• No results found

2 Organische bedrijfsafvalstoffen

2.3.1.27 Water en frisdranken

a Beschrijving sector

Voor de productie van mineraal water wordt het opgepompte water eerst ontlucht.

Door verzadiging met koolstofdioxide wordt koolzuurhoudend mineraal water

geproduceerd. Voor frisdranken wordt het koolzuurhoudend mineraal water eerst met onder andere siroop, verschillende aromaten en kleurstoffen gemengd.

b Aanbod

Het afval dat in deze sector ontstaat, is weergegeven in Tabel 48.

Tabel 48. Aanbod organisch afval in de sector water en frisdranken (in ton per jaar)

Afvalstroom Aanbod Opmerkingen

Niet voor consumptie geschikte producten (verpakt + onverpakt)

35

Zuiveringsslib 2.115 − DS : 3 ˆ 4 %

Afval van kruiden en planten afkomstig van distillaten

4

Totaal 2.154

Bron : Fevia (1998)

c Verwerking

Het grootste deel van het afval kan dienen als meststof of bodemverbeterend middel op het land. De niet voor consumptie geschikte producten moesten in het verleden worden verwijderd. De eenheid in Vlissingen (cf. 2.3.2.1b.2) kan de verpakte waters en frisdranken echter ontpakken en recupereert de inhoud als veevoeding. De hoeveelheden die op deze manier in de veevoeding terechtkomen zijn aanzienlijk, er zijn echter geen cijfers van beschikbaar. Het afval van kruiden en planten afkomstig van distillaten wordt gecomposteerd.

2.3.1.28 Zetmeelsector

a Beschrijving sector

De sector produceert zetmeel van ma•s en tarwe. Het zetmeel wordt gebruikt als grondstof voor bijvoorbeeld de productie van suikers of papier. Daarnaast komen enerzijds gluten vrij, die worden gebruikt in de voedingsnijverheid en anderzijds restproducten als tarwekiemen, zemelen en ma•svezels, die worden verkocht als veevoeder.

b Aanbod

Tabel 49. Aanbod organisch afval van de zetmeelsector (in ton per jaar)

Afvalstroom Aanbod Opmerkingen

Granulaire kool p.m.

Filteraarde 8.000 − Na gebruik bevat de filteraarde voornamelijk stroop en eiwitten, de organische stof bedraagt ca. 70 %.

Slib 125

Totaal 8.125

Bron : OWS (1996) - mondelinge mededeling sector - Fevia (1998).

De organische stromen komen vrij bij de hydrolyse van zetmeel en de raffinage van hydrolysaten en dextrines (suikers). Om suiker te zuiveren wordt granulaire kool (=Êactieve kool in granulaire vorm) gebruikt. Filteraarde (diatomee-aarde ofwel perliet) wordt gebruikt voor filtratie en zuivering van stroop.

Het slib komt vrij tijdens een ana‘robe voorzuivering en a‘robe nazuivering. Het a‘robe slib wordt teruggestuurd naar de ana‘robie waar het grotendeels wordt vergist.

c Verwerking

De granulaire kool wordt na gebruik door een ander bedrijf gereinigd en vervolgens weer toegepast in het proces. De filteraarde wordt gecomposteerd. Het slib wordt gebruikt in de landbouw.

De verwachting is dat deze situatie in de toekomst zal blijven bestaan.

2.3.1.29 Zuivelsector

a Beschrijving sector

De zuivelsector omvat zuivelfabrieken en de kaasmakerijen. Hierin vinden de volgende productieprocessen plaats :

− de verwerking van melk tot verse vloeibare melk, gepasteuriseerd, gesteriliseerd, gehomogeniseerd en/of ultra-hoog verhit

− de productie van melkpoeder, boter, kaas en wrongel, room, ingedikte melk, wei, case•ne en lactose (melksuikers), yoghurt en desserts op basis van melk

b Aanbod

De organische stromen die vrijkomen in de zuivelsector zijn weergegeven in Tabel 50. Niet alle stromen zijn weergegeven. Over de organische stromen die worden afgevoerd als veevoeder, zijn geen gegevens bekend. Door betere technologie en beheerssystemen dalen de hoeveelheden permanent. Uit de meldingsgegevens van OVAM blijkt dat ongeveer een vierde van het totale aanbod aan organische stromen richting veevoeding gaat.

Tabel 50. Aanbod organische stromen van de zuivelsector (in ton per jaar)

Organische stromen Aanbod Opmerkingen

Waterzuiveringsslib 50.000 − DS : 2 ˆ 3 %

Ander slib 750

Vetvang 250

Totaal 51.000

Bron : Fevia (1998)

Het gemiddelde drogestofgehalte van het slib uit de zuivelsector bedraagt 5 ˆ 7Ê%.

In Vlaanderen hebben 15 zuivelbedrijven een eigen waterzuivering met

slibproductie. De uiterste waarden van het drogestofgehalte liggen op minimum 1,5 ˆ 2 % en op maximum 15 ˆ 18 %.

c Verwerking

De onverpakte organische stromen worden rechtstreeks als brijvoeder voor varkens afgevoerd.

