• No results found

afdeeling van Borneo (1923) 117

In document 0093 3000 (pagina 164-173)

Uit een nota van den resident; de gegevens hebben belrekking op de

S E R I E L 71—75; M 1, 2

164

No. Blz.

streken, die niet in het genot van eigen rechtspleging zijn gelaten. — Geheel gelijkluidend aan no. 44.

72. Volkshoofden en dorpsrechtspraak in Boven-Dajak (1925) 121

Uit de memorie van overgave van den gezaghebber K. Scheits van Kloos-terhuis : d e m a n g s en k e d e m a n g a n s, kamponghoofden en kam-pongs, inkomsten, historisch overzicht ; adatrechtspraak; p e n g h o e l o e , resp. kamponghoofd voorzitter naar gelang Maleische of Dajaksche rechtspraak; w a n g m ê d j a ; p e n j e r a h a n ; g a d a i ; eed.

73. Adatboete, huwelijks- en grondenrecht in Sekadau (geen jaar

vermeld) 128

Ontleend aan een bestuursnota, waarvan datum niet is opgegeven : b e 1 i j a n's, p a u t a n g's ; huwelij k; m a s k a w i n , w a n g a n t a r a n ; k a w i n g a n t o e n g ; huw-verbod ; grondenrecht : beschikkingsrecht van kampong; bewerkingsvergunning voor een jaar voor vreemden tegen betaling van a d a t ; p o k o e a d a t of — a g o e n g ; boetestelsel ; p e -m a l i t a n a h voor ladangaanleg door vree-mden.

Bundel XXXIX.

74. Het Koetaische rechtsboek „Beradja Nanti (Niti)". — Tijd

onbekend 299

Bezorgd en vertaald door dr. C. A. Mees, naar een afschrift, in 1916 te Tenggaroeng vervaardigd. Met inleidende opmerkingen (Van Ronkel's Akademie-voordracht, enz.) en naschrift van de commissie (over

„r a d j a n i t i " ) .

75. Verwijzingen enz 343

Verbetering in Bundel-33, blz. 351 ; mededeeling dat het bantai-schets-kaartje in Bundel-36 tegenover blz. 88 moet geplaatst tegenover blz. 76 als behoorend bij no. 64 van serie L.

S E R I E M.

M I N A H A S A . B u n d e l I I I (geheel aan deze serie gewijd).

1. R a p p o r t o v e r d e a d a t k e b i a s a a n , u i t g e b r a c h t d o o r e e n

i n l a n d s c h e c o m m i s s i e ( 1 8 9 6 ) 1 I n l e i d i n g : bij residentsbesluit 29 Juni 1895 (Jellesma) commissie van

inl. hoofden ingesteld ter beschrijving gewoonterecht; rapport 25 Januari 1896 klaar, rondgezonden aan districtshoofden, die hier en daar afwij-kende opmerkingen betr. hun district hebben gemaakt ; de zeven stammen in de Minahasa; h o e k o e m b e s a r , — k e d o e a (zie no. 7), — t o e a;

burgers en D j a w a ; rapport bevat weinig over schuldenrecht, niets over pandrecht.

R a p p o r t d e r c o m m i s s i e , ingedeeld in 8 hoofdstukken :

I. Akan hal poesaka: onderscheiding in roerende en onroerende zaken;

oorspronkelijke adat omtrent verdeeling enz. van gemeenbezeten goe-deren, k a l a k e r a n ; wijziging der adat t.a.v. gronden; onvervreemd-baarheid van familiegronden (oorspr. a d a t ) ; trapsgewijze wijziging; ge-volgen van verkoop van meer dan het rechtmatig aandeel ; bebouwing-van gronden: oorsprkl. jaarlijksche wisseling, later bebouwing bebouwing-van fami-liegronden door bepaalde leden, recht op aanplant ; handhaving der rechten op plantsoenen bij verdeeling van k a l a k e r a n - g r o n d e n ; wenschelijkheid

165 M I N A H A S A Biz.

van verdeeling; verdeeling nalatenschap; nietigheid van zulke beschik-kingen.

I I . Akan hal pembahagian poesaka : algemeene regelen; bepaalde ge-vallen : bij achterlating van langstlevende en kinderen ; kinderen en stief-kinderen; eigen- en adoptiefstief-kinderen; adoptivi geen rechten van eigen kinderen ; stiefkinderen bij ontstentenis van eigen kinderen ; stiefkinderen en adoptivi; eigen-, stief-, en adoptiefkinderen; algeheele ontstentenis van kinderen.

