• No results found

157 rmo advies

In document Europa als sociale ruimte (pagina 157-159)

Lob by- e n p a rti c ip ati e strategi eën van E u ropes e NGO’s Bij lag e 4

bewaken van de sociale dimensie van Europa ervoor gezorgd dat het evenwicht tussen sociale en economische doelstellin- gen iets beter in balans is gebleven. Concrete bewijzen zullen echter niet snel voor handen zijn.

II

European disability forum

12

12

Het European Disability Forum (EDF) is een Europese koepelorganisatie die meer dan 37 miljoen mensen met een handicap in Europa vertegenwoordigt. De missie van EDF is het waarborgen van de volledige toegang tot fundamentele rechten en mensenrechten voor mensen met een handicap door actieve betrokkenheid in beleidsontwikkeling en implementatie van beleid in de Europese Unie.

EDF lidorganisaties vertegenwoordigen een grote geografische spreiding en een breed spectrum van onderwerpen door de gehandicaptenbeweging heen. De nationale gehandicaptenraden van 15 Europese landen, plus Noorwegen en IJsland, ver- tegenwoordigen de nationale gehandicaptenbewegingen. Daarnaast is een brede verscheidenheid aan organisaties (23) aangesloten die voor verschillende gehandicaptengroepen campagne voeren in Europa. EDF heeft ook individuele leden. EDF is opgericht door zijn lidorganisaties in 1996 zodat het forum onderwerpen van gemeenschappelijk belang kan verdedi- gen voor alle gehandicaptengroepen en een zelfstandige en sterke stem van gehandicapte burgers kan zijn in de dialoog met de EU.

In deze praktijkbeschrijving worden de lobby en participatie activiteiten van het European Disability Forum (EDF) beschreven. Daarbij wordt met name ingegaan op de rol die het EDF speelt bij normalisatie in de EU van goederen en producten die van betekenis zijn voor mensen met een handicap.

Relatie met het Europees Parlement

EDF is lid van het European Platform of Social NGO’s, de European Women’s Lobby en de European Public Health Alliance. De dialoog met het Europees Parlement wordt aangegaan in de European Parliament Disability Intergroup, een groep Euro- pese Parlementariërs die de rechten van gehandicapten ondersteunen. De EP Disability Intergroup is in 1980 opgericht en is een informele groep van Europarlementariërs van alle nationaliteiten en van de belangrijkste politieke partijen die in het Europese Parlement werken aan gehandicaptenbeleid. De Nederlandse Europarlementariër Bartho Pronk is een van de tien vice-presidenten van EP Disability Intergroup. De groep heeft geen formele macht en is geen formele commissie van het par- lement. Veertig Europarlementariërs zijn erg actief voor gehandicapten onderwerpen. Met een tweemaandelijkse nieuws- brief worden circa 100 Europarlementariërs op de hoogte gehouden van de activiteiten van de groep. Om de maand komt de Intergroup bijeen in Straatsburg en bespreekt onderwerpen die belangrijk zijn voor gehandicapten, gehandicaptenorganisa- ties en de EU-instellingen. De leden van de Intergroup voeren acties uit, zoals parlementaire vragen voorleggen aan de Euro- pese Commissie, amendementen voorstellen bij parlementaire rapporten over EU-beleid en programma’s die voor gehandicapten belangrijk zijn. Ook brengen ze voor gehandicapten relevante punten naar voren in hun parlementaire com- missies. Recente voorbeelden van discussie onderwerpen van de Intergroup zijn het Bus and Coach Directive, het Copyright Directive, de Employment guidelines en het Non-Discrimination package.

12. De praktijkbeschrijving is gebaseerd op gesprekken met Bas Treffers, Nederlands junior vice-president van EDF, en Theo Bougie, vroe-

ger werkzaam bij het IRV (Instituut voor Revalidatie Vraagstukken) in Hoensbroek en nu eigenaar van adviesbureau Bougie Revalidatie- techniek.

rmo advies 28

158

raad voo r m aa tsch app e lij k e o ntwi kke lin g

Van 10-11 november 2003 was er een bijeenkomst van het European Parliament of Disabled People, georganiseerd door het Europese parlement ter gelegenheid van het 10-jarig bestaan van de VN Standaardregels voor mensen met een handicap en het Europese Jaar van mensen met een handicap 2003. In de bijeenkomst waren 200 gehandicapten of hun ouders uit 28 landen uitgenodigd. Tevens waren 100 vertegenwoordigers van gehandicaptenorganisaties uit heel Europa uitgenodigd. Met deze bijeenkomst illustreerde het Europese Parlement zijn ondersteuning van de gehandicaptenagenda en opende de dialoog met handicap vertegenwoordigers voor de follow-up van het Europese Jaar 2003.

