• No results found

Beleidsterrein 6A Ruimtelijke planvorming en plantoetsing

In document Programmabegroting 2015 (pagina 87-93)

Leiden nodigt burgers en marktpartijen uit met goede plannen te bouwen aan de stad van morgen. Burgers en marktpartijen hebben behoefte aan houvast bij het maken van die goede plannen. Dat doet de gemeente door inspirerende ruimtelijke visies en heldere ruimtelijke beleidsdocumenten te maken en aan te bieden. Het gaat dan onder andere om structuurvisies, gebiedsvisies, opstellen van een ruimtelijke agenda, opstellen van bestemmingsplannen, het mogelijk maken van bestemmingswijzigingen, advisering over complexe ruimtelijke initiatieven en het zelf investeren in de stad. Binnen het spanningsveld van de schaarste aan ruimte, de veelheid en diversiteit van ruimtebehoefte en ruimtelijke claims en de wettelijke en bestuurlijke beleidskaders wil de gemeente zo veel mogelijk ontwikkelingskansen benutten.

De gemeente denkt actief mee met de initiatiefnemer bij het vormgeven en uitvoerbaar maken van de gewenste ruimtelijke ontwikkelingen. Naast meedenken omvat de gemeentelijke rol ook toezicht en

handhaving. Het instrument voor het uitoefenen van toezicht en handhaving op het behoud, het gebruik en de verbetering van de kwaliteit van de bebouwde omgeving hoort ook tot dit beleidsterrein.

De toekomstvisie Leiden 2030, Stad van Ontdekkingen kent twee belangrijke pijlers van beleid: Kennisstad en Binnenstad. Een sterke kenniseconomie biedt de beste garantie op blijvende welvaart voor de inwoners van Leiden en voor die van de regio. Meer kwaliteit in de binnenstad komt alle Leidenaren ten goede en zorgt er bovendien voor dat bezoekers Leiden zullen vinden en daarmee een bijdrage leveren aan het verder versterken van het culturele en economische klimaat. Een goede bereikbaarheid is het fundament waarop de twee pijlers van Kennisstad en Binnenstad zijn gestoeld. Stedelijke ontwikkeling en bereikbaarheid zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden.

Doelen en prestaties bij 6A Ruimtelijke planvorming en plantoetsing

Doel Prestatie

6A1.1 Opstellen structuurvisies en gebiedsvisies als kaderstelling voor de ruimtelijke ontwikkeling

6A1.2 Actualiseren ruimtelijke agenda 6A1.3 Opstellen thematisch ruimtelijk beleid 6A1.4 Stimuleren ruimtelijke kwaliteit

6A1.5 Adviseren complexe ruimtelijke initiatieven 6A1.6 Opstellen van bestemmingsplannen 6A1 Toedelen van ruimte

6A1.7 Actualiseren ruimtelijk instrumentarium

6A2.1 Behandeling verzoeken van omgevingsvergunningen 6A2 Ruimtelijke kwaliteit van de bebouwde ruimte

6A2.2 Het voeren van vooroverleg 6A3 Veilig bouwen en veilig gebruiken van bebouwde

ruimte 6A3.1 Toezicht en handhaving op veilig bouwen en gebruiken

6A4.1 Uitvoeren Aalmarktproject

6A4.2 Realisatie terrassenplein Beestenmarkt 6A4.3 Wonen boven winkels

6A4.4 Ontwikkeling stationsgebied 6A4.5 Ontwikkeling Meelfabriek

6A4.6 Bouw parkeergarages Garenmarkt en Lammermarkt 6A4 Aantrekkelijke binnenstad door ruimtelijke

ontwikkeling

6A4.7 Project Singelpark

6A1.1 Opstellen structuurvisies en gebiedsvisies als kaderstelling voor de ruimtelijke ontwikkeling

