• No results found

12 CONCLUSIES EN TRENDS EU-LIDSTATEN

In document EU-trendrapport 2007 (pagina 100-107)

Rechtmatigheid per lidstaat

Het inzicht in de rechtmatigheid van de besteding van EU-gelden door de EU-lidstaten blijft beperkt. De informatie van antifraudebureau OLAF over onregelmatigheden en fraude in de lidstaten is maar beperkt vergelijkbaar en reconstrueerbaar. De Europese Commissie zou werk moeten maken van de verbetering van de informatievoorziening op dit punt. Verder bevatten rapporten van de Europese Rekenkamer weinig rechtmatigheids-informatie op het niveau van lidstaten.

De ontwikkeling dat in sommige activiteitenverslagen van de Europese Commissie informatie over rechtmatigheid op het niveau van lidstaten wordt opgenomen heeft zich doorgezet. De betrouwbaarheid van deze informatie staat echter niet (per definitie) vast omdat deze informatie niet extern is gecontroleerd.

Steeds meer nationale rekenkamers doen onderzoek, zelfstandig en/of in EU-werkgroepverband, naar aspecten van rechtmatigheid en doeltref-fendheid van EU-gelden en -beleid in eigen land. Niet alle nationale publicaties zijn openbaar of worden vertaald. Ook de onderzoeksmetho-diek en -bevoegdheden kunnen per rekenkamer aanzienlijk verschillen.

Hoewel er sprake is van een toename van beschikbare informatie per lidstaat, biedt deze informatie op dit moment nog onvoldoende inzicht in de rechtmatigheid en doeltreffendheid van de besteding van EU-gelden per lidstaat.

Doeltreffendheid per lidstaat

Het inzicht in de doeltreffendheid van het EU-beleid in de lidstaten blijft gering omdat er weinig (openbare) informatie over beschikbaar is. Hoewel de Europese Commissie – en elke lidstaat – mogelijkheden heeft om hierin verandering te brengen, zijn er ook in 2005 nauwelijks openbare publi-caties beschikbaar gekomen.

Figuur 12 Algemene trendinformatie 2000-2006: inkomsten en ontvangsten EU-lidstaten, bijdragen nationale rekenkamers van EU-lidstaten

Kerncijfers EU-lidstaten*

Rechtmatigheid en doeltreffendheid: bijdragen nationale rekenkamers EU

In 2001: € 80,7 miljard, in 2002 € 77,7 miljard, 2003 € 83,6 miljard, 2004

€ 95,0 miljard, 2005 € 100,8 miljard (bron: jaarverslagen Europese Rekenkamer).

In 2001: € 80,0 miljard, in 2002 € 79,9 miljard, 2003 € 85,3 miljard, 2004

€ 94,3 miljard, 2005 € 98,6 miljard (bron: jaarverslagen Europese Rekenkamer).

De nationale rekenkamers van de meeste lidstaten hebben op EU-terrein controlebevoegdheden die vergelijkbaar zijn met die van de Europese Rekenkamer.

De meeste nationale rekenkamers van EU-lidstaten publiceren jaarlijks een of meer rapporten over EU-gelden in eigen land. Sommige rekenkamers voeren certificeringsaudits uit ten behoeve van de Europese Commissie, bijvoor-beeld met het oog op het afsluiten van de pre-toetredingssteun die de lid-staten ontvingen.

Het beschikbare materiaal geeft enig inzicht in rechtmatigheid en doeltref-fendheid van de uitgaven, maar de dekkingsgraad van dit inzicht kan nog niet worden vastgesteld.

Meer nationale rekenkamers hebben stappen gezet om te komen tot nationale rapporten over het beheer van EU-gelden. Het Contactcomité van presidenten van nationale rekenkamers in de EU publiceerde in december 2006 het twee-de rapport van twee-de EU-werkgroep structuurfondsen over ‘onregelmatighetwee-den’.

Afdrachten EU-lidstaten aan eigen middelen EU

Feitelijk ontvangsten EU-lidstaten

Onwikke-lingen in onderzoeks-mandaat nationale rekenkamers

EU-onderzoek nationale rekenkamers

Samen-werking nationale rekenkamers bij EU-onder-zoek

ONTWIKKELING SINDS 2000 EN STAND VAN ZAKEN 2003-2006 TRENDINDICATOR

'01 '02 '03 '04 '05

'01 '02 '03 '04 '05

'02 '03 '04 '05 '06

'02 '03 '04 '05 '06

'02 '03 '04 '05 '06

* De hier gegeven trendinformatie loopt niet verder dan 2005 in verband met de publicatiedatum van de bron: het jaarverslag van de Europese Rekenkamer.

In figuur 12 is algemene informatie opgenomen over de trendindicatoren voor de onderwerpen «afdrachten EU-lidstaten», «feitelijke ontvangsten EU-lidstaten», «ontwikkeling onderzoeksmandaat nationale rekenkamers»,

«EU-onderzoek nationale rekenkamers» en «samenwerking nationale

In onderstaand overzicht geven we daarnaast specifieke informatie over de trendindicatoren voor de onderwerpen «rechtmatigheid» en «doeltref-fendheid».