I I I . Akan hal mengakoe anak ( m e k i a n a k ) : oorsprong; motieven;

adoptie van familie-kinderen ; verbastering van het instituut (als belooning voor hulp; van hoofden en aanzienlijken); adoptie van kind uit mans-, en kind uit vrouws familie; wijze van adopteeren ; recht van geadop-teerden op nalatenschap van bloedverwanten der adoptanten; bewijs ( l i l i k o e r ) ; bevestiging door f o s o; rechtsgevolgen voor adoptivus:

erfrecht, recht op nalatenschap van adoptants ouders; recht op bijdragen bruidschat en huwelij kskosten ; rechtsgevolgen voor adoptant: aandeel bruidschat, recht op ondersteuning, aandeel in nalatenschap; wederkeerige onderhoudsplicht; vernietiging der adoptie; nadeden der tegenwoordige adoptie; wenschelijkheid van afschaffing.

IV. Akan hal l i l i k o e r (erkenning buitenechtelijke kinderen) : dubbele beteekenis van „lilikoer", erkenning van kind uit concubine ; van in over-spel verwekt kind; wijze van erkenning; beteekenis der handeling; zeld-zaamheid; nuttigheid der instelling ter vaststelling vaderschap bij huwe-lijken binnen 300 dagen na ontbinding vorig huwelijk; oorsprong van het instituut; wenschelijkheid eener wettelijke regeling.

V. Akan hal kepoenjaan tanah: woeste en ontgonnen gronden; soorten van ontgonnen gronden ; bevolkingsrechten op woeste gronden ; rechten op ontgonnen gronden; ontginningsrecht ; wijze van ontginning (m a -p a l o e s ) ; -p a s i n i-recht; overgang o-p erfgenamen in het onverdeelde ( k a l a k e r a n ) ; moeilijkheden bij grondzaken: bewerking door anderen dan rechthebbende familie, gouvernementskoffietuinen, werken van ge-meen n u t ; rechten op woesten grond alléén aan districtsgenooten ; ver-lating van ontgonnen grond; onvervreemdbaarheid aan niet-districtsge-nooten; wijziging van adat; delicten uit grondgeschillen ; ontwikkeling van p a s i n i b e z i t ; waarom niet veelvuldiger verdeeling van k a l a -k e r a n-gronden; wenschelij-ke maatregelen.

V I . Akan hal nikah : bij de heidenen (m ë h ë r o k o, m a t e r , m a i r a n g) ; polygynie; huw-verboden; bruidschat (r o k o) bij tweede huwelijk; ver-plichting der echtgenooten ; huwelijksgoederenrecht.

V I I . Akan hal nikah diceraikan ( m e w ê t ê n g ) : ontbinding door den dood; door echtscheiding, a. tijdelijk, b. voor goed; echtscheiding volgens oorsprkl. adat: met onderling goedvinden, gedwongen; scheiding van goederen bij gedwongen echtscheiding; gevolgen t.a.v. de kinderen; re-paratie-huwelijk; wenschelijkheid invoering bepaling als in a. 34 B. W . V I I I . Varia : aanleg van vischvijvers ; grondverpachting ( e r a m) en deelbouw; verbruiksleening ; visscherijcontract ; jachtcontract ; verzor-ging van zeugen ; a n t a r p a k a i a n ; gebruiken bij overlijden : 3 nachten en 40 dagen, m i n d o m ê d j a, ook bij huwelijk; afkeuring dier gebrui-ken ; vinden van verloren goed ; betrapping op heeterdaad bij overspel ; verbodsteekens ; recht op stroomend water ; p a h a j o a n (soort sla-vernij) ; slotbeschouwingen: veel verouderd in de adat; verouderde wet-telijke bepalingen, vooral inzake huwelijk; Stbl. 1861 no. 38 en gemengde huwelijken ; bigamie niet verboden ; registers burgerlijken stand ge-wenscht ; ook bepalingen op boedelscheiding ; gebreken der rechtspraak ; wenschelijkheid toepasselijkverklaring B.W. (!). — Zie gedeeltelijke ver-taling in no. 12.

