• No results found

Beleidsveld Stedelijke hoofdstructuur

In document Gemeenterekening-2013-4.pdf PDF, 5.69 mb (pagina 176-183)

Veel autoverkeer in zuidoosten Groningen

Vooral ten zuiden en oosten van de binnenstad zijn de knelpunten in de autobereikbaarheid dagelijks waarneembaar. Gezien de al bestaande verkeersdruk in het zuidoosten van de stad en de verwachte toename door de ontwikkeling van de Eemskanaalzone is hier nieuwe infrastructuur nodig.

Doelen Wat wilden we bereiken?

De doorstroming van de auto op onze stedelijke hoofdstructuur verbeteren. MEETBAAR RESULTAAT 2013 indicator Behaald 2012 Beoogd 2013 Behaald 2013 Middellang termijndoel (2016) Aantal auto’s op het

binnencordon (werkdag)

244.300 240.000 228.400 238.000

Aandeel van de auto in de modal split binnen de gemeente Groningen

39,1%* - - 30-35%*

* Het aandeel van de auto in de modal split bepalen we met behulp van het verkeersmodel. Dit verkeersmodel actualiseren we om de 4 á 5 jaar. De laatste actualisatie vond plaats in het najaar van 2011 en op basis van gegevens uit 2008. In 2008 was het aandeel van de auto in de modal split 39,1%. Het nieuwe verkeersmodel volgt in 2015 en gebruikt 2012 als basisjaar.

Activiteiten Wat hebben we hiervoor gedaan?

Sontweg / Sontbrug

We leggen de Sontbrug en het Sontwegtracé aan om Meerstad te ontsluiten en te verbinden met de bestaande stad. De Sontbrug krijgt een gescheiden infrastructuur voor fiets, auto en bus over het Winschoterdiep. In 2013 is de planuitwerking afgerond en heeft de aanbesteding plaatsgevonden. Tevens is in 2013 begonnen met de uitvoering van de Eltjo Ruggeweg (aansluiting Sontweg en Bornholmstraat), de reconstructie van de Sontweg (fase 1) en de herinrichting van de St. Petersburgweg.

Boerhaaverotonde

We passen de Boerhaaverotonde aan om de doorstroming van en naar het Martiniziekenhuis te verbeteren. Daarnaast worden in het wegennetwerk rondom het Martiniziekenhuis nog optimalisaties doorgevoerd. Bij deze optimalisaties is rekening gehouden met toekomstige ontwikkelingen rondom het Martiniziekenhuis. De te nemen maatregelen zorgen ervoor dat de bereikbaarheid van het Martiniziekenhuis voor zowel de ambulance als het openbaar vervoer sterk verbetert. In 2013 is een variantenstudie gedaan en heeft uitgebreid verkeerskundig onderzoek plaatsgevonden.

Vervangen Herewegviaduct

Het Herewegspoorviaduct is meer dan honderd jaren oud en toe aan vernieuwing. Ten behoeve van deze opgave is in oktober 2012 een verkennende studie naar de verschillende varianten voor vernieuwing afgerond. Op basis hiervan heeft het college opdracht gegeven om in de eerste helft van 2014 een voorkeursvariant uit te werken voor de vernieuwing van het viaduct, die kan worden uitgewerkt in een concreet programma van eisen voor aanbesteding. De geschatte kosten voor vernieuwing bedragen 25 tot 30 miljoen euro.

Belangrijk element bij de vernieuwing is de eis van Pro Rail om de vrije doorrijhoogte onder het viaduct te vergroten met 50 centimeter. Onderzocht wordt op welke wijze deze eis kan worden gehonoreerd, met zo weinig mogelijk negatieve effecten voor gebruikers (met name fietsers) van het viaduct en omwonenden.

