• No results found

5. Opzet Empirisch Onderzoek

5.2 Concrete uitvoering

5.3.2 Parkstad Limburg

De tweede case is Parkstad Limburg, bestaande uit acht gemeenten: Heerlen, Kerkrade, Landgraaf, Brunssum, Voerendaal, Simpelveld, Nuth en Onderbanken.

Parkstad Limburg Heerlen 89.356 Kerkrade 48.076 Landgraaf 38.713 Brunssum 29.532 Voerendaal 12.749 Simpelveld 11.090 Nuth 15.720 Onderbanken 8.147 Totale bevolking 2010 253.383 Totale bevolking 2030 230.579 Krimp (absoluut) 22.804 Krimp (%) 9%

Tabel 5.3: Bevolkingsprognoses Parkstad Limburg 2010-2030 (CBS, 2010)

Als eerste regio k reeg Parkstad Limburg in Nederland te maken met een afname van de bevolking. Al sinds 1997 neemt het bevolkingsaantal structureel af in de regio. Deze trend zet zicht de komende decennia sterk door. Wanneer naar de totale bevolkingsomvang van de afzonderlijke gemeent en wordt gekeken blijkt dat deze in iedere gemeente afneemt. Dit is opmerkelijk, omdat in andere delen van Nederland vooral sprake is van groeiende steden en een trek van het platteland naar de steden, is in Parkstad Limburg ook sprake van krimp binnen het stedelijk gebied. In de centrumplaatsen van deze regio, Heerlen en K erkrade, neemt het aantal inwoners namelijk het sterkst af. Hieruit kan worden geconcludeerd dat de t wee grootste gemeenten geen aanzuigende werking hebben op de omgeving (Chkalova & Nicolaas, 2009)

Onderstaande punten kenmerken de bijzondere situatie van P arkstad Limburg (Topt eam Krimp, 2009, P. 16):

- Al sinds 1997 is sprake van bevolkingsdaling in Parkstad Limburg (zie bijlage 5 voor een grafische weergave van de historische bevolkingsont wikkeling i n Parkstad in de periode 1920 - 2005).

- In Parkstad is sprake van zowel een bovengemiddelde ontgroening als van een bovengemiddelde vergrijzing:

 Uittocht van jonge werkzoekenden naar het westen van ons land of naar België en Duitsland. Met name hoogopgeleid e jongeren trekken weg uit Parkstad.

 Midden- en hoge inkomens trekken weg (eenderde van de inwoners die uit Parkstad vertrekken, gaan naar België of Duitsland, mede vanwege hypotheekrenteaft rek.

 Zorgbehoevende ouderen keren terug naar de regio.

- Forse daling van het aantal geboorten. Vanaf 1999 is de natuurlijke aanwas in Parkstad Limburg negatief (Taskforce Demografische Voorsprong 2006).

- Lagere arbeidsparticipatie dan elders in ons land. Daarnaast heeft de regio te maken met een dalend gemiddeld opleidingsniveau en een groeiende werkloosheid. Parkstad telt naar verhouding veel mensen zonder startkwalificatie op de arbeidsmarkt. Bovendien neemt sinds 1995 ook de potentiële beroepsbevolking van de Regio Parkstad af.

In de Regio Parkstad is niet langer sprake van ontkenning van het vraagstuk van bevolkingsdaling. De regio accepteert de demografische ontwikkelingen als gegeven en geeft aan te willen anticiperen op gebieden als onderwijs, wonen, zorg en arbeidsmarkt, om zo woningvoorraad en voorzieningen aan te passen aan de nieuwe bevolkingsomvang en de veranderende samenstelling van de bevolking. Dit betekent dat de partners in deze regio zich niet richten op hoe bevolkingsdaling tegen te gaan of te keren, maar op hoe de gevolgen van bevolkingsdaling ondervangen kunnen worden.

Binnen het verband van de Regio P arkstad werken sinds kort (weer) acht gemeenten samen. De gemeente Nuth heeft in februari van dit jaar namelijk besloten om na zeven jaar afwezigheid zich weer aan te sluiten als part ner van de stadsregio. Sinds maart 2006 heeft Regio Parkstad de status van WGR-plus. Met deze status heeft het bestuur van Parkstad Limburg bevoegdheden gekregen die de slagkracht van de regio kan vergroten.

Op 21 april 2009 hebben de Parkstadgemeenten ‗Het Pact van Park stad‘ gesloten. In dit pact zijn intenties uitges prok en om nauwer met elkaar te gaan samenwerken en een Nieuwe Gemeenschappelijke Regeling in het leven te roepen, gericht op de uitvoering van ‗De Strategische Agenda Parkstad Limburg‘. Ook is de afspraak gemaakt om de nodige inspanningen te plegen om een stimuleringsbudget te realiseren. Deze strategische agenda gaat over de volgende opgaven: 1) Nieuwe energie, 2) Centrum Parkstad Limburg, 3) Herstructurering stedelijk gebied, 4) Grensoverschrijdend Openbaar Vervoer en 5) Integrale gebiedsontwikkeling Parkstadring Limburg. Deze opgaven zijn nader uitgewerkt in het document ‗We zijn wat wij delen, wij zijn Parkstad!‘. Dit document is in december 2008 vastgesteld door Parkstad Limburg en Gedeputeerde Staten van de Provincie Limburg. De agenda heeft met name bet rekking op de ruimtelijk -economische ontwikkeling van Parkstad. Sectoren als onderwijs, zorg, cultuur, welzijn en arbeidsmarkt zijn beperkt meegenomen. Het Topteam Krimp beschouwt het Pact van P arkstad als een stap om de samenwerking t ussen de z even P arkstadgemeenten steviger vorm te geven. In februari 2010 viel het besluit over het Pact van Parkstad. De basis voor de samenwerking tussen de gemeenten en (de

