3.Educatie en creativiteit
3.2 Hoe leren we?
De manier waarop we leren, heeft sterk te maken met de wijze waarop de hersenen zich hebben ontwikkeld tijdens de verschillende evolutionaire fases die de mens heeft doorlopen. Door Illeris worden er drie fases benoemd waarin de hersenen zich de afgelopen duizenden jaren hebben ontwikkeld:
1. de ontwikkeling van de hersenstam, wat zich in een vroeg stadium voltrok en wat verantwoordelijk is voor het verwerken van externe impulsen en het aansturen van de basisfuncties van het lichaam zoals de hartslag en ademhaling. Dit wordt wel het reptielenbrein genoemd;
2. het middengedeelte van de hersenen, dat als doel heeft om emoties te reguleren. Dat is nodig voor zelfregulering en voor het adequaat reageren op (gevaarlijke) situaties en voor noodzakelijke functies om voort te blijven bestaan zoals honger en seks;
3. het voorste gedeelte van de hersenen, dat met name bij mensen sterk ontwikkeld is. Dit deel noemt Illeris het werkgeheugen. Dit gedeelte van de hersenen maakt een bewustzijn en gedachtes en rede mogelijk. Dit zijn de subtielste mechanismen van de mens wat hem een voordeel geeft op alle andere levende wezens.
De drie delen van de hersenen zijn nauw met elkaar verbonden. Voor het lichaam is de hersenstam het vitaalst: schade daaraan kan tot de dood leiden terwijl schade aan het frontale gedeelte vooral leidt tot onwenselijke beperkingen. Hersenen zijn flexibel en dat betekent dat wanneer delen uitvallen, de functies die daarmee samenhangen door andere delen van de hersenen overgenomen kunnen worden. De flexibiliteit betekent ook dat wanneer we een bepaalde activiteit veel ontplooien dat dit invloed heeft op de vorm en structuur van de hersenen. Een beginnend schrijver zal veel worstelen met bijvoorbeeld het bewust aanleren hoe een spanningsboog effectief ingezet kan worden, terwijl een ervaren schrijver deze worsteling niet meer heeft en welhaast intuïtief de juiste keuze maakt voor een bepaalde spanningsboog. Die keuze heeft te maken met de vorm en structuur van de hersenen.
Wanneer we leren, dan kan dit op de drie verschillende niveaus gebeuren (Illeris, 2007, 14-‐16). Maar Illeris benadrukt dat leren niet alleen plaatsvindt binnen de hersenen: het is ingebed in een sociale structuur en het is de (sociale) omgeving die constant zorgt voor nieuwe impulsen. De kern van Illeris’ theorie is opgebouwd rondom een model waarbij er drie dimensies van het leren zijn: 1. inhoud ofwel het geheel van kennis, begrip en vaardigheden, 2. de drijfveer of het motief om iets te leren en dat wat bepaalt dat er wilskracht of motivatie is en 3. interactie met de omgeving wat betekent dat er een zekere mate van communicatie, actie en interactie moet zijn. Schematisch ziet dat er uit zoals in aweelding 10. Het schema van Illeris houdt rekening met de functionaliteit en betekenis van de inhoud, de mentale en emotionele balans van een drijfveer of motief en de behoefte deel uit te maken van een groter geheel zoals een samenleving of een cultuur.
interactie
motief inhoud
samenleving
Afb. 10 De leerdimensies van Illeris waarbij uitgegaan wordt van het leren als de ontwikkeling van competenties in de brede zin van het woord.
Het schema van Illeris biedt een gedegen verklaring voor hoe we leren, maar het biedt ook een aantal interessante en praktische aanknopingspunten. Wanneer we het bijvoorbeeld hebben over de drijfveer dan kan bij het ontwikkelen van een educatief middel de vraag gesteld worden of de beloning groot genoeg is. Expliciet noemt Illeris het niet, maar drijfveer kan ook vertaald worden naar een economische waarde: wat levert iets iemand op? Bij de inhoud kan de vraag gesteld worden of iets voldoende interessant is en of de nieuwsgierigheid op de juiste manier geprikkeld wordt en is er een probleem dat leuk of interessant genoeg is om opgelost te worden. Wat betreft interactie stelt Illeris dat het niet alleen gaat om uitleg geven, maar er moet een aanzet tot actie zijn. Pas wanneer al deze factoren in een juiste balans aangeboden worden of aanwezig zijn, dan zal het leren effectief zijn.
Illeris beschrijft in feite een aantal voorwaarden die aanwezig moeten zijn voor een ideale leersituatie of educatieve setting. In zijn invloedrijke werk How we learn, de bron voor de theorie die hiervoor is gebruikt, wordt niets gezegd over de verschillende stappen of fases die een mens doorloopt tijdens een leerproces. Een veelgebruikte theorie die wel antwoord geeft op de wijze waarop kennis en vaardigheden tot ons genomen worden, is tussen 1948 en 1956 beschreven door onderwijspsycholoog Benjamin Bloom. Hij stel dat er verschillende niveaus zijn waarop we nieuwe dingen tot ons nemen en begrijpen of kunnen. Om tot een hoger niveau van begrijpen of kunnen te komen, moeten we eerst de voorgaande niveaus doorlopen. De niveaus die hij omschrijft zijn: kennis, inzicht, toepassing, analyse, creatie en evaluatie.
In 2002 werd deze zogenaamde taxonomie van Bloom herzien door David Krathwohl en Lorin Anderson, waarbij de door Bloom gebruikte opbouw en termen werden vervangen voor een meer systematische rationale opbouw. Ook draaiden Krathwohl en Anderson twee niveaus om, evalueren en creëren, omdat uit onderzoek blijkt dat evaluatie voorafgaat aan creatie (Krathwohl, 2002: 215). Zij kwamen tot de volgende leerniveaus met bijbehorende cognitieve procesdimensie:
1. onthouden -‐ identificeren -‐ weergeven 2. begrijpen -‐ uitleggen -‐ illustreren -‐ rangschikken -‐ samenvatten -‐ concluderen -‐ vergelijken -‐ verklaren 3. toepassen -‐ uitvoeren -‐ gebruiken 4. analyseren -‐ differentiëren -‐ organiseren -‐ plaatsen 5. evalueren -‐ checken -‐ beoordelen 6. creëren -‐ generen -‐ plannen -‐ construeren
Wat het overzicht duidelijk maakt, is dat we beginnen te leren door iets te onthouden en dat we iets pas volledig onder de knie hebben door zelf creërend aan de slag te gaan met de kennis of vaardigheden die we hebben verworven. Voor creatief schrijven betekent dit we eerst moeten onthouden hoe een proces
werkt, dat we vervolgens moeten begrijpen hoe het proces werkt en daarna hoe we het kunnen gebruiken en pas wanneer we het laatste niveau hebben bereikt en zelf constructief bezig zijn is het leerproces voltooid. De taxonomie van Krathwohl en Anderson geeft een mogelijke verklaring waarom het een decennium duurt om een hoog niveau van creatieve productiviteit te bereiken: het vervolmaken van de creatieve vermogens gaat immers gepaard met het verwerven van een groot aantal vaardigheden en een grote hoeveelheid kennis.