• No results found

HET VRPH

2. DE VERSCHILLENDE GROEPEN VAN BEPALINGEN

2.1. INHOUDELIJKE BEPALINGEN

2.1.26. ARTIKEL 24: ONDERWIJS

A. Inhoudelijk

Het recht op onderwijs is één van de belangrijkste mensenrechten, onder andere omdat het een toegangsvoorwaarde is voor de effectuering van andere

       

524G.QUINN, “A Short Guide to the United Nations Convention on the Rights of Persons with Disabilities” in G.QUINN en L.WADDINGTON (eds.), European Yearbook of Disability Law, vol.

1, Antwerpen, Intersentia, 2009, 107.

525A.D’ESPALLIER,S.SOTTIAUX en J.WOUTERS,De doorwerking van het VN-Verdrag inzake de Rechten van Personen met een Handicap, Antwerpen, Intersentia, 2014, 86.

mensenrechten zoals het recht op arbeid.526 Dit is ook de reden waarom het recht op educatie in tal van andere VN-instrumenten is opgenomen, zoals in artikel 26 UVRM, artikel 18(4) IVBPR en artikel 13 IVESCR.

Het VRPH opteert voor inclusie en is tegen segregatie in alle domeinen van het maatschappelijk leven. Dat het recht op onderwijs voor personen met een handicap principieel van inclusieve aard dient te zijn, blijkt uit het integraal opzet van het VRPH.527 Het is de doelstelling van het Verdrag om personen met een handicap het volledige genot van alle mensenrechten en fundamentele vrijheden te waarborgen, te beschermen en te bevorderen.528 Daarnaast moeten de verdragspartijen streven naar een volledige en daadwerkelijke participatie van personen met een handicap aan de samenleving, waarbij de toegang tot het onderwijs essentieel is.529 Het fundament van de inclusieve benadering op onderwijsvlak is gelegd op de UNESCO World Conference on special needs education, wat resulteerde in de Salamanca-verklaring.530 Deze verklaring is een concretisering van de principes die door de Verenigde Naties zijn opgenomen in de ‘Standard Rules on the Equalization of Opportunities for People with

       

526 HUMAN RIGHTS COUNCIL, Annual report of the United Nations High Commissioner for Human Rights and reports of the Office of the High Commissioner and the Secretary-General: Thematic study on the right of persons with disabilities to education, Twenty-fifth session, 18 december

2013, A/HRC/25/29, 3 (consulteerbaar via:

www.ohchr.org/EN/Issues/Disability/Pages/StudyRightOfPersonsWithDisabilitiesToEducation .aspx); G. DE BECO, “Het recht op onderwijs voor personen met een handicap volgens artikel 24 van het VN-Verdrag inzake de Rechten van Personen met een Handicap: juridische analyse en toepassing in Vlaanderen”, TJK 2013, 93; Punt N van de European Parliament Resolution 20 may 2015 on the List of Issues adopted by the United Nations Committee on the Rights of Persons with Disabilities in relation to the initial report of the European Union, 2015/2684 (RSP) (www.europarl.europa.eu).

527 G. LAUWERS, “Rechten in het onderwijs volgens het VN-Verdrag inzake de Rechten van Personen met een Handicap”, TORB 2013-14, 185.

528 Art. 1 VRPH.

529 Art. 3, puntje c VRPH; KINDERRECHTENCOMMISSARIAAT, “Advies ontwerp van decreet over maatregelen voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften”, Brussel, 7 januari 2014, 1 (consulteerbaar via: www.kinderrechtencommissariaat.be/advies/advies-ontwerp-van-decreet-over-maatregelen-voor-leerlingen-met-specifieke-onderwijsbehoeften); EUROPEAN ASSOCIATION OF SERVICE PROVIDERS FOR PERSONS WITH DISABILITIES, Dissemination Executive Summary Paper: EASPD-Barometer of Inclusive Education in Selected European Countries, Brussel/Siegen, ZPE – University of Siegen, 2011, www.icevi-europe.org/enletter/issue51-09EASPD1.pdf.

530 UNESCO, World Conference on special needs education – The Salamanca Statement and Framework for Action on Special Needs Education: Access and Equality, Salamanca, 1994, http://unesdoc.unesco.org/images/0009/000984/098427eo.pdf.

Disabilities’: alle kinderen moeten waar en wanneer mogelijk en ongeacht hun verschillen en specifieke noden samen onderwijs (kunnen) volgen.531/532

Het Verdrag waarborgt het recht op onderwijs van personen met een handicap.

Het bepaalt dat de verdragsluitende staten een inclusief onderwijssysteem op alle niveaus moeten waarborgen om het recht op onderwijs zonder discriminatie en op basis van gelijke kansen te verwezenlijken (art. 24, eerste paragraaf). De tweede paragraaf verduidelijkt wat het recht op inclusief onderwijs in de praktijk inhoudt.

