• No results found

7 Extremely Loud and Incredibly Close – Jonathan Safran Foer

7.4 Tijd en ruimte van het schrijven

Schrijven speelt een grote rol in ELIC. Oskar stuurt na het overlijden van zijn vader post naar allerlei beroemdheden: Stephen Hawkings, Kofi Anan, Ringo Starr, Jane Goodall153 en aan allerlei staatshoofden.154 Hij weet zelf niet eens goed waarom hij dit doet, behalve dan dat het hem een beetje opfleurt.

Post versturen is een familietic. Grootvader Schell schrijft dagelijks brieven aan Anna en later aan zijn zoon Thomas en gaat daarmee door na hun dood. Grootmoeder Schell klimt op verzoek van Oskar regelmatig in de pen om hem lange brieven te schrijven. Hierin vertelt ze dat ze als klein meisje graag brieven verzamelde. De laatste fanatieke briefschrijver die we in ELIC tegenkomen, is de vader van William Black, Edmund, die als hij te horen heeft gekregen dat hij kanker heeft, de laatste twee maanden van zijn leven vult met het schrijven van brieven aan iedereen die hij ooit heeft gekend. In deze brieven heeft Edmund het vooral over alles wat hij naliet te doen en waar hij spijt

152 Pag. 211

153 Pag. 11

om heeft.155 Wanneer we de brieven van grootvader Schell lezen, zien we dat ook hij spijt heeft van zijn passiviteit. Hij wou dat hij een tweede leven had, dat hij niet zou vullen met schrijven maar met zijn vrouw en Oskar. Zijn obsessie met het verleden noemt hij dan ook “the cancer of not letting go.”156 Het woord “cancer” is hier opvallend. Waarom wordt het niet gewoon een “ziekte” genoemd? Het vermoeden rijst dat dit is om een verbintenis te maken met Edmund die aan kanker leek. Zijn zoon noemt op een gegeven moment het schrijven van brieven een ziekte: “If he [Edmund, E.D.] hadn’t already been sick, his letters would have been his sickness.”157 Opa Schell en Edmund schrijven in korte tijd een enorme hoeveelheid brieven die er in het geval van grootvader Schell voor zorgen dat hij het verleden niet los kan laten: hij sleept de onverstuurde brieven de hele wereld over. Zowel hij als Edmund schrijven zoveel omdat zij zich weigeren neer te leggen bij de omstandigheden. Meerdere personages sparen brieven: William bewaart alle post van zijn vader, Oskar lamineert al zijn brieven zodat ze niet beschadigd raken,158 en zelfs grootmoeder Schell verzamelde als klein meisje post. In haar brieven aan Oskar kunnen we lezen waarom het sparen van post niet zo’n goed idee is. Ze vertelt Oskar op een gegeven moment over een man die heel veel brieven verzamelde: “I [grootmoeder Schell, E.D.] remember thinking it’s enough to drive someone to kill himself.”159 De man in kwestie pleegt inderdaad zelfmoord. Grootmoeder raakt ervan overtuigd dat brieven een gevaar kunnen vormen. Wanneer tijdens het bombardement op Dresden haar ouderlijk huis afbrandt, krijgt ze het vermoeden dat de op haar kamer verzamelde brieven ervoor zorgden dat het vuur sneller om zich heen kon grijpen.160 Dezelfde gedachte vinden we tegen het einde van de roman terug bij Oskar: “I [Oskar, E.D.] read that it was the paper that kept the towers burning. All of those notepads, and Xeroxes, and printed e-mails, and photographs of kids, and books, and dollar bills in wallets, and documents in files….all of them were fuel. Maybe if we lived in a paperless society…Dad would still be alive.”161 Het bewaren van brieven wordt, vanuit dit standpunt bekeken, om twee redenen gevaarlijk: allereerst omdat je hierdoor het verleden niet kunt loslaten en ten tweede omdat ze bestaan uit brandgevaarlijk materiaal, die de ruimte kunnen vernietigen.