Voor het verpakt organisch afval, zoals potjes yoghurt, bestaan er technieken om verpakking en inhoud te scheiden. De afgescheiden zuivel gaat naar de

veevoeding. De recuperatie van de verpakking, in dit geval plastiek, is rendabel wanneer grote hoeveelheden van een zelfde soort verpakking kunnen worden verzameld. In het zuiden van Nederland past Recyfeed deze verwerkingsmethode op grote schaal toe. In Vlaanderen gebeurt in feite hetzelfde door individuele landbouwers, zij het op zeer beperkte schaal.

Wat betreft de organische stromen van de zuivelsector die naar de veevoeding gaan, is een dalende trend waar te nemen, die wordt verklaard door betere productietechnieken en kwaliteitssystemen, meer grondstofzorg en bewustmaking voor de milieu-impact.

Het waterzuiveringsslib wordt volledig afgezet in de landbouw. Daar bestaat een specifieke vraag naar slib met een drogestofgehalte kleiner dan 3 % (voor grasland en dergelijke). De sector verwacht dat deze vraag zelfs nog kan toenemen. Voor de partijen met een drogestofgehalte groter dan 15 % lijkt co-compostering tot de mogelijkheden te behoren.

Een aantal stromen zoals ander slib en afval uit de vetvang moeten worden verwijderd.

d Knelpunten

− Zuivelproducten die niet voor rechtstreekse menselijke consumptie bestemd zijn, behoren volgens het Besluit Dierlijk Afval tot de categorie van het dierlijk afval. Indien ze een ernstig gevaar inhouden voor de gezondheid van mens of dier worden ze bovendien beschouwd als hoog-risicomateriaal.

Voor de verwerking van zuivelproducten zijn de strenge verwerkingsnormen van Beschikking 96/449/EG niet van toepassing. In de praktijk echter wordt zuivelafval nooit afgevoerd naar verwerkingsbedrijven van dierlijk afval.

Redenen hiervoor zijn het verpakt zijn van het afval en alternatieve verwerkingswegen zoals vervoedering.

2.3.1.30 Soja, sauzen en mayonaise, enzymen, aromaÕs, kruiden, rijstpofferijen, eierbrekerijen, noten en vruchten, zaden

a Beschrijving sector

In dit punt zijn een aantal sectoren verzameld die niet onder andere sectoren geklasseerd kunnen worden.

b Aanbod

Het aanbod aan organisch afval in deze verschillende sectoren is weergegeven in Tabel 51.

Tabel 51. Aanbod organisch afval van soja, sauzen en mayonaise, enzymen, aromaÕs, kruiden, rijstpofferijen, eierbrekerijen, noten en vruchten, zaden (in ton per jaar)

Afvalstroom Aanbod

Niet voor consumptie geschikte verpakkingen (verpakt + onverpakt) 350

Waterzuiveringsslib 44.978

Sojabonen en pellen 72

AromaÕs 3.030

Totaal 48.430

Bron : Fevia (1998)

c Verwerking

Ongeveer de helft van het aanbod aan organisch afval in deze sectoren wordt nuttig gevaloriseerd in de landbouw als meststof of bodemverbeterend middel.

Een belangrijk deel van het slib, namelijk 26.000 ton, moet worden verwijderd.

2.3.1.31 Knelpunten

− In het kader van het voorliggende Uitvoeringsplan Organisch-Biologisch Afval bestaat er enige wrevel over de definitie van afvalstoffen. Een belangrijk deel van de organische stromen die hier zijn ge•nventariseerd, wordt door de producenten immers als een ÔreststroomÕ gezien, die bovendien gecommercialiseerd wordt. Gezien de term afvalstof voor de meeste producenten een negatieve klank heeft, kan de omschrijving van deze ÔreststromenÕ als afvalstoffen de commercialisatie in het gedrang brengen.

− Aangenomen mag worden dat voor een belangrijk deel van de vermelde sectoren het re‘le aanbod aan organische stromen nog veel hoger ligt. Dit hangt uiteraard samen met bovenvermeld knelpunt. Verschillende

organische stromen worden gecommercialiseerd en bijgevolg niet met afval geassocieerd. De sectoren vermelden deze organische stromen noch in de OVAM-meldingen, noch in de uitgevoerde enqu•tes.

− De toepassing van slib in de landbouw wordt soms gehypothekeerd door verontreinigingen en het lage drogestofgehalte.

− Voor een aantal afvalstromen zijn de verwerkingsmogelijkheden niet gekend.

− Het aanbod aan organische bedrijfsafvalstoffen is vaak niet continu, varieert in functie van de seizoenen en moet wegens de kans op bederf snel worden opgehaald en verwerkt. Dikwijls zijn het homogene stromen die vrijkomen.

Door het lage droge stofgehalte van de natte afvalstromen zijn de kosten voor het transport hoog. (cf. 2.3.2.1e.2)

− Bij het ÔthuisÕcomposteren van organische bedrijfsafvalstoffen worden de risicoÕs, bijvoorbeeld onvoldoende afdoding van ziektekiemen, niet voldoende ingeschat.

− Het verbranden van organische bedrijfsafvalstoffen op eigen terrein is slechts onder beperkte voorwaarden toegelaten, maar wordt op vrij grote schaal toegepast.