organisatie van) Stadsregio Parkstad Limburg. Ook de bijdrage (personeel en financieel): de mensen, middelen en het mandaat die nodig zijn om de programma‘s te realiseren. Daarnaast pakt ook de provincie Limburg het onderwerp van bevolkings daling actief op. De provincie heeft het initiatief genomen tot projecten en programma‘s als ‗Krimp als kans‘ en

‗Limburg Trans forMEERt‘.

5.3.3 De Achterhoek

De Achterhoek vormt de derde case van dit onderzoek. De Achterhoek bestaat uit acht gemeenten, te weten: Berkelland, Bronckhorst, Oost-Gelre, Winterswijk, Aalten, Oude -IJsselstreek, Doetinchem en Montferland. De bevolkingsdaling in de Achterhoek is, in tegenstelling tot de andere twee regio‘s, een verschijnsel dat pas enkele jaren geleden zijn intreden heeft gedaan. Niettemin daalt sinds 2005 het aantal inwoners van de Achterhoek structureel (Huiskamp, 2010). Dit bet ekent niet alleen dat de regio als geheel jaar op jaar te maken heeft met een bevolkingsafname, ook in alle betrokken gemeenten is sprake van demografische krimp. Opmerkelijk zijn in de Achterhoek de grote verschillen tussen de gemeenten. Zo kent de centrumgemeent e Doetinchem een daling van 5.3% en zal de gemeente Berkelland –ook een flinke gemeente- de komende twintig jaar met 16.2% gaan k rimpen. De Achterhoek is een samenwerkings verband tussen de genoemde gemeenten welke in 1975 is opgericht. In het jaar 2007-2008 is de samenwerking geïntensiveerd door te gaan werken met een, door de gemeenteraden vastgestelde, Strat egische A genda. Binnen de Strategische Agenda zijn afspraken gemaakt over de thema‘s duurzame economie, mobiliteit, vrijetijds economie en regiomarketing, lobby en externe betrekkingen (Kaiser, 2008). Het is een resultaatgeric ht programm a waar in de periode 2008-2011 aan wordt gewerkt.

De Achterhoek Berkelland 45.142 Bronckhorst 37.897 Oost-Gelre 30.012 Winterswijk 29.028 Aalten 27.447 Oude-IJsselstreek 40.010 Doetinchem 56.136 Montferland 35.103 Totale bevolking 2010 300.775 Totale bevolking 2030 276.200 Krimp (absoluut) 24.575 Krimp (%) 8,2%

Tabel 5.4: Bevolkingsprognoses Achterhoek 2010-2030 (CBS, 2010)

Het bestuur van de Regio Achterhoek gaf in 2007 opdracht voor het project ‗Demografische Ontwikkelingen in de Achterhoek‘. Het project zou vier fasen kennen: een bevolkingsprognose (1), formuleren van een gezamenlijk vertrekpunt (2), in kaart brengen van d e gevolgen per beleids veld (3) en formuleren en uit voeren van beleid met als resultaat een ‗demografie-proof‘ regio (4). Fase 1 werd in 2007 afgerond. De cijfers sprak en voor zich. Drie prognoses wezen in dezelfde richting: er is sprake van een bevolkingsdaling (Regio Achterhoek, 2008).

Het logische vervolg op fase 1 was om het onderwerp breed onder de aandacht te brengen. Pas als het gegeven van bevolkingskrimp algemeen geaccepteerd is en als een gezamenlijke opdracht wordt gezien, kan er volgens de regio Achterhoek goed op worden ingespeeld. Eind 2007 namen daarom zes organisaties onder regie van Regio Achterhoek het initiatief een symposium te organiseren over demografische ontwikkelingen: het Achterhoeks Corporatie Overleg (koepeloverleg van zeven Achterhoekse woningcorporaties), de Kamer van Koophandel Centraal Gelderland, VNO - NCW Achterhoek, Plat form Onderwijs Arbeidsmarkt Achterhoek en de provincie Gelderland. Het symposium had voornamelijk een agendavormend karakter en wilde bijdrage aan de denko mslag van het groeidenken naar de krimpgedachte. Opvallend is echter wel dat de gemeenten bij het opstellen van de gezamenlijke Strategische Agenda voor de Achterhoek 2008-2010 het onderwerp demografie niet hoog geprioriteerd hebben als apart programmapunt. Om deze reden voert de Regio Acht erhoek de fasen (3 en 4) van het project –vooralsnog- niet uit (Regio Achterhoek, 2010).

