• No results found

Ministerie van OCW stelt het dossier vast

in het mbo groen

7. Ministerie van OCW stelt het dossier vast

Aan het slot van de ontwikkelprocedure biedt het Coördinatiepunt namens het bestuur van het kenniscentrum het kwalificatiedossier aan het ministerie van OCW aan. Het ministerie stelt het dossier vervolgens vast.

(8) Inspectie controleert17

De inspectie controleert of de doelen van het dossier goed zijn vertaald in het onderwijs en de examens goed aansluiten op de in het dossier geformuleerde eisen.

Selectie kwalificatiedossiers voor het onderzoek18

Tijdens dit onderzoek is, zoals eerder aangegeven, geïnventariseerd welke kwalificatiedos- siers door de verschillende schoollocaties zijn gebruikt. Van de 20 bezochte schoollocaties maakten drie locaties voor leerlingen van niveau 4, klas 3 nog gebruik van dossiers uit de oude kwalificatiestructuur. Voor dit onderzoek is gekozen voor een analyse van de meest gebruikte dossiers van iedere opleiding19. Deze zijn:

Opleiding Dierverzorging: kwalificatiedossier 97050 Dierhouderij 2009-2010 Opleiding Paardenhouderij: kwalificatiedossier 97050 Dierhouderij 2009-2010

17 Werkprocessen en de kerntaken zijn in het MBO relevant voor de examens en de summatieve beoordeling. De inspectie heeft de competenties niet goedgekeurd voor de examinering. Scholen gebruiken deze nog wel.

18 De kwalificatiedossiers zijn te vinden op http://prod.pub.kwalificatiesmbo.nl/DossierOverzicht.aspx 19 De gezamenlijke kenniscentra zijn verantwoordelijk voor de ontwikkeling en het onderhoud van de

kwalificatiestructuur. De ontwikkelde dossiers worden om de kwaliteit van de dossiers te waarborgen, aangeboden aan het Coördinatiepunt. Het Coördinatiepunt werkt in opdracht van het ministerie van OC&W en heeft een onafhankelijke positie. Een overzicht van kwalificaties en crebonummers met de daarbij horende dossiers en uitstroomprofielen is te vinden op de website van Aequor: http://www. aequor.nl/onderwijs/kwalificatiedossiers (bron: Aequor 2011).

8  kwaliteitsborging in het mbo groen 181 Opleiding Paraveterinair: kwalificatiedossier 97590 Paraveterinaire ondersteuning 2009- 2010

Opleiding Veehouderij: kwalificatiedossier 97050 Dierhouderij 2009-2010

Inrichting van de kwalificatiedossiers

Ieder dossier is op dezelfde wijze ingedeeld in vier delen: • Deel A: beeld van de beroepengroep

Er wordt een kort beeld geschetst van het beroep, de taken die worden uitgeoefend en com- petenties die nodig zijn om het beroep uit te oefenen.

• Deel B: Kwalificaties

In dit deel worden de diploma-eisen beschreven in termen van kerntaken, werkprocessen en proces-competentie-matrices. Tenslotte wordt een overzicht gegeven welke werkprocessen bij welke uitstromen horen.

• Deel C: Uitwerking van kwalificaties

Deel C is een nadere uitwerking van Deel B. Per werkproces worden de benodigde compe- tenties toegelicht en wordt kort de benodigde vakkennis en vaardigheden beschreven. • Deel D: Verantwoording

Dit deel bestaat uit een toelichting rond de totstandkoming van het dossier

8.3

Kwaliteitsbewaking via Examenstandaarden

Examenproducten van De groene standaard en Phoenix

Niet alleen kwalificatiedossiers zorgen voor optimale kwaliteit van opleidingen in het mbo groen. Stichting De groene standaard is een samenwerkingsverband van 12 AOC’s en Aequor die examenstandaarden en andere examenproducten levert voor onderwijsinstellin- gen in het groene mbo. De primaire taak is de kwaliteitsborging van die examenproducten en daarnaast ondersteunt het de implementatie ervan. De examenstandaarden zijn leidend voor de inrichting van Proeven van Bekwaamheid (PvB). Deze beoordeling van bekwaam- heid vindt plaats in een authentieke beroepscontext waarbij de leerling wordt beoordeeld op het totale beroepsfunctioneren (www.degroenestandaard.nl) Bij de samenwerking is ook afgestemd met branche-organisaties, bedrijven, het CITO, het Ontwikkelcentrum, IPC Groene Ruimte en PTC+.

