• No results found

Dr. R.A. Hummel

Prof. E.J. Korthals Altes (S61-K&C)

(111) De Bachelor- en Masteropleiding ‘Kunsten, Cultuur en Media’ aan de Rijksuniversiteit Groningen. In het bijzonder mijn scriptiebegeleider prof. dr. Barend van Heusden, en van het vakgebied

Theaterwetenschap dr. Stijn Bussels, prof. dr. Hans van Maanen en drs. Lucia van Heteren. (S27-K&C) (112) Voor de totstandkoming en begeleiding van deze scriptie wil ik mijn scriptiebegeleider prof. dr. R. R.

Meijer bedanken. (S79-P)

De reden voor dank wordt soms wat ongelukkig geformuleerd:

(113) Allereerst wil ik mevrouw Gerlsma van de Rijksuniversiteit Groningen bedanken. Zij stemde toe om mijn begeleider te zijn bij deze masterthese, wat het mogelijk heeft gemaakt dat ik dit onderzoek uit kon voeren bij de Justitiële Jeugdinrichting Juvaid, onderdeel van Het Poortje Jeugdinrichtingen. (S45-P)

Een paar studenten voeren hun begeleider, die ze bedanken, op alsof hij of zij een medestudent is met wie het onderzoek is uitgevoerd. Twee voorbeelden, waarvan de tweede al in ander verband is aangehaald:

(114) Samen met Dhr. D. P.H. Barelds heb ik een onderzoeksopzet opgezet en uitgevoerd. (S36-P) (115) Dit heb ik gedaan in samenwerking met Dr. D.P.H. Barelds. In overleg met hem zijn we tot het

onderwerp afgunst, prestatiedoelen en sociale vergelijkingen gekomen om vervolgens samen het onderzoeksvoorstel op te zetten en het onderzoek uit te voeren. (S53-P)

In het laatste geval kan er ook sprake zijn van medestudenten, ‘we’, maar die worden elders niet in het voorwoord genoemd en bedankt.

In de meeste gevallen wordt de dank enigszins gespecificeerd. De aardigste fragmenten zijn de onderstaande, waarbij S53-P (fragment 116) uitblinkt in compactheid zonder alleen maar de standaardredenen ondersteuning en geduld te noemen en S38-K&C (fragment 117) terugkomt op een metafoor waarin ze het schrijven van een scriptie vergelijkt met een verliefdheid.

(116) Ik wil Dick hartelijk bedanken voor zijn onmisbare ondersteuning, expertise, relativering, humor en geduld. (S53-P)

(117) Ook mijn begeleiders verdienen een speciaal dankwoord met hun nimmer aflatende steun en opbeurende woorden. Met name voor mevrouw Zijlstra kan ik me voorstellen dat het een relatie was waar bij haar de verliefdheid er af was, als ik weer in tranen bij haar zat omdat het weer niet goed was. (S38-K&C)

(118) Ik wil Barend van Heusden graag bedanken voor alle inspirerende gesprekken die ik met hem heb gehad. Als ik na een gesprek met Barend de kamer verliet zat mijn hoofd weer vol ideeën die mijn onderzoek beter konden maken. Ook heb ik het bezoek van Barend aan mijn stageadres in Den Haag zeer gewaardeerd. (S33-K&C)

88

(119) Allereerst mijn begeleider, de heer de Jong. Dankzij zijn strakke hand heb ik deze scriptie vrij snel kunnen construeren, schrijven en afronden. Ik kon altijd met ingewikkelde of domme vragen bij hem terecht en heb het zeer gewaardeerd dat hij mij van een duidelijke structuur, met een aantal vaste deadlines, heeft voorzien. Dit gaf mij een gevoel van voortgang en het belangrijke idee dat ik grip had op waar ik mee bezig was. (S15-K&C)