De ruimtelijke Structuurvisie is vastgesteld in 2009. Er is inmiddels een start gemaakt met de revisie van deze Structuurvisie. Bedoeling is dat in de volgende editie van de Structuurvisie kansen voor ruimtelijke ontwikkeling meer zichtbaar gemaakt gaan worden en dat bij de totstandkoming de samenwerking wordt gezocht met de gemeenten in de Leidse regio omdat ruimtelijke ontwikkelingen over de stadsgrenzen heen reiken. Een geactualiseerde Structuurvisie kan zo waarde krijgen voor de gehele agglomeratie. De structuurvisie wil het algemene ruimtelijke kader bieden voor ontwikkelingen tot 2040. Het biedt de mogelijkheid om niet alleen ontwikkelingen die vanuit de overheid worden geïnitieerd te kunnen sturen, maar ook ontwikkelingen van derden te kunnen faciliteren. De structuurvisie wordt vormgegeven in samenspraak met de buurgemeenten, om zo de ruimtelijke ambities in het Leidse metropolitane gebied optimaal op elkaar af te stemmen. In 2014 is een start gemaakt met de herziening. Aan de hand van het in het college vastgestelde Manifest voor het Metropolitane Gebied Leiden geven we  de structuurvisie verder vorm. In 2015 zal de herziening worden voltooid.

Als zich in een specifiek gedeelte van de stad kansen voordoen, of de ontwikkelingen daarom vragen, maken we een gebiedsvisie. In samenwerking met de Leidse Universiteit zal in 2015 een gebiedsvisie voor de omgeving van het universiteitscomplex aan de Witte Singel worden vastgesteld. Ook zal in 2015 een start worden gemaakt met een gebiedsvisie voor Meerburg.

6A1.2 Actualiseren Ruimtelijke Agenda

De ruimtelijke agenda is de uitvoeringsagenda van de ruimtelijke structuurvisie 2025. Deze agenda volgt uit de structuurvisie. In 2015 presenteren we de volgende editie van de ruimtelijke structuurvisie. Voorzover dat leidt

tot mutaties in de ruimtelijke agenda zullen ook deze mutaties in beeld worden gebracht. De projecten in de investeringsagenda vallen onder verschillende begrotingsprogramma’s en lichten we daar toe. De weergave van de agenda is een kaart die in deze begroting is afgedrukt. Het kaartbeeld maakt inzichtelijk waar in de stad ambities liggen en toont de samenhang tussen de verschillende projecten. In 2014-2015 wordt hier de tweede stap in gezet waarbij beschikbare informatie digitaal ontsloten wordt en gepresenteerd kan worden. Daarmee verbetert de afstemming tussen ruimtelijke projecten en beheerwerkzaamheden.

6A1.4 Stimuleren ruimtelijke kwaliteit

Onder de noemer stimulering ruimtelijke kwaliteit vallen beleid en acties die betrekking hebben op de beleving van de leefomgeving. In de praktijk betreft dit met name de aspecten welstand, beeldkwaliteit en architectuur. Met het Rijnlands Architectuur Platform (RAP) is sinds enige jaren een hernieuwde subsidierelatie ontstaan. Met het door het RAP georganiseerde programma wordt de belangstelling voor architectuur en leefomgeving voor een breed publiek gestimuleerd. De instelling van de Architectuurprijs Leiden, in de vorm van een publieksprijs en een juryprijs, draagt hier ook aan bij. In 2015 zal de prijs voor derde maal uitgereikt worden. Vanuit de gemeente zullen wij ons nadrukkelijk blijven bezighouden met de ruimtelijke kwaliteit van de stad en zo mogelijk met de selectie van architecten bij grotere ruimtelijke ontwikkelingen. Daarnaast is de welstandsnota in 2014 geactualiseerd en is de welstands- en monumentencommissie onlangs herbenoemd tot 1 april 2017. 6A1.5 Adviseren complexe ruimtelijke initiatieven

Aan nieuwe ruimtelijke initiatieven in de stad willen we graag meewerken. Bij een plan in de idee- of schetsfase dat niet binnen het bestaand beleid of een bestaand bestemmingsplan past kijken we of we dit initiatief kunnen faciliteren. De beoordeling van deze initiatieven vindt plaats op hoofdlijnen ten behoeve van besluitvorming door het ambtelijk management. Kern van het besluit is of een initiatief in principe wel of niet kansrijk wordt geacht voor een vervolgaanpak en verdere uitwerking. Wij ondersteunen een initiatief als het past in de visie van het ruimtelijk beleid en het collegeakkoord. Op grond van ervaringsgegevens van het afgelopen jaar worden 5 tot 10 complexe ruimtelijke initiatieven verwacht.

