Vraag nr. 549 van 4 mei 2005
van de heer JAN PEUMANS Verdrag van Aarhus – Uitvoering
Vanaf 15 februari 2005 moet ingevolge het Verdrag van Aarhus vrijwel alle milieu-informatie waarover de overheid beschikt, beschikbaar zijn voor elke burger.
Uitgangspunt van het verdrag is dat een grotere betrokkenheid van de burgers en milieuorganisa-ties tot een beter milieu leidt. Niet alleen emissiege-gevens, maar ook gegevens inzake straling, stof en water. En eveneens gegevens m.b.t. gezondheidsef-fecten, aantasting van monumenten door een laag grondwaterpeil, bodemgesteldheid en vegetatie-kaarten.
De tweede pijler van het verdrag is burgerpartici-patie en de derde pijler is toegang tot de rechter. Voor de eerste twee pijlers zijn er reeds Europese richtlijnen, de derde pijler is in voorbereiding. 1. Op welke wijze is het Verdrag van Aarhus
omgezet in een Vlaams informatiebeleid? 2. Welke informatie kan de burger reeds
raad-plegen zoals omschreven in het Verdrag van Aarhus?
3. Kan de burger sinds 15 februari 2005 alle infor-matie terzake raadplegen?
4. Wordt er terzake een communicatiedeskundige belast met het formuleren van begrijpbare infor-matie (op mensenmaat) op dit vlak?
Antwoord
Na de ratificatie door België, is het Verdrag van Aarhus bindend voor België sedert 21 april 2003. De Europese Richtlijn 2003/04/EG van 28 januari 2003 inzake toegang van het publiek tot milieu-informatie, moet omgezet zijn in intern recht op 14 februari 2005.
1. De pijler betreffende de toegang tot en open-baarheid van milieu-informatie werd in het Vlaamse Gewest omgezet door het nieuwe decreet van 26 maart 2004 betreffende de
open-baarheid van bestuur, dat sedert 1 juli 2004 van kracht is. Door dit decreet heeft elke bur-ger recht op de milieu-informatie waarover de overheid beschikt, onder de voorwaarden zoals bepaald in het Verdrag van Aarhus en de Europese Richtlijn 2003/04/EG van 28 januari 2003 inzake toegang van het publiek tot milieu-informatie, dit wil zeggen als er geen uitzonde-ringsgronden kunnen worden ingeroepen. Doordat de uitzonderingsgronden in het decreet
beperkter zijn dan deze in het Verdrag of de Richtlijn, en door de eenvoudige, klantvriende-lijke procedure voor de aanvragen en de beroe-pen, gaat het Vlaams informatiebeleid op dat punt verder dan het Verdrag of de Richtlijn. Het Verdrag en de Richtlijnen bepalen
daar-naast ook dat de overheid bepaalde informatie op actieve wijze verspreidt, vooral op elektro-nische wijze. Het Verdrag is op dat vlak heel wat beperkter dan de Richtlijn. Het Verdrag heeft het over het elektronisch ter beschikking stellen "in toenemende mate" van een beperkte lijst van documenten; de Richtlijn hanteert een uitgebreidere lijst van documenten die vanaf 14 februari 2005 via elektronische middelen moeten worden verspreid of waarvan minstens een verwijzing naar de fysische vindplaats moet bestaan. Deze informatie wordt momenteel al voor het overgrote gedeelte aangeboden via ver-schillende websites van Aminal en de Vlaamse openbare instellingen. Deze praktische invul-ling van de Richtlijn dient nog juridisch onder-bouwd te worden door een Besluit van de Vlaamse Regering in uitvoering van art. 30 van het openbaarheidsdecreet. Een voorontwerp van besluit wordt thans gefinaliseerd door de administratie.
2. &3. Zoals reeds gesteld, kan de burger vrijwel alle milieu-informatie opvragen bij de Vlaamse overheden overeenkomstig het openbaarheids-decreet. Voor wat betreft de milieuinformatie, die de burger momenteel reeds op elektroni-sche wijze kan raadplegen bij de milieu-admi-nistratie, verwijs ik u naar de bijlage. Ook de Vlaamse openbare instellingen (OVAM, VMM, VLM) bieden een aanzienlijke hoeveelheid aan milieu-informatie aan via hun websites.
Deskundige ambtenaren proberen dit op een overzichtelijke en toegankelijke manier te doen.