Vanuit Helicon Opleidingen is een vergelijkbare examenstandaard ontwikkeld onder de naam Phoenix. Uitgangspunt van het Phoenix-concept is dat componenten van kennis, vaar- digheden en houdingen eerst afzonderlijk verworven worden en dat de vorderingen in het portfolio worden gevolgd en bijgehouden. Een goed gevuld portfolio is de afsluiting van het onderwijsleerproces en is de toelatingspas voor deelname aan de PvB.

Via de PvB wordt uiteindelijk getoetst of de student geschikt is zelfstandig in de beroeps- praktijk te functioneren. De groene standaard en Phoenix vormen daarmee inhoudelijke en ‘toetstechnische beschrijvingen’ van de eisen van de PvB. Voor elke uitstroom binnen groene opleidingen zijn maximaal vier examenstandaarden ontwikkeld die ieder jaar kunnen worden aangepast aan vernieuwde versies van de kwalificatiedossiers. Inmiddels zijn er op deze wijze verschillende generaties examenstandaarden ontstaan.

In dit onderzoek is, op grond van de grotere aantallen opleidingen die met de examenstan- daarden van De groene standaard werken, uitsluitend gekeken naar de examenstandaarden

van deze stichting.Er wordt echter gewerkt aan een gezamenlijke visie op standaardisering

van examenprocessen en producten voor het groene domein (zie hiervoor www.actieplan- examinering.nl).

Selectie examenstandaarden voor het onderzoek

De examenstandaarden die worden gebruikt door de meerderheid van de geselecteerde schoollocaties zijn:

Voor de opleiding Dierverzorging (crebo 97053 Manager dierverzorging): 053#1 Animal Care (recreatiedieren)

8  kwaliteitsborging in het mbo groen

182

053#2 Managing animal events 053#3 Animal business

Voor de opleiding Paardenhouderij (crebo 97053 Manager dierverzorging): 053#1 Animal Care (recreatiedieren)

053#2 Managing animal events. 053#3 Animal business

Voor de opleiding Paraveterinaire ondersteuning (crebo 97590 Dierenartsassistent paravete- rinair)

590#1 Animal Care (recreatiedieren) 590#2 Op onderzoek

590#3 De spin in het web

Voor de opleiding Veehouderij: (crebo 97054 Melkveehouder) 054#1 Animal Care (melkvee)

054#2 Managing grassland and foddercrops. 054#3 Animal business

Inrichting van de examenstandaarden van De groene standaard:

Examenstandaarden van De groene standaard bevatten in het schooljaar 2009-2010 de vol- gende onderdelen:

1. Titel van examenstandaard met overzicht kerntaken, werkprocessen en beroepsdilem- ma’s, doel en kritische beroepssituaties

2. Bekwaamhedendocument met legenda van competenties behorende bij de examenstan- daard, werkprocessen met resultaten en beheersingscriteria

3. Toetstechnische eisen met onderdelen: algemeen, inrichting van proeve van bekwaam- heid, beoordelingswijzer proeve van bekwaamheid

4. Inrichtingsplan proeve van bekwaamheid met titel examenstandaard en ondertekening examencommissie

5. Toelichting bij de beoordeling, met werkprocessen, competenties en toelichting door as- sessoren, beroepsdilemma’s, handtekening assessoren

6. Check uitvoering inrichtingsplan proeve van bekwaamheid met ondertekening schoolas- sessor

7. Bijlage 1 informatie voor de deelnemer 8. Bijlage 2 informatie voor de assessor

Zoals binnen het hoofdstuk 3 reeds is aangegeven, is binnen enkele kwalificatiedossiers en bijbehorende examenstandaarden gericht gezocht naar het expliciet voorkomen van het woord ‘dierenwelzijn’ of de term ‘welzijn van het/de dier(en)’ en de plaats waar dit voor- komt. Hieronder een overzicht van de bevindingen van allereerst de kwalificatiedossiers, gevolgd door de bijbehorende examenstandaarden.

