – temeer omdat er net een nieuw document is ingevoerd. Aan de andere kant menen de

geïnterviewden dat deze variant veel minder ingrijpend is dan de andere varianten.

Voor meer inzicht in de mening van betrokken experts over de invoering van een sédula+ verwijzen wij naar het gespreksverslag van de conferentie; deze is te vinden in bijlage 5.

6. De veranderbereidheid van de burgers en bedrijven

De geïnterviewden geven (als burger) aan dat zij niet enthousiast zijn over deze variant. De sédula+

is verplicht, wordt duurder, de procedure gaat langer duren (tot circa 15 dagen) en men moet twee keer naar Burgerzaken voor een nieuw document.

Bedrijven ondervinden geen bijzondere voor- of nadelen in deze variant.

55 In deze range staat ieder icoon voor twee à drie ton in euro’s.

70 Variant 1 – Sédula+, ID-nummer, PIVA

4.1.2 Structurele effecten

7. Veranderingen in de structurele kosten

De structurele kosten voor de verstrekking van de sédula+ bestaan uit de rijksleges per

identiteitsdocument plus een toeslag van het openbaar lichaam. In de rijksleges zijn alle kosten die het agentschap BPR maakt voor de identiteitsdocumenten verrekend, ook de kosten van de RAAS-stations. De rijksleges voor een NIK bedragen € 13,90 (tarief 2012). Het maximale tarief van een identiteitskaart voor de burger in Europees Nederland is vastgesteld op € 40,05 (tarief 2012). Dit is inclusief de rijksleges.

Op dit moment wordt de sédula aan burgers verstrekt voor een bedrag van circa $ 9. Daarin is een bedrag van $ 3 aan rijksleges opgenomen. Dit bedrag is echter onvoldoende om de structurele kosten voor de verstrekking van de sédula te compenseren. Het verschil wordt door het ministerie van BZK aangevuld.

Op dit moment is nog niet te zeggen welk deel van de kosten van de sédula+ door de burger, door het openbaar lichaam of door het Rijk zullen worden gedragen. Omdat de sédula+ een verplicht document voor alle ingezetenen in Caribisch Nederland is, zijn er redenen om de prijs van de verplichte identiteitskaart voor de burger niet veel hoger te maken dan nu het geval is. De Rijksoverheid zal daarom een deel van de kosten voor haar rekening moeten nemen.

8. Doelmatigheid van de identiteitsinfrastructuur

De doelmatigheid van de identiteitsinfrastructuur is gedefinieerd als de verhouding tussen de verbetering van de kwaliteit van de identiteitsinfrastructuur in relatie tot de veranderingen in de structurele kosten. Met de sédula+ ontstaat er een beter beveiligde identiteitskaart (+) maar neemt de dienstverlening naar de burgers af (-). De structurele kosten veranderen nauwelijks. De

doelmatigheid blijft min of meer gelijk aan die in de huidige situatie.

9. Duurzaamheid

De duurzaamheid van deze variant is laag. Investeringen die worden gedaan om een nieuw identiteitsdocument te ontwikkelen gaan verloren als later alsnog de NIK wordt ingevoerd.

Ook is het aannemelijk dat op termijn het ID-nummer en PIVA alsnog vervangen zullen worden (in lijn met de bestuurlijke afspraak om zoveel mogelijk over te gaan op de Europees Nederlandse infrastructuur).

4.1.3 De kwaliteit van de identiteitsinfrastructuur

10. De juistheid en volledigheid van de basisadministratie persoonsgegevens

a. De mate waarin de op de burgerlijke stand gebaseerde persoonsgegevens in de

basisadministratie (zoals naam, geslacht, geboortedatum, ouder…) overeenkomen met de brondocumenten;

Dit aspect van juistheid en volledigheid wordt niet beïnvloed door deze variant.

71 Variant 1 – Sédula+, ID-nummer, PIVA

b. De mate waarin verblijfplaatsgegevens in de basisadministratie (gemeente van inschrijving, straatnaam, huisnummer) juist zijn;

Dit aspect van juistheid en volledigheid wordt niet beïnvloed door deze variant.

c. De mate waarin de basisadministratie overeenstemt met de feitelijke situatie. Bijvoorbeeld of een ingeschreven persoon nog wel woonachtig is op het openbaar lichaam. Hier speelt ook de tijdigheid een rol;

Dit aspect van juistheid en volledigheid wordt niet beïnvloed door deze variant.

d. De procedures die worden gehanteerd om de kwaliteit van de basisadministratie te handhaven, te controleren of te verbeteren. Denk bijvoorbeeld aan de controles op dubbele inschrijvingen, bijvoorbeeld aan de hand van het BSN, aan de overdracht van persoonsgegevens bij een verhuizing tussen de verschillende delen van het Koninkrijk of aan verplicht gebruik en verplichte terugmelding;

Dit aspect van juistheid en volledigheid wordt niet beïnvloed door deze variant.

