Eu ro peani seri ng van he t maatsc happe lijk mi dden vel d in Nederl a nd Bij lag e 3
Europese Unie. De regio’s en plaatselijke groepen participeren in Europese uitwisselingen en kampen. Meer hierover volgt in de paragraaf over het vergroten van de betrokkenheid van de achterban.
Op het landelijk bureau zijn ruim 20 mensen, voornamelijk vrijwilligers, betrokken bij internationale en specifiek Europese zaken. De directeur van de organisatie is betrokken bij Europa vanwege zijn taak in de beleidsondersteuning en representa- tie van Scouting in binnen- en buitenland. Verder functioneren binnen het landelijk bestuur twee Internationaal Commissa- rissen die zorg dragen voor de contacten met de wereldorganisaties en de Europese tak van de wereldorganisaties. Daarnaast is er het Landelijk Beleidsteam Internationaal dat uit 5 vrijwilligers bestaat. Deze mensen functioneren als werk- groep van het landelijk bestuur en hebben tot taak de Europese beleidsthema’s te laten doorwerken in het beleid en functio- neren van de verschillende geledingen binnen Scouting Nederland. Het Landelijk Beleidsteam Internationaal kent nog twee werkgroepen die de officiële partnerships van Scouting Nederland met Tsjechië en Slowakije en Zuid-Afrika begeleiden. Aan die werkgroepen nemen ongeveer 8 mensen deel. Op het landelijk bureau is ten slotte een medewerker aangesteld die het secretariaat van het internationale werk voert.
Het totaal aantal mensen dat op landelijk niveau betrokken is bij Europese activiteiten is echter niet met precisie aan te geven omdat de internationale en Europese dimensie in veel aspecten van het werk van Scouting verweven is. Naast het landelijk Beleidsteam Internationaal onderhouden ook andere beleidsteams, zoals het team Intercultureel, Europese contac- ten. Daarnaast is een groot deel van de deelnemers van landelijke scouting activiteiten zoals jamborees afkomstig uit andere Europese landen. Dat maakt het organiseren van een ‘landelijke’ jamboree deels tot een Europese activiteit.
Europese activiteiten worden uit de contributies betaald. Tot op heden is nog geen Europese subsidie aangevraagd. De bureaucratische rompslomp, het feit dat nationale co-sponsoring nodig is voor honorering van Europese projecten en de gevolgen van het feit dat de nationale overheid de subsidierelatie met Scouting Nederland heeft stopgezet, vormen een belemmering.54
Deelname aan Europese netwerken
Scouting Nederland is lid van de twee wereldbonden van Scouting: de World Organisation of the Scout Movement (WOSM) en de World Association of Girl Guides and Girl Scouts (WAGGGS) voor meisjes. Op Europees niveau is er the European Scout Region (voortgekomen uit WOSM) en de European Region WAGGGS. Beide organisaties hebben ieder een drie-jaar- lijks congres waarin vertegenwoordigers van de lidorganisaties het beleid uitstippelen, een bestuur en een Europees bureau dat het beleid implementeert.55 De oriëntatie van de Europese scouting bonden is breder dan de lidstaten van de Europese Unie. Hun aandachtsgebied is het gehele Europese continent; naast aandacht voor de lidstaten, instituties en het beleid van de Europese Unie, richt men zich op de landen van Midden- en Oost-Europa.
Zowel het European Scout Office (WOSM) als het European Office van de WAGGGS telt ongeveer tien stafleden. De bureaus
54. Vraaggesprekken met vertegenwoordigers van maatschappelijke organisaties, zie de bijlage.
55. De European Region WAGGGS kent de European Guide Conference (congres), de European Committee WAGGGS (bestuur) en het Euro-
pean Office (bureau). De European Scout Region heeft de European Scout Conference (congres), het European Scout Committee (bestuur) en het European Scout Office (bureau) (World Organization of the Scout Movement 2004, Europe Region WAGGGS 2003).
rmo advies 28
130
raad voo r m aa tsch app e lij k e o ntwi kke lin gvan beide organisaties hebben vergelijkbare taken. Men biedt ondersteuning aan de nationale scouting organisaties in Europa en organiseert daartoe seminars, workshops en trainingen. Tevens ondersteunt men de betrokkenheid en participatie van nationale scouting organisaties bij de totstandkoming van nationaal jeugdbeleid en wordt aandacht besteed aan lobby richting de Europese instituties. Naar eigen zeggen levert Scouting een ‘actieve bijdrage aan de ontwikkeling van een beter en effectiever jongerenbeleid in Europa’ (Scouting Nederland 2002b).
De twee Europese scouting bonden werken op verschillende gebieden samen. Zo houden ze gezamenlijke conferenties en formuleren gezamenlijke activiteitenplannen. Er is een coördinatiegroep met daarin de voorzitters van de besturen en direc- teuren van de bureaus en enkele malen per jaar komen de besturen van beide organisaties bij elkaar. Tevens wordt geza- menlijk ‘Europak’ uitgegeven, een elektronische nieuwsbrief voor de nationale organisaties over de Europese activiteiten van de European Region WAGGGS en de European Scout Region (Europe Region WAGGGS 2003).
Samenwerking van de twee Europese Scouting bonden met andere jeugdorganisaties op Europees niveau vindt plaats in het European Youth Forum.56
Scouting Nederland neemt actief deel aan de interactie met de Europese Scouting organen. Jaarlijks nemen tientallen vrij- willigers van Scouting Nederland deel aan internationale seminars die door de Europese bonden worden georganiseerd. In deze seminars staan de uitwisseling en bundeling van expertise op verschillende onderwerpen centraal. De directeur is betrokken bij de organisatie van een Europees seminar voor de top van nationale organisaties. De Internationaal Commissa- rissen hebben in Europees verband jaarlijkse contact-weekends. Delegaties van Scouting Nederland nemen deel aan de driejaarlijkse congressen van de Europese Scouting organisaties en Nederland heeft zich kandidaat gesteld om het Europese congres van 2007 in huis te halen. Naast de contacten met de Europese scoutingbonden onderhoudt Scouting Nederland bilaterale contacten, bijvoorbeeld in het kader van de partnership met Tsjechië en Slowakije en contacten in overige Euro- pese netwerken zoals het Europese netwerk Ouverture waar met name de integratie van allochtonen op de agenda staat. Ook participeert Nederland in een jaarlijkse conferentie van Duitstalige landen.
De nationale scouting organisaties hebben een autonome positie ten opzichte van de Europese scouting bonden. Wanneer in Europees verband actieprogramma’s worden geformuleerd, is Scouting Nederland vrij daar naar eigen inzichten invulling aan te geven. De beleidsprogramma’s van de Europese scouting bonden worden door Scouting Nederland gebruikt als een van de bronnen van de eigen beleidscyclus.
De redenen voor Scouting Nederland om actief deel te nemen aan Europese samenwerking zijn zowel idealistisch als prag- matisch. Men voelt zich deel van een internationale en Europese beweging en voelt de verplichting tot participatie in het internationale verkeer. Daarnaast heeft men geconstateerd dat de internationale samenwerking veel kan opleveren. Er is kennis te halen uit Europa en men wil een rol spelen in de beleidsvorming van de Europese scouting bonden die op hun beurt weer een rol spelen in het jeugdbeleid van de EU. Ook Scouting Nederland zelf richt zich op het Europees jeugdbeleid, en is
56. Van het European Youth Forum maken landelijke jeugdraden deel uit evenals internationale jeugdorganisaties. Zie www.youthfo-