• No results found

Bespreken van of verwijzen naar het onderzoekstraject

69 (28) -Japie Groen-

5.14 Bespreken van of verwijzen naar het onderzoekstraject

Verwijzingen naar het onderzoekstraject waarvan de uiteindelijke scriptie de uitkomst is, zijn in veel teksten te vinden. Slechts twee studenten in het ‘kunst & cultuur’-cluster laten niets zien van het traject. In het andere cluster zijn het er iets meer die niets laten zien: negen studenten.

Een eenvoudig voorbeeld waaruit blijkt dat er sprake was van een traject, is het volgende:

(60) Hun goede begeleiding, kritische feedback en praktische tips hebben mij erg geholpen bij het uitvoeren van het onderzoek en bij het schrijven van deze these. (S41-P)

79

Iets zeggen over de zwaarte het traject, toegespitst op het vinden of lezen van wetenschappelijke literatuur wordt zelfs alleen in het ‘kunst & cultuur’-cluster genoemd77, en wel in zes teksten:

(61) Een eerste zoektocht naar literatuur over het onderwerp leverde weinig op. (S5-K&C)

(62) Hoewel ik genoot van het inlezen, viel het me erg tegen dat er nog maar weinig over het door mij te behandelen onderwerp was geschreven. (S28-K&C)

(63) Secundaire bronnen over dit onderwerp ontbraken. […] Er was bijna geen literatuur […] (S66-K&C) (64) Tot slot wil ik Rick bedanken voor de geruststellende woorden op die momenten dat ik door alle

literatuur de scriptie niet meer zag. (S26-K&C)

(65) Community Art(s) bleek veel bekender dan ik in eerste instantie dacht. Dit resulteerde in stapels documenten die, wanneer ik ze allemaal had uitgeprint, mijn studeerkamer hadden kunnen vullen. Ik heb me zeker verkeken op het leeswerk dat ik heb moeten doen, ondanks dat het onderwerp me erg boeit, blijft wetenschappelijke teksten lezen toch een ander verhaal. (S8-K&C)

(66) Ik ben dan ook al langer dan een jaar bezig geweest met onderzoek, het vinden van geschikte academische bronnen en muziekvideo’s, het doorspitten van boeken uit verschillende academische velden en, niet onbelangrijk, het schrijven van mijn uiteindelijke scriptie. (S55-K&C)

In beide clusters zijn er studenten die iets zeggen over het voortraject, het zoeken naar en kiezen van een onderwerp: acht in het ‘kunst & cultuur’-cluster en drie in het psychologiecluster. Twee voorbeelden:

(67) Besluiten welk onderwerp gekozen moet worden voor een scriptie is niet eenvoudig. Het heeft mij dan ook meer dan een half jaar gekost, voordat ik wist wat ik eigenlijk wilde schrijven. (S8-K&C)

(68) Het onderzoek dat ik eerst zou uitvoeren zou plaatsvinden in de AFPN te Leeuwarden en had betrekking op agressie. Helaas kon dit onderzoek door omstandigheden niet doorgaan. Gelukkig konden we een goed alternatief bedenken die raakvlakken had met mijn interesses. (S78-P) In de specificatie die studenten geven van de dank die ze uitspreken (deze component komt verderop

uitgebreider aan de orde), zit ook vaak blijk van het onderzoekstraject en vaak van ‘hobbels’ in dit traject. Waar het de scriptiebegeleiders betreft, vallen termen als ‘feedback’, ‘begeleiding’, ‘hulp’, ‘steun’ en ‘meedenken’ veelvuldig en, hoewel het reguliere termen zijn voor reguliere begeleidingsaspecten, kan er heel wat achter zitten aan ‘hobbels’. Twee voorbeelden waarin het reguliere krap aan overschreden wordt door gebruik van het woord “geduld”:

(69) En bedankt Els Jongeneel, voor uw geduld en begeleiding. (S67-K&C)

(70) Ik wil met name Gera de Haan hartelijk danken voor haar geduld en goede feedback. (S69-P) Formuleringen die op heuse worstelingen wijzen, zijn bijvoorbeeld:

(71) Ook Susan Aasman, die mij als dolende en eeuwig onzekere scriptieschrijver de juiste richting heeft gewezen, verdient een woord van dank. (S2-K&C)

80

(72) Ondanks een moeizame start wil ik Tamara Opdam, mijn externe onderzoekssupervisor, bedanken voor haar begeleiding bij het onderzoek.

