• No results found

Concurrentiedruk van buiten de markt

In document Marktanalyse vaste telefonie (pagina 93-96)

368. Naast concurrentiedruk vanuit de markt, kan er druk van buiten de markt zijn op de spelers

binnen de relevante markt. In de retailmarktafbakening heeft het college geconcludeerd dat mobiele

214

Dialogic, Eindgebruikersonderzoek zakelijke marktsegmenten, mei 2011, blz. 40-41.

215

Zo heeft KPN in een interview van 15 maart 2011 aan het college aangegeven dat marktpartijen in het grootzakelijke segment gedicteerd worden door eindgebruikers.

93 telefonie, OTT-telefonie en spraak over VPN geen substituten zijn voor vaste telefonie. Daarnaast heeft het college geconcludeerd dat VoB niet tot de relevante productmarkt voor meervoudige

gesprekken behoort. In deze paragraaf analyseert het college of deze diensten van buiten de markten druk uitoefenen op de spelers in de markten. Aangezien eventuele druk bepaald wordt door

toetredingsdrempels en potentiële concurrentie, analyseert het college daarna of er sprake is van toetredingsdrempels en ontbrekende potentiële concurrentie.

Feiten en analyse

Markt voor enkelvoudige gesprekken

369. Volgens A.T. Kearney/Telecompaper is het maandelijks aantal belminuten in de

consumentenmarkt voor vaste telefonie tussen eind 2007 en Q2 2010 met circa 9 procent gedaald.

Het aantal aansluitingen voor vaste telefonie is in dezelfde periode met 3 procent afgenomen.216 In

reactie op de door het college uitgestuurde vragenlijst217 geven vrijwel alle aangeschreven

marktpartijen aan een (verdere) daling van het gemiddeld belvolume per aansluiting te verwachten. Dat marktpartijen aangeven met een krimp van de markt rekening te houden, betekent dat deze partijen hier mogelijk in bepaalde mate door gedisciplineerd worden. Uit de reacties op de vragenlijst is echter niet gebleken dat marktpartijen in hun productaanbod of prijsstelling rekening houden met mogelijke volumeverschuivingen naar mobiele telefonie of OTT-telefonie. Zo heeft geen van de aangeschreven marktpartijen aangegeven (plannen voor) aanbiedingen te hebben die gericht zijn op klanten die mogelijk overwegen om alleen mobiel te bellen of die gericht zijn op „mobile only‟

consumenten om vaste telefonie af te nemen. Ook het feit dat de verkeerstarieven stijgen218, kan erop

wijzen dat aanbieders geen of beperkt prijsdruk ondervinden van mobiele telefonie of OTT-telefonie.

370. Concurrenten van KPN bieden (nog) geen, beperkt of beperkter dan KPN mobiele

telefoniediensten aan. De mate van disciplinering die van de verschuiving in verkeersvolumes zou kunnen uitgaan, is daarmee beperkter op KPN dan op haar concurrenten.

371. De dreiging van potentiële toetreding tot een markt kan een dominante aanbieder ervan

weerhouden zijn prijzen te verhogen tot (aanzienlijk) boven het competitieve niveau. In een markt met (zeer) hoge toetredingsdrempels is deze dreiging niet of nauwelijks aanwezig. In een situatie zonder regulering geldt dat nieuwe toetreders uitsluitend actief kunnen zijn op de retailmarkten indien zij beschikken over een eigen aansluitnetwerk. Dit betekent dat nieuwe toetreders worden

geconfronteerd met hoge investeringen in onder meer de aanleg van een eigen netwerk.

372. In paragraaf 5.4 heeft het college geconcludeerd dat er in afwezigheid van regulering onder

meer sprake is van schaalvoordelen, breedtevoordelen en een moeilijk te repliceren infrastructuur. Dit betekent dat voor toetreding een grote schaal en een gediversifieerd dienstenaanbod noodzakelijk is. De hiermee gepaard gaande investeringen zijn na toetreding voor een groot deel verzonken en kunnen derhalve bij uittreding niet meer worden terugverdiend. Hierdoor kent toetreding een hoog

216

A.T. Kearney/Telecompaper, Toekomstbeelden Nederlandse Telecommarkten 2014, maart 2011, blz. 76.

217

OPTA/AM/2011/200035.

218

94 risico. De kans op toetreding van nieuwe aanbieders acht het college in afwezigheid van regulering dan ook klein geacht.219

373. Zonder (toegangs)regulering zullen (mobiele) aanbieders voor toetreding immers het vaste

netwerk moeten repliceren. Om de in randnummer 372 genoemde redenen, acht het college succesvolle toetreding door mobiele aanbieders op basis van een eigen infrastructuur dan ook niet realistisch. Hoewel er dus wel sprake is van potentiële concurrentie, zullen huidige aanbieders gezien de beperkte mogelijkheid om in afwezigheid van regulering toe te kunnen treden, niet door de dreiging van deze potentiële concurrentie worden gedisciplineerd.