Omdat het Herewegspoorviaduct een belangrijke sleutel vormt in de bereikbaarheid van Groningen is in overleg met Groningen Bereikbaar besloten om tevens te onderzoeken of de vernieuwing nog een aantal jaren kan worden uitgesteld. Het antwoord op deze vraag is van belang in relatie tot de planning van andere grote infrastructurele projecten die de komende jaren op stapel staan in Groningen (Denk daarbij aan Aanpak Ring Zuid, Spoorknoop en Paterswoldsewegtunnel). Zie ook: Programma 9 Onderhoud en beheer openbare ruimte, deelprogramma Onderhoud infrastructuur.

Visie autostructuur / sectorenmodel

De komende jaren staan grote infrastructurele veranderingen op stapel. De verbouwing van de Zuidelijke Ringweg en de aanleg van het Sontwegtracé leiden tot aanpassingen in de

verkeerscirculatie van de stedelijke hoofdwegenstructuur. De routekeuze van een deel van de automobilisten valt daardoor straks anders uit. De huidige verdeling van het autoverkeer in onze stad gaat daardoor veranderen. Op sommige wegen wordt het drukker en op andere juist minder druk. Bovendien verandert de verkeersbelasting van kruispunten en daardoor de

doorstromingscapaciteit. In 2013 heeft het college besloten niet verder te gaan met het onderzoek naar de uitbreiding van een sectorenmodel. Wel is de autostructuur opgenomen in het

Bereikbaarheidsplan en zal in de uitwerking van dit plan verder worden opgepakt.

Conclusie Wat hebben we bereikt?

Om de bereikbaarheid van zuidoostelijk stadsdeel te verbeteren is in 2013 begonnen met de realisatie van het Sontwegtracé en –brug. Om de doorstroming voor het autoverkeer op de stedelijke hoofdstructuur nog verder te verbeteren is in 2013 met de actualisatie van de Netwerkanalyse een pakket met automaatregelen vastgesteld.

Beleidsveld

In de wijken

In het beleidsveld “in de wijken” hebben we oog voor relatief kleine verkeersproblemen die zich voornamelijk in onze woonwijken voordoen. Het gaat daarbij vooral om maatregelen die de verkeersveiligheid en leefbaarheid in de wijk verbeteren

Doelen Wat wilden we bereiken?

Verbeteren van de verkeersveiligheid en leefbaarheid in onze wijken.

Activiteiten Wat hebben we hiervoor gedaan?

Diverse kleine verkeersmaatregelen en reconstructies

Tot en met 2015 is een jaarlijks budget beschikbaar van 175 duizend euro om gehoor te kunnen geven aan verzoeken van Stadjers. In 2013 hebben we met dit budget ruim 50 verzoeken om kleine ingrepen uitgevoerd, zoals het aanbrengen van een zebrapad, het verbeteren van een looproute, het verbeteren van de parkeersituatie in de wijk of bijvoorbeeld het plaatsen van een verkeersbord of hekje. Bij deze onvoorziene infra-projecten gaat het om een maximale investering van 10 duizend euro (het merendeel van de opdrachten bedraagt overigens maximaal 500 euro), die minder dan 8 uur planuitwerking vergen en een zo breed mogelijk publiek

belang dienen.

In 2013 hebben we ook drie grotere projecten (>10 duizend euro) uit het budget betaald. Het gaat hier om de maatregelen die nodig waren voor het “buitenom de binnenstad” laten rijden van buslijn 15 (12 duizend euro), een vervolg op het verkeersplan Zernike (11 duizend euro) en het treffen van verkeersveiligheidsmaatregelen aan de Eemsgolaan (40 duizend euro).

Conclusie Wat hebben we bereikt?

We komen aan veel verzoeken van Stadjers tegemoet en leveren op deze manier een snelle bijdrage aan de verbetering van de verkeersveiligheid en leefbaarheid in de wijken.

Deelprogramma 4

PARKEREN

In ons parkeerbeleid maken we onderscheid tussen kort en lang parkeren. Met kort parkeren bedoelen we bezoekers van de stad die bijvoorbeeld gaan winkelen, naar het museum gaan of op bezoek komen in het ziekenhuis. Deze doelgroep faciliteren we, liefst in parkeergarages, dichtbij de plaats van bestemming. Met lang parkeren richten we ons met name op de grote groep forenzen van onze stad. Hiervoor realiseren we P+R-terreinen aan de randen van de stad.