Ook Geke Werkman wil ik bedanken voor haar aanwijzingen, feedback en ook de nodige steun in tijden dat het onderzoek wat minder goed liep.

Dan is er nog Wiljo van Hout, mijn onderzoeksbegeleider van de Rijksuniversiteit Groningen, die ik wil bedanken voor haar feedback en heldere blik. Dankzij haar hield ik de moed erin en kon ik door de bomen het bos weer zien. (S44-P)

Ook bij trajectinformatie die uit de dank aan anderen dan begeleiders blijkt, zijn gradaties zichtbaar en ook hier doet zich de geduldvariant voor:

(73) Tot slot wil ik graag mijn vriend Henry bedanken voor zijn kritische blik, zijn geduld, ondersteuning en luisterend oor. Zonder al zijn hulp was ik niet zover gekomen als ik nu ben. (S70-K&C)

(74) Als laatste wil ik mijn vriend en mijn ouders bedanken voor hun oneindig lijkende geduld gedurende mijn gehele studie. (S79-P)

En er zijn ook meer uitgewerkte gevallen te vinden. In fragment 75 wijzen “chaotische gemoedstoestand” en “gesteun en geklaag” op een zwaar traject. In fragment 76 wekt vooral “het opmonteren” sterk die indruk. (75) Graag wil ik ook de andere docenten, van zowel Kunsten, Cultuur & Media als Euroculture, die me

door de jaren heen hebben gesteund tijdens mijn studie, bedanken voor hun kennis, enthousiasme en, tijdens het schrijven van de scriptie, hun begrip voor mijn vaak chaotische gemoedstoestand. Dat laatste geldt ook voor vrienden en familie. Bedankt dat jullie al die tijd mijn gesteun en geklaag hebben geduld (en ik hoop ten zeerste dat ik niemand vergeet): [er volgt een opsomming]. (S55-K&C) (76) Ook mijn vriendin verdient hier een vermelding voor het opmonteren van mijn humeur, voor haar

soms eindeloze geduld en voor haar vertrouwen in een goede afloop. (S74-P)

Ten slotte zijn er de ontboezemingen over de zwaarte van het traject die los staan van uitgesproken dank, en soms een zelfstandige plek hebben. Een paar ‘lichte’ gevallen, waarvan er één al eerder geciteerd is: (77) Het schrijven van deze scriptie was een ambitieuze onderneming. Niet alleen omdat het onderwerp

van onderzoek een niche in het veld betreft, ook omdat het mij als onderzoeker danig op de proef heeft gesteld. (S48-K&C)

(78) De periode was niet geheel zonder stress, en ook niet zonder verkrampte spieren, maar het heeft gezorgd voor een resultaat waarmee ik zeer tevreden ben. (S40-K&C)

(79) Zoals velen herkennen die een scriptie hebben geschreven, is ook bij mij het schrijven van mijn scriptie niet altijd van een leien dakje gegaan. (S69-P)

(80) Hoewel er tegenslagen geweest zijn […] (S16-P)

Er zijn ook studenten die hun worsteling op een bijzondere manier beschrijven. S38-K&C vergelijkt haar scriptietraject met een verliefdheid en S31-K&C met een partijtje thaiboksen (zie ook fragment 14):

(81) Een scriptie schrijven heeft mijns inziens veel weg van een relatie. Eerst is er de verliefdheid, waarbij het lijdend voorwerp nog onbekend is. Het is leuk zo veel mogelijk te weten te komen over deze grote onbekende. Als de eerste vlaag van verliefdheid over is komen verveling en sleur. Alweer met die

81

scriptie bezig… De sleur leidt tot frustratie, twijfels en een flinke dip, waarbij werkelijk alles, van schoonmaken tot leren lampen te vervangen interessanter lijkt dan de scriptie. En dan het beslissende moment, gaan we na de verliefdheid en de sleur verder met de relatie of zetten we er een punt achter? Voor een vlinder is het niet makkelijk verder te gaan, regelmatig heb ik met overtuiging het uit willen maken met de scriptie. Gelukkig leren volharding en trouw dat na de verliefdheid en sleur dan uiteindelijk het elkaar kennen komt, weten waar je mee bezig bent. Zo werd het langzaam weer leuk om aan de scriptie te werken. Hoe goed de relatie ook werkt, er komt een tijd waarop het beter is als de wegen scheiden. Na 8 jaar studeren en twee bachelors is het mooi geweest. (S38-K&C)