6A1.6 Opstellen van bestemmingsplannen

Per juli 2013 zijn alle bestemmingsplannen geactualiseerd. Ze worden blijvend om de 10 jaar geactualiseerd.  De actualisaties zullen, op grond van ervaringen bij de vorige cyclus, conserverend van insteek blijven. Wenselijke nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen zullen mogelijk gemaakt worden via aparte procedures. De nieuwe actualisatiecyclus zal onder andere door digitaal werken minder arbeidsintensief zijn dan de vorige cyclus. 6A1.7 Actualiseren ruimtelijk instrumentarium

Het kabinet Rutte-II heeft in juni 2014 het wetsvoorstel voor een nieuwe Omgevingswet aangeboden aan de Tweede Kamer. De wet vervangt 26 wetten die het kader vormen voor ruimtelijke ontwikkelingen. Naast de Omgevingswet zelf, zijn ook invoeringsregelgeving, uitvoeringsregelgeving en aanpassing van digitale voorzieningen (zoals Ruimtelijkeplannen.nl en het omgevingsloket) noodzakelijk. De daadwerkelijke inwerkingtreding van de Omgevingswet is daarom volgens verwachting van het kabinet niet eerder dan in 2018. Op gemeentelijk niveau zullen voorbereidingen getroffen worden om tijdig aan de wet uitvoering te kunnen geven, met aandacht voor eventuele organisatorische consequenties. Dit naast het zo optimaal inzetten van de bestaande wettelijke instrumenten.

6A4.1 Uitvoeren Aalmarktproject

De herontwikkeling van de Aalmarkt en omgeving zorgt voor de noodzakelijke versterking en uitbreiding van het kernwinkelgebied, zoals de gemeente dat voor ogen heeft met het Programma Binnenstad. Het Aalmarktproject omvat de herontwikkeling van 24.000 m² winkeloppervlak, waarvan 8.000 m² uitbreiding en 16.000 m² renovatie. Rekening houdend met de monumenten in het gebied wordt een nieuwe winkelstraat en daarmee een verbetering van het winkelcircuit gecreëerd tussen Breestraat en Aalmarkt. Om de Aalmarkt goed te verbinden met de winkelstraat Haarlemmerstraat wordt de Waaghoofdbrug verlegd. De invulling van het winkelgebied focust zich op mode. Grotere winkelunits worden gecreëerd waardoor Leiden grotere fashionketens in het Aalmarktgebied kan vestigen. Boven de winkelpanden worden appartementen gerealiseerd.  Het Waagblok is begin 2014 opgeleverd met onder andere een vernieuwde V&D, The Sting en de Waagstalling. De Waag zal eind 2014 worden opgeleverd waarna Debuut met daghoreca haar deuren kan openen. De ontwikkelaar ASR heeft de winkelruimten in het Stadsgehoorzaalblok nagenoeg verhuurd en zal deze ontwikkeling eind 2014 willen aanvangen. In het vierde kwartaal van 2015 zal de gemeente dan vervolgens uitvoering geven aan de nieuwe Catharinabrug ter vervanging van de Waaghoofdbrug. Het Stadsgehoorzaalblok zal in de tweede helft van 2016 worden opgeleverd. Er is belangstelling getoond voor retail in het Haarlemmerstraatblok. De gemeente gaat hiervoor met partijen in gesprek.

6A4.3 Wonen boven winkels

Eind 2012 is gestart met de stimuleringsregeling wonen boven winkels. Het doel van deze regeling is om private eigenaren te stimuleren leegstaande verdiepingen weer in gebruik te nemen als woonruimte. De ambitie is om met het budget van €1 mln. 50 à 70 woningen te laten realiseren. Tot en met april 2014 zijn er 10 projecten positief beoordeeld voor het toekennen van een subsidie voor een haalbaarheidsonderzoek. Van deze 10

projecten zijn er 3 projecten afgerond, waarmee 14 woningen zijn gerealiseerd. 1 project zit in bouwfase en behelst de realisatie van 3 woningen. 6 projecten zitten in de onderzoeksfase. Deze 6 projecten omvatten een totale ontwikkeling van ca. 38 zelfstandige woningen en 8 onzelfstandige woningen. De uitvoering van deze projecten kan pas starten nadat er een omgevingsvergunning is afgegeven. De verwachting is dat begin 2015 met de bouwwerkzaamheden van een aantal van de projecten is begonnen. Hetgeen opvalt is dat actieve acquisitie onvoldoende aanvragen realiseert om het gestelde subsidieplafond in 2014 te bereiken. Daartegenover staat dat het resultaat, na realisatie van alle projecten die in procedure zijn genomen, een totaal behelst van 63. Hierdoor wordt met minder subsidiegeld dan begroot toch het gestelde doel (50 à 70 woningen) gerealiseerd. Kortgesteld, het project is succesvol, echter duurt het proces langer qua tijd om de doelen te realiseren. Daarom zal nog in 2014 een voorstel aan de raad worden voorgelegd om het bestaande projectbudget voor een langere termijn te mogen in zetten, alsook voor uitbreiding van het project en projectbudget.

