• No results found

Wanneer wordt gesproken over kwetsbare wijken waar de leefbaarheid onder druk staat en de voorgestelde oplossingen, weerspiegelt de toon van het debat en de woorden die gekozen worden de insteek van de sprekers. Wij zien vier verschillende perspectieven waarmee naar de leefbaarheid in buurten wordt gekeken:

1. het perspectief van bestuurders, de ideologie (wat is het mensbeeld, het ideaalbeeld voor de stad en de maatschappij);

2. het perspectief van de vastgoedeigenaar;

3. het perspectief van de markt, de woningzoekenden (het imago); 4. het perspectief van bewoners in de buurt.

Het veerkracht rapport is gedreven door ideologische opvattingen over wat een goede wijk hoort te zijn: een ongedeelde stad en het ideaal van actief samenleven, de samenredzaamheid. De oplossing wordt gezocht in menging van verschillende inkomensgroepen, niet te grote achterstand ten opzichte van het gemiddelde en de instroom van in hun omgeving sociaal actieve bewoners (geen accountants maar onderwijzers).

Het oogpunt van de vastgoedeigenaar wordt vooral gedreven door rendement en de toekomst van de vastgoedwaarde. De oplossing wordt gezien in investeren in stenen en hogere huren.

Voor de woningmarkt en woningzoekenden is het beeld dat in de stad over een buurt bestaat belangrijk: het imago. De oplossing wordt gezocht in verminderen van aandeel sociale woningen waardoor de wijk opknapt en mensen met hogere inkomens een positieve keus voor de buurt maken.

3 Zie het essay Van doelgroep naar deelgroepen van Wouter Rohde in opdracht van Corpovenista 4 Zie Buurtbewoners in balans van Klaas Mulder.

Vanuit het oogpunt van bewoners hoe zij zelf hun buurt waarderen, wat zij verstaan onder goed wonen. Oplossing waar aan gewerkt wordt is een passende buurt met passende bewoners, verschil maken tussen buurten en het versterken van de eigenheid en de aanwezige kwaliteiten van de buurt.5

Het veerkracht onderzoek is verricht in opdracht van de koepel van vastgoedeigenaren en is sterk gestoeld op een ideologische opvatting over ongedeelde stad, samenleven, achterstandswijken en de invloed van wijken op sociale mobiliteit. Wat dat laatste betreft is geen overtuigend wetenschappelijk bewijs.6 Wat wel helpt om vooruit te komen is de toegang tot andere netwerken en inspirerende

voorbeelden van goede leraren, sporters, muziekmakers, wijkagenten en wijkhuismeesters.

Wat maken we mee

Bijvoorbeeld de Abdijbuurt

De Abdijbuurt was een buurt met slechte scores, het was aandachtswijk. Gesprekken met bewoners over de aanpak en de toekomst leerde dat de meeste mensen er met plezier wonen, vooral omdat je met rust gelaten wordt en in anonimiteit kunt leven. De woningen zijn goedkoop. Met een hoge mutatiegraad van 30% is het een wijk waar je snel terecht kunt als starter als inburgeraar of wanneer je snel ergens terecht moet na een relatiebreuk. Er is regelmatig gedoe tussen buren, meestal als gevolg van alcoholgebruik of bezoek en aan de andere kant kunnen sommige mensen weinig hebben. Onze leefbaarheidsmedewerkers weten van alle adressen wat er speelt en er is een “achter de voordeur traject” geweest als voorbereiding op groot onderhoud. Van de 208 adressen hebben er 13 extra aandacht van Tiwos als gevolg van veel gedoe, op 17 adressen is intensieve externe begeleiding en er wonen 10 statushouders.

Volgens het veerkrachtonderzoek is het een wijk met meer leefbaarheidsproblemen. Maar hoe erg is dat? Volgens bewoners is de armoedige woonomgeving en de staat van onderhoud van groen het ergste. De meeste hinder wordt ervaren door ouders die hun kinderen met de auto brengen en halen bij een school met een programma voor kinderen met een hoog IQ en door feestvierende Chinese studenten die bij elkaar wonen in een studentenflat en elk half jaar wisselen.

Het zit soms anders dan je denkt.

Onze veronderstelling dat mensen met lage inkomens vaak schulden hebben bleek in het achter de voordeur project niet te kloppen. Veel mensen slagen de erin de eindjes aan elkaar te knopen. Mensen met schulden waren vooral mensen die een grote verandering hadden meegemaakt zoals scheiding, ontslag of ziekte.

Ook mensen die enkel aan “het overleven” lijken te zijn, blijken dromen en opvattingen over goed wonen te hebben.

5 Zie ook “De buurt als jas” en “Gebiedsbranding”

De hete aardappel

Max die in een tentje op de parkeerplaats bij het Bastionhotel weg moest, moest maar naar Tiwos, “die helpen wel”. We kregen het gevoel dat alle bijzondere gevallen naar Tiwos gingen. Soms hoorden we “op die mensen zitten wij niet te wachten, wij houden ons bij onze corebusiness”. Om dat te doorbreken organiseren we een “maatwerk tafel” met gemeente en collega corporaties met het doel om alle bijzondere woonvragen samen op te lossen. Uiteindelijk is iedereen daartoe bereid, maar het gaat niet vanzelf.

De frustrerende regels

Hoe krijgen we de vrouw met uit huis geplaatste kinderen zonder huis en zonder werk gek? “Je krijgt geen uitkering want je hebt geen adres, je krijgt geen woning want je hebt geen kinderen en geen inkomen, je krijgt je kinderen niet terug want je hebt geen woning en geen inkomen.”

Iedereen weet dat het goed gaat in de Abdijbuurt omdat er extra inzet is op gebied van welzijn en ondersteuning. Extra inzet wordt verdeeld op basis van leefbaarheidscijfers. Om deze extra inzet te houden is het nodig om de cijfers zo slecht mogelijk te presenteren. Frustrerend om je succes als een mislukking te moeten presenteren om te zorgen dat het goed blijft gaan.

Voorkomen is beter dan genezen

Bij instellingen was grote aarzeling om mee te doen bij onze achter de voordeur aanpak omdat men vreesde voor te veel extra werk. Onze ervaring is dat de aanwezigheid in de buurt veel ellende kan voorkomen. Veel mensen gaan niet naar het kantoor van het maatschappelijk werk voordat de problemen echt onoplosbaar zijn. De vraag van onze buurtbeheerder: “Loop even mee naar beneden naar Lisette” (de maatschappelijk werkster die een keer in de week in de tot wijkhuiskamer omgebouwde garage aanwezig is), is veel effectiever.

“Die van Tiwos houden van hun bewoners”

Deze opmerking van een van de welzijnswerkers waar we mee samenwerken bezorgt ons nog altijd een warm gevoel. Dat we vaker dan gemiddeld bijzondere en moeilijke gevallen oplossen geeft ons ook een goede naam bij bewoners: “bij Tiwos wordt je echt geholpen als het nodig is”. De eerlijkheid gebiedt te zeggen dat we dat niet allemaal zelf doen, we hebben zo onze contacten.