Beleidsvelden

Parkeervoorzieningen Parkeerbedrijf

GELD

Het lastentotaal van het deelprogramma parkeren bedraagt 14,0 miljoen euro. Deze lasten worden gedekt uit de exploitatie van het parkeerbedrijf.

Beleidsveld

Parkeervoorzieningen

In de stad bieden we verschillende vormen van parkeren aan. Parkeren op straat en in garages dichtbij het centrum voor kortparkeerders, in buurtstallingen voor inwoners van onze schilwijken en op P+R-terreinen aan de randen van de stad voor langparkeerders.

Doelen Wat wilden we bereiken?

Bezoekers en gebruikers van onze stad goede parkeervoorzieningen bieden. MEETBAAR RESULTAAT 2013

indicator Behaald 2012 Beoogd 2013 Behaald 2013

Middellang termijndoel (2016) Gemiddelde bezetting P+Rterreinen op werkdagen 59% 70% 59% 80% Gemiddeld rapportcijfer P+R 7,8 8 7,6 8 Gemiddeld rapportcijfer parkeergarages 7,5 8 7,5 8

Activiteiten Wat hebben we hiervoor gedaan?

Om te kunnen voldoen aan de parkeervraag bouwen we een aantal parkeergarages nabij de binnenstad en breiden we op strategische plaatsen aan de randen van de stad de capaciteit van P+R-terreinen uit. Ook geven we de bestaande P+R-terreinen een kwaliteitsimpuls en treffen we specifieke duurzaamheidsmaatregelen.

Parkeergarages bouwen

We bouwen drie parkeergarages in de stad om (kort) parkeren dichtbij de bestemming te faciliteren. Dit zijn de Damsterdiepgarage, de parkeergarage onder SOZAWE en de parkeergarage onder het Forum.

In 2013 is de Damsterdiepgarage volledig opgeleverd en zijn de laatste 300 parkeerplaatsen beschikbaar gekomen. Ook de bouw van de parkeergarage SOZAWE is afgerond en de garage is inmiddels in gebruik genomen. Eind 2011 is het project Groninger Forum / Oostwand begonnen, waaronder de bouw van de Forum-garage. De bouw is in volle gang en ingebruikname is voorzien in 2017.

P+R-terreinen aanleggen of uitbreiden

Het realiseren van P+R-voorzieningen is een speerpunt in ons eigen en het regionale beleid. Op strategische plaatsen aan de randen van de stad realiseren wij P+R-terreinen zodat we de druk op

het wegennet in de stad verminderen. Samen met de regionale partners is in 2013 de regionale bereikbaarheidsstrategie geactualiseerd en daarin is het grote belang van P+R voor de

bereikbaarheid herbevestigd. In afwachting van die actualisatie zijn investeringen in P+R-terreinen tijdelijk ‘on hold’ gezet.

Voor de P+R Haren geldt dat wij samen met de gemeente Haren en de provincie Groningen wel doorwerken aan een uitbreiding met 500 parkeerplaatsen. Het definitief ontwerp is gereed en afgestemd met bewoners. In 2014 start de realisatie.

Kwaliteit P+R-terreinen verbeteren

In onze parkeernota is de ambitie opgenomen om de kwaliteit van P+R terreinen te verbeteren. Voorbeelden van concrete maatregelen zijn een betere en actuele verwijsinformatie, goede verlichting en toiletvoorzieningen. Vanwege dezelfde redenen als de stagnatie rondom de aanleg en uitbreiding van P+R-terreinen is dit project uitgesteld tot 2014.