. A d a t v o n n i s s e n ( 1 8 9 7 — 1 9 0 5 . . . . 1 1 4 A. Echtscheiding, huwelijksgoederenrecht en adoptie van christeninlan-ders; alle vonnissen van landraad Menado; 1. vonnis 25 Jan. 1905:

echt-SERIE M 2—11 (AB-3) 166

No. Blz.

scheiding op grond van vrouw's overspel (welke zij zegt gepleegd te hebben op man's verzoek om kind te krijgen); — 2. vonnis 3 Mei 1905:

echtscheiding op beider verlangen, geschraagd door deugdelij ken grond;

huwelijksgeschenken van man aan vrouw blijven aan haar ; — 3. vonnis 30 Mei 1905 : gelijksoortig geval als no. 2 ; — 4. vonnis 15 Sept. 1905:

echtscheiding op beider verzoek geweigerd, als niet steunend op deug-delijken grond ; — 5. vonnis 28 Aug. 1897: wijze van adopteeren in Tonsëa (aanwezigheid van h o e k o e m t o e a en familieleden, d i d i -k o e r of geschen-k als tee-ken, feest) ; niet essentieel, indien adoptie maar door adoptant's familie erkend, door geadopteerde toe te laten tot bijdrage in adoptant's begrafeniskosten ; bij ontstentenis van eigen kinderen erft geadopteerde alleen ; algeheele gemeenschap van goederen, bij huwelijks-ontbinding gelijkelijk verdeeld (afwijkende opmerkingen der commissie).

B. Erfrecht (van denzelfden landraad); 6. vonnis 15 Maart 1905: tot de goederen van een kinderloos overledene, welke geërfd waren van diens vader of moeder, zijn gerechtigd de naaste bloedverwanten van dien vader of die moeder, zelfs met voorbijgang van erflater's overlevende(n) moeder of vader, behalve — naar het schijnt — de goederen, die tot de h a r t a p e n d a p a t a n van vader en moeder hebben behoord ; afwijkend het rapport in no. 1 dezer serie.

C. Woonerven en familiegrond (zelfde landraad) ; 7. vonnis 14 Juni 1900 : het districtsbestuur is bevoegd, zonder schadeloosstelling te beschikken over familiegronden ( k a l a k e r a n ) voor aanleg van nieuwe negorij, ook waar resident bepaald heeft dat dit niet zonder toestemming zou mogen gebeuren en ongeacht de onteigeningsordonnantie ; — 8. vonnis 9 Febr. 1905 (in hooger beroep van het districtsgerecht) : gerechtigd tot een woonerf o p k a l a k e r a ngrond is alleen hij, die met toestemming van het negorij -hoofd het erf in gebruik heeft (opmerkingen : woonerven als regel k a l a k e r a n - n e g e r i, met uitzonderingen; stichting van nieuwe ne-gorijen; k i n t a l ' s daarop, onvervreemdbaar, gaan over op erfgenamen, vallen aan negorij terug bij ontstentenis van erfgenamen, ophouden inge-zetenschap, verwaarloozing, met behoud van recht op boomen en plantsoen zoolang zij worden onderhouden); — 9 . vonnis 17 Nov. 1905: beschikking over grond tot vestiging nieuwe negorij zonder schadevergoeding (verg.

vonnis 7 ) ; — 10. vonnis 2 Febr. 1898: daarin geciteerde so e r a t p o e -t o e s a n dis-tric-tsbes-tuur van Kakas van 1881 be-tr. erfeniskwes-tie, waarin twee k a 1 a k e r a n-perceelen door twee familieleden eigenmachtig waren verkocht buiten de familie.

3. Verhandelingen en adviezen van inlandsche hoofden (1900—•

1902) 152

De drie verhandelingen werden opgesteld, en de adviezen uitgebracht op verzoek van mr. J. H . Carpentier Alting (f 1929).

A. Landbezit in de Minahasa, door J. A. Worotikan, hoekoem kedoea Menado (1901; blz. 152): hoedanigheden der gronden ( t a l o e n , o e ' o e m a n ; tien soorten van laatstgenoemde gronden); bezitrecht;

eigendomsrecht (ini. bezit).

B. Landbezit in Bantik, door P. A. Mandagi, hoekoem toea Malalajang (1902; blz. 164): k a g o e d a n g e n , s a s a n g k o i a n g , onderscheidin-gen, bezitrechten; t a n a b a n o e a , — b a l a k ; o m b a .

