• No results found

Beleidsterrein 5C Openbaar groen

In document Programmabegroting 2015 (pagina 75-78)

Leiden is een compacte stad met relatief weinig groen. Dat hoeft het woongenot niet te beperken, als de natuurlijke en recreatieve verbindingen met de gebieden buiten de stad maar goed zijn. In samenwerking met de regionale partners worden projecten ontwikkeld om het groen in het ommeland van de stad bereikbaar te maken. In aansluiting daarop wordt ook het Leidse stadsnatuurbeleid in regionaal verband verder ontwikkeld. Omdat kennis bijdraagt aan de waardering voor groen en natuur, wordt ook geïnvesteerd in natuur- en milieueducatie en in communicatie over het groen en de natuur in de stad. Naast een goede kwaliteit van het groen zelf, is het van belang dat deze structuren bekend zijn, gewaardeerd worden en goed gebruikt worden door de inwoners van Leiden. In de participatie heeft de gemeente een belangrijke rol: afstemmen van vraag en aanbod, belangengroepen met elkaar in contact brengen, waar mogelijk initiatieven faciliteren, concrete mogelijkheden bieden om onderling kennis en diensten uit te wisselen, convenanten afsluiten.

Er wordt als uitwerking van de structuurvisie 2025 structureel geïnvesteerd in de groenstructuren die er zijn, met name in de parken en de samenhang tussen de groengebieden. Kwaliteitsverbetering en een kwaliteitsslag van het groenbeheer krijgen daarbij de volle aandacht. Het is onze ambitie om het groen in de stad te

behouden en, waar mogelijk, te versterken. We willen dit realiseren met gebruik van bestaande middelen, door prioriteiten te stellen en door een gerichte inzet van het beschikbare budget.

Het bevorderen van biodiversiteit wordt uitgangspunt van beleid voor de stadsnatuur. Het groene en recreatieve karakter van de Oostvlietpolder wordt versterkt volgens het door de gemeenteraad vastgestelde merkenkompas. Speerpunten van gemeentebeleid zijn de aanleg van een recreatieve verbinding met polderpark Cronesteyn, de inrichting van weidevogelgebied 't Vogelhoff en de duurzame inpassing van de RijnlandRoute.

Doelen en prestaties bij 5C Openbaar groen

Doel Prestatie

5C1.1 Opstellen beheerbeleid groen 5C1.2 Beheren openbaar groen 5C1.3 Verlenen kapvergunningen

5C1.4 Realiseren beleid verbetering gebruik openbaar groen 5C1.5 Aanleggen van natuurvriendelijke oevers

5C1 Behoud van de kwaliteit van het openbaar groen

5C1.6 Beheren van natuurvriendelijke oevers

5C2.1 Ontwikkelen kaderstellend beleid openbaar groen en dierenwelzijn 5C2.2 Uitbreiden en herinrichten begraafplaats Rhijnhof

5C2.3 Uitvoeren telling stadsnatuurmeetnet 5C2.4 Ontwikkelen beleid regionaal groen 5C2 Verbeteren kwaliteit en vergroten recreatieve