Personen met een handicap mogen niet op grond van hun handicap worden uitgesloten van het algemene onderwijssysteem en evenmin van het gratis en verplicht basisonderwijs of van het voortgezet onderwijs.533 Personen met een handicap moeten toegang hebben tot inclusief, hoogwaardig en gratis basisonderwijs en tot voortgezet onderwijs en dit op basis van gelijkheid met anderen in de gemeenschap waarin zij leven.534 De bepaling schrijft voor dat partijen moeten waarborgen dat redelijke aanpassingen worden verschaft naar gelang de individuele behoefte van de persoon in kwestie.535 Binnen het algemeen onderwijssysteem moeten de personen met een handicap de ondersteuning ontvangen die zij nodig hebben om effectieve deelname aan het onderwijs te vergemakkelijken.536 Tot slot worden de verdragspartijen opgedragen doeltreffende, aan het individu aangepaste, ondersteunende maatregelen te nemen in omgevingen waarin de cognitieve en sociale ontwikkeling wordt geoptimaliseerd, overeenkomstig het doel van onderwijs, waarbij niemand wordt uitgesloten.537

Vanwaar de aandacht voor een inclusief onderwijssysteem? Het vroegere gedachtegoed over onderwijs en handicap wat vertaald werd als ‘separate but equal’, wordt momenteel beschouwd als een schending van het gelijkheidsbeginsel.538 De inclusiegedachte kadert in een proces dat zich afspeelt        

531 UNITED NATIONS, GENERAL ASSEMBLY, A/RES/48/96, 4 maart 1994 (consulteerbaar via www.un.org/disabilities/documents/gadocs/standardrules.pdf); M. VERBRUGGEN, “Too little too late: (g)een recht op inclusief onderwijs in Vlaanderen”, TvMR 2014, nr.2, 8.

532 MvT bij het ontwerp van decreet houdende instemming met het verdrag inzake de rechten van personen met een handicap en het facultatief protocol bij het verdrag inzake de rechten van personen met een handicap, opgemaakt in New York op 13 december 2006, Parl.St. Vl.Parl.

2008-09, nr. 2144/1, 12.

538 M. VERBRUGGEN, “Too little too late: (g)een recht op inclusief onderwijs in Vlaanderen”, TvMR 2014, nr. 2, 8.

op systeemniveau. Om een duurzame ontwikkeling van inclusie tot stand te brengen, moet het onderwijs deel uitmaken van deze systeemverandering.539

Daarnaast zijn er voordelen verbonden aan de keuze voor het inclusief onderwijs.540 Wetenschappelijke onderzoeken tonen aan dat inclusief onderwijs voordelen biedt in die zin dat leerlingen met een handicap die het gewoon onderwijs genieten meer kans hebben om hun schoolloopbaan af te sluiten, om verder te gaan studeren, om een job te krijgen,… kortom om actieve en aanvaarde leden te worden van de gemeenschap.541

Het inclusief onderwijs is de hoeksteen voor een inclusief denken in de maatschappij en een conditio sine qua non voor sociale en economische inclusie

       

539 M. AINSCOW, “Developing inclusive education systems: what are the levers for change?”, Journal of Educational Change 2005, vol. 6, afl. 2, 117.

540 Voor een uitvoerige bespreking van de voor- en nadelen van het inclusief onderwijssysteem zie: J.-S. GORDON, “Is Inclusive Education a Human Right?”, Journal of Law, Medicine & Ethics 2013, 41(4), 754-767.

541D.KONZA,“Inclusion of students with disabilities in new times: responding to the challenge” in P.

KELL, W. VIALLE, D. KONZA en G. VOGL (eds.), Learning and the learner: exploring learning for new times, University of Wollongong, 2008, 39-64; D.A. COLE, “Social integration and severe disabilities: A longitudinal analysis of child outcomes”, Journal of Special Education 1991, vol.

25, afl. 3, 340-351; J.C. JENKINSON, Mainstream or special? Education Students with Disabilities, Londen, Routledge, 155 p.; H.L. WANG, “Should All Students with Special Educational Needs (SEN) Be Included in Mainstream Education Provision? – A Critical Analysis”, International Education Studies 2009, vol. 2, afl. 4, 159; P. HUNT, F. FARRON-DAVIS, S. BECKSTEAD, D. CURTIS en L. GOETZ, “Evaluating the effects of placement of students with severe disabilities in general education versus special education”, Journal of the Association for Persons with Severe Handicaps 1994, vol. 19, afl. 3, 200-214; E.T. BAKER, M.C. WANG en H.J. WALBERG, “The effects of inclusion on learning”, Educational Leadership 1994, vol. 52, afl. 4, 33-35; D. MITCHELL, Education that fits: Review of international trends in the education of students with special educational needs,

University of Canterbury, 2010,

https://www.educationcounts.govt.nz/__data/assets/pdf_file/0016/86011/Mitchell-Review-Final.pdf, 133-136; C. MOORE, D. GILBREATH en F. MAIURI, “Educating Students with Disabilities in General Education Classrooms: A Summary of the Research”, Eugene, Western Regional Resource Center, 1998, 13 p; L. IDOL, “Toward Inclusion of Special Education Students in General Education”, Remedial and Special Education 2006, vol. 27, afl. 2, 77-94; R.S.

