• No results found

Een maatschappelijke voorhoede (maximaal 15% van de bevolking; zie Downs, 1972, p. 41) vertoont in tegenstelling tot de stille meerderheid (ongeveer 55% van de bevolking) onvoldoende massa (omvang), waardoor er vooralsnog geen diffusie op ruime schaal kan plaatsvinden, laat staan een versnelling in de diffusie, waardoor een maatschappelijk probleem momentum kan krijgen. Een maatschappelijk pro-bleem blijft in zo’n situatie een persoonlijk issue van de voorhoede. De maatschap-pelijke voorhoede toont op basis van haar manifeste probleembesef haar engage-ment, lang voordat de massa, in de gedaante van de stille meerderheid er mee aan de haal is gegaan. Voor mensen die probleembesef hebben ontwikkeld is een maat-schappelijk probleem manifest: ‘Manifest social problems are those generally

re-cognized as problems. Latent social problems are conditions not widely identified as problems even though in fact they are at odds with people’s interests and values’

(Merton, 1976, p. 41).

Waar de dimensies van adoptie en diffusie elkaar in kwadrant 2 treffen, is er sprake van issuevorming. Adoptie en diffusie zijn beiden nodig om een maatschappelijk

probleem van een persoonlijk issue tot een maatschappelijk controversiële kwestie uit te laten uitgroeien: ‘…the need for a “critical mass” or treshold to move a

mat-ter from the status of private concern to a public, political issue’ (Neuman, 1990, p.

159). Er vindt zowel diffusie binnen groepen als tussen groepen plaats. In de maat-schappij neemt het antal mensen met een manifest probleembesef toe. Probleembe-sef wordt door steeds meer mensen gedeeld en geadopteerd.

In kwadrant 3 is sprake van een hype. Een hype moet voldoende massa hebben om als hype betiteld te kunnen worden. Diffusie zorgt voor voldoende massa, maar er vindt geen adoptie plaats, waarmee de vluchtigheid van een hype en het verschil met een issue wordt aangegeven. Hypes worden niet geadopteerd, beklijven niet in het individuele bewustzijn en dalen iet in de publieke opinie in, aangezien ze niet in een (gedeelde) waarde wortelen, die door een maatschappelijk probleem is geacti-veerd. Bovendien is een hype meestal geen uiting van een prangend maatschappe-lijk probleem. Vaak hebben hypes betrekking op gepersonaliseerde conflicten tus-sen bekende personen, die hun vetes uitvechten in de media en die niet op basis van controversiële en waardegeladen inhoudelijke kwesties standpunten innemen, zoals bij issues wel het geval is. Verondersteld wordt dat degenen die zich door hypes laten meeslepen niet direct in een bepaald adoptiesegment zijn onder te brengen. Dat zal waarschijnlijk per hype verschillen.

Als er noch adoptie, noch diffusie plaatsvindt, zoals in kwadrant 4 het geval is, dan is er simpelweg sprake van een non-issue. Een maatschappelijk probleem wordt in het geheel niet onderkend en erkend. Probleembesef ontbreekt.

Hoewel een issue in heel korte tijd kan ontstaan, komen issues niet uit de lucht val-len. Issues kennen een voorgeschiedenis en hebben hun voedingsbodem in een maatschappelijk probleem dat al geruime tijd bepaalde segmenten in de samenle-ving bezighoudt, vandaar de alledaagse definitie van issues: een issue is een

maat-schappelijke probleem dat het gesprek van de dag is. De voorgaande

beschouwin-gen geven echter aanleiding om het begrip issue in wat formele termen te defini-eren, waardoor het begrip meer conceptuele lading krijgt: een issue is een uit een

maatschappelijk probleem voortgekomen controversiële kwestie, dat veel publieke aandacht opeist en getriggerd wordt door één of meer onverwachte gebeurtenissen, die de publieke opinie beroert en in beweging brengt en uiteindelijk kan resulteren in probleemadoptie en agendering.

Kenmerkend voor het verloop van issues is dat zij via een adoptie- en diffusieproces verspreid, vorm en richting geven aan zowel de publieke opinie als de politiek. De vorming van een publieke opinie zal na verloop van tijd moeten resulteren in de -politieke- agendering van het maatschappelijke probleem in kwestie. Dat gebeurt

echter niet in alle gevallen. Issues kunnen ook hun doel voorbij schieten en ontaar-den in een politieke crisis.

Dit onderzoek probeert een antwoord op de volgende vragen te geven:

a. Wat zijn issues? b. Hoe ontstaan issues?

c. Hoe ontwikkelen issues zich in de loop der tijd en welke mechanismen spelen daarin een rol?

d. Welke betekenis hebben adoptie en diffusie voor de conceptualisering van issues?

e. Hoe verhouden issues zich tot maatschappelijke problemen en mediahypes? f. Wat is de impact van issues op individuele personen, organisaties en de

sa-menleving?

g. Welke functies vervullen issues in politiek en maatschappelijk opzicht?

h.