Aanvankelijk komt uit de roman het idee naar voren dat schrijven doet leven. Door te schrijven aan iemand die overleden is, creëer je alsnog de illusie dat de persoon in kwestie nog in leven is. Het schrijven zorgt er echter ook voor dat je het verleden niet los kunt laten waardoor je niet verder kunt gaan met de toekomst.

De reden voor de in ELIC aanwezige verzameldrift wordt duidelijk tijdens een scène waarin Oskar een gesprek heeft met zijn psychiater. Oskar moet uitleggen wat voor hem het begrip “home” betekent. Hij denkt even na en zegt dan: “Where the stuff is”.162 Hoe meer je verzamelt, hoe meer thuis je krijgt. Tegelijkertijd is hier natuurlijk iets heel schrijnends aan: er wordt verzameld omdat er geen thuis meer is, omdat degenen die voor William, grootvader Schell en Oskar het “thuis” symboliseren, er niet meer zijn. Stukken 155 Pag. 297 156 Pag. 17 157 Pag. 296 158 Pag. 40 159 Pag. 78 160 Pag. 83 161 Pag. 325 162 Pag. 202

tekst moeten degenen die worden gemist, vervangen. Oskar bewaart zelfs het antwoordapparaat waarop de laatste woorden van zijn vader staan!

Thuis is dus waar “the stuff” is, waar de geliefden zijn. De fysieke kant van de liefde wordt hierbij benadrukt. Als Oskar bijvoorbeeld zijn kat Buckminster ziet, moet hij hem altijd aaien: “to show him that I love him”.163 Fysieke aanwezigheid is zeer belangrijk in ELIC en wordt regelmatig gelijkgeschakeld met liefde.

Fysiek contact is het enige dat Oskar voor paniek kan behoeden. Wanneer hij aan William zijn verhaal vertelt, vraagt hij hem het volgende: “Could you please put your hand on me so I can finish the rest?”164 Ook grootmoeder, die familie heeft verloren bij een ramp, wordt graag aangeraakt. Tijdens de “begrafenis” van Oskars vader kan ze niet ophouden met Oskar aan te raken.165 Wanneer ze ziet hoe hij in paniek is op 9/11 moet ze hem de hele tijd dicht bij zich houden.166 Als haar man na veertig jaar terugkeert knuffelt ze hem bijna dood: “I wanted as much of us to touch as possible”.167 Zelfs voor de gesloten grootvader Schell is aanraking belangrijk. Na het bombardement op Dresden wordt hij verzorgd door een verpleegster: “…her touch saved my life”168. Ook bij hem is aanraken een vorm van liefde. Alle personages die iets hebben verloren, krijgen de neiging om degenen die ze nog wél in hun omgeving hebben de hele tijd aan te raken. Dit gebeurt deels om zich ervan te overtuigen dat de ander er nog is, hetgeen terugkomt in Oskars neiging om de hele tijd aan zijn ouders te vragen of ze er nog wel zijn: “Mom?” “Yeah?” “Nothing”.169 Het schrijven begint pas wanneer de geliefden verdwenen zijn.

Het geschrevene neemt in ELIC soms erg ruimtelijke vormen aan. Toen de “Sixth Borough” van New York begon af te drijven, deden de kinderen van het vasteland er alles aan om contact te onderhouden met hun vrienden van het verdwijnende stadsdeel. Ze probeerden bijvoorbeeld met hen in contact te blijven via bliktelefoontjes. Omdat het zesde district steeds verder van New York afdreef, hadden de kinderen steeds meer touw nodig om te kunnen blijven spreken: jojokoordjes, oude kettingen. De woorden gaan op deze wijze door de objecten en worden op deze manier gematerialiseerd: “The words [de woorden “I love you”, E.D.] traveled the yo-yo, the doll, the diary, the necklace, the quilt, the clothesline, the birthday present, the harp, the tea bag, the tennis racket, the hem of the skirt….The boy covered his can with a lid, removed it from the string, and put down her love for him on a shelf on the closet.”170 Woorden vervangen iemand die gemist wordt. Doordat woorden in de roman vaak worden gematerialiseerd in objecten is het mogelijk de gemiste personen nog enigszins bij je te hebben. Het meest extreme voorbeeld hiervan vormen de brieven van grootvader Schell aan zijn zoon Thomas die uiteindelijk de vorm van Thomas zélf aannemen wanneer Oskar en opa zijn lege grafkist ermee te vullen. Pas dan is Thomas pas echt gestorven.