C. Contracten omtrent gronden in Tondano, door H . J. Loemanauw, hoekoem kedoea van Kakaskasën (1902; blz. 169): kebiasaan orang jang berpoenja keboen sawah ( p ë t j ë h ) di Tondano (Maleisch, met aantee-keningen betr. t o j o, deelbouw; n a i r ê t a , pand; e r a m , pacht;

p e n g a l a s , vrije strook; n i r o r a n , huurlingen). — Zie vertaling in no. 10.

D. Familiegrond in de meerdistricten (1900; blz. 173) : advies, uitgebracht in vergadering van hoofden der Toloër-districten aan het meer van Tondano op verzoek van mr, Carpentier Alting over verdeeling van

1 6

7 MINAHASA

AT B 1 Z

-No.

k a 1 a k e r a n-goederen : k a 1 a k e r a n-goederen worden vaak ten ge-bruike verdeeld onder de verschillende staken der familie om ze ten gebruike onder zijn leden te verdeelen ; het familiehoofd kan bepaalde deelen der kalakeran aan bepaalde leden ten gebruike afstaan.

4. Adatregeling voor het district Langoan (1901) . . . . 177

S o e r a t b e r s a m a a n, houdende het besluit van de op 14 Nov. 1901 te Langoan gehouden vergadering van districtshoofd, onderdistrictsnoofd negorij hoofden en mannelijke ingezetenen der negorijen om het adatrecht te wijzigen t.o.v. het huwelijksgoederenrecht en het erfrecht van aange-nomen kinderen. 'In een noot (blz. 185) merkt de adatrechtcommissie op, dat aan eene „vaststelling" van adatrecht als zoodanig nimmer eemge bindende kracht kan worden toegekend, tenzij de inhoud daarvan inder-daad door de bevolking wordt opgevolgd, m.a.w. feitelijk adat is ot w o r d f verg. t.a.v. regelingen voor christeninlanders de opvatting der regeer'ing in serie A no. 14, serie G nos. 28 en SS ; dat deze Langoan-regeling nimmer is opgevolgd, blijkt uit mededeehng mr. Kielstra m serie A no. 17 (van 1914).

5. Uittreksels uit „De Minahasa en eenige andere streken dei-residentie Menado" door E. J. Jellesma (Amsterdam, 1903) 186

Zij betreffen: k a l a k e r a n en p a s i n i ; a p a r en p a l o w ; ontgin-ningsrecht; zamelrecht ; grondvervreemding aan met-districtgenooten;

vestisring van eigendomstitels op door inlanders verkochte gronden; ken-nelijk verlaten gronden; tot woestheid teruggekeerde gronden; verja-r i n g ; beschikking oveverja-r gverja-ronden bij vestiging van nieuwe negoverja-rijen; ont-ginning door niet-districtsgenooten ; m a p a i o e s .

Bundel V I I .

. . . 107

6. Verwijzing • • •

Betr. codificatie van adatrecht, inheemsche rechtspraak en hoofdenver-kiezingen, resp. naar serie A no. 8, Z no. 3, Z no. 4.

B u n d e l I X (met adatrechtkaart van de Minahasa, tegenover blz. 160).

7. V e r w i j z i n g

Toelichting op omschrijving der functies van den h o e k o e m k e d o e a in no. 1 dezer serie.

8. Uittreksel uit het rapport-Gallois (1892) 3

Uit Javasche Courant 29 Juli 1892: domeinverklaring in 1877 maakte een eind aan eigenmachtige beschikking over districtsgronden door dis-trictshoofden, en aan roofbouw en ontwouding.

9. Agrarische toestanden (1903) • •

3

Uit Kol. Verslag van 1903: kennelijk verlaten grond; b e l o e k a r , d e l a s ; vergelijking met Z. en O. afd. v. Borneo: a p a r en p e 1 a o e.

10. Contracten omtrent gronden in Tondano (1902) . . . 12

Vertaling der verhandeling van H . J. Loemanauw in no. 3, onder C.