Parkeerregulering oude wijken

Samen met de bewoners van de Oranjewijk is in 2013 een Parkeerplan ontwikkeld, dat maatregelen bevat waarmee de parkeeroverlast in de wijk kan worden teruggedrongen. Er is inspraak opgestart over het concept-besluit om betaald parkeren in te voeren in het resterende deel van de Oranjebuurt en de Noorderplantsoenbuurt. Invoering is voorzien eind 2014.

Een vergelijkbaar traject voor de Oosterparkwijk, Korrewegwijk en de Hoogte is in 2013 niet opgestart, vanwege het ontbreken van dekking voor de te maken plankosten. Om deze reden kan ook in 2014 hier nog niet mee worden gestart.

Duurzaamheidsmaatregelen parkeren

We treffen maatregelen rondom parkeren die de duurzaamheid ten goede komen. Zo hebben we in parkeergarages, op P+R-terreinen en op openbare plaatsen in de stad laadpunten voor elektrische voertuigen gerealiseerd. Op de P+R Hoogkerk is intelligente straatverlichting aangebracht, die alleen brandt als zich voertuigen of personen op het terrein bevinden.

Conclusie Wat hebben we bereikt?

De bouw van twee parkeergarages is afgerond en er zijn stappen gezet in de uitbreiding van de P+R Haren, de parkeerregulering in oude wijken en het aanbrengen van duurzaamheidsmaatregelen. Er is weliswaar een pas op de plaats gemaakt met de overige investeringen in P+R, maar met de vaststelling van de regionale bereikbaarheidsstrategie is de basis gelegd om vanaf 2014 een nieuwe start te kunnen maken.

Beleidsveld

Parkeerbedrijf

Kostendekkende exploitatie

Het Parkeerbedrijf is primair belast met de uitvoering van de beleidsmaatregelen op het gebied van parkeren. De werkzaamheden richten zich op de exploitatie van betaald parkeergebieden en de verschillende parkeervoorzieningen (parkeergarages, P+R-terreinen, buurtstallingen en fietsenstallingen). Daarnaast verstrekt het Parkeerbedrijf vergunningen en ontheffingen.

Doelen Wat wilden we bereiken?

De hoofddoelstelling van het gemeentelijk parkeerbeleid is bijdragen aan een bereikbare, duurzame en aantrekkelijke stad. Het Parkeerbedrijf ondersteunt dit door middel van sturing op het gebruik van parkeervoorzieningen door het aanbieden van een gedifferentieerd aanbod, gepaard gaande met een uitstekende digitale dienstverlening. Uitgangspunt hierbij is een kostendekkende exploitatie.

Activiteiten Wat hebben we hiervoor gedaan?

Resultaat parkeerbedrijf

Het Parkeerbedrijf staat al enkele jaren financieel onder druk. 2013 is afgesloten met een tekort van bijna € 0,9 miljoen en ook voor 2014 en 2015 worden tekorten verwacht. In 2013 is uitvoering gegeven aan de ‘Motie parkeerimpuls garages’, waarin onder andere is opgenomen dat de bezettingsgraad van garages dient te verbeteren door het prijsverschil tussen straat- en

garagetarief te verkleinen en het parkeren op straat minder aantrekkelijk te maken. Tevens is in navolging van de motie actief werk gemaakt van acquisitie van (collectieve) huurovereenkomsten voor het parkeren in parkeergarages door buurtbewoners, hetgeen geresulteerd heeft in een voorstel voor bewoners van CiBoGa.

Tevens zijn in 2013 diverse tariefmaatregelen uitgerold welke moeten leiden tot een verhoging van de omzet. De voorgestelde maatregelen sluiten aan bij het coalitieakkoord 2012-2014, waarin is bepaald dat het Parkeerbedrijf commerciëler moet gaan werken en experimenten met

prijsdifferentiatie tot uitvoering moeten worden gebracht.

Als laatste is in 2013 de Marketingcampagne P-stad uitgerold voor de Oosterpoort-, Boterdiep en de Damsterdiepgarage.