374. Subconclusie. Het college concludeert dat aanbieders op de markten voor enkelvoudige

gesprekken mogelijk prijsdruk kunnen ondervinden van de mogelijke verschuiving van belvolumes naar mobiele telefonie en OTT-telefonie. Voor zover er sprake is van disciplinering door verschuiving van verkeersvolumes van vaste telefoniediensten naar deze diensten, wordt KPN hier mogelijk minder dan andere aanbieders door gedisciplineerd. Voorts concludeert het college dat er in afwezigheid van regulering vanwege hoge toetredingsdrempels geen sprake is van disciplinering door potentiële concurrentie in de markt voor enkelvoudige gesprekken.

Markten voor twee- en meervoudige gesprekken

375. Hoewel Roland Berger geen daling van het aantal aansluitingen verwacht in de

(groot)zakelijke vaste telefoniemarkt, stelt zij wel dat zakelijke eindgebruikers veelal intern zijn overgegaan op IP-gebaseerde telefonie (spraak over VPN) en dat het verkeersvolume daardoor

mogelijk wel zal dalen.220 Ook op de markten voor twee- en meervoudige gesprekken speelt

bovendien mogelijke volumeverschuiving naar mobiele telefonie en OTT-telefonie. In aanvulling op het in randnummers 369 en 370 genoemde, is KPN sterker dan haar concurrenten aanwezig in de VPN-markt.

376. Zoals het college in randnummer 187 heeft gesteld, kan de vraag naar VoB voor meervoudige

gesprekken de komende reguleringsperiode toenemen. Hoewel KPN een sterke positie heeft op de retailmarkt voor meervoudige gesprekken, is het niet zeker of KPN een gelijkwaardige positie kan bewerkstelligen op de afname van meervoudige gesprekken over VoB. De potentiële groei van VoB leidt derhalve niet tot een concurrentievoordeel voor KPN ten opzichte van haar concurrenten.

377. Evenals op de markt voor enkelvoudige gesprekken acht het college disciplinering door de

dreiging van potentiële concurrentie op de markten voor twee- en meervoudige gesprekken niet aanwezig.

378. Subconclusie. Het college concludeert dat aanbieders op de markten voor twee- en

meervoudige gesprekken mogelijk prijsdruk kunnen ondervinden van de mogelijke verschuiving van

219

Daarenboven is het college van oordeel dat de beschikking over een eigen netwerk nog niet voldoende is voor daadwerkelijk succesvolle toetreding. Ook overstapdrempels vormen een toetredingsdrempel, zie hiervoor randnummers 356 tot en met 358.

220

Roland Berger, Prospectief onderzoek naar de marktontwikkelingen op het gebied van elektronische communicatie in de Nederlandse zakelijke markt, april 2011, blz. 32.

95 belvolumes naar mobiele telefonie, OTT-telefonie en spraak over VPN. Voor zover er sprake is van disciplinering door verschuiving van verkeersvolumes van vaste telefoniediensten naar deze diensten, wordt KPN hier minder dan andere aanbieders door gedisciplineerd. Voorts concludeert het college dat er in afwezigheid van regulering vanwege hoge toetredingsdrempels geen sprake is van disciplinering door potentiële concurrentie in de markt voor twee- en meervoudige gesprekken. Conclusie

379. Het college concludeert dat KPN in afwezigheid van regulering gelet op de beperktere

disciplinering door mogelijke verschuiving van belvolumes een beperkt concurrentievoordeel heeft op de markt voor enkelvoudige gesprekken ten opzichte van kabelaanbieders en reguleringsafhankelijke partijen. Het college concludeert tevens dat KPN in afwezigheid van regulering gelet op hoge

toetredingsdrempels en het hieruit volgende gebrek aan disciplinering door potentiële concurrentie concurrentievoordelen heeft op de markt voor enkelvoudige gesprekken ten opzichte van

kabelaanbieders en reguleringsafhankelijke partijen. Het college concludeert dat deze concurrentievoordelen bijdragen aan het risico op AMM van KPN op deze markt.

380. Het college concludeert dat KPN in afwezigheid van regulering gelet op de beperktere

disciplinering door mogelijke verschuiving van belvolumes een beperkt concurrentievoordeel heeft op de markt voor tweevoudige gesprekken ten opzichte van kabelaanbieders en reguleringsafhankelijke partijen. Het college concludeert tevens dat KPN in afwezigheid van regulering gelet op hoge

toetredingsdrempels en het hieruit volgende gebrek aan disciplinering door potentiële concurrentie concurrentievoordelen heeft op de markt voor tweevoudige gesprekken ten opzichte van

kabelaanbieders en reguleringsafhankelijke partijen. Het college concludeert dat deze concurrentievoordelen bijdragen aan het risico op AMM van KPN op deze markt.

381. Het college concludeert dat KPN in afwezigheid van regulering gelet op de beperktere

disciplinering door mogelijke verschuiving van belvolumes een beperkt concurrentievoordeel heeft op de markt voor meervoudige gesprekken ten opzichte van kabelaanbieders en reguleringsafhankelijke partijen. Het college concludeert tevens dat KPN in afwezigheid van regulering gelet op hoge

toetredingsdrempels en het hieruit volgende gebrek aan disciplinering door potentiële concurrentie concurrentievoordelen heeft op de markt voor meervoudige gesprekken ten opzichte van

kabelaanbieders en reguleringsafhankelijke partijen. Het college concludeert dat deze concurrentievoordelen bijdragen aan het risico op AMM van KPN op deze markt.

In document Marktanalyse vaste telefonie (pagina 93-96)