Kunnen verschillende adoptiesegmenten onderscheiden worden en hoe

reage-ren die op issues en onverwachte gebeurtenissen?

Tot slot

G

econstateerd is dat issues qua theorievorming een onontgonnen gebied zijn. Dat zou de voor de hand liggende reden kunnen hebben dat issues maatschappelijk irre-levante verschijnselen zijn. Het is de vraag of dat inderdaad het geval is. Hieronder zullen en aantal argumenten genoemd worden waarom issues maatschappelijk rele-vant zijn en in feite als belangrijke maatschappelijke verschijnselen beschouwd moeten worden. Daar zijn de volgende argumenten voor aan te dragen. In de eerste plaats doorlopen maatschappelijke problemen die een controversiële kwestie wor-den een vaste cyclus, ondanks of juist dankzij het feit dat issues getriggerd worwor-den door onverwachte gebeurtenissen. De fase in een cyclus kan bepalend zijn voor de kans dat maatschappelijke problemen opgelost worden. Politieke besluitvorming vroeg in de cyclus levert bijvoorbeeld geen draagvlak op en bij politieke besluit-vorming laat in de cyclus bestaat altijd het gevaar dat een maatschappelijk probleem verdrongen wordt door nieuwe maatschappelijke problemen die opdoemen. In de tweede plaats krijgt de publieke opinie11 dankzij issues een stem, waardoor een maatschappelijk probleem een controversiële kwestie kan worden. In de derde plaats kunnen issues een verandering in de publieke opinie te weeg brengen, waar-door opvattingen die in de maatschappij leven heel snel kunnen veranderen. In de

11 De publieke opinie wordt door Macionis (2011, p. 544) als volgt gedefinieerd: ‘widespread attitudes about controversial issues’.

vierde plaats kunnen issues dankzij een verandering in de publieke opinie tot grote maatschappelijke veranderingen leiden. In de vijfde plaats zorgen issues voor draagvlak onder de bevolking, waardoor beleidsmaatregelen aan legitimiteit winnen en minder weerstand onder de bevolking ontmoeten. In de zesde plaats kunnen issues leiden tot de politieke agendering van maatschappelijke problemen. Indien politieke agendering tot niets leidt, kunnen issues in de zevende plaats in een poli-tieke crisis ontaarden (bijvoorbeeld de schuldencrisis in de eurolanden en de Arabi-sche lente) of zelfs evolueren in een revolutie en in het minst erge geval tot een smeulend maatschappelijk probleem, dat als een veenbrand zijn weg baant door de samenleving. Dat was in Nederland het geval met het minderhedenvraagstuk in de tweede helft van de jaren negentig. Onopgeloste maatschappelijke problemen kun-nen op enig moment tot een politieke crisis leiden, zoals bleek in de periode vlak voor na de moord op Pim Fortuyn, de Belgische kabinetsformatie en de Europese schuldencrisis en de Amerikaanse begrotingstekorten eind 2012.

Een issue in huize Bartels, eind jaren vijftig. Er was sprake van een kloof tussen de feitelijke toestand en de gewenste toestand, toen al ! Voor Bijbelse geschiedenis had ik het hoogste cijfer en moest propandamateriaal van de CHU in opdracht van het hoofd van de school in Dordrecht rond-brengen. Mijn belangstelling voor politiek was al vroeg gewekt. Mijn vader verbood de inzet van kinderen voor politieke doeleinden en riep het hoofd op het ‘matje’. Later zijn mijn ouders heel vaak door de rector van het Gemeen-telijk Lyceum ontboden, als mijn zus Ineke of ik weer eens voor de zoveelste keer uit de klas waren gestuurd.

.

Resultaten in het verleden behaald, vormen geen garantie voor de toekomst !

2

FEITELIJKE & WAARGENOMEN TOESTAND

Inleiding

I

n het voorgaande hoofdstuk is een onderscheid gemaakt tussen issues, maatschap-pelijke problemen, hypes en non-issues aan de hand van twee criteria, adoptie (het herkennen, erkennen en diffusie (verspreiding). In dit hoofdstuk wordt voortgebor-duurd op de definitie van issues, met het oog op het formuleren van een definitie van maatschappelijke problemen. Issues12 zijn controversiële kwesties die uit maat-schappelijke problemen voortkomen. Aan de hand van de literatuur zal via een aantal invalshoeken worden nagegaan hoe het concept maatschappelijk probleem wordt gedefinieerd en welke definitie uiteindelijk het meest passend is om een beter inzicht te krijgen in de vraag hoe en waarom issues ontstaan.