8.4

Dierenwelzijn in het kwalificatiedossier Dierhouderij

Het betreft hier het dossier van de sector: Voedsel en leefomgeving, Branche: Dier, Cohort: 2009-2010 (Colo 2002-2009).

Vermeldingen en beschrijvingen van dierenwelzijn

Het dossier Dierhouderij beslaat in totaal 225 pagina’s en 41.273 woorden. In het dossier wordt 49 keer direct verwezen naar het woord ‘dierenwelzijn’, 35 keer naar ‘welzijn van dieren’ en 30 keer naar de woorden ‘welzijn van het/de dier(en)’. Samen zijn dit 114 verwij- zingen. Het woord ‘dierenwelzijn’ staat op 36 verschillende pagina’s, ‘welzijn van dieren’ op 24 pagina’s en ‘welzijn van het/de dier(en)’ op 14 pagina’s. Er is echter een overlap van 6 pagina’s waardoor het totaal aantal verwijzingen naar ‘dierenwelzijn’, ‘welzijn van dieren’ of ‘welzijn van (het/de) dier(en)’ uitkomt op een score van 114 keer op 50 afzonderlijke pa- gina’s. De directe verwijzingen komen het meeste voor in de delen B en C van het kwalifica- tiedossier. Hierbij worden de volgende eisen gesteld aan de beginnende beroepsbeoefenaar: • Draagt zorg voor welzijn van dieren: 12x

8  kwaliteitsborging in het mbo groen 183 • Toepassing van wetten met betrekking tot dierenwelzijn: 10x

• Rekening houden met dierenwelzijn: 12x

• Kennis van hulpmiddelen voor de zorg voor welzijn van dieren: 4x

• Vaardigheid in het gebruiken van hulpmiddelen voor de zorg welzijn van dieren: 4x • Oog hebben voor dierenwelzijn: 4x

• Handelen in woord en daad in lijn met de geldende ethische maatstaven voor dierenwel- zijn: 4x

• Kennis van de geldende ethische maatstaven voor dierenwelzijn: 4x • Toepassen van de geldende ethische maatstaven voor dierenwelzijn: 4x • Waarborgen van dierenwelzijn: 9x

• Registreert bijzonderheden over welzijn van de dieren: 8x

• Neemt beslissingen en hakt knopen door m.b.t. welzijn van de dieren: 4x

• Kiest en gebruikt geschikte materialen en middelen ten behoeve van welzijn van de die- ren: 6x

• Volgt bedrijfsprocedures en veiligheidsvoorschriften op, zodat de zorg voor welzijn van de dieren volgens instructie en wettelijke richtlijnen verlopen: 3x

Dierenwelzijn in Deel A: Beeld van de Beroepengroep

Er is geen vermelding van ‘dierenwelzijn’ of ‘welzijn van dieren’ in Deel A, enkel van ‘welzijn van de dieren’ (1x).

Dierenwelzijn in Deel B: De kwalificaties

Dierenwelzijn of welzijn van (de) dieren wordt in dit onderdeel 14x genoemd:

• In hoofdstuk 2 komt dierenwelzijn naar voren als onderdeel van gesignaleerde ‘trends en innovaties’ (2.5), waarin wordt aangegeven dat de dierhouder, om in aanmerking te komen voor Europese subsidies, deze op de hoogte moet blijven van wet- en regelgeving met betrekking tot onder meer dierenwelzijn.

• In hoofdstuk 3 wordt gemeld dat de dierhouder in alle uitstromen zorg draagt voor de gezondheid en welzijn van dieren (overzicht van het kwalificatiedossier).

• In hoofdstuk 4 wordt iedere uitstroom globaal beschreven; voor de uitstromen melkvee- houder, dierenhouder hokdieren, dierenhouder graasdieren en de manager dierverzor- ging geldt dat deze beroepsbeoefenaren in hun typerende beroepshouding hebben staan dat zij rekening moeten houden met het dierenwelzijn. Alleen bij de manager dierverzor- ging wordt nog toegevoegd dat deze eindverantwoordelijk is voor het dierenwelzijn op het bedrijf.

