• No results found

Hoe bereiken we mensen wel

In document Voorst onder de Loep (pagina 174-190)

Deel B: Krijgen mensen de juiste hulp?

Hoofdstuk 5: Hoe bereik je mensen

5.3 Hoe bereiken we mensen wel

Zorgmijders in beeld krijgen

Ik zou het heel leuk vinden om daarin verder mee te denken. Hoe krijg je nou die zorgmijders in beeld? Wat zouden wij als thuiszorgsituaties daarin iets kunnen doen? Dat zou ik heel graag doen. Wij hebben de kennis en expertise dus daar moet je gebruik van maken.

Waar ik in het buitengebied veel mee te maken heb is de onzichtbare problematiek waar je als politieman toevallig achter komt door bijvoorbeeld dierverwaarlozing en dan blijkt daar een heel groot sociaal probleem achter te zitten. Bijvoorbeeld eenzaamheid, dat soort dingen. Met een collega van maatschappelijk werk zijn we al een jaar bezig met een tweetal casussen op dit gebied. Het blijkt toch heel lastig te zijn om echt daadwerkelijk een voet tussen de deur te krijgen. Het is ons nu wel een beetje gelukt. Alleen de volgende stap is heel lastig. Dat is wel iets kenmerkends hier voor het buitengebied van het Veluws, het probleem blijft achter de deur. Dat maakt het soms wel lastig. Het is vaak zo van ‘waar bemoei je je mee?’ ik denk dat dat een heel groot verschil is met wanneer je in een stedelijk gebied werkzaam bent. Daar zijn we mee bezig en dat gaat wel redelijk nu, met deze 2 casussen.

Je moet actief mensen opzoeken

De boer op. Ik denk dat dat wel echt iets is. Je laten zien, aanwezig zijn, in contact met mensen. Want ik merk ook wel dat dat werkt. Dat mensen je ook zien. Dan wordt het al een stuk minder eng als ze weten wie je bent, hoe je bent. Verder zijn we natuurlijk ook al wel bezig met wat gebeurt er allemaal landelijk. Wat is passend, hoe kunnen we daarin, op allerlei niveaus is dat dan ook, de boer op. Maar ook wel zichtbaar zijn. De gezonde doelgroepen, het gezonde gedrag bestendigen, maar de risicosettings vinden om op tijd bij te zijn. Dat zijn nog twee doelgroepen die ik ook nog apart heb benoemd. Daar rust nog wel een stukje taboe op.

Volgens mij kun je een belangrijke signalerende functie hebben. Hoewel je pas in beeld komt als iemand zich al gemeld heeft met een vraag. Dus je zou als Wmo-groep veel meer naar voren moeten gaan met de vraag. En niet pas in actie komen als er een melding is of iemand aan de deur klopt maar misschien er veel actiever op afgaan eerder in kaart brengen wat er zowat speelt. Neem bijvoorbeeld alle contacten die op de sleutellijst staan en vraag je af wat zitten er voor contacten in waarvoor jij informatie op kunt halen bijvoorbeeld over de vergeten groep, om het maar zo te noemen. We zijn nu als Wmo achterover aan het leunen tot dat iemand zich aanmeldt. En dan pas komen we in actie. Dan doe ik het even heel kort door de bocht. En je zou je kunnen inzetten om niet te wachten totdat er iemand aan de deur klopt om dan op pas te kunnen gaan. Actief die informatie op te halen. Hoe je dat moet doen dat weet ik

173

niet. Daar valt er vast wat voor te verzinnen. Het voorbeeld van Rotterdam is dan wel mooi waar mensen huis aan huis op bezoek gingen en daar heel veel adressen tegen kwamen waar er allemaal ellende achter de voordeur zaten. Ze waren geschrokken van de hoeveelheid die ze daar aantroffen. En dat gaat ook over geld, over huisvesting, over zorg. Daar gaat het ook over schulden. Dat kan van alles zijn. Je zou veel verder naar voren moeten, veel actiever de

maatschappij in. Met je oren en je ogen. En wat we nu op korte termijn kunnen doen is op het moment dat iemand zich aanmeldt zo breed mogelijk ernaar te kijken en niet alleen maar voor de vraag waar men aan de deur voor klopt daar al een veel breder verhaal van maken en informeren.