11. Bestendigheid tegen identiteitsfraude

a. De mate waarin het document bestendig is tegen namaak, aanpassing of gebruik door iemand anders dan de rechtmatige houder;

Het invoeren van een sédula+ heeft verschillende positieve effecten op de bestendigheid tegen identiteitsfraude. Deze volgen uit het feit dat de sédula+ technisch gelijk is aan de NIK:

Het wordt lastiger om het document aan te passen of na te maken. De sédula+ heeft meer zichtbare echtheidskenmerken dan de sédula en heeft geheime echtheidskenmerken waardoor namaak moeilijker wordt.

Look-alike fraude plegen wordt moeilijker. In de chip op de sédula+ kunnen biometrische kenmerken van de houder worden aangebracht (vingerafdrukken). Als deze worden uitgelezen kan worden gecontroleerd of de drager, die misschien lijkt op de pasfoto, ook echt de

rechtmatige houder is.

b. De mate waarin het uitgifte en inname proces voorkomt dat een burger ten onrechte houder wordt van het document;

De huidige sédula wordt decentraal gepersonaliseerd. In theorie kan een inbreker nog niet gepersonaliseerde sédula’s met folie proberen te stelen om met eigen apparatuur illegaal sédula’s aan te maken. De sédula+ wordt echter aangemaakt in één centrale en beter beveiligde faciliteit. Daarbij zijn er lokaal geen niet-gepersonaliseerde sédula’s meer aanwezig.

c. De mate waarin controlerende instanties de geldigheid van een identiteitsdocument kunnen controleren;

De sédula+ kan beter op echtheid worden getoetst (eventueel met hulp van de ECID).

72 Variant 1 – Sédula+, ID-nummer, PIVA

12. Bescherming van de privacy van personen

De bescherming van de privacy van personen verandert niet door het invoeren van een sédula+.

13. De kwaliteit van de dienstverlening aan burgers

a. De administratieve lasten voor burgers voor het verkrijgen van een identiteitsdocument;

De administratieve lasten voor burgers nemen toe:

Burgers kunnen de sédula+ niet direct bij de aanvraag al meekrijgen. De doorlooptijd wordt dan ook langer, tot maximaal 15 werkdagen. In noodgevallen kan de burger een noodpaspoort en/of een uittreksel uit PIVA krijgen.

Burgers moeten niet één maar twee keer naar de balie om een sédula(+) in handen te krijgen. Het gaat om ongeveer 17.000 ingezetenen boven 12 jaar die eens per 5 jaar een extra maal langskomen bij Burgerzaken. Dat zijn circa 3.500 extra bezoeken op jaarbasis.

Waarschijnlijk zijn de rijksleges voor de sédula+ vergelijkbaar met die van de NIK (tarief 2012 € 13,90). De leges die de burger moet betalen voor deze sédula+ wordt door het openbaar lichaam zelf vastgesteld. Als wordt uitgegaan van voortzetting van het Nederlands Antilliaanse principe dat deze kaart toegankelijk moet zijn – want verplicht voor alle ingezetenen – komen de eventuele extra kosten voor rekening van de minister van BZK. Als wordt overgegaan op het Nederlandse principe van

kostendekkende tariefstelling, worden de leges voor de burger – en daarmee zijn administratieve lasten – veel hoger dan voor de huidige sédula.

b. De mate waarin het principe “eenmalige verstrekking, meervoudig gebruik” is doorgevoerd;

Dit aspect wordt niet beïnvloed door deze variant.

c. Overige administratieve lasten.

Geen.

14. De kwaliteit van de verstrekkingen aan overheden

De kwaliteit van verstrekkingen uit PIVA wijzigt op één punt: het wordt mogelijk om uit PIVA gegevens te verstrekken van nog niet verlopen sédula+ die niet meer in roulatie mogen zijn, bijvoorbeeld als gevolg van diefstal.

15. De integriteit van de infrastructuur (gaten en overlappingen)

Er zal - als gevolg van de bij in het vorige punt genoemde verbetering - een kleine verbetering in de integriteit van de identiteitsinfrastructuur optreden..

73 Variant 2 – NIK/Vreemdelingendocument, ID-nummer, PIVA

4.1.4 Secundaire effecten

16. Additioneel gebruik van het identiteitsdocument door de burger a. Het overschrijden van landsgrenzen;

Er is geen wijziging ten opzichte van huidige situatie.

b. Het identificeren in andere landen;

Er is geen wijziging ten opzichte van huidige situatie.

c. Het kunnen aantonen van ingezetenschap, bijvoorbeeld ten behoeve van zorg.

Er is geen wijziging ten opzichte van de huidige situatie.

d. Het onderstrepen van de eilandelijke identiteit.

Er zijn twee mogelijkheden. In het eerste geval wordt er één nieuwe sédula+ ontwikkeld voor alle Caribisch Nederlandse eilanden. Dit heeft schaalvoordelen, maar gaat ten koste van de eilandspecifieke kenmerken (eigen wapen, benadrukken naam van het eiland). In dat geval onderstreept het document niet op welk eiland de ingezetene woont. De tweede mogelijkheid is dat de eilanden elk een eigen ontwerp behouden.

17. Gebruik van het identiteitsdocument door bedrijven Er is geen wijziging ten opzichte van huidige situatie.