(120) Tot slot wil ik met name Dr. J. Gerlsma heel hartelijk bedanken voor haar fantastische steun tijdens dit onderzoek! Het was een pittig onderzoeksproject, waarbij in zeer korte tijd verschillende

deelprojecten moesten worden opgezet. Ik heb het “kritische oog”, alle werkbesprekingen en de tijd die er voor mij was erg gewaardeerd en ben blij met het resultaat dat we binnen de beperkte mogelijkheden hebben kunnen leveren. Hartelijk dank! (S14-P)

Sommige studenten roeren het punt van de beoordeling in hun dankspecificatie aan:

(121) Ten slotte bedank ik, vanuit de Rijksuniversiteit Groningen, Maaike Nauta voor haar feedback en beoordeling van deze masterthese. (S1-P)

(122) Tevens wil ik mevr. Marike Lancel en mevr. Coby Gerlsma bedanken voor de tussentijdse en de uiteindelijke beoordeling van dit verslag. (S54-P)

Bij één student zit er – voor de kritische verstaander – mogelijk iets van kritiek in de woorden van dank: (123) Ondanks een moeizame start wil ik Tamara Opdam, mijn externe onderzoekssupervisor, bedanken

voor haar begeleiding bij het onderzoek. (S44-P)

5.19 Benoemen van begeleiders/beoordelaars

Hoe de begeleiders/beoordelaars benoemd worden, verschilt per student. Tabel 5.10 geeft een overzicht van het voorkomen van de verschillende varianten.

Tabel 5.10

Manieren van benoemen van begeleiders en tweede lezers per cluster (in absolute aantallen benoemden en in percentages van het totaal aantal benoemden per cluster, incl. enige doublures)

Kunst & cultuur Psychologie

Manier van benoemen Aantal % Aantal %

Alleen voornaam 5 6,8 2 2,6

Voornaam en achternaam 41 55,4 34 43,6

Titel(s), voornaam en achternaam 16 21,6 10 12,8

Dhr./mevr., voornaam en achternaam

- - 5 6,4

Titel(s), voorletter(s), en achternaam 6 8,1 10 12,8

Titel(s) en achternaam 1 1,4 5 6,4 Voorletter(s) en achternaam - - 1 1,3 Dhr./mevr. en achternaam 5 6,8 7 9,0 Dhr./mevr., voorletter(s) en achternaam - - 2 2,6

Dhr./mevr., titel(s), voorletter(s) en achternaam

- - 2 2,6

89

In het ‘kunst & cultuur’-cluster noemen 39 studenten in totaal 74 keer een begeleider of tweede lezer bij naam. In dit cluster bedankt één studente de mensen die haar hebben geholpen wel, maar ze noemt niemand bij naam. In het psychologiecluster noemen de veertig studenten 78 keer een begeleider of tweede lezer bij naam. In beide clusters worden gemiddeld bijna twee begeleiders en tweede lezers bedankt. Er is wel verschil in de mate van formaliteit tussen beide clusters. Als je de varianten met een voornaam erin bij elkaar optelt, blijkt 83,8% van de benoemde personen in het ‘kunst & cultuur’-cluster zo aangesproken te worden tegen 65,4% in het psychologiecluster.

Een enkele begeleider of tweede lezer wordt meerdere keren bij naam genoemd, in de opmaat tot de dank en bij het uitspreken van dank. Soms zit daar een lijn in: ze beginnen met een formele vorm en vervolgen meer informeel. S56-K&C begint met “prof. Dr. Barend van Heusden” en “drs. Astrid Rass” en stapt in de zinnen daarna over op “Barend van Heusden” en “Astrid Rass”. S53-P spreekt eerst van “Dr. D.P.H. Barelds”, daarna van “Dick Barelds” en nog later van “Dick”. S58-P introduceert zijn of haar begeleider als “MSc. K.A. Tovote” en spreekt verderop van “Annika Tovote”. S7-P, ten slotte, gaat van “professor Dr. P.J. de Jong en Drs. C. Borg” over op “Peter de Jong en Charmaine Borg”. De verschillende varianten zijn allemaal in de tabel opgenomen. Er zijn ook studenten die hun begeleiders en tweede lezers asymmetrisch benoemen. S49-K&C voert zijn ene begeleider op als “Dr. Jeroen Benders” en de andere als “Dr. H.B. Demoed”. S45-P spreekt van “mevrouw Gerlsma” en “Tamara Pultrum”. S78-P werd door dezelfde Gerlsma begeleid en noemt haar “dr. C. Gerlsma” en haar andere begeleidster “Mariette van Denderen (MSc)”. S47-P zet een verschil neer met “Rianne Jahja (promovendus)” versus “professor van der Meere”. Ook S30-K&C voert zijn begeleiders asymmetrisch op: (124) Daarnaast wil ik ook Theo Spek bedanken voor de begeleiding en meneer Waterbolk voor het lezen en