• In hoofdstuk 5 de beschrijving van kerntaken, komen de woorden dierenwelzijn en wel- zijn van (de) dieren terug in kerntaak 1 t/m 4:

– Kerntaak 1: het uitvoeren van de dagelijkse zorg op dierenhouderij – Kerntaak 2: het organiseren van dagelijkse productie en uitvoering – Kerntaak 3: het coördineren van werkzaamheden

– Kerntaak 4: het ondernemen.

In alle kerntaken houdt de dierenhouder rekening met dierenwelzijn.

• In hoofdstuk 5 en 6 wordt melding gemaakt van Werkproces 1.3, behorende bij kerntaak 1 dat specifiek gericht is op dierenwelzijn: ‘Draagt zorg voor gezondheid en welzijn van dieren’. SHL-competenties voor leerlingen die hiermee in verband gebracht worden, zijn: Beslissen en activiteiten initiëren, ethisch en integer handelen, formuleren en rapporte- ren, vakdeskundigheid toepassen, materialen en middelen inzetten, onderzoeken, kwa- liteit leveren, instructies en procedures opvolgen. Er is geen volgorde van belangrijkheid van competenties aangegeven in het dossier.

Dierenwelzijn in Deel C:

In deel C wordt de informatie uit deel B voor iedere uitstroom gespecificeerd. In proces- competentie-matrices wordt daarbij per uitstroom aangegeven welke competenties nodig zijn bij de uitvoering van de verschillende werkprocessen en hoe en waarom deze van toe- passing zijn. In de detaillering van de matrices wordt duidelijk dat een bepaalde competen- tie van toepassing is, en wordt beschreven hoe die competenties worden aangewend ten behoeve van het resultaat van het werkproces. Per competentie kunnen meerdere compo- nenten van toepassing zijn. Waar van toepassing, zijn kennis en vaardigheden vermeld wel-

8  kwaliteitsborging in het mbo groen

184

ke nodig zijn voor competent gedrag, eventueel aangevuld met referenties (naar concrete geldende normen). ‘Dierenwelzijn’ of ‘welzijn van (de/het) dier(en)’ wordt 97 x genoemd in Deel C. Dit deel is opgesplitst in vier onderdelen, corresponderend met de vier uitstromen melkveehouder, dierenhouder hokdieren, dierenhouder graasdieren en manager dierverzor- ging. Dierenwelzijn of welzijn van (de/het dier(en) wordt het meest genoemd in:

• Beschrijvingen van vakkennis en vaardigheden binnen competenties: 32x. Genoemd worden: Kennis van hulpmiddelen voor de zorg voor welzijn van dieren (4x 1.3)

Vaardigheid in het gebruiken van hulpmiddelen voor de zorg welzijn van dieren (4x 1.3) Kennis van wetten met betrekking tot dierenwelzijn (4x 1.1, 4x 1.2)

Toepassing van wetten met betrekking tot dierenwelzijn (3x 1.1 3x 1.2, 2x 1.3) Kennis van de geldende ethische maatstaven voor dierenwelzijn (4x1.3) Toepassen van de geldende ethische maatstaven voor dierenwelzijn (4x 1.3)

• Beschrijvingen van afzonderlijke prestatie-indicatoren van competenties: 31 x. Genoemd wor- den:

Voert de vervoers- en stallingswerkzaamheden fysiek verantwoord uit zodat het dieren- welzijn gewaarborgd is (4x 1.1)

Neemt beslissingen en hakt knopen door m.b.t. welzijn van de dieren, zodat welzijn van de dieren optimaal gewaarborgd is (4x 1.3)

Zorg voor welzijn van dieren (4x 1.3)

Handelen in woord en daad in lijn met de geldende ethische maatstaven voor dierenwel- zijn (4x 1.3)

Registreert gegevens over de gezondheid van de dieren (4x1.3)

Volgens instructie en wettelijke richtlijnen welzijn van de dieren bewaken (4x 1.3) Geschikte materialen en middelen kiezen t.b.v. welzijn van de dieren (3x 1.3)