waarde openbaar groen

Doel Prestatie

5C2.6 Aanleggen Singelpark 5C2 Verbeteren kwaliteit en vergroten recreatieve

waarde openbaar groen

5C2.7 Aanbieden natuur- en milieueducatie 5C1.1 Opstellen beheerbeleid groen

In 2015 wordt het uitvoeringsprogramma voor de verbetering van de groene hoofdstructuur nader uitgewerkt. Hierin zijn de maatregelen opgenomen om de ambities in te vullen uit de Structuurvisie 2025 en de Kadernota kwaliteit openbare ruimte om het groensysteem in de stad zo robuust en kwalitatief hoogwaardig mogelijk te maken. Het uitvoeringsprogramma heeft een scope van 2015-2025. Het uitvoeringsprogramma is mede afhankelijk van de mogelijkheden om tot dekking van de gewenste maatregelen te komen. Die mogelijkheden kunnen pas bij het uitvoeringsprogramma zelf in kaart worden gebracht. Eerst wordt een ‘kwaliteitsplan groene hoofdstructuur’ opgesteld, waarin de huidige (beeld)kwaliteit van de groenstructuur, met name die van de lijnen in de stad en de verbindingen met de omgeving, wordt afgezet tegenover het gewenste beeld. Dit laatste is al deels vastgelegd in het Handboek kwaliteit openbare ruimte, maar vereist nader maatwerk. Het verschil tussen het huidige en het gewenste beeld vormt de basis voor het uitvoeringsprogramma. Dit bevat in ieder geval een nadere uitwerking van de groene recreatieve routes, die grotendeels deel uitmaken van de hoofdstructuur. Daarbij zullen we in het kader van verbindingen van de stad met het ommeland mogelijkheden van cofinanciering door de Provincie Zuid-Holland optimaal benutten. T.b.v. een schone, hele en veilige stad worden verder reststukjes en overhoeken omgevormd naar aantrekkelijke onderdelen van de openbare ruimte in de buurt of wijk.

5C1.2 Beheren openbaar groen

Het betreft het vergroten van de recreatieve waarden, toegankelijkheid en gebruikswaarde (functionaliteit) van het openbare groen en openbare speelplekken. Werkzaamheden binnen deze prestatie lenen zich bij uitstek voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Bij het uitbesteden van werk wordt hiermee in het kader van social return extra rekening gehouden. In 2015 wordt doorontwikkeld op de afspraken (2014) betreffende vergaande samenwerking ten aanzien van het groenonderhoud op het Bio Science Park tussen de gemeente en de overige beherende instanties op het Bio Science Park (LUMC, universiteit, enz.). De komende periode worden het Strategisch beheerplan groen 2017-2012 en het strategisch beheerplan spelen 2017-2021 opgesteld. De resultaten van beide beheerplannen worden meegenomen in de Kaderbrief in 2016.

5C1.3 Verlenen kapvergunningen

Omgevingsvergunning voor de activiteit kappen, beter bekend als kapvergunningen, worden verleend op basis van Bomenverordening 2012. In 2014 vindt een evaluatie van de Bomenverordening en de Groene Kaart plaats. Als hier aanpassingen in de verordening uit voortkomen zullen de kapvergunningen volgens deze aangepaste regelgeving worden verleend.

5C1.4 Realiseren beleid verbetering gebruik openbaar groen

De ontsluiting en bereikbaarheid van het groen in de stad en in de regio is van belang om de belevingswaarde van het groen te verbeteren en te stimuleren. De aanpak van het Heempark zal met name de biodiversiteit en ecologische waarde van dit gebied vergroten. De vervangingsinvesteringen in de Groene Singelrand worden volgens planning in de periode 2014/2017 besteed. In 2015 zal in de Tuin van Noord de doorsteek aangelegd worden tussen de Tuin van Noord en de Slaaghwijk. Hiervoor wordt ook een brug over de

Slaaghsloot gerealiseerd. Wanneer de werkzaamheden uitgevoerd worden hangt af van de doorlooptijd van de omgevingsvergunning. De werkzaamheden zullen ongeveer een maand in beslag nemen. De aanpak van het park en het asfalteren van het Joop Vervoornpad is in 2014 uitgevoerd.

5C1.5 Aanleggen van natuurvriendelijke oevers

Waar zich bij ruimtelijke ontwikkelingen (projecten) of oeverbeschoeiingvervanging kansen voordoen worden natuurvriendelijke oevers aangelegd.

5C1.6 Beheren van natuurvriendelijke oevers

Het beheerplan natuurvriendelijke oevers is de basis voor de werkzaamheden in 2015. Tevens is sprake van een gerichter beheer van natuurvriendelijke oevers aan de hand van richtsoorten.