6A4.4 Ontwikkeling Stationsgebied

Het Stationsgebied heeft in de huidige situatie niet de uitstraling die past bij de ruimtelijk-economische ambities van Leiden zoals onder andere verwoord in haar programma’s Binnenstad, Bereikbaarheid en Kennisstad. Het Stationsgebied verbindt de historische binnenstad en het Bio Science Park met elkaar tot een samenhangend, bereikbaar en levendig geheel. De huidige stedenbouwkundige opzet, de staat van de gebouwde omgeving en de inrichting van de openbare ruimte blokkeren echter deze gewenste vernieuwing. Het is daarom van groot belang om samen met de markt en andere partners de komende 15 jaar het

Stationsgebied stapsgewijs te gaan (her-)ontwikkelen conform de op 11 oktober 2012 door de gemeenteraad vastgestelde stedenbouwkundige, programmatische en financiële ontwikkelkaders.

Gebiedsvisie Zeezijde

Voor het gebied ’Zeezijde’, ten westen van Leiden Centraal, zijn meerdere programmatische wensen. In 2005 is een bestemmingsplan vastgesteld in overleg met het LUMC. De gemeenteraad heeft in 2012, als onderdeel van het kaderbesluit STEO, besloten het busstation te willen verplaatsen naar de westzijde van het station. Voor de inpassing en uitvoering van deze OV terminal dienen nog nadere onderzoeken te worden uitgevoerd op gebied van verkeer, milieu en financiën. De plaats van het busstation bepaalt ook de OV routes naar het busstation. Een daarvan is de nieuwe HOV bus corridor ‘Leiden-Katwijk-Noordwijk’. Voor het bepalen van de route van deze HOV corridor is door de gemeente met LUMC, Universiteit en gemeente Oegstgeest afgesproken een integraal gebiedsplan op te stellen. Vanwege de verschillende wensen en belangen wordt hiertoe eerst een procesplan opgesteld.

Rijnsburgerblok

Het Rijnsburgerblok, begrensd door ruwweg het Schuttersveld, het Ballonpad, de Stationsweg en het Stationsplein, is het eerste project in de (her-)ontwikkeling van het Stationsgebied. Deze locatie ligt er op dit moment troosteloos bij. Het project Rijnsburgerblok beoogt de locatie in alle opzichten beter te benutten door middel van nieuwbouw in een hoge dichtheid met een kwalitatief goede uitstraling. Daartoe heeft de gemeenteraad op 13 februari 2014 het Uitvoeringsbesluit Rijnsburgerblok genomen.  Onderdeel van het Uitvoeringsbesluit is een Akkoord op Hoofdlijnen met de ontwikkelcombinatie OVG en Syntrus Achmea. In het Akkoord op Hoofdlijnen staan de belangrijkste afspraken over het bouwplan (Voorlopig Ontwerp), het programma en de grondprijs verwoord. Het Akkoord op Hoofdlijnen eindigt op het moment dat partijen een grondreserveringsovereenkomst sluiten, of indien het partijen niet lukt om deze overeenkomst te sluiten per 31 december 2013. OVG en Syntrus Achmea hebben in het voorjaar van 2014 moeten concluderen dat het deelproject vooralsnog niet gezamenlijk gerealiseerd kan worden. Op verzoek van OVG en Syntrus Achmea heeft de gemeente uitstel verleend tot 1 april 2014. Met de kanttekening dat de periode tot 1 april 2014 door partijen benut zou worden om een nieuwe samenwerkingspartner te vinden.  Omdat de termijn van 1 april 2014 is verstreken is aan zowel OVG als Syntrus Achmea bevestigd dat de exclusiviteit is komen te vervallen. De overleggen met OVG en Syntrus Achmea zijn wel voortgezet waarbij de mogelijkheden voor het opnieuw verlenen van exclusiviteit worden onderzocht. Het contracteren van een nieuwe ontwikkelcombinatie kost tijd, maar het college acht de realisatie van het project nog steeds haalbaar conform het Akkoord op Hoofdlijnen en het Uitvoeringsbesluit Rijnsburgerblok gezien de voortgang in de overleggen.