Geschikte materialen en middelen gebruiken t.b.v. positieve beïnvloeding van welzijn van de dieren (4x 1.3)

• Omschrijvingen van werkprocessen: 12 x. Genoemd worden: Zorg dragen voor welzijn van dieren (4x 1.3)

Rekening houden met dierenwelzijn: (4x 1.1) Oog hebben voor dierenwelzijn (4x 1.3)

De volledige weergave van werkproces 1.3 uit het kwalificatiedossier Dierhouderij: ‘Draagt zorg voor gezondheid en welzijn van dieren’ is opgenomen als bijlage 7. • Beschrijving van het proces-competentie-matrix: 4x

Draagt zorg voor gezondheid en welzijn van dieren (tabel 4x)

Dierenwelzijn in Deel D: Verantwoording

In deel D komen geen verwijzingen voor naar ‘dierenwelzijn ‘ of ‘welzijn van (de) dieren’.

8.5

Dierenwelzijn in het kwalificatiedossier Paraveterinaire

ondersteuning

Het betreft hier het dossier van de sector: Voedsel en leefomgeving, Branche: Dier, Cohort: 2009-2010 ( Colo 2002-2009).

Vermeldingen en beschrijvingen van dierenwelzijn

Het dossier paraveterinaire ondersteuning beslaat in totaal 105 pagina’s en 20.486 woor- den. In het dossier wordt 42 keer direct verwezen naar het woord ‘dierenwelzijn’ en 9 x naar de woorden ‘welzijn van het/de dier(en)’. Samen zijn dit 51 verwijzingen. Het woord ‘dieren- welzijn’ staat op 20 verschillende pagina’s en ‘welzijn van het/de dier(en)’ op 8 pagina’s. Er is echter een overlap van 2 pagina’s waardoor het totaal aantal verwijzingen naar ‘dierenwel- zijn’ of ‘welzijn van het/de dier(en)’ uitkomt op een score van 51 keer op 26 afzonderlijke pa- gina’s. De directe verwijzingen komen voor in de delen A, B en C van het kwalificatiedossier.

8  kwaliteitsborging in het mbo groen 185 In het dossier komt ‘dierenwelzijn/welzijn van dieren’ veelvuldig voor als deel van kerntaken of werkwerkprocessen (48x). De beroepsbeoefenaar moet:

a. rekening houden met dierenwelzijn (10x)

b. wettelijke richtlijnen en principes van dierenwelzijn kunnen toepassen(8x) c. kennis van normen en waarden van dierenwelzijn hebben (8x)

d. werken in lijn met geldende ethische maatstaven /ethisch verantwoord met dieren om- gaan (6x)

e. aandacht voor dierenwelzijn hebben(4x) f. alert op dierenwelzijn zijn (3x)

g. dierenwelzijn waarborgen (2x)

h. zorgen voor het welzijn van het dier (2x)

i. kennis van factoren die van invloed zijn op dierenwelzijn (2x) j. oog hebben voor dierenwelzijn (2x)

k. inschatten van het welzijn (1x)

Dierenwelzijn in Deel A: Beeld van de Beroepengroep

De vermelding ‘dierenwelzijn’ heeft betrekking op de werkwijze van de toekomstige be- roepsbeoefenaar: het welzijn van het dier is onderdeel van de primaire zorg van de beroeps- beoefenaar.

Dierenwelzijn in Deel B: De kwalificaties

‘Dierenwelzijn’ of ‘welzijn van (het) dier(en)’ wordt in dit onderdeel 11 x genoemd. Het loopbaanperspectief van de beroepsbeoefenaar wordt kort beschreven; er is met deze opleiding een doorstroom mogelijk naar de hbo-opleiding ‘diergezondheid en –welzijn’ . In Deel B worden eveneens de algemene kerntaken beschreven van de dierenartsassistent paraveterinair. Dierenwelzijn wordt acht keer genoemd in de kerntaken 2 t/m 6:

Kerntaak 2: assisteren bij onderzoek en behandelingen (aandacht voor dierenwelzijn)