“Stuff” neemt dus de plaats in van verloren geliefden. De meest belangrijke vorm van “stuff” in ELIC is tekst. In de roman ligt dan ook sterk de nadruk op de ruimtelijkheid van tekst. In schema gezet ziet het er als volgt uit:

163 Pag. 14 en 68 164Pag. 301 165 Pag. 232 166 Pag. 227 167 Pag. 306 168 Pag. 214

169 Pag. 36 en 170. Ook met zijn vader doet Oskar dit, op pag. 222 en 326.

Een geliefd persoon is kwijt → grote stukken tekst worden aan deze persoon geschreven → de tekst neemt de plaats in van de geadresseerde

Wanneer grootvader van verdriet niet meer kan praten, laat hij de woorden “yes” en “no” op zijn linker- en rechterhand tatoeëren. Naarmate het verhaal vordert, wordt er met betrekking tot grootvader niet meer verteld of hij “ja” of “nee” zegt maar dat hij, bij wijze van antwoord, zijn linker- of rechterhand laat zien. Zo wordt zijn eigen lichaam tekstueel. Op een gegeven moment zegt hij zelfs dat zijn armen boeken zijn!171 Dit is lichamelijkheid van de tekst ten top. Het lichaam wordt tekst, terwijl hij hoopt dat tekst juist weer lichamelijk wordt! Dit is de laatste gelijkschakeling tussen tekst en lichaam, waarbij duidelijk wordt dat er de wens bestaat het verschil tussen deze twee op te heffen.

Het schrijven van teksten kan in ELIC worden beschouwd als een poging te greep te krijgen op de werkelijkheid. Tekst moet personen vervangen die er niet meer zijn. We zien dat vooral grootvader Schell deze neiging heeft, en dit ook met zijn woonruimte doet. Op een gegeven moment spreken hij en grootmoeder af dat bepaalde ruimtes in hun appartement “niet bestaan”. Ze noemen deze ruimtes dan ook “Nothing Places”.172 Het doel van deze ruimtes is dat je er in kunt gaan staan om een tijdje niet meer te hoeven bestaan. Dit duidt op een haast obsessieve neiging om de werkelijkheid je wil op te leggen. Het is geen wonder dat juist grootvader Schell met de “Nothing Places” op de proppen kwam: hij is degene die er geen vrede mee kan krijgen dat de wereld veranderd is. Hiertegenover staat grootmoeder Schell, die met de dag leeft en er op het laatst niet meer tegen kan dat haar man zichzelf en hun woning volschrijft. Zij is het er niet mee eens dat het leven ondergeschikt wordt gemaakt aan tekst. Wanneer Oskars moeder na de aanslagen met zelfgemaakte posters op pad gaat om Thomas te vinden, staart oma Schell haar met gemengde gevoelens na: “The paper, the stapler, the tape. It makes me sick. Physical things. Forty years of loving someone becomes staples and tape.”173 Het geschrevene kan volgens grootmoeder Schell het lichaam nooit vervangen. Uit de roman blijkt dat deze instelling de enige manier is om verder te komen en het verleden te verwerken. Maar het duurt een hele tijd voor de overige personages daar achter komen. Via tekst ruimtes of lichamen nabootsen wordt in ELIC gedaan door personages die niet met het heden kunnen omgaan. Zo komt de nadruk op het verleden te liggen waarin alles “beter” was en de verloren geliefden nog leefden. Grootvader Schell probeert krampachtig het verleden, en daarmee de verloren geliefden, te laten herleven in de vorm van brieven. Ook de stervende Edmund Black probeert tijd in te halen door zijn via brieven alles te zeggen wat hij voor zijn gevoel nog niet had gezegd. Er worden brieven geschreven in de hoop tijd in te halen, die niet meer in te halen valt.