commentaar geven op mijn tekst. (S30-K&C)

De asymmetrie is hier beter te begrijpen en straalt wellicht passend respect uit voor Waterbolk, daar hij emeritus is, wat op de titelpagina van de scriptie vermeld staat.

Sommige studenten (in beide clusters vier) spreken hun begeleiders/beoordelaars rechtstreeks aan. Een enkeling doet dat met “u”:

(125) En bedankt, Els Jongeneel, voor uw geduld en begeleiding. (S67-K&C)

Andere doen dat met “jullie” of houden het wat neutraler, zoals de volgende voorbeelden laat zien:

(126) Dank voor jullie adviezen en geduld. Zonder jullie in mijn hoek had ik al in de eerste ronde K.O gelegen. (S31-K&C)

(127) Daarnaast heeft dr. Kai Epstude mij voorzien van onmisbare feedback en hield hij de

wetenschappelijke en psychologische voortgang in de gaten. Hiervoor mijn hartelijk dank! (S39-P)

5.20 Uitspreken van dank aan anderen

Tabel 5.11 laat zien wat de meest voorkomende categorieën van andere bedankten dan beoordelaars/ begeleiders zijn. De tabel geeft overigens globale cijfers: niet elke bedankte kan met zekerheid geclassificeerd worden.

90

Tabel 5.11

Categorieën van bedankten per cluster, exclusief beoordelaars/begeleiders (in aantallen studenten) Categorieën bedankten Kunst & cultuur Psychologie Organisatie waar het onderzoek is

uitgevoerd

7 7

Proefpersonen, deelnemers, geïnterviewden en objecten

15 15

Medestudent(en) met wie het onderzoek is uitgevoerd

1 1

Overige inhoudelijk helpenden 21 14

Familieleden, partners en vrienden 32 17

Als overigen aangeduide personen 2 3

In beide clusters, maar aanzienlijk vaker bij ‘kunst & cultuur’, zijn vrienden en familieleden de meest voor-komende bedankten. Inhoudelijk helpenden van diverse pluimage en van diverse organisaties waar het onderzoek is uitgevoerd, komen ook regelmatig voor in de voor- en dankwoorden. De categorie ‘Proef-personen, deelnemers, geïnterviewden en objecten’ laat enige creativiteit zien: S55-K&C en S2-K&C bedanken hun onderzoeksobjecten, S2-K&C motiveert dat uitgebreid en beiden laten ze zien dat dit ‘een beetje raar’ is: (128) Tenslotte wil ik de artiesten die de muziek en video’s hebben gemaakt bedanken: Missy Elliot, Lil’Kim,

Eve, Nicky Minaj, 50 Cent en Kanye West, als jullie dit lezen: bedankt! (S55-K&C)

(129) In de eerste plaats, en wellicht vreemd om in de eerste plaats te noemen, gaat mijn dank uit naar de expressionistische en Kammerspielfilms. Hoewel ik de komende periode niet snel voor de lol een expressionistische film op zal zetten, blijven het films die mij gedurende het onderzoekswerk inspireerden. Vooral de creativiteit en liefde waarmee deze films werden gemaakt. Zonder F.W Murnau geen kikkerperspectief, zonder Caligari geen raamvertellingen en zonder Karl Freund geen dollyshots, is mijn stellige overtuiging. Voor mij zijn de expressionisten en de Kammerspiel nog altijd de meest pure vorm van cinema. Nergens anders komen licht, decor, acteerwerk en creativiteit zo perfect samen als in de films van Murnau, Lang, Wiene en Pabst. (S2-K&C)