(82) Als thaibokser zie ik iedere uitdaging als een gevecht. In het begin kijk je de tegenstander in de ogen en schat je hem in. Wanneer de bel gaat, verdwijnt alles om je heen en is er maar een doel: winnen. Nu, een jaar na die desbetreffende middag op het Consulaat-Generaal, kijk ik terug op een lange, zware strijd. Het canvas is doordrenkt van bloed, zweet, pijn, moeite en wellicht een enkele traan. De scheidsrechters tellen de punten, terwijl mijn trainers de handschoenen van mijn handen trekken en een emmer ophouden om mijn bitje in uit te spugen. (S31-K&C)

Beiden komen ze overigens verderop in hun tekst terug op hun metafoor. In het psychologiecluster is er het – ook al in ander verband aangehaalde – geval S12-P:

(83) Eigenlijk is het schrijven van een Masterthese een hele goede mindfulness training. (S12P)

De vergelijking is passend omdat haar scriptie over mindfulness gaat en omdat ze zelf aan mindfulness doet. Twee andere psychologen gebruiken een soort citaat om hun scriptiestrijd neer te zetten. S60-P verduidelijkt zijn keuze voor dit citaat erg sterk (fragment 84); bij S10-P moet de relevantie van het citaat waarschijnlijk blijken uit de als laatste geciteerde zin (fragment 85).

(84) “De gestage drup holt de steen uit.”

Dit spreekwoord dekt de lading hoe deze scriptie tot stand is gekomen. Lange tijd heb ik en vele anderen naast mij, gedacht dat deze scriptie er nooit zou komen. Het schrijven van deze scriptie was een zware bevalling met tussendoor vele complicaties. Het was een leerproces,

dat je met kleine stapjes te zetten (waterdruppels) uiteindelijk je doel kan bereiken (uitholling van de steen). (S60-P)

(85) “Ik weet wat ik wil, maar ik weet niet dat ik het kan”

Een scriptie schrijven in het studiejaar 2011-2012 wat een bewogen jaar bleek te zijn. Ik had me zo verheugd om een scriptie te schrijven. Helaas kwamen er vaak dingen tussendoor die mij de tijd wegnamen om me te kunnen blijven focussen op de scriptie. Desondanks heb ik van elke minuut die ik er aan heb besteed, genoten. Een heel groot leerproces is het geworden dat me heeft gebracht wat ik van een universitaire opleiding zou mogen verwachten: analytisch zijn, verbanden leggen en een kritisch standpunt mogen innemen. Bovendien kan men alles van een scriptie leren zolang het zelfvertrouwen er maar is. (S10-P)

Er is niet alleen aandacht voor de zwaarte van het scriptietraject, maar ook voor enthousiast geformuleerde inkijkjes in het onderzoekstraject, vooral in het ‘kunst & cultuur’- cluster: S4-K&C werd warm onthaald door de diverse leesgroepen waar ze op bezoek ging, S66-K&C onderhield inspirerende contacten met Engelse deskun-digen, S70-K&C beschrijft hoe ze tot de keuze van twee te onderzoeken schilderijen kwam, S65-K&C en S75-K&C namen vele, en soms gezellige, interviews af, S63-S75-K&C en S30-S75-K&C verkenden respectievelijk Terschelling en het Holtingerveld, en S48-K&C spreekt simpelweg van “een ambitieuze onderneming”. De psychologen zijn

82

doorgaans korter van stof en wijden minder uit, maar ook bij hen zijn enkele gevallen te vinden, zoals S17-P en S62-P die enthousiast schrijven over de leerkrachten en leerlingen die ze observeerden en S39-P die beschrijft dat het voor haar belangrijk was een opdracht ‘extern’ te doen en hoe ze daarin slaagde. Overigens gaan dergelijke inkijkjes vaak goed samen met de te overwinnen moeilijkheden: S67-K&C, bijvoorbeeld, liep er tegenaan dat ze haar Duits moest opfrissen, maar beschouwde die hobbel vervolgens als een uitdaging die ze blijkbaar succesvol aanging.