5C2.1 Ontwikkelen kaderstellend beleid openbaar groen en dierenwelzijn

Het kaderstellend groenbeleid wordt in 2015 uitgewerkt in een uitvoeringsprogramma voor de verbetering van de groene hoofdstructuur. In de gemeentelijke Nota Dierenwelzijn (2011) is vastgelegd welke onderwerpen op het terrein van dierenwelzijn voor Leiden relevant zijn om aandacht aan te besteden binnen de ruimte die de landelijke wetgeving daartoe biedt. Met het van kracht worden  van de nieuwe wet Dieren (1 januari 2013) kunnen hierin wijzigingen ontstaan. De nieuwe wet is een raamwet. Veel onderwerpen die behandeld werden in afzonderlijke wetten zoals de Wet op de Dierenbescherming en de Gezondheid en Welzijnswet Dieren, zijn nog niet uitgewerkt voor de nieuwe Wet Dieren zodat de komende periode delen uit de oude

wetgeving nog van toepassing zullen blijven. Naast aandacht voor het uitvoeren van afspraken uit de Leidse Nota Dierenwelzijn, zullen ook wijzigingen in de landelijke wetgeving die consequenties kunnen hebben voor het lokale beleid, gesignaleerd worden.

5C2.2 Uitbreiden en herinrichten begraafplaats Rhijnhof Er vinden geen werkzaamheden plaats in 2015. 

5C2.3 Uitvoeren telling Stadsnatuurmeetnet

Het Stadsnatuurmeetnet is een monitoringsinstrument voor de flora en fauna in Leiden. Jaarlijks worden er tellingen gehouden onder een aantal verschillende soortgroepen. Hierdoor zijn na twee jaar alle soorten geteld. De gegevens worden gepresenteerd in een natuurwaardenkaart. De telgegevens worden geanalyseerd en gecommuniceerd en er worden aanbevelingen voor water- en groenbeheer gedaan. Het Stadsnatuurmeetnet levert gegevens voor een juiste uitvoering van de Flora- en faunawet, zowel voor beheer als voor ruimtelijke ontwikkelingen. De informatie van het meetnet wordt verder gebruikt als basisinformatie voor ecologieonderzoek bij bouwprojecten en voor communicatie met bewoners over wat er zoal in de stad te vinden is.

5C2.4 Ontwikkelen beleid regionaal groen

Het regionaal groenbeleid richt zich in 2015 op de uitvoering van het uitvoeringsprogramma Leidse

Ommelanden. Aangestuurd wordt op een netwerk aan routes, die beginnen en eindigen in Leiden en lopen langs een aantal aantrekkelijke en bijzondere plekken in de ommelanden. De plekken worden gedragen, gerealiseerd en beheerd door eigenaren, investeerders en gebruikers. Economische, maatschappelijke, historische en ecologische functies worden gecombineerd en eigentijdse behoeften worden vervuld terwijl tegelijkertijd wordt bijdragen aan de kwaliteiten van het landschap. In 2014 is er een intentieverklaring hiertoe gesloten en een samenwerkingsovereenkomst opgesteld. Dit vormt de basis voor het uitvoeringsprogramma. 5C2.5 Uitvoeren groenplan Oostvlietpolder

In 2015 (en 2016) wordt in het centrum van de polder de 2e fase van ‘groen en recreatieve voorzieningen Oostvlietpolder’ aangelegd op basis van het in 2013 vastgestelde Toetsingskader Oostvlietpolder (uitwerking Structuurvisie Leiden). Daarnaast worden plannen ontwikkeld voor verdere groene, recreatieve en agrarische ontwikkeling van de polder. Zoals de 3e fase en een uitvalsbasis met recreatieve en educatieve elementen voor de beheerder van het gebied het Zuid Hollands Landschap (ZHL). Partners zijn o.a. Provincie Zuid-Holland, Holland Rijnland, ZHL en de Vrienden van de Oostvlietpolder.

5C2.6 Aanleggen Singelpark

De gemeenteraad heeft eind 2013 het kaderbesluit Singelpark vastgesteld: een prachtig project om een aaneengesloten groene singelrand rondom de binnenstad van Leiden mogelijk te maken, waar je kan genieten van de natuur, varen, wandelen, spelen, picknicken, sporten of juist ontspannen. Een park van en voor de bewoners, een groene omlijsting van de historische binnenstad, een park waar Leiden zich nog meer mee op de kaart zet.