Grootvader Schell probeert zelfs een hele toekomst te schrijven voor hem en Anna. Op een gegeven moment wil hij uit frustratie zijn typemachine vernietigen: “I had pulled the ribbon from the machine, it had been an act of revenge against the typewriter and against myself, I’d pulled it into one long thread, unwinding the negative it held- the future homes I had created for Anna, the letters I wrote without response- as if it would

171 Pag. 132

172 Pag. 110

protect me from my actual life.”174 De tijd is zijn vijand: hij klaagt dat er te weinig tijd is om alles wat hij zou willen zeggen, op te schrijven.175 Hetzelfde kwamen we al tegen bij Spiegelman. Zowel grootvader als Spiegelman hebben het gevoel niet tegen de tijd op te kunnen schrijven. En ook in ELIC ontbreekt de ironie die in Tristam Shandy wél aanwezig is. Toch is er een verschil tussen ELIC en In the Shadow: Spiegelman schrijft om verslag te kunnen doen, de grootvader schrijft om daarmee zijn geliefden terug te krijgen.

Oma en Oskar schrijven eveneens brieven. Het verschil is dat de geadresseerden in kwestie nog in leven zijn. Oskar vraagt in deze brieven aan verschillende beroemdheden of zij hem willen onderwijzen en willen beschermen. Dat betekent dat hij zich onveilig voelt in vergelijking met de periode toen zijn vader nog in leven was: hij begint immers met het schrijven van brieven nádat zijn vader overleden is. Tegen het einde van de roman wordt er bijvoorbeeld terug gegaan in de tijd, naar de periode vlak vóór de aanslagen, waarover Oskar zegt dat teruggaan in de tijd best een goed idee is: “We would have been safe”.176 Dat betekent dat men na de aanslagen niet meer veilig is en dat verklaart Oskars angst voor tijd en ruimte. Er is een angst voor tijd bij gekomen: hoe verder men van elf september verwijderd raakt, hoe verder hij van zijn vader en van de vroegere veiligheid verwijderd is. Hij is op weg naar een toekomst die onzeker is en bevolkt wordt door terroristen die het op hem hebben gemunt. Hierom schrijft hij brieven. Niet om het verleden in leven te houden, zoals zijn grootvader maar om zich weer veilig te voelen. Tegelijkertijd bevindt hij zich hierdoor in hetzelfde bootje als zijn grootvader. Beiden proberen weg te vluchten van het heden.

Vergeleken met Oskars angst voor de toekomst is de instelling van zijn grootmoeder een stuk optimistischer. Ze vertelt Oskar dat zij als klein meisje veel brieven kreeg van mensen die wilden dat ze hun leven konden overdoen.177 Van alle briefschrijvers is zij de enige die op het heden en de toekomst is gericht. De reden hiervoor is Oskar. Op een gegeven moment bezoekt grootmoeder Schell Oskars uitvoering van Hamlet en heeft dan een openbaring: “I’m [grootmoeder Schell, E.D.] remembering you [Oskar, E.D.] onstage in front of all those strangers. I wanted to say to them, He’s mine. I wanted to stand up and shout, That beautiful person is mine! Mine! When I was watching you, I was so proud and so sad. Alas. His lips. Your songs. When I looked at you, my life made sense. Even the bad things made sense. They were necessary to make you possible…My parents’ lives made sense. My grandparents’. Even Anna’s life. But I knew the truth, and that’s why I was so sad. Every moment before this one depends on this one. Everything in the history of the world can be proven wrong in one moment.”178 Uit ELIC blijkt dat de mens geneigd is om het verleden vanuit het heden te interpreteren en aan de hand daarvan te waarderen. Dit werkt niet, omdat er hierdoor een te sterke nadruk op het verleden komt te liggen. Alles verdwijnt: niet alleen de goede maar ook de slechte dingen. Er kunnen nieuwe aanslagen plaatsvinden maar ook nieuwe hoogtepunten, zoals veelbelovende kinderen als Oskar die zich in willen zetten voor een betere wereld. 174 Pag. 124 175 Pag. 132 176 Pag. 326 177 Pag. 79-77 178 Pag. 232