Binnen de veelvuldig genoemde en brede groep familieleden, partners en vrienden zitten veel mensen die niet alleen de verwachte mentale steun gaven, er wordt ook heel wat afgeredigeerd in deze groep (wat overigens niet altijd te zien is aan de tekst, maar daarover later meer) en soms ook inhoudelijk meegedacht, vertaald en grafisch ontworpen: twaalf maal in het ‘kunst & cultuur’-cluster en vier keer in het psychologiecluster. In het hele corpus is er één student die haar ouders ook voor hun financiële steun bedankt:

(130) Allereerst mijn ouders, die mij financieel en emotioneel altijd onvoorwaardelijk gesteund hebben. (S38-K&C)

In het ‘kunst & cultuur’-cluster zitten drie studenten die een strategische slag om de arm houden: ze geven aan dat het mogelijk is dat ze iemand vergeten zijn en willen voorkomen dat ze deze mensen voor het hoofd stoten. Bij de psychologen komt dit niet voor. De drie fragmenten:

(131) Ik ben hier vast nog allerlei mensen vergeten maar iedereen die mij op een of andere manier heeft bijgestaan wil ik uiteraard ook hartelijk bedanken! (S11-K&C)

(132) Dat laatste geldt ook voor vrienden en familie. Bedankt dat jullie al die tijd mijn gesteun en geklaag hebben geduld (en ik hoop ten zeerste dat ik niemand vergeet): heit, mem […] (S55-K&C)

91

(133) Ik wil niemand vergeten en noem daarom niet alle namen van degenen die tot steun zijn geweest; […] (S18-K&C)

Vooral familie en vrienden worden nog al eens rechtstreeks aangesproken, in het ‘kunst & cultuur’-cluster gebeurt dat veertien keer, in het psychologiecluster twee keer. Bij inhoudelijk helpenden komt dat zes keer voor (resp. vier en twee keer), bij proefpersonen vijf keer (resp. drie en twee keer) en bij de andere groepen incidenteel of niet.

In deze categorieën wordt vrijwel alle uitgesproken dank enigszins gespecificeerd, soms basaal, soms warmer en uitgebreider. Twee voorbeelden uit de categorie proefpersonen:

(134) Ten eerste wil ik vanaf deze plaats de proefpersonen en hun partners bedanken voor hun Medewerking. (S37-P)

(135) Uiteraard wil ik de leesgroepen van Senia en de ANBO heel hartelijk bedanken voor hun medewerking en gastvrijheid. Door mijn bezoeken aan de leesgroepen ontdekte ik het belang van de leeswijzer en de grote waarde die de leesgroepen aan dit instrument hechten, een betere motivatie is niet

denkbaar. De groepsleden reageerden enthousiast op het onderzoek en wenste mij succes. ‘Het komt wel goed, schatje!’ waren de bemoedigende woorden waarmee ik na de eerste observatie uitgezwaaid werd. (S4-K&C)

In één tekst is een fragmentje te vinden waarin de schrijver zich een beetje kritisch uitlaat over iemand die bij zijn scriptietraject betrokken was:

(136) Ik kan me herinneren hoe mevrouw Van Heteren mij als studieadviseur afraadde de baan aan te nemen voordat ik mijn studie had afgerond, maar uiteindelijk ben ik blij dat ik mijn eigen gevoel heb gevolgd en nu, in deze economische crisistijd van bezuinigingen en banentekorten, precies zit op de plek waar ik het liefst zou zitten. (S22-K&C)

5.21 Uitspreken van een wens gericht tot de lezer

In twaalf gevallen (in acht teksten in het ‘kunst & cultuur’-cluster en in vier teksten in het psychologiecluster) wordt de lezer veel leesplezier toegewenst, in alle keren met de term “plezier” of een variant daarvan: (137) Veel lees- en kijkplezier toegewenst. (S75-K&C)