Ik denk niet dat mensen uit zichzelf zich gaan melden, om te laten zien van, bij de gemeente, de situatie voor ons is schrijnend. In die zin zou je als gemeente dus, voor wat betreft de gemeente Voorst, in contact moeten treden met de voedselbank in Deventer. Die heeft inderdaad ook mensen uit Twello en Wilp die gebruik maken van de voedselbank. En op zo’n manier zou je dus inderdaad in ieder geval kunnen herkennen wie van de voedselbank gebruik maken en wat de problemen zijn, als de mensen daarvoor in zijn om daarover te praten. En ik denk dat je van daaruit ook door een stukje erkenning komt en dat die problemen er zijn en dat je op zo’n manier aan een eerste oplossing kan gaan werken. Naar mijn idee moet je ook vanuit die situatie weer vanuit de werkvloer gaan werken. Vanuit de basis. Daarom zei ik straks al van de gemeente Deventer heeft al contact gezocht met de voedselbank. Ik denk dat die op zo’n manier aan de slag willen om te kijken wat de mogelijkheden zijn. En de ambitie moet dan zijn van, dat spreekt voor zich bijna, om te zorgen dat het goed gaat verlopen. En dat mensen er mee kunnen komen, welke problemen dan ook.

Kijk naar de zorg: hier in Voorst heb je een huisarts en je hebt thuiszorg, maar geen

dagbesteding. Mens en Welzijn zegt geen klandizie in Voorst te hebben. Als je het hebt over preventie, biedt dan iets aan voordat de ouderen ziek zijn. Je moet actief zijn in het opsporen van de doelgroep.

Aangifte in gemeente app downloaden voor ouderen… hoe moet dat dan. Waarom eerst een app downloaden als ik de telefoon kan pakken. De samenwerking van de verschillende plaatsen (Apeldoorn, Zutphen, Voorst). Er moeten vele zaken via formulieren invullen en internet. Naar aanleiding van een formulier wordt een beslissing genomen. Als een verzoek wordt afgewezen van iemand weten ze niet wie die persoon echt is, je hebt haar niet gezien, je hebt totaal geen inzicht, je hebt haar niet gesproken. In wat voor situatie die mevrouw leeft.

Het niet op de mensen afstappen. Het niet gaan kijken, gaan praten met de mensen, wat hebben ze wel /niet nodig. Stap naar mensen toe. En ga kijken, ga praten met de mensen, wat hebben we wel /niet nodig. Ga eens kijken, ieder mens is anders. Problemen zijn makkelijker te noemen dan op te lossen. Neem de tijd, alles gaat nu via internet, formulieren. Probeer er achter te komen wat mensen willen. Voor ouderen aanvragen allemaal via internet, hoe dan…

help hen erbij. Mensen van vroeger wisten alles van mensen in het dorp. Situatie in schatten of het wel /niet klopt. Persoonlijke binding is daarin weg. Ga eens bij mensen koffie drinken, dan zie je het zelf, je kunt van papier niet lezen hoe de situatie echt is. Investeer in de mensen en als je dat goed doet dan hou je geld aan over, dat weet ik wel zeker. Ouderen mobiel houden,

174

dan zijn de zorgkosten minder. Als je het goed doet hou je er geld aan over. Luister naar de mensen achter de mensen. Misschien kan gemeente een avond organiseren om dingen uit te leggen hoe ze werken en waar je moet zijn en waarom en hoe. Mensen niet naar de gemeente sturen maar de gemeente naar de mensen.

Ik denk dat we daar duidelijker in moeten communiceren welke mogelijk-, eerst goed in kaart brengen en dit kan daar een stuk daarvoor zijn. Een deel daarvan zijn. En dan denk ik dat het beter begeleid moet worden, wat de mogelijkheden zijn voor de mensen. Dat je daar die samenwerkingsverbanden laat zien. Ook aan de individuele, bescheiden burger van de

gemeente Voorst. Ik denk dat er heel veel bescheiden mensen zijn, die netjes wachten op hun beurt, vooral de ouderen. En dat je die dan actief gaat benaderen met welke mogelijkheden er allemaal zijn. En uit die preventienota kan je zoveel euro’s halen door de zorgkosten te

verminderen door het bewegen te vergroten. Want iedere arts zegt, blijf bewegen. Het stimuleren van gezond bewegen.