Het resultaat van het Parkeerbedrijf (0,9 miljoen euro negatief) wordt vooral veroorzaakt door een lagere omzet van de Damsterdiepgarage en een iets mindere groei van de omzet uit de fiscale parkeerhandhaving.

Straatparkeren

In Groningen staan 289 Parkeerautomaten die een jaaromzet genereren van ruim 3 miljoen euro (tickets en omzet GSM-parkeren). De totale omzet bedraagt 7,2 miljoen euro (vergunningen, boetes, tickets, bezoekerspassen en ontheffingen). Met 3,1 miljoen euro aan kosten bedraagt het totale resultaat van het straatparkeren ruim 4 miljoen euro. Hoewel het straatparkeren dus geld oplevert, is dit niet voldoende om de (aanloop)verliezen van de parkeergarages, de kosten van het fietsparkeren (1 miljoen euro per jaar) en het beheer/onderhoud van de P+R-terreinen (250.000 euro per jaar) te dekken.

In 2013 is de aanbesteding van card only parkeerautomaten afgerond en in januari 2014 zijn de eerste test-automaten geplaatst in de Oosterpoort. Indien deze test positief verloopt, dan zal vanaf eind 2e kwartaal 2014 de feitelijke plaatsing van de bijna 300 automaten van start gaan.

Exploitatie parkeergarages

Het structurele tekort van het Parkeerbedrijf wordt grotendeels veroorzaakt door de

achterblijvende omzetten (Oosterpoort- en Circusgarage) en langere aanloopperioden (Boterdiep- en Damsterdiepgarage) van de gemeentelijke parkeergarages in combinatie met “volgroeide” kapitaallasten.

2013 heeft duidelijk gemaakt dat de Damsterdiepgarage steeds beter wordt gevonden door de mensen, maar dat de garage waarschijnlijk een langere ingroeiperiode nodig heeft.

Het overall beeld is dat de omzetten van de meeste gemeentelijke garages onder druk staan, hetgeen zich ook op landelijke niveau laat zien.

In 2013 is tevens de marketingcampagne P-Stad uitgerold. Met bijbehorende marketing en communicatiemaatregelen willen we de bekendheid en bezettingsgraden van de gemeentelijke parkeergarages vergroten.

Beheer P+R-terreinen

In 2013 is P+R-terrein P3 afgesloten met een slagboom en heeft qua tariefstelling aansluiting gevonden bij het tarief van zowel de Euroborg- als ook de Station Europaparkgarage. Gebruikers van de P+R Citybus naar de binnenstad, parkeren gratis en kunnen de slagboom met hun buskaartje openen. Dit geldt ook voor gebruiker met een P+R-abonnement.

Ook is overeenstemming bereikt met de regionale partners over een bijdrage in de kosten voor het onderhoud en beheer van deze P+R terreinen. Voor 2013 en 2014 is de bijdrage 150 duizend euro.

Stadstoezicht

Het resultaat op de parkeerhandhaving bedraagt 200 duizend euro. Ten opzichte van het door de raad vastgestelde begrote resultaat is dit een afwijking van 100 duizend euro. Door langdurig ziekteverzuim is de inzet van de handhaving achtergebleven bij de prognose. Hierdoor zijn er minder bonnen uitgeschreven en daardoor minder opbrengsten gegenereerd.

Conclusie Wat hebben we bereikt?

Het Parkeerbedrijf kent een exploitatie met een hoog risico profiel en laat ook voor de komende jaren een kwetsbaar beeld zien. De ingroei van de Damsterdiepgarage, de onzekerheid over de bijdrage van regionale partners aan de exploitatie van P+R na 2014, de groei van de inkomsten uit de parkeerhandhaving en de ingroeiperiode van parkeergarage Forum (terugval resultaat in 2017) zijn forse risico’s voor de exploitatie van het Parkeerbedrijf.

