• No results found

De opgraving genoot veel belangstelling van mensen uit de omgeving. Verder is er veelvuldig aanloop geweest van collega-archeologen en amateurarcheologen. Vanuit de media heeft de opgraving ook veel belangstelling gekregen. Omrop Fryslân heeft op 24 januari beelden laten zien van de opgraving in het nieuws. GPTV Friesland heeft twee dagen later een reportage gemaakt van de opgraving. Deze is op 27 januari uitgezonden. Nieuwsberichten over de opgraving zijn verschenen in de provinciale dagbladen, zoals de Leeuwarder Courant en het Friesch Dagblad, en in regionale weekbladen, zoals het Sneeker Nieuwsblad.

Fig. 1.25: Foto van een rondleiding tijdens de open dag op 28 januari. Hier geeft T.W. Varwijk uitleg aan de bezoekers over de aangetroffen sporen in een van de werkputten. (Foto: RUG/GIA).

Op zaterdag 28 januari is een open dag gehouden. Vanaf 10:00 - 15:00 uur werden om het half uur rondleidingen gegeven door de betrokken archeologen en archeologiestudenten. Tijdens de rondleiding

41

werd eerst uitleg gegeven over de reden van het onderzoek. Vervolgens werd de totstandkoming van het landschap met behulp van enkele paleogeografische kaarten toegelicht. Daarna werd naar het opgravingsterrein gelopen, waar de bezoekers uitleg hebben gekregen over de gebruikte onderzoeksmethoden. Hiervoor werden de aangetroffen archeologische sporen getoond en uitgelegd wat daaruit afgeleid kan worden.

Aan het eind van de rondleiding is een ruime selectie van het opgegraven vondstmateriaal getoond en is er uitleg gegeven over de aangetroffen artefacten en hun datering. Ondanks het koude weer was de open dag door ongeveer 500 mensen bezocht. Tijdens de open dag is samengewerkt met mw. G.H. Postma-Krikke van de maatschap die eigenaar is van het te verstoren terrein. Zij is lid van het Gebiedsplatform Zuidwest-Fryslân. Mensen die de open dag bezochten konden in de schuur van de boerderij informatie krijgen over het regionale landschap en de ontwikkelingsvisie voor het gebied.

1.10 ORGANISATIE

De opgraving is uitgevoerd onder de wetenschappelijke leiding van dr. Johan Nicolay (RUG/GIA), in het veld geassisteerd door Joris Geuverink (RUG/GIA). Aan het veldwerk namen verder deel:

− Veldtechnicus en tekenaar Sander Tiebackx (RUG/GIA),

Veldtechnicus Robert Kosters (RUG/GIA),

Student-assistenten Theun Varwijk en Marco Bakker (beiden destijds student RUG/GIA)

Johannes Bloem (vrijwilliger metaaldetectie),

− Reinder Visser, Henk Baron en Arjan Draaisma van het Argeologysk Wurkferbân van de Fryske Akademy (AWF),

Daniël Postma (promovendus RUG/GIA),

Niels Dekker en Evelien Witmer (beiden destijds student RUG/GIA),

− Maurice Meuwissen (destijds stagiair Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed),

− Hielke Koopmans (amateur metaaldetectie)

Fysisch-geograaf Peter Vos (Deltares)

− Dr. ir. Hans Huisman van de Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed (Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed)

− De archeobotanici Mans Schepers (destijds promovendus RUG/GIA) en Arnoud Maurer (RUG/GIA).

Nino Casolin, Haring Sikkes en Robert Amsterdam van het Archeologisch Steunpunt Sneek (ASP) De graafmachine werd de eerste week bediend door J. van der Meulen en de daaropvolgende weken door Sietze Aartsma. Beiden zijn werkzaam bij Klaas Bijlsma BV.

UITWERKING

Veel specialisten en studenten zijn ook betrokken bij de uitwerking geweest die plaatsvond in 2012. Het gaat daarbij om de volgende personen:

42

− Peter Vos (Deltares) heeft de landschappelijke ontwikkeling uitgewerkt

− Marco Bakker (destijds student RUG/GIA) heeft de aangetroffen sporen en structuren uitgewerkt en de eindsynthese geschreven. Hij is hierbij begeleidt door prof. dr. Gilles de Langen en dr. Johan Nicolay.

− Dr. Hans Huisman (Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed) heeft het micromorfologisch onderzoek uitgevoerd.

− Theun Varwijk (destijds student RUG/GIA) heeft met Marco Bakker het aardewerk, de keramische artefacten en de verbrande kleiresten onderzocht.

− Dr. Johan Nicolay (RUG/GIA) heeft de metalen artefacten uitgewerkt.