Ik denk dat we moeten bereiken dat we zoveel mogelijk de risicodoelgroepen weten te vinden.

En dat is soms ook nog wel een hele uitdaging en hele zoektocht. Hoe eerder je erbij bent hoe gunstiger het is voor de doelgroep zelf om erger te voorkomen en hoe meer winst er voor jullie als gemeente ook te behalen is. Ik denk dat het doel is uiteindelijk de gezondheid van de burgers weer te verbeteren. En dat is doordat je het gebruik van mensen gaat voorkomen of beperken of verminderen. Dat kunnen ouderen zijn, dat kunnen asielzoekers zijn, dat is ook een nieuwe doelgroep of statushouders en kinderen van verslaafde ouders.

Wat kan gemeente doen? Proberen mensen erbij te betrekken. Hoe is erg lastig. Mensen zijn meer op zichzelf, beweging de andere kant op krijgen is lastig. Hoe gemeente actiever. Dat is moeilijk. Bewustwording op gang brengen. In gesprek gaan met mensen. Actiever benaderen.

Mensen kijk eens meer om je heen. Doe eens wat voor een ander. Iedereen kan wat doen, hoe klein soms ook. Huidige gemeenschap te veel op zichzelf. Hoe krijg je mensen zover?

Bijvoorbeeld bijeenkomst organiseren om hier over te hebben, aan de hand van een leuke activiteit. Dan komen mensen misschien? Persoonlijk benaderen? Is heel moeilijk maar wel belangrijk. Mensen willen denk ik best wel andere mensen helpen. Er zijn veel ouderen die in armoede leven, net boven de armoedegrens leven. Praten er niet over. Dus of het hier veel voorkomt kan je niet met zekerheid zeggen. Bij kerkbesturen en de diaconie kwamen meer vragen om ondersteuning. Mensen weten dat ze dan daar terecht kunnen. Je wilt voorkomen dat mensen steeds verder wegzakken. Omgeving kan sneller signaleren, eerder op iemand afstappen, elkaar aanspreken, politiek heeft teveel regels gemaakt. Hebben geen idee hoe maatregelen in de praktijk uitwerken bv kinderen die ouders in huis nemen en gekort worden.

Wordt gelukkig teruggedraaid.

En dat doe je [red: mensen activeren om mee te doen], in mijn ogen met menselijk contact. En menselijk contact creëer je niet voor de groep mensen die meedoen door te digitaliseren. Die creëer je veel meer in, zoals ik het zie bijwijzen van spreken, in iedere straat. Als bij ieder straat twee mensen een soort verantwoording oppakken om te checken wat gebeurt er nu in mijn straat? Wie wonen daar? Zie ik ze voldoende buiten? Weet ik wat er aan mogelijkheden

175

zijn voor mensen? En probeer ze gewoon op die manier als mens aan te bereiken. Ik vind dat je als mens verplicht bent om eigen initiatief te tonen. En niet alleen maar wijzen van ja maar dat moet de gemeente of de overheid maar doen. Je kunt er ook wat zelf aan doen. Ik denk dat een hele belangrijke is dat je een soort twee persoonskoppel zou kunnen laten ontstaan per straat.

Waardoor je beter de gevoelens en de mogelijkheden die er zijn voor mensen aan kunt reiken.

Dus niet zoals er vaak gebeurt men krijgt een brief of mail. En die groep die niet van plan was te gaan komt dan toch niet, die zou je echt aan de hand moeten nemen.