Overzicht 39. Specifieke trendinformatie 2003–2005: financieel management, rechtmatigheid en doeltreffendheid EU-lidstaten

Hoofdstuk Onderdeel Indicatoren

Deels In tegenstelling tot eerdere jaren gaven in 2005 vier van de acht DG’s lidstaatvergelijkende informatie. Verder zijn door drie DG’s (Landbouw, Regio, Werkgelegenheid) voorbehouden geformuleerd op het niveau van lidstaten.

Per lidstaat: aantal en financieel belang gemelde onregelmatighe-den

Deels Er is inzicht in aantal en volume van gemelde onregelma-tigheden bij het landbouwbeleid, het structuurbeleid en de traditionele eigen middelen. Aantal meldingen is toege-nomen bij traditionele eigen middelen en structuurbeleid, afgenomen bij landbouw. Financieel belang is ten opzichte van 2004 toegenomen bij traditionele eigen middelen en landbouw, afgenomen bij structuurbeleid. Er is geen inzicht bij intern beleid. Er blijft twijfel aan kwaliteit en vergelijkbaarheid gegevens van OLAF.

Per lidstaat: aantal en financieel belang correcties

Deels Er is inzicht in aantal en volume van correcties bij twee van de zeven begrotingshoofdstukken, en bij de eigen middelen. Aantal correcties en financieel belang (nog te vorderen bedragen) zijn in 2005 ten opzichte van 2004 stabiel bij landbouw, gedaald bij structuurbeleid en toegenomen bij eigen middelen.

Per lidstaat: aantal en financieel belang fraude-meldingen

Grotendeels Aantal fraudemeldingen is in 2005 met 26% toegenomen.

Financieel belang openstaande fraudezaken in 2005 is circa€ 1,9 miljard. Informatie van OLAF op dit punt onduidelijk.

Geen informatie over lidstaten.

Beeld per lidstaat,

Er is incidenteel lidstaatinformatie, met name over land-bouwbeleid. Er is geen kwantitatief beeld per lidstaat, per begrotingshoofdstuk.

Bij onder geïntegreerd beheeren controlesysteem vallende uitgaven van het landbouwbeleid is er kwantita-tief inzicht in het aantal fouten (op basis informatie Europese Commissie) op lidstaatniveau. Percentages fouten zijn sterk verschillend per onderdeel.

Doeltreffendheid Informatie

Zeer beperkt Eén van de acht DG’s heeft enige doeltreffendheidsin-formatie op lidstaatniveau in het activiteitenverslag opgenomen.

Inzicht lidstaten op basis evalua-ties

Beperkt EU-brede evaluaties bieden weinig aanknopingspunten voor uitspraken over doeltreffendheid EU-beleid in lidstaten.

DEEL 3 NEDERLAND

13 Inleiding deel 3

In deel 3 van het EU-trendrapport 2007 staat het financieel management van EU-gelden in Nederland centraal. We gaan in op de rechtmatigheid en doeltreffendheid van de besteding van EU-gelden in Nederland, en op de rechtmatigheid van de afdrachten van Nederland aan de EU. Onderstaand overzicht geeft aan welke onderwerpen in dit verband aan de orde komen.

In deel 3 hanteren we bij onze beoordeling van de rechtmatigheid en doeltreffendheid van Nederlandse EU-beleid dezelfde indicatoren als in het EU-trendrapport 2006. In aanvulling daarop formuleren we nu ook indicatoren voor de kwaliteit van de systemen voor financieel manage-ment. Op basis van eigen onderzoek en openbaar beschikbare informatie kennen we daaraan vervolgens waarden toe.

De nieuwste ontwikkelingen op het terrein van financieel management in de EU, zoals besproken in deel 1, hebben implicaties voor Nederland en voor de eisen die in Nederland gesteld worden aan de beschikbaarheid en kwaliteit van informatie over de geldstromen en het financieel manage-ment. We plaatsen onze beoordeling van de Nederlandse situatie waar mogelijk binnen de context van deze recente ontwikkelingen.

De indeling van deel 3 is als volgt:

• Hoofdstuk 14: kerncijfers over de afdrachten van Nederland aan de EU-begroting en de ontvangsten in Nederland vanuit de EU.

• Hoofdstuk 16: beoordeling van de financieel-managementsystemen in Nederland voor het gemeenschappelijk landbouwbeleid, het structuur-beleid en het intern structuur-beleid.

• Hoofdstuk 17: beoordeling van het inzicht in en de mate van de rechtmatigheid van de bestedingen van EU-gelden in Nederland, per hoofdstuk van de EU-begroting.

• Hoofdstuk 18: beoordeling van de doelen en de resultaten van het EU-beleid in Nederland, aan de hand van de actualiseringen («updates») van de midtermevaluaties van het structuurbeleid.

• Hoofdstuk 19: conclusies en trends bij deel 3.

In document EU-trendrapport 2007 (pagina 100-107)