DESSEMONTET, G. BLESS en D. MORIN, “Effects of inclusion on the academic achievement and adaptive behaviour of children with intellectual disabilities”, Journal of Intellectual Disability Research 2011, 3; UNITED NATIONS,OFFICE OF THE UNITED NATIONS HIGH COMMISSIONER FOR HUMAN RIGHTS AND INTER-PARLIAMENTARY UNION, From Exclusion to Equality. Realizing the rights of persons with disabilities. Handbook for Parliamentarians on the Convention on the Rights of Persons with Disabilities and its Optional Protocol, Genève, United Nations, 2007, 84; S.J.

SALEND en L.M. DUHANEY, “The Impact of Inclusion on Students With and Without Disabilities and Their Educators”, Remedial and Special Education 1999, vol. 20, afl. 2, 115 en 118.

van alle personen.542 Indien kinderen tijdens hun schoolperiode niet het goede voorbeeld inzake inclusief denken en handelen krijgen aangeleerd, hoe moeten deze kinderen zich dan ooit het inclusief denken en handelen eigen maken dat nodig is voor een democratische, rechtvaardige en meer inclusieve maatschappij.543 Segregatie binnen het onderwijs leidt onverwijld tot een blijvende sociale segregatie. Vandaar is het noodzakelijk dat studenten/leerlingen tijdens hun opleiding de waarde van inclusie kunnen ontwikkelen, zowel binnen als buiten de formele settings.544

B. Doorwerking

Voor een uitgebreide bespreking van de doorwerking van artikel 24 VRPH wordt verwezen naar een studie van het Steunpunt Recht en Onderwijs.545 De studie benadrukt de kracht van het beginsel van redelijke aanpassingen. De redelijke aanpassingsplicht moet leiden tot een inclusieve onderwijsomgeving en vereist daarom dat de onredelijkheid van aanpassingen alleen in bijzondere omstandigheden kan worden ingeroepen.546 Het recht op inschrijving in het onderwijs is een basisbeginsel dat volgens de studie eenvoudig kan worden        

542 HUMAN RIGHTS COUNCIL, Annual report of the United Nations High Commissioner for Human Rights and reports of the Office of the High Commissioner and the Secretary-General: Thematic study on the right of persons with disabilities to education, Twenty-fifth session, 18 december

2013, A/HRC/25/29, 5 (consulteerbaar via:

www.ohchr.org/EN/Issues/Disability/Pages/StudyRightOfPersonsWithDisabilitiesToEducation .aspx); Committee on Economic, Social and Cultural Rights, General Comment 11. Plans for action for primary education, 1999, Twentieth session, U.N. Doc. E/C.12/1999/4 (consulteerbaar via: http://www1.umn.edu/humanrts/gencomm/escgencom11.htm).

Voor een sociaalfilosofische onderbouwing: M. NUSSBAUM, Politieke emoties. Waarom een rechtvaardige samenleving niet zonder liefde kan, Amsterdam, Ambo, 2013, 430 p.

543 H. SCHUMAN, Inclusief onderwijs. Dilemma’s en uitdagingen, Antwerpen, Garant, 2010, 15; P.

WESTWOOD en L. GRAHAM, “Inclusion of Students with special needs: Benefits and obstacles perceived by teachers in new South Wales and South Australia”, Australian Journal of Learning Disabilities 2003, vol. 8, afl. 1, 7.

544 Europese Commissie, Gedetailleerd werkprogramma voor de follow-up inzake de doelstellingen voor de onderwijs- en opleidingsstelsels in Europa, Pb.L. 14 juni 2002, C 142.

545STEUNPUNT RECHT EN ONDERWIJS 2009, “Advies over de specifieke bepalingen met betrekking tot onderwijs in het VN-Verdrag van 13 december 2006 inzake de Rechten van Personen met een Handicap”, www.ond.vlaanderen.be/specifieke-onderwijsbehoeften/leerzorg/VN/VN-verdrag-advies.pdf.

546 STEUNPUNT RECHT EN ONDERWIJS 2009, “Advies over de specifieke bepalingen met betrekking tot onderwijs in het VN-Verdrag van 13 december 2006 inzake de Rechten van Personen met een Handicap”, www.ond.vlaanderen.be/specifieke-onderwijsbehoeften/leerzorg/VN/VN-verdrag-advies.pdf, 17-22.

afgedwongen voor de nationale rechter.547 Er is een directe doorwerking van het recht op redelijke aanpassingen binnen de onderwijscontext voor leerlingen met een handicap.

Voor het overige rust er een progressieve realisatieplicht op de overheid.548 Alle beschikbare middelen moeten worden ingezet en de reeds bestaande bescherming mag niet worden afgebouwd. Artikel 24 VRPH moet in die zin gelezen worden in samenhang met de tweede paragraaf van artikel 4, dat stelt dat wat betreft economische, sociale en culturele rechten, elke verdragspartij verplicht is maatregelen te nemen met volledige gebruikmaking van de hem ter beschikking staande hulpbronnen.549