Dichterbij de mensen zijn om mensen te bereiken (vrije tijd/verenigingen)

De kunst is om mensen te bereiken. Zo dicht mogelijk bij mensen komen zodat ze eerder aan de bel trekken. Zodat mensen eerder vragen en problemen delen met andere mensen. Ik wil graag beter afstemmen op wat er bij mensen leeft, sneller en dichter bij mensen zijn. Ik geloof in het aansluiten in de vrije tijd van mensen. Daar ontmoeten mensen elkaar en van daaruit signalen oppakken. Hulpverleners/werkers moeten meer daar zijn. Om te horen wat er leeft.

De verbintenis daar juist aan gaan. Bijvoorbeeld: mensen met dementie. Man en vrouw zijn betrokken bij een vereniging. Als je daar tussen zou lopen dan spreken ze je aan, je bent eerder bekend. Je bent meer zichtbaar.

Gemeente Voorst doet al heel veel aan activiteiten op deze gebieden. Op locatie meer organiseren zou een nog betere werking hebben. Er wordt wel geïnformeerd en er is veel beschikbaar maar het mag ‘agressiever’. Ga gericht langs (bij scholen) en organiseer ter plekke. Op locatie aanwezig zijn is zeer effectief. Dit is effectiever omdat het anders verzandt in de zeer grote informatiestroom die er tegenwoordig is.

Als mensen de gang niet weten te vinden richting hulp in verband met een taboesfeer die er om heen hangt is het van belang om nog meer naar de vindplaatsen te gaan als scholen, peuterspeelzalen, kinderopvanglocaties. Met betrekking tot vroegtijdige signalering ook verloskundigen, vaak zeggen we al -9 maand (tijdens de zwangerschap). Daar moeten we beginnen met voorlichting en advies aangezien elke ouder begint met vragen. Dit is normaal en daar moeten we het met elkaar over hebben. Randvoorwaarden zijn dat je moet aansluiten bij de belevingswereld van degene die je wilt bereiken. Hierin zit natuurlijk een verschil tussen startende gezinnen en pubers bijvoorbeeld. Goed inleven is van belang. Goed kijken naar de doelgroep en hier de voorlichting, advies en communicatie op afstemmen.

Preventie door avonden te organiseren: Te beginnen bij waar de vrije tijd wordt ingericht waar je jongeren ontmoet. Binnen het verenigingsleven. Dat zijn plekken waar mensen veel zien en horen, en ik denk als je daar preventie gaat geven dat je het aan weerskanten aanpakt,

jongeren en ouders. Je maakt bespreekbaar wat je ziet. Twee keer per jaar op maat; Je deelt jongeren in leeftijdscategorieën in; je maakt bepaalde onderwerpen bespreekbaar en neemt de ouders daarin mee. Tools aan ouders meegeven die de ouders nodig hebben. Preventie sluit niet goed aan, de juiste mensen worden niet bereikt. Organiseer avonden voor trainers om handvatten te krijgen: hoe ga je om met leeftijdsgenoten; drugsgebruik; hoe ga je om met pesten; vertrouwen bijvoorbeeld hoe ga je om met seksueel overschrijdend gedrag. Je geeft de trainers handvatten mee: hoe signaleer je, wat zijn de signalen. Daardoor kunnen trainers

176

eerder hulp inschakelen. De mensen (meestal zijn dat ook ouders en trainers) die je daar ziet, geef je tools mee. En de jongeren neem je mee in wat de gevolgen kunnen zijn. Wat kun je hierin faciliteren als vereniging. Hiermee kun je denk ik een voorlichtende voorziening voorkomen, dat er geen hulp nodig is. Als je als vereniging ziet dat er veel drugs gebruikt wordt, kun je het probleem bespreekbaar maken, bijvoorbeeld we hebben een interventie vanuit Nederlands jeugdinstituut Just Me. Je eigen zelfvertrouwen, je eigen grens bepalen, wie ben jij als persoon, wat zijn je talenten bespreekbaar maken zodat ze zelfvertrouwen krijgen.

Het is voor jongeren minder bedreigend om dit op een sportclub te doen dan naar CJG gaan.