Vanuit een objectief gezichtspunt bezien worden maatschappelijke problemen meestal in in categorieën of typologieën ingedeeld (zie Lane & Ersson, 1999; Pil-kington, 1998; Shweder, 1982). Een indeling van maatschappelijke problemen in vaststaande categorieën is te statisch gezien de dynamiek die in de feitelijke maat-schappelijke omstandigheden kan optreden en laat nauwelijks ruimte aan de inter-pretatie en waarneming van maatschappelijke problemen door individuen. Burgers kunnen er wel eens heel andere interpretaties en definities op nahouden dan experts of politici, die vaak in geobjectiveerde categorieën denken. Dat een maatschappelijk probleem op een gegeven moment sterk in de belangstelling komt te staan, zonder dat de media en de politiek daarop hebben geanticipeerd, kan al een aanwijzing zijn dat burgers anders tegen maatschappelijke problemen aankijken dan bijvoorbeeld politici. Wat voor de een wel een maatschappelijk probleem is, hoeft dat voor de ander niet te zijn, waardoor uiteenlopende probleemdefinities kunnen ontstaan (zie Nelissen, 1991). Een indeling in categorieën van maatschappelijke problemen kan een knellend frame vormen dat geen ruimte biedt aan andere en afwijkende pro-bleemdefinities, anders dan die van probleemeigenaren en experts.

12 Een uitgebreidere definitie van issues luidt als volgt: Een issue is een uit een

maatschappelijk probleem voortgekomen controversiële kwestie dat getriggered wordt door onverwachte gebeurtenissen en resulteert in probleemadoptie en agendering.

Door het denken in termen van categorieën van maatschappelijke problemen kan er tussen burgers en experts een wereld van verschil bestaan met betrekking tot de vraag wat wel en wat niet een maatschappelijk probleem is. En dat is niet bevorder-lijk voor de politieke agendering van maatschappebevorder-lijke problemen. Uiteenlopende probleemdefinities kunnen een bron van maatschappelijke controverses zijn. Dat neemt echter niet weg dat typologieën van maatschappelijke problemen en officiële statistieken wel een onmisbaar ijkpunt vormen om de omvang van de kloof tussen een gewenste en een feitelijke toestand te kunnen bepalen.

Zo bestaan er voor het bepalen van de ernst van sommige maatschappelijke pro-blemen normen waarover politieke consensus bestaat. Ook normen brengen de divergentie tussen een genormeerde toestand (= een gewenste toestand) en een fei-telijke of waargenomen toestand in kaart. Als een norm overschreden wordt kan er ingegrepen worden. Bijvoorbeeld de begrotingsnorm van de Europese Unie die zegt dat het begrotingstekort van de lidstaten niet hoger mag zijn dan 3% van het bruto nationaal product en de staatsschuld niet hoger dan 60%. Als die norm indertijd gehandhaafd zou zijn, was er naar alle waarschijnlijkheid in 2011 geen Europese schuldencrisis ontstaan.

Om milieuproblemen te bestrijden en te voorkomen bestaan geluids-, waterkwali-teit-, luchtkwaliteits- en klimaatnormen. Om de verkeersveiligheid en de luchtkwa-liteit te bevorderen, mogen automobilisten in Nederland niet harder dan 130 kilo-meter per uur rijden. Om een gewenst rendement van het onderwijs te realiseren zijn eveneens normen geformuleerd waarover politieke consensus bestaat, bijvoor-beeld de klassengrootte en de lengte van vakanties. Het politiek aanwenden van normen brengt wel met zich mee dat over maatschappelijke problemen vaak wordt gesproken in termen van feitelijke omstandigheden, die ver verwijderd kunnen zijn van de alledaagse realiteit die burgers waarnemen en wat zij als gewenste toestand zien.

In tegenstelling tot het beleid, worden in de wetenschappelijke literatuur de feitelij-ke toestand en de gewenste toestand als op zichzelf staande grootheden gezien. De feitelijke en de gewenste toestand worden zelden met elkaar in verband gebracht, behalve waar het gaat om verklaringen over het ontstaan van revoluties (zie Davies, 1982; Aya, 1979). Dergelijke verklaringen vormen overigens een legitiem argument om ook maatschappelijke problemen in het licht te zien van de relatie tussen een feitelijke en een gewenste toestand, temeer daar issues uit maatschappelijke pro-blemen voortkomen en kunnen ontaarden in een politieke crisis en zelfs revoluties. Hierop wordt in het volgende hoofdstuk dieper ingegaan (zie Lane en Erson, 1991, 1999).

Outline

GERELATEERDE DOCUMENTEN