Bij de vaststelling van het Kaderbesluit Singelpark is door de raad een prioritering van deelgebieden en onderdelen vastgesteld en is de opdracht gegeven om deze verder uit te werken tot definitieve ontwerpen en in uitvoeringsbesluiten aan de Raad voor te leggen.

Bij het kaderbesluit zijn de volgende deelgebieden/onderdelen geprioriteerd: 1. Zeven brugverbindingen tbv de aaneengesloten singelrand

2. Singelroute met o.a routeaanduiding / routemarkering / entrees/ informatieverschaffing 3. Lammermarkt

4. Nuon-gebied 5. Arsenaalplein

6. Morspoort en Park de Put 7. Bleekerspark

8. Ankerpark 9. Katoenpark

10. Bereikbaarheid Hortus Botanicus

In 2014 zijn diverse geprioriteerde deelprojecten gestart. Dit zij de brugverbindingen, de Singelroute, de Lammermarkt, het Nuongebied, de Mororspoort en Park de Put en het Katoenpark. Deze worden in 2015 verder uitgewerkt en uitgevoerd. Geprioriteerde deelgebieden die nog niet zijn opgestart in 2014, worden opgestart in de periode 2015-2017.

5C2.7 Aanbieden natuur- en milieueducatie

Duurzaam Leiden speelt ook in 2015 een belangrijke rol in het aanjagen en stimuleren van lokale initiatieven. Kapstok hiervoor is de nieuwe Duurzaamheidagenda 2015-2018 en het collegeprogramma ‘Samenwerken en Innoveren’’ dat de hoopvolle koppeling bevat tussen duurzaamheid en economie. Duurzaam Leiden zal in 2015 ook op deze gebieden verbindingen leggen, bijvoorbeeld met MKB en horeca. Tevens ondersteunt Duurzaam Leiden bewoners en lokale partijen door informatie te geven over beschikbare financiële prikkels (Duurzaamheidfondsen, rijksmiddelen), het organiseren van informatieavonden over energiebesparing en het bij elkaar brengen van lokale aanbieders. Ook organiseert Duurzaam Leiden jaarlijks twee

duurzaamheidsmarkten, WinterWarm en ZomerZon. Veel ondernemers uit Leiden e.o. doen hieraan mee. Gezamenlijke initiatieven en ontwikkelingen op het gebied van bijv. voedsel en energie (Green Deal) krijgen in 2015 een vervolg. Samen met Provincie Z-H, Sportservice Zuid-Holland, GGenGD HollandRijnland wordt tevens uitvoering gegeven aan Bewegen in het Groen. Ook krijgt Groen doet Goed inhoudelijk nog meer invulling in 2015. In het educatieve programma voor de scholen zal begin 2015 ook het accent op het onderwerp Voeding liggen. Het streven is om de koppeling te leggen tussen stadslandbouw, schooltuinen, volkstuincomplexen etc. maar ook om de producten uit de streek onder de aandacht te brengen van het brede publiek. Daarnaast wordt veel aandacht besteed aan het thema afval in al zijn vormen (zwerfafval/ afvalberg/ verpakkingsafval/organisch (voedsel) afval).

Effectindicatoren bij 5C Openbaar groen

Streefwaarden Effectindicator Realisatie

2015 2016 2017 2018 Bron

Doel 5C1 Behoud en verbetering van de kwaliteit van het openbaar groen 5C1.a Beoordeling onderhoud groen 6,9 (2010)

6,8 (2011) 6,9 (2013)

7,0 - 7,0 - Stadsenquête

Doel 5C2 Recreatieve waarde groen vergroten 5C2.a Rapportcijfer door Leidenaren voor de recreatieve kwaliteit van groen en water in de omgeving van Leiden

7,3 (2008) 7,3 (2010) 7,3 (2013)

7,3 - 7,3 - Stadsenquête

In document Programmabegroting 2015 (pagina 75-78)