De samenwerking tussen het Parkeerbedrijf en Stadstoezicht is verbeterd, voorstellen worden vooraf afgestemd. Eind 2013 is het Parkeerbedrijf gezamenlijk met Stadstoezicht een extern onderzoek gestart naar de efficiency en effectiviteit van parkeertoezicht en handhaving in de gemeente Groningen. De daaruit voortvloeiende aanbevelingen zullen in 2014 worden gepresenteerd en uitgevoerd.

Deelprogramma 5

VERKEERSVEILIGHEID

In onze stad moeten de inwoners zich veilig voelen, zo ook in het verkeer. Verkeersveiligheid staat dan ook hoog op de agenda. In de afgelopen decennia is de verkeersveiligheid

toegenomen, terwijl het aantal autokilometers nog steeds groeit. Het blijven inzetten op nog verdere daling van het aantal verkeersslachtoffers blijft daarom voortdurende aandacht vragen. Om verkeersveiligheid succesvol te kunnen bevorderen, is afstemming van

maatregelen op het gebied van infrastructuur, verkeerseducatie en handhaving noodzakelijk. Dit vraagt om een integrale benadering en nauwe samenwerking met politie maar ook met bijvoorbeeld schoolbesturen, ouders en bewoners.

Sinds 2010 worden de ongevallen met (zwaar) letsel niet meer goed geregistreerd. Dit is een landelijk probleem. Als gevolg van deze gebrekkige registratie kunnen er vanaf 2011 geen ongevallenanalyses meer worden gemaakt op basis waarvan richting gegeven kan worden aan beleidskeuzes die we maken op het gebied van inzet van verkeerseducatie en het aanpassen van infrastructuur.

Beleidsvelden

Verkeersveiligheid

GELD

Het lastentotaal van het deelprogramma verkeersveiligheid bedraagt 145 duizend euro. Deze lasten worden gedekt door een bijdrage uit de algemene middelen.

Beleidsveld

Verkeersveiligheid

Doelen Wat wilden we bereiken?

Een verkeersveilige stad.

Activiteiten Wat hebben we hiervoor gedaan?

Door middel van zowel fysieke maatregelen als door verkeerseducatie geven wij een impuls aan de verbetering van de verkeersveiligheid.

Afronden 30 km/h gebieden

In 2013 zijn de ‘black-spots’ aan de Floresstraat en de Haydnlaan/Troelstrastraat heringericht. De locatie Engelbert/Middelbert is nog niet afgerond vanwege een lopende bezwaarschriftprocedure en nader overleg met ondernemers uit het gebied.

De uitvoering van de vierde locatie aan de Vechtstraat is vertraagd in verband met het ontbreken van een deel van de financiering. Of en hoe het project wordt uitgevoerd is onderwerp van discussie.

Verkeerseducatie [Extra beleidsmiddelen]

Tot en met 2013 stelden wij jaarlijks een verkeerseducatieprogramma samen. Daarbij ligt de prioriteit bij het aanbieden van educatieprojecten aan kinderen en jongeren. Deze categorie verkeersdeelnemers is het meest kwetsbaar. Ook jonge automobilisten verdienen extra aandacht in verband met een piek in de ongevallencijfers in juist deze categorie verkeersdeelnemers. Bij het verkeerseducatieprogramma zijn vele partijen betrokken. De provincie als

subsidieverstrekker, de ANWB, diverse instanties die de educatie verzorgen en de scholen en jongeren, waar de educatie op is gericht.

In 2013 hebben we nog twee succesvolle beleidsmaatregelen uit kunnen voeren. Deze projecten worden in de eerste helft van 2014 afgerond, waarna geen vervolg aan dit programma wordt gegeven. De toekomst van verkeerseducatie is daarmee minder zeker.

Conclusie Wat hebben we bereikt?

In 2013 hebben we een grote groep kinderen enkele essentiële zaken bijgebracht over hoe ze zich in het verkeer moeten gedragen. Het directe effect daarvan is lastig meetbaar.

Deelprogramma 6

OVERIG VERKEER

Beleidsvelden

In document Gemeenterekening-2013-4.pdf PDF, 5.69 mb (pagina 176-183)