11. Dorpsinrichting en grondenrecht (1906—1910 . . . . 16

A Voorbereiding van eene inlandsche gemeenteordonnantie voor de Minahasa- I Uit een nota van controleur P. A. Moorrees (1908): 1.

ontstaan der districten; 2. districtshoofden; 3. beschikkingsrecht van het district- 4. bezittingen der districten (kassen, k a 1 a k e r a n-gronden, gebouwen) ; S. ontstaan der negorijen (bestuur, diensten, bezittingen) — II Uit brief mr J. H . Carpentier Alting aan P. A. Moorrees (1906)

S E R I E M 11—24 1 6 8

N° - Blz.

over de vraag, of het district, dan wel eerder de negorij als rechtsge-meenschap op den voorgrond treedt. — I I I . Uit een brief van mr. N.

Dirkzwager (1910). — [Een gemeenteordonnantie kreeg de Minahasa eerst in 1931, zie Stbl. no. 138].

B. Voorbereiding van een agrarisch reglement voor Menado : Uittreksels uit desbetreffende regeeringsstukken : I. Verdeeling van familiegronden.

— I I . Grondenregister. — I I I . Rechten op grond toekomende aan in-landsche burgers. — I V . Kennelijk verlaten gronden. — [Zie agrarisch reglement voor Menado in Stbl. 1918 no. 80].

12. Vertaling van een gedeelte van het hoofdstuk „Varia" der

„Adat kebiasaan", opgenomen in Adatrechtbundel I I I . . 41

Zie no. 1 dezer serie, onder V I I I .

13. Huwelijk, verwantschap en erfrecht bij de Bantik (1902) 53

Opgesteld door P . A. Mandagi, dorpshoofd van Malalajang, op verzoek van mr. J. H . Carpentier Alting : 1. huwelijk (aanzoek, r a r a m p a n g s , bruidschat, verloving, huwelijksvoltrekking of m a b a n o e a, m o d o -d a r e enz.); 2. het gezin (a n g k o e m a n g--diensten ge-duren-de 1" hu-welijksjaar, zelfstandig gezin, h o k o of huwelij ksgi f ten ) ; 3. echtscheiding, p o t o (gronden daarvoor, gevolgen t.a.v. medegebrachte en ge -meenverworven goederen); 4. natuurlijke kinderen (overspelige, erken-ning daarvan en van andere buitenechtelijke kinderen); 5. adoptie (ge-volgen, motieven, adoptie van aanzienlijken, wijze van adoptie, ophef-fing) ; 6. familieleden (omvang van het gezin, onderlinge verplichtingen) ; 7. erfenis of b o e n d o e (roerend-, onroerend goed, verdeeling).

14. Adatvonnissen (1898—1910) 84

Alle vonnissen van landraad Menado; 11. (ten vervolge op no 2 dezer serie): Vonnis 1898: eischer beroept zich op ontginning en bebouwing f o n / ; / - ? tflkens drooggevallen oevergrond van Tondano-meer, in 1895 definitief drooggevallen; gedaagde beroept zich op a p a r- of p a l o e a - r e c h t op die gronden door zijn voorouders uitgeoefend; dit laatste vlgs. landraad m Tondano nooit bekend geweest, zou thans niet strooken met domeinverklaring en in elk geval in strijd zijn met alg beginselen van billijkheid en rechtvaardigheid. — 12. ' Vonnis 10 Jan 1904: verdeeling nalatenschap door a.s. erflater in overleg met a s erf-genamen is adatrechtelijk ongeoorloofd; inééngevloeide gemeenschappen uit twee huwelijken te verdeden tusschen langstlevende weduwe voor de eene, en kinderen voor de andere helft; enz.; afwijkende opmerkingen der adatrechtcommissie ; ook nog over erfrecht van adoptiefkinderen en stiefkinderen. - 13. Vonnis 31 Oct. 1910: giften, staande huwelijk door een der echtgenooten aan andere gedaan (i.e. h a r t a p e n d a p a t a n ) is nietig, behalve bij wege van boete (p a m ê h ë, p a r o k o), hetgeen dan uit eigen goed moet geschieden.

15. Adoptie en erkenning van buitenechtelijke kinderen in de

Toloër-districten (1898) gy

Vragenlijst van mr. J. H . Carpentier Alting, beantwoord door districts-hoold van Tondano-Toöelimambot, A. H . Soepit.

16. Tontêmboansche adatrechtstermen 103

Uit het Tontemboansch-Nederlandsch Woordenboek van J A T bchwartz, 1908, aangevuld met gegevens uit de Teksten en Vertalinn-cler teksten met aanteekeningen van denzelfden auteur.