6. Casestudy

Dit hoofdstuk gaat in op de verk regen uitk omsten uit de casestudy. Na 18 interviews, verschillende documentenanalyses en t wee conferenties is een goed beeld ontstaan van de drie casegebieden. Zowel wat de demografische tijdslijn betreft als in bestuurlijk e en beleidsmatig opzicht verschillen de regio‟s van elk aar. Wanneer naar de specifiek e regionale aa npak en de houding van de betreffende k rimpgemeenten wordt gek ek en, zijn ook hierin duidelijk e verschillen ontdek t. Zo werk t men in Park stad-Limburg op een ander niveau samen dan in bijvoorbeeld Oost -Groningen en is men in de ene regio meer aan elk aar gecommitteerd dan in de andere.

6.1 Inleiding

Het doel van dit zesde hoofdstuk is om te bepalen in hoeverre binnen de drie cases sprake is van een gedegen regionale samenwerking tussen de betreffende krimpgemeenten. Uit de probleemstelling van dit onderzoek bleek immers dat deze int ergemeentelijke samenwerking vaak moeilijk te realiseren is en dus niet eenvoudig van de grond komt. De uitgevoerde casestudy probeert een beeld te schetsen van de huidige situatie omtrent de samenwerking tussen gemeenten in k rimpregio‘s en stelt hierbij de vraag of de intergemeentelijke samenwerking ook daadwerk elijk moeilijk van de grond komt, waardoor dit veroorzaakt wordt en welke vervolgstappen in de toekomst gemaakt dienen te worden wil men krimp in de toekomst doelmatiger aanpakken.

De theorie vormt als gezegd het theoretische raamwerk van waar uit de casegebieden zijn bestudeerd. De ac ht principes zijn in de vorm van mini-enquêt es aan de ondervraagden voorgelegd, waarna deze zijn bestudeerd en samengevoegd tot één c entrale beoordeling van de betreffende case. De individuele beoordeling van de bet reffende onderzoekselementen –principes- is in bijlage 2 van dit onderzoek opgenomen. In dit hoofdstuk is de bestudering van de afgenomen enquêtes met de bijbehorende aanvullingen en de uitgebreide documentenanalyse samengevat in eindoordelen per principe. Op deze manier wordt er per case een totaal beeld gevormd van de huidige situatie omtrent de regionale organisatie, de houding en posities van de gemeenten, de gezamenlijk g emaakte afspraken en uiteindelijk ook van de regionale samenwerking in de krimpregio.

6.2 Noord-Oost Groningen

In het casegebied Noord-Oost Groningen zijn zeven interviews afgenomen en daarbij is de Noordelijke Krimpbeurs in Veenhuizen bezocht. Dit bij elkaar heeft geresulteerd in een uitgebreide analyse van zowel de Eemsdelta als Oost Groningen. In deze paragraaf zal de regionale situatie in

beide regio‘s afzonderlijk in twee subparagrafen worden beschreven. De keuze hiervoor is gebaseerd op het feit dat beide regio‘s wat betreft grootte, regionale achtergrond en tijdslijn te verschillend zijn. Dit betekent dat wanneer beide regio‘s in een enkele analyse behandeld zouden worden bepaalde regiospecifieke uitkomsten in het geheel ondergesneeuwd raken. Om dit te voorkomen zijn beide regio‘s afzonderlijk aan de ontwerpprincipes van Ostrom onderworpen.

De afgenomen interviews zijn gehouden met de gemeente Pekela (dhr. J. van Mannek es, Wethouder RO), gemeente Oldambt (mevr. A. Dammer -Jonker, Beleidsmedewerk er Wonen), gemeente A ppingedam (mevr. A. Usmany -Dallinga, Wethouder RO), Gemeente Delfzijl (mevr. R. Rolink, Beleidsmedewerk er Wonen), Gemeente Eemsmond (dhr. H, Velt huis, Directeur beleid en uit voering Wonen en V oorzieningen), Provincie Groningen (dhr, E . Koole, Projectleider Bevolkingsdaling), Streekraad Oost-Groningen (dhr. H. Busemann, Lid Algemeen B estuur).

Documenten die gebruikt zijn om de analyse verder uit te voeren en de gegeven antwoorden te verifiëren zijn het Provinciaal Omgevingsplan (2009), het Regionaal Woonplan Oost-Groningen (2009), Bestuursakkoord Eemsdelta (2008), Uit voeringsprogramma Ontwikkelingsperspectief 2030 Appingedam-Delfzijl (2010), Kijk op Krimp 2020 (2010,) Krimp in de Eems delta (2010), Pact Regio Eemsdelta (2009) en de rapportage van het Topteam Krimp (2009).

Tot slot is 21 oktober 2010 ook de Noordelijke Krimpbeurs bezoc ht, een initiatief van de provincie Groningen en Drent he. Op deze dag k on kennis worden gemaakt met een groot aantal Noord- Nederlandse ervaringen, oplossingen en ideeën om met de effecten van demografische ontwikkelingen om te gaan.