Beïnvloeding en lobby

Bas Treffers, Nederlands junior vice-president van EDF, met als aandachtsgebied universele toegankelijkheid, beschrijft de manier waarop politiek gelobbyd is voor een Europese richtlijn op het standaardiseren van personenliften. Daarbij zijn bedrij- ven, normalisatie-instituten en de instellingen die het eindresultaat van de Normcommissie ter kennis van de betrokken institutionele omgeving brengen (notifying bodies) voor de juridische aspecten, met EDF in discussie gegaan en is een werk- groep in het leven geroepen. De werkgroep kreeg mandaat van de EC en de opdracht om een Europese standaard te ontwik- kelen ten behoeve van de EU richtlijnen voor veiligheid, kwaliteit en toegang van liften. Dat politieke lobby- en

beïnvloedings-proces heeft ruim vijf jaar geduurd. Het resultaat is een Europese standaardrichtlijn die najaar 2003 in wer- king is getreden. In die vijf jaar is de groep 2 à 3 keer bij elkaar gekomen. In de tussentijd werd allerlei huiswerk gedaan. Er werd een programma van eisen van verschillende gehandicapten opgesteld: knopjes voor blinden, breedte van de lift- deurenopening, tijd dat liftdeuren openstaan, informatievoorziening, etc.

Een ander voorbeeld is de special needs werkgroep die ontstaan is op initiatief van ANEC, de internationale consumenten- organisatie en CEN, de Europese koepel van normalisatie-instituten. EDF is daarbij gevraagd om de belangen van mensen met een handicap te vertegenwoordigen bij standaardisatievraagstukken. Dit heeft onder andere geresulteerd in een ISO gids, Guide 71, ‘Addressing the needs of elderly people and people with disabilities in standardization work’.

Mechanismen en mogelijkheden

In het normalisatietraject worden veel mechanismen en mogelijkheden ingezet: bij het Europese Parlement, de Europese Commissie, bij nationale organisaties en bij nationale, Europese en wereldwijde gehandicaptenorganisaties. Dat gebeurt door e-mailen, telefoongesprekken, bijeenkomsten, het becommentariëren van conceptteksten, etc. Bas Treffers onder- scheidt verschillen in te gebruiken mechanismen en mogelijkheden, afhankelijk van het onderwerp van de standaardisatie. Het proces van beïnvloeding, participatie en lobby gaat sneller als het gaat om bijvoorbeeld de applicaties van ICT dan bij- voorbeeld bij bouwaanpassingen. Bij bouwaanpassingen zet je in op het ‘Design for all’ principe waarbij projecten in prin- cipe voor iedereen toegankelijk en bruikbaar moeten zijn. Bij ICT applicaties houden bedrijven als Nokia en Ericson (eEurope) specifiek rekening met mensen met beperkingen. Het is en blijft vooral pionierswerk. Lobbyen is volgens Bas Treffers erg belangrijk. Dat betekent het actief benaderen van sleutelpersonen, maar vooral ‘op de juiste tijd op de juiste plaats zijn’ en tijdens een bijeenkomst ‘bij toeval’ de juiste personen treffen.

Terugkoppeling naar de leden

De normalisatiewerkgroep stuurt periodieke rapportages naar het bestuur van EDF. Problemen worden binnen EDF gecommuni- ceerd om een oplossing te vinden. Bas Treffers wijst op het dilemma van de belangenbehartiger, namelijk dat je bij standaardi- seren het risico loopt sommige mensen teleur te stellen, omdat zij door de nieuwe standaardisatie uitgesloten zijn. Ook al zijn dat er maar weinig, het blijft moeilijk.

159

In document Europa als sociale ruimte (pagina 157-159)