17. A a n t e e k e n i n g o v e r g r o n d e n r e c h t i n d e M i n a h a s a ( 1 9 1 4 ) . 1 4 6 Bevoegdheid der oude stamhoofden om de volgorde van bebouwing dei-gronden, bij eemge negorij behoorend, vast te stellen, en daarbij de

com-No.

169

M I N A H A S A

Biz.

plexen aan te wijzen die bebouwd, en die braak gelaten moeten worden;

verder, om de te bebouwen complexen aan families of familiedeelen ter bebouwing toe te wijzen, ongeacht de rechten eener familie op haar familiegrond.

18. Adatvonnissen (1914) 148

14. (ten onrechte genummerd 13 ; zie no. 14 dezer serie) : Vonnis land-raad Menado 7 Febr. 1914, appèl-vonnis land-raad van justitie Makassar 8 Mei 1914: een adoptie, door beide echtelieden gezamenlijk geschied, kan door den langstlevende worden teniet gedaan, mits met dezelfde for-maliteiten als waarmee de adoptie heeft plaatsgevonden, vnl. in tegen-woordigheid of na behoorlijke uitnoodiging van beider partijen familie-leden. — Als bijlagen 9 verklaringen van inlandsche ambtenaren betr.

deze kwestie.

Bundel X.

19. Verwijzing 277

Naar serie A no. 17, over de waarde der Langoan-regeling (no. 4 dezcr serie).

20. Mededeeling over districtskassen (1914) 278

Uit ,,Mededeelingen van het Bureau voor de bestuurszaken der buiten-bezittingen", afl. 4.

Bundel XII.

21. Huwelijk en echtscheiding in de Minahasa (1845) . . . 215

Uit T. v. N . L, jaargang 7, 184S, dl. 4. : aanzoek, geschenken, bruiloft.

a r t a , f o s s o , scheiding.

22. Gegevens over Bantik (1907) . 2 1 8

Uit J. G. de Haan, Een en ander over Bantik, in Mededeelingen Ned.

Zend. Gen. dl. 5 1 : de dorpen Malalajang en Kalasei bij Menado; familie-huizen; huwelijk en scheiding; begraafplaatsen, medegeven van goederen aan doode.

Bundel XVII.

23. De Minahasische stam of w a l a k (1909) 1

Dr. N . Adriani's opstel „De titel k e p a l a b a l a k der vroegere Mina-hassische districtshoofden" in Tijds. Bat. Gen. 52 (1910) : gemelde titel, vroeger vertaald door „balkshoofden" in verband met de verplichting tot levering van balken, beteekent geslachts- of stamhoofd ( w a l a k , in verbinding met letter m : b a l a k = stam, geslacht, enz.); een en ander met verwijzing naar Schwarz' Tontemboansch Woordenboek (zie no. 16 dezer serie s.v. w a l a k , Bundel-9, blz. 140).

24. Memorie omtrent de Minahasa, uitgebracht door A. C. J.

Ede-ling (1875) 5

Edeling, toenmaals hoofdambtenaar op nonactiviteit, werd in 1874 met een zending naar Menado belast, waarvan het resultaat in de hier —• niet volledig — overgenomen memorie is neergelegd: Hfdst. I. Landbezit: 1.

alg. beschouwingen ; 2. wetten en gebruiken betr. het grondbezit ; 3. de souvereine regten der regeering; 4. bezit van de eilanden behoorende tot de Minahasa; 5. bezit van gronden door Europeanen enz. — Hfdst. I I . Landbouw: 1. in het algemeen; 2. de verschillende cultures met uitzon-dering der koffiekultuur. — Hfdst. I I I . Koffiekultuur: 1. tot 1865; 2.

van 1865 tot de proefneming bepaald bij gouvts.besluit 6 Juli 1870; 3. de

S E R I E M 2 4 - 4 1

170

No. Blz.

proef bevolen bij gouvts. besi. 6 Juli 1870; 4. oorzaken van de mislukking der vrije kuituur; S. tegenw. toestand. — Hfdst. I V : Lasten buiten de kultuurdiensten : 1. alg. beschouwingen ; 2. heerendiensten ; 3. gemeen-telijke diensten; 4. de h a s i l en d a p o e r gelden; 5. belastingen aan de districtskassen; 6. lasten en verpligtingen door de zendelingen opge-legd. — Hfdst. V. Bevolking: 1. de cijfers der bevolking; 2. de maat-schappelijke toestand der bevolking; 3. de burgers. —• Hfdst. V I . Maat-regelen tot verandering van den toestand : 1. alg. beschouwingen ; 2. de maatregelen en de finantieele gevolgen.