Hierom is het van belang in de toekomst te blijven geloven. Het is veelzeggend dat grootmoeder Schell pas brieven gaat schrijven wanneer Oskar haar daar nadrukkelijk om vraagt. “I can’t take back the things I never did,”179 schrijft ze vervolgens. Het is volgens haar beter om op de toekomst gericht te zijn dan om passief te blijven treuren om het verleden “It’s better to loose than never to have had”.180 Door niet bang te zijn, hoeft zij niet via het schrijven van brieven of het ondernemen van speurtochten aan de werkelijkheid te ontkomen. Hierdoor vormen haar brieven een sterk contrast met die van grootvader Schell en Edmund, waaruit een obsessief verlangen naar het verleden en een angst voor het heden en de toekomst spreekt. En naast Oskars brieven vormen de hare een poging om hem te laten zien dat je altijd in het “nu” moet leven. Ze schrijft dat ze al het belangrijke in haar leven is vergeten181 en zich niet eens meer herinnert wat het laatste was wat haar vader tegen haar zei.182 Het gaat er voor haar om altijd in het heden te leven: op een gegeven moment schrijft ze Oskar dat ze op het puntje stond haar oudere zus te vertellen hoeveel ze van haar hield. Dat deed ze niet, omdat ze dacht dat er nog wel een andere gelegenheid voor zou komen. De volgende dag was haar zus dood. Grootmoeder schrijft hierop: “…how can you say I love you to someone you love? …Here is the point of everything I have been trying to tell you, Oskar. It is always necessary.”183

Mensen die bang zijn, zoals Edmund, Oskar en grootvader Schell, beginnen uit zichzelf te schrijven. Ze willen dat de vermiste personen, of de tijd die ze niet hebben gebruikt, opnieuw van hen zijn. Hun obsessie voor het verleden zorgt voor een grote angst voor de toekomst. De enige die in de roman uiteindelijk écht tevreden en stabiel lijkt, is grootmoeder Schell. Hierdoor is het aannemelijk dat haar houding te opzichte van tijd en ruimte, de juiste is: houd je altijd bezig met de toekomst en probeer niet de ruimte te veranderen om het verleden te laten herleven.

Bij het schrijven van brieven hoort in ELIC een bepaalde vorm van tijd en ruimte. De tijd is hierbij vijandelijk, omdat zij de afstand tussen de meeste briefschrijvers en hun geliefden benadrukt. Er wordt vervolgens geschreven om de illusie te hebben dat de overledene nog bestaat. Langzamerhand vervangt de tekst de vermiste persoon. Het schrijven ontstaat, op het geval van grootmoeder Schell na, door verlies. De tekst wordt hierbij iconisch voor de verloren geliefde, waarmee de ruimtelijkheid van tekst een belangrijke rol begint te spelen. Pas wanneer je los laat, kan het verwerkingproces beginnen.

Tezamen met het zoeken vormt het schrijven de belangrijkste handeling van de roman. Wat beide handelingen met elkaar gemeen hebben, is dat je hiermee iets of iemand wil bereiken die er op dat moment niet is. Men wil bewaren. Er wordt over het algemeen ontzettend veel verzameld en tekst is hierbij het belangrijkste “collectorsitem”. Ook is hier sprake van het teruggrijpen op een handeling waar men in het verleden gelukkig van werd. De tijd en ruimte die bij het schrijven van tekst horen, worden bepaald door een soort dwangmatig vasthouden aan het verleden. Centraal staat het

179 Pag. 309 180 Pag. 310 181 Pag. 308 182 Pag. 309 183 Pag. 314

creëren van tekst die de plaats moet innemen van verloren ruimte of geliefden. Er wordt niet gekeken naar de toekomst: er wordt geschreven om het verleden te doen herleven.