− Dr. Patrice de Rijk (Archeo Media BV) heeft het slakmateriaal en de hamerslag onderzocht.

− Arjan Hullegie en dr. Wietske Prummel (beiden RUG/GIA) hebben het botmateriaal uitgewerkt.

− Arnoud Maurer (RUG/GIA) en Mans Schepers (destijds promovendus RUG/GIA) hebben het botanische materiaal onderzocht.

− Joris Geuverink (RUG/GIA) heeft het natuursteen uitgewerkt.

− Jelte van der Laan (destijds RUG/GIA) heeft de opgegraven hout- en touwresten onderzocht in het kader van zijn masterscriptie en is daarbij begeleid door houtspecialiste Silke Lange (BIAX).

− Onur Kandemir (destijds stagiair Saxion) heeft de veldtekeningen gedigitaliseerd en is hierbij begeleidt door Erwin Bolhuis (RUG/GIA).

− Miriam Los-Weijns (tekenkamer RUG/GIA) heeft samen met Onur Kandemir en Rachel Onstwedder (destijds stagiair ArtEZ) de artefacten getekend.

− Gert van Oortmerssen: conservator van het Laboratorium voor Conservatie & Materiaalkennis (RUG/LCM) heeft een deel van de vondsten geconserveerd en/of gerestaureerd.

43

LITERATUUR

Actueel Hoogtebestand Nederland (AHN), 2008: Actueel Hoogtebestand Nederland 2.0: Fryslân. (geraadpleegd om 01-2013 op URL: http://ahn.geodan.nl/ahn/)

Alterra, 2008: Geomorfologische Kaart Van Nederland, schaal 1: 50.000. Wageningen

Berkel van, G., & K. Samplonius, 2006: Nederlandse plaatsnamen. De herkomst en betekenis van onze plaatsnamen. Utrecht.

Boonstra, Y.M., 2011: Programma van Eisen, Tjerkwerd, Arkum 4. Gemeente Sudwest Fryslan-PvE. IJlst. Exaltus, R., & J. Orbons 2011: Arkum, Tjerkwerd, Gemeente Súdwest-Fryslân. Inventariserend Veldonderzoek (IVO-O); Bureauonderzoek en karterend booronderzoek (= ArcheoPro rapport 11118). Maastricht.

Gildemacher, K.F., 2007:. Friese plaatsnamen: alle steden, dorpen en gehuchten. Leeuwarden. Haan de, R., 2002: Friese voornamen. Fryske foarnammen. Friese Pers Boekerij. Leeuwarden. Historische Atlas Friesland, 1990: Chromotopografische kaart des Rijks, 1 : 25.000. Den Ilp.

Kadaster 1832: Minuutplan: Tjerkwerk, Friesland. Sectie A, blad 02. (geraadpleegd om 01-2013 op URL: http://www2.tresoar.nl/kaarten/minuutplans.php?gem=Tjerkwerd&jaar=1832)

Kadaster 1887: Netteplan: Tjerkwerd, Friesland. Sectie A2. (geraadpleegd om 01-2013 op URL: http://www2.tresoar.nl/kaarten/minuutplans.php?gem=Tjerkwerd&jaar=1887)

Karstkarel, P., 2008: Bloedmooi Wûnseradiel. Leeuwarden.

Niekus, M.J.L.Th. & M.A. Huisman, 2002: Een huisterpje uit de Romeinse Tijd in het veen-kleigebied. Een archeologische opgraving in het tracé van de Stadsrondweg Oost te Sneek, gemeente Sneek (Fr.) (=ARC publicaties 53). Groningen.

Noordhoff Uitgevers, 2009: De Bosatlas van Fryslân. Groningen.

Phaff, M.J., 1855: Veldminuut: topografische militaire kaart. Nationaal Archief. Provincie Fryslân: Friese Archeologische Monumentenkaart Extra (FAMKE). (geraadpleegd om 01-2013 op URL: http://www.fryslan.nl/famke)

Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed: ARCHIS II (Archeologisch Informatie Systeem). (geraadpleegd om 01-2013 op URL: http://archis2.archis.nl/)

Schotanus à Sterringa, B. 1718: Uitbeelding der heerlijkheit Friesland. Leeuwarden.

44

Stichting voor Bodemkartering (Stiboka) 1974: Bodemkaart van Nederland, 1:50.000: toelichting bij de kaartladen 10 West Sneek en blad 10 Oost Sneek. Wageningen.

Topografisch Militair Bureau 1864: Topografische Militaire kaart anno 1850-1864 (TMK). Topografische dienst.

45

2. De landschappelijke veranderingen rond Arkum