25. Gegevens van inlandsche zijde (1916 96

Uit een opstel van Ger. S. S. J. Ratu Langie in Kol. Tijds. 6 (1917), blz. 205—206 en 210—211.

26. Inlandsche gegevens over bestuur en grondenrecht (1917) 98

Uit een opstel over het gemeentewezen in de Minahasa, verschenen in de

„Pangkal kemadjoean" van 15 Oct. 1917.

27. Oude gegevens over de Minahasa (1840—1856) . . . 101

Uittreksels uit T. v. N . I, betr. huwelijk, ceremoniën door weduwe na begrafeuisfeest voor overleden man te vervullen, echtscheiding,-, eeden, godsgericht, grondenrecht.

28. Verwijzing 111

Betr. regeling moh. huwelijken en inheemsche rechtspraak resp. naar series Y no. 17 en Z no. 9.

Bundel XXII.

29. Grondenrecht (1921) . . . ' 371

Een s o e r a t k a p o e n j a a n, bij verdeeling van f amiliegrond opge-maakt ten overstaan van den h o e k o e m t o e a, door de rechthebbende familieleden geteekend en door het districtshoofd gelegaliseerd.

30. Adatinkomsten der gemeentehoofden (1918) 373

Korte mededeeling, zonder opgaaf van bron.

31. Verbodsteekenen (1921) 374

Mededeeling van den wd. hoekoem besar van Bantik Ruata ; verbods-teekenen om bosch enz. te ontzien. — Zie serie Z no. 23.

Bundel XXV.

32. M a p a l o e s en tuchtrecht (1922) 267

Uit een regeeringsrapport .: het m a p a l o e s , speciaal bij grondbewer-king; toezicht hierop; verplichtingen en straffen bij niet nakoming daar-van, op te leggen door den t o e a i m p a 1 o e s, ten uitvoer te leggen door den m o p o n g k o l .

33. Verwijzing enz 270

Mededeeling dat op agrarische circulaire-1919 geen nadere aanschrijving is gevolgd (1924); verder stelling uit proefschrift dr. L. Adam, en ver-wijzing voor indonesische getuigen naar C no. 82.

Bundel XXXI.

34. M a p a l o e s (1926) . \ . . . , . . ' . . ,''-. 1

Opstel van A. H . D. Supit in het door dr. Ratulangie te Menado uitge-geven maandblad „Mangoeni", 1926 no. 5 ; uiteenzetting van het wezen

171 M I N A H A S A

No. . B l z

-en de werking van het m a p a i o e s (o.m. tot bije-enbr-eng-en van e-en geldsbedrag ten behoeve van een lid, m e k e k a j a a n ) ; gebruiken, ver-plichtingen, straften, enz.; met „naschrift" (van de redactie van „Ma-ngoeni"? Daarin een niet duidelijke opmerking over het m e k e k a j a a n , waaronder waarschijnlijk de onderlinge credietverleening bij toerbeurt is te verstaan, in het volgend nummer dezer serie m a h a p a 1 o e s w a n g genoemd; verg. ook serie Z no. 30).

35. Sawahverpanding in Tondano en samenwerking ( m a h a p a

-1 o e s) in de Minahasa (-1926) -10

Uit een rapport van dr. C. L. van Doorn in het Blaadje van het volks-credietwezen, 1926, blz. 176: verkoop van sawahs in het Tondanosche onbekend, vandaar de veelvoudige verpanding; — het m a h a p a l o e s w a n g : onderlinge credietverleening bij toerbeurt; vereenigingen hier-voor, speciaal in de dorpen Kaima en T a l e r ; vergelijking met de crediet-coöp'eraties. — Verg. serie Z no. 30; zie ook vorig nr. dezer serie.

3 6 . D e e l w i n n i n g v a n v e e i n d e a f d e e l i n g M e n a d o ( 1 9 2 0 ) . . 16 Twee gegevens, naar aanleiding van de rondvraag-1919, zie serie B no. 36.