Hulpvragers blijven achter de voordeur, willen niet dat het zichtbaar wordt, zijn bang voor de consequenties. Ouders gaan niet naar een ouderavond van bijvoorbeeld CJG als het over seksueel misbruik gaat, als het henzelf aangaat, bang om zichtbaar te worden. Houden het liever bij henzelf. In de sportvereniging is het veel laagdrempelige, veiliger, de gedachten hebben dat het minder consequenties kan hebben. En dus ook opener besproken kan worden.

Het valt niet extra op dat je op die avond komt, omdat je toch al onderdeel bent van deze vereniging. De vereniging kan ook weer een plek krijgen in je leven, in je dorp, wijk. Plekken waar veel gebeurt, waar je dingen bespreekbaar maakt. Vereniging is een mooie plek als preventie. Dit is graag wat wij graag zouden willen / hopen te bereiken.

Ik heb niet direct de ruimte om met elkaar om tafel te zitten, om met Talytha bijvoorbeeld, kan wel, en dat gaat ook per mail, of telefonisch wel snel. Maar dat is nu puur alleen op het stukje dyslectie en aanvragen hoe organiseren we dat voor deze school, in dit jaar met een aantal leerlingen. Ik heb Marja Oosterwijk vanuit GGD, CJG bij ons op school gekend, is om ook de korte lijnen rondom de zorg en ontwikkeling van kinderen te bespreken. Dus de organisatie evalueert ook, hoe is dat bevallen. En hoe kijken we terug dat zij hier frequent op school komt, ook voor ouders, maar ook voor leerkrachten een inloop uur te hebben, waarbij je wat dan ook kunt bespreken. Maar waarbij de drempel verlaagd wordt. Dus veel ouders ervaren het ook als drempel om dan ook naar Voorst te gaan en daar naar binnen te lopen. Dus we brengen een stukje hier heen. Prachtig, prachtig gebaar! En we hebben dit jaar nog weinig van gebruik gemaakt, maar het is er in ieder geval. Dus er wordt wel gekeken naar hoe kunnen we het zo laagdrempelig en zo goed mogelijk inrichten voor ouders en dan ook kenbaar te maken, van er is mogelijk de hulp die jij nodig hebt, is hier, dus kom bij ons.

Ingangen zoeken om bij mensen binnen te komen

En hoe zou je dat kunnen doen? Je zou veel meer kortere lijntjes kunnen krijgen. Of veel meer moeten samenwerken of misschien meer in wijken gaan zitten of in dorpen gaan zitten. Of misschien meer huis aan huis bezoeken gaan doen. Nou, hoe krijg je die groep in beeld? Hoe krijg je die te pakken? Misschien moet het via andere instanties. Zoals de huisarts die ook wel een partij is. Kerk kan een ingang zijn. Maar hoe ga je die ingangen vinden. Dat wil niet zeggen dat je alles allemaal zelf gaat doen. Thuiszorg is ook een mooie ingang. Is vaak wel een partij die weleens binnenkomt.

Ik denk dat het überhaupt heel mooi is dat er vanuit deze kant gekeken wordt. Omdat preventie is waar veel mensen wat aan willen doen maar wat ook erg lastig is omdat niet alle

177

mensen er voor open staan. Dus wat ga je dan doen? Ik denk dat het er in zit dat je

laagdrempelige voorzieningen nog laagdrempeliger zou kunnen maken. En dat je misschien budgetten beschikbaar zou kunnen hebben voor bijvoorbeeld huishoudelijke hulp of

opvoedondersteuning die heel dicht bij de mensen zelf ligt. En ik heb natuurlijk vaak met de zwaarste gevallen te maken hé dus het is voor mij moeilijk om te bedenken wat er preventief mogelijk is maar ik zie vaak middelengebruik en ook gebruik van alcohol wat niet goed is. En ik denk dat het goed is om daar preventief op in te blijven steken.

opvoedondersteuning die heel dicht bij de mensen zelf ligt. En ik heb natuurlijk vaak met de zwaarste gevallen te maken hé dus het is voor mij moeilijk om te bedenken wat er preventief mogelijk is maar ik zie vaak middelengebruik en ook gebruik van alcohol wat niet goed is. En ik denk dat het goed is om daar preventief op in te blijven steken.

In document Voorst onder de Loep (pagina 174-190)