Integrale businesscase fietsparkeren

In het collegeakkoord is de uitbreiding van het aantal fietsenstallingen bij station Leiden CS opgenomen. Het college zal met de partners NS en ProRail voorstellen uitwerken voor realisatie en exploitatie van voldoende fietsparkeerplekken in het Stationsgebied. Betaald parkeren voor fietsen kan daar onderdeel van zijn. Tijdens de uitwerking van deze voorstellen blijft gebruik van de ondergrondse stalling aan de Zeezijde gratis. De formele gesprekken met NS en ProRail inzake de integrale businesscase zijn, na de presentatie van de nieuwe visie van NS op het fietsparkeren in stationsgebieden (eerste 24 uur gratis) gestart. In 2015 moet dit leiden tot het vaststellen van een, door de drie partijen gedragen, integrale businesscase door het college met daarbij een globale kostenverdeling van de investerings-, exploitatie- en handhavingskosten.

6A4.5 Ontwikkeling Meelfabriek

De Meelfabriek ligt aan de oostelijke Singelrand van Leiden, tussen de Oosterkerkstraat en de Zijlsingel. Het complex is eigendom van de Meelfabriek C.V. en staat al geruime tijd leeg. De eigenaar heeft een plan voor herontwikkeling opgesteld, dat past binnen het gemeentelijk beleid, dat gericht is op het mogelijk maken van nieuwe functies in het omvangrijke en beeldbepalende complex. De herontwikkeling moet recht doen aan de karakteristieken van de locatie en passen bij de omliggende woonbuurt. Het betreft een particuliere ontwikkeling op particulier eigendom. De gemeente heeft een regisserende rol, bewaakt de publiekrechtelijke aspecten, en verzorgt planbegeleiding, daar waar dat door de Meelfabriek CV gevraagd wordt. Na voltooiing van het plan zal een veelbelovende impuls voor de stad ontstaan zijn met daarin wonen, werken, leren, cultuur en recreatie. Het plan voor de herontwikkeling van de Meelfabriek past binnen het vigerende bestemmingsplan binnenstad I. Indien nodig zal op onderdelen nog een Wabo-procedure gevolgd worden. Volgens de door de ontwikkelaar afgegeven globale planning zal de bouwaanvraag eerste fase bestaande uit commercieel en recreatief vastgoed en studentenhuisvesting eind 2014 door de eigenaar/ontwikkelaar ingediend worden. Het gehele plan zal in deelfasen worden gerealiseerd. Volgens informatie van de ontwikkelaar start de bouw van enkele onderdelen in 2015.

6A4.6 Bouw parkeergarages Garenmarkt en Lammermarkt

Eind 2013 heeft de raad ingestemd met de voorgestelde kredieten middels een uitvoeringsbesluit. Dit uitvoeringbesluit omvatte de beide garages. Op basis van het uitvoeringsbesluit hebben de separate aanbestedingen van de beide garages plaatsgevonden. Voor de garages is op basis van prijs en kwaliteit gekozen voor dezelfde aannemingscombinatie. Na het afsluiten van de PreDesign fase wordt voor beide garages een DBM (design, Build & Maintain) contract getekend. Eind 2014 wordt gestart met de bouw op de Lammermarkt, aansluitend wordt de Garenmarkt gerealiseerd. Voor de parkeergarage op de Garenmarkt wordt een bestemmingsplan procedure doorlopen. Hiervoor is thans een voorontwerp gereed. De garages worden gefinancierd vanuit de Parkeerreserve; hiervoor zijn in het Kaderbesluit richtinggevende kaders meegegeven. Voor beide garages zal de omgeving intensief betrokken blijven. De gemeentelijke uitvoeringsorganisatie is hier op ingericht door het aanstellen van een omgevingsmanager per garage. Ook vanuit de aannemerscombinatie is een omgevingsmanager aangesteld. Door intensief de omgeving te informeren en te raadplegen kan de overlast tot een minimum worden beperkt. De communicatie zal een open en transparant karakter hebben. 6A4.7 Project Singelpark

Onder verwijzing naar programma 5 5C2.6 Aanleggen Singelpark

De gemeenteraad heeft eind 2013 het kaderbesluit Singelpark vastgesteld: een prachtig project om een aaneengesloten groene singelrand rondom de binnenstad van Leiden mogelijk te maken, waar je kan genieten van de natuur, varen, wandelen, spelen, picknicken, sporten en ontspannen. Een park van en voor de bewoners, een groene omlijsting van de historische binnenstad, een park waar Leiden zich nog meer mee op de kaart zet.