37. Mr. J. C. Kielstra over Minahasisch adatrecht (1914) . . 17

Ontleend aan een bespreking van afl. S van Van Vollenhoven's „Adat-recht" (speciaal I, 326-351) in Tijds. B. B. 1914, blz. 258-261 : afwijkende meening betr. : verandering van naam, inrichting dorpsbestuur, huwchjks-zeden der Christcn-Minahasers, bruidschathuwelijk (nog veelvoorkomend;

bruidschat en contrageschenk), verantwoordelijkheid der erfgenamen voor boedelschulden, verzorgingscontract. — Zie hierover „Adatrecht", I, blz. 760—762.

38. Het huwelijk in de Minahasa (1894) 20

Uit een stukje van H . E. K. in T. v. N. L, ontleend aan de Nieuwe Rott. Crt.: verloving, huwelijk, hooge h a r t a , enz.

39. Oude gegevens (1870—1891) 23

Uit T. v. N . I . : huwverbod; koppensnellen; grenskwesties; verloving en huwelijk bij de Toumpakewa (De Clercq, 1870) ; voorkeurrecht op verlaten gronden.

40. Ethnographische gegevens (1927) 26

Uit den Catalogus van 's Rijks ethnographisch museum, dl. 19: oudere literatuur; schilden als poesaka; haarbosjes van gesnelden ; hoofddeksel van de k a b e s a r a n .

Bundel XXXIII.

41. Adatvonnissen (1918—1928) 354

Vonnissen van den landraad te Menado, in uittreksel, ingezonden door mr. C. T. Bertling; vervolg op no. 18 dezer serie. — 15. Vonnis 13 Oct. 1928: verzet door t o e a o e n t e r a n a k tegen voorgenomen executie zijner goederen op verzoek van een adoptiefkind van hem en zijn overleden vrouw, met het oog op de belangen van zijn eigen adop-tiefkinderen, gegrond verklaard. — 16. 4 Dec. 1918 : adoptie niet erkend, daar negorij-hoofd daarbij niet aanwezig was; vernietigd door raad van just Makassar 11 April 1919, op grond dat dit tegenwoordig niet meer noodig is. — 17. 16 Maart 1928: Europeaan, uit Minahasische moeder, opgelost in de inl. bevolking; adoptie mogelijk. — 18. 26 April 1928:

gedopteerd waren, door man en vrouw, twee kinderen van mans familie en twee kinderen van vrouws familie ; de laatste twee verstooten wegens onbehoorlijk gedrag en vervangen door twee anderen na mans dood. —

42.

S E R I E M 41—44, N 1—10 172

N o- _ Blz.

19. 26 Juli 1928 : h a r t a k a w i n moet, bij echtscheiding door vrouws schuld, aan man worden teruggegeven (Tonsea). — 20. 28 Sept. 1927:

bij echtscheiding vallen de p e n d a p a t a n in hun geheel aan de partij die geen schuld heeft. — 21. 28 April 1928 (residentiegerecht) : de p e n d a p a t a n verantwoordelijk voor de schulden van den man en de vrouw. — 22. 21 Nov. 1928: deeling der p e n d a p a t a n tusschen man en vrouw met het oog op voorgenomen echtscheiding kan aan derden geen nadeel berokkenen; de verkoop van een aldus aan vrouw toege-scheiden tuin door man, vóór de echtscheiding, blijft van kracht. — 23.

27 Dec. 1928: twist over een woonerf. — 24. 17 Jan. 1928: groot grond-stuk, deel uitmakend van samengevloeiden onverdeelden boedel van A.

die eerst met B, daarna met C was gehuwd, toegewezen aan kleinkin-deren van C, die met hun voorgangers meer dan 100 jaar het genot van den grond hebben gehad, nu eischers hun beter recht niet kunnen be-wijzen (géén verjaring). — 25. 19 Jan. 1928: grondstuk, dat ged. zegt gekocht te hebben (doch welke koop nietig was verklaard), aan eischer toegewezen met schadevergoeding voor gebruik vanaf den dag der be-twisting (en niet vanaf dien van het onrechtmatig gebruik, omdat geen kwade trouw bleek). — 26. 30 Jan. 1928: bezit te goeder trouw verplicht, bij gebleken onrechtmatigheid, alleen tot vergoeding van de vruchten sedert den dag der betwisting (volgens adat kebiasaan Tonsea).

In document 0093 3000 (pagina 164-173)