(138) Ik sluit af met de lezer veel leesplezier te wensen met mijn onderzoek! (S53-P)

5.22 Uitspreken van een wens met betrekking tot het onderzoeksresultaat

In achttien teksten wordt hoop of verwachting uitgesproken met betrekking tot de uitkomsten van het beschreven onderzoek, in veertien teksten in het ‘kunst & cultuur’-cluster en in vier teksten in het psychologie-cluster. De teksten laten drie varianten zien: hoop op toepassing, hoop op nader onderzoek en de verwachting een kennisbijdrage te hebben geleverd.

92

Een voorbeeld van een geval waarin de hoop wordt uitgesproken dat er iets gedaan wordt met de uitkomsten van het verrichte onderzoek (variant ‘toepassing’):

(139) De kennis die ik in de afgelopen jaren op had gedaan kon ik in gaan zetten binnen dit onderzoek waarmee ik Stichting Senia van dienst kon zijn. Een onderzoek dat niet in de spreekwoordelijke la komt te liggen, maar die er echt toe doet. (S4-K&C)

Er zijn ook gevallen waarin anderen worden opgeroepen het onderzoeksstokje over te nemen (variant ‘onderzoek’):

(140) Ik hoop dat de resultaten van deze studie zullen leiden tot longitudinaal vervolgonderzoek, want één ding is wel duidelijk geworden uit dit onderzoek: er is nog veel onontgonnen gebied binnen

delinquentie en samenleving. (S14-P)

Ten slotte zijn er teksten waarin de hoop wordt uitgesproken dat het verrichte werk bijdraagt aan de stand van zaken op het betreffende vakgebied (variant ‘kennis’):

(141) Ik hoop dat deze masterscriptie, ook door de hulp van de bovengenoemde mensen, een nuttig onderzoek is geworden dat bijdraagt aan de discussie omtrent de biennale. (S32-K&C) Er zijn ook combinaties. Onderstaand voorbeeld noemt ‘toepassing’ en ‘onderzoek’:

(142) Ik hoop dat het Nederlandse dansveld iets aan deze scriptie heeft en dat de wetenschap verder kan gaan met het onderzoeken van branding en merkoriëntatie bij kunstorganisaties. (S21-K&C) Een andere combinatie is bijvoorbeeld ‘kennis’ en ‘toepassing’:

(143) Ik hoop dat ik met deze masterthese een bijdrage kan leveren aan het inzicht van de waarde die speelgoed kan hebben voor kinderen in extreme stress situaties. Wellicht kan dit aanknopingspunten bieden voor het toepassen van vroegtijdige interventie in de vorm van verstrekking van speelgoed aan kinderen in crisissituaties om zo hun psychisch welzijn te versterken. (S19-P)

5.23 Uitspreken van een wens gericht op de eigen toekomst

In zestien teksten spreken studenten verwachtingen of hoop uit met betrekking tot hun eigen toekomst: elf keer in het ‘kunst & cultuur’-cluster en vijf keer in het psychologiecluster (één student in dit laatste cluster spreekt twee keer een verwachting uit). Sommigen melden redelijk specifieke plannen:

(144) Ik sta nu op het punt deze studie af te ronden. Na een wat langere tijd dan de nodige vier jaar ben ik eindelijk klaar om mij op het werkveld te begeven. Ik ben er van overtuigd dat deze studie mij vele dingen heeft geleerd waarmee ik op verschillende gebieden terecht kan. Het lijkt me leuk om in het buitenland aan de slag te gaan. Ook sluit ik niet uit met mijn grote ambitie, literatuur te schrijven, te gaan beginnen. Ik ben benieuwd waar ik uiteindelijk terecht zal komen. (S15-K&C)

(145) Na het afronden van mijn studie ga ik op reis naar Nepal, om daar hopelijk nog meer ervaring om te doen met mindfulness en het achterliggende boeddhisme. (S12-P)

93