Beleidsterrein 6B Gemeentelijk vastgoed

De gemeente exploiteert en onderhoudt de gemeentelijke vastgoedportefeuille. Dit betekent dat zij

verantwoordelijk is voor de verhuur, de doorbelasting van kosten en het (dagelijks en het langjarig) onderhoud van het vastgoed. De panden worden ingezet voor de huisvesting van organisaties die de gemeente

beleidsmatig wil ondersteunen en voor de huisvesting van het ambtelijk apparaat. Ook omvat de portefeuille vastgoed dat haar functie heeft verloren (bijvoorbeeld voormalige schoolgebouwen), panden die ooit zijn verworven ten behoeve van toekomstige ruimtelijke ontwikkelingen of objecten die bij de gemeente in bezit of beheer zijn als monument. De gemeente ziet zichzelf hier als sociaal belegger; de portefeuille wordt op professionele wijze geëxploiteerd en onderhouden, met inachtneming van de maatschappelijke betekenis die de panden of de gebruikers hebben voor Leiden. Panden die geen beleidsdoel dienen en geen monumentale betekenis hebben, kunnen in principe worden afgestoten. Het definiëren welk vastgoed de gemeente in bezit wil behouden en wat kan worden verkocht, is een belangrijke beslissing en vereist een goede kennis van de portefeuille en van de gewenste beleidsdoelen. Een kleinere portefeuille vergroot de financiële spankracht van de gemeente door (incidentele) verkoopopbrengsten en (structureel) lagere onderhoudskosten. Het langetermijnperspectief noodzaakt tot het maken van keuzes. Vanuit dit beleidsterrein denkt de gemeente na over de ontwikkelingsmogelijkheden van grond en vastgoed waardoor (maatschappelijke) waardecreatie wordt bereikt. Ook erfpachtconversie past daarbij, waarin door functiewijziging van panden (leegstaand kantoor krijgt een andere functie), erfpachtinkomsten worden gegenereerd.

Doelen en prestaties bij 6B Gemeentelijk vastgoed

Doel Prestatie

6B1.1 Voeren van een erfpachtbedrijf

6B1.2 Opstellen PRIL - Vermogensbeheer en Grondexploitaties 6B1 Optimale exploitatie van gemeentelijk vastgoed

6B1.3 Exploiteren van gemeentelijk vastgoed 6B1.2 Opstellen PRIL - Vermogensbeheer en Grondexploitaties

Opstellen van PRIL – Grondexploitaties is onderdeel van de jaarrekeningcyclus. In deze rapportage wordt verantwoording afgelegd over de lopende (en in voorbereiding zijnde) grondexploitaties. Onderstaande tabel toont de projecten die in PRIL – Grondexploitaties 2014 zijn opgenomen. Hierbij wordt onderscheid gemaakt in Bouwgronden In Exploitatie (BIE) ofwel projecten na uitvoeringsbesluit, Niet In Exploitatie Genomen Gronden (NIEGG) ook wel projecten na kaderbesluit , alsook bijzondere projecten. In de tabel wordt zowel de status en benaming ten tijde van PRIL 2013 als de nieuwe status en benaming in PRIL 2014 weergegeven.

Tabel 1: Rubricering van projecten in PRIL 2014 in vergelijking met PRIL 2013

  Projectnaam Status/benaming in PRIL

2014 Status/benaming in PRIL2013

Nr. Bouwgrond in exploitatie (BIE)    

8 Trekvaartplein Wonen BIE Na uitvoeringsbesluit

13 A4/W4 BIE Na uitvoeringsbesluit

       

19 Groenoordhallen en omgeving (deelplannen Groenoordhallenterrein en Van Voorthuijsenlocatie)

BIE Na uitvoeringsbesluit

22 Haagwegkwartier (deelplan Islamitisch centrum) BIE Na kaderbesluit

23 De Nobel grondexploitatie BIE Na uitvoeringsbesluit

In document Programmabegroting 2015 (pagina 87-93)