• No results found

Algemeene Vergadering van Groep Nederland

In document Neerlandia. Jaargang 19 · dbnl (pagina 74-86)

De Jaarvergadering zal ditmaal gehouden worden Zaterdag 20 Maart, in K u n s t m i n te Dordrecht. Aanvang 11.15.

Punten van behandeling:

I. O p e n i n g d e r v e r g a d e r i n g d o o r d e n v o o r z i t t e r . II. J a a r v e r s l a g v a n d e n s e c r e t a r i s .

III. R e k e n i n g e n Ve r a n t w o o r d i n g o v e r 1914 e n B e g r o o t i n g v o o r 1915 d o o r d e n p e n n i n g m e e s t e r .

IV. Ve r k i e z i n g v a n 3 a f g e v a a r d i g d e n i n h e t H o o f d b e s t ,u u r , t.w.: voor wijlen den heer J.D. Baron van Wassenaer van Rosande en voor de volgens rooster aftredenden: Dr. H.J. Kiewiet de Jonge en Jhr. Mr. O.F.A.M. van Nispen tot Sevenaer, die zich niet herkiesbaar stelt.

Dubbeltallen:

1. Prof. Mr. D.P.D. Fabius, Amsterdam; Dr. J.Th. de Visser, Amsterdam.

2. Dr. H.J. Kiewiet de Jonge, Dordrecht (aftr.); P.J. de Kanter, Dordrecht.

3. Prof. Mr. A.A.H. Struycken, Zeist; Dr. P.V. Sormani, Nijmegen.

V. Ve r k i e z i n g v a n 4 l e d e n v a n h e t G r o e p s b e s t u u r . Dubbeltallen:

1. Mej. E. Baelde, Rotterdam (aftr.);

Mevr. A.C. van Valkenburg-Gerdes Oosterbeek, Leeuwarden. 2. Mevr. D. Bogaert-De Stürler de Frienisberg, Haarlem (aftr.);

Mevr. W. van Hooff-Gualtherie van Weezel, Deventer.

3. (Open plaats van Dr. J.B. Schepers, die zich niet herkiesbaar stelt). Mevr. A.C. Veen-Brons, Zaandam;

4. Dr. P.V. Sormani, Nijmegen (aftr.);

Mr. Dr. E. van Ketwich Verschuur, Zwolle.

VI. Vo o r s t e l l e n d e r A f d e e l i n g e n . A m s t e r d a m .

1e. De Afdeeling Amsterdam dringt er op aan, dat door het Hoofdbestuur krachtiger voor de stambelangen zal worden opgetreden, dan in de laatste jaren is geschied. Het Groepsbestuur heeft aan de Afdeeling Amsterdam een toelichting, berustend op feiten, gevraagd, daar op een zoo vage opmerking geen antwoord mogelijk is. 2e. De laatste zinsnede van art. 21 van het reglement worde aldus gewijzigd: ‘Het Groepsbestuur beveelt voor elke opengevallen plaats in het Hoofdbestuur twee personen aan.’

P r a e a d v i e s . Indertijd is wel degelijk met bedoeling wat in het reglement

aanbeveling heet, in de statuten voordracht genoemd. Het laatste toch gaf uiting aan een beginsel. Het A.N.V. staat en valt met zijn volkomen onzijdigheid op staatkundig en kerkelijk terrein, en moet daarvan naar buiten steeds het vertrouwenwekkend bewijs dragen. Het moet niet kunnen voorkomen dat althans het Hoofdbestuur niet een afspiegeling is van de verschillende groepeeringen in ons volksleven, voorzoover deze met het A.N.V. kunnen en willen samenwerken. Indien nu in de statuten voordracht veranderd wordt in aanbeveling, dan is het denkbaar dat in tijden van gisting in het Verbond, de toepassing van een zijner hoofdbeginselen gevaar loopt. Om die reden maant het Groepsbestuur in dezen tot groote voorzichtigheid aan. 's-G r a v e n h a g e (Burger-Afd.):

a. De 3de zinsnede van art. 17 van het Groepsreglement, luidende: ‘Beneden 50 leden één stem, verder voor elk ingegaan 50-tal één stem meer’, worde gelezen als volgt: ‘Beneden 50 leden één stem, van 50 tot 500 voor elk ingegaan 50-tal, en daarboven voor elk ingegaan 100-tal, één stem meer.’

T o e l i c h t i n g . Op de Groepsvergadering van 1914 stelde de Afdeeling voor aan de bedoelde zinsnede toe te voegen ‘tot een maximum van 10 stemmen per Afdeeling’. Dit voorstel werd echter ingetrokken, op grond van de daartegen door de Afdeeling Amsterdam ingebrachte bezwaren en wordt thans opnieuw gedaan, zooals het, na overleg met die Afdeeling, gewijzigd is.

P r a e a d v i e s . Het Groepsbestuur vereenigt zich met dit voorstel.

b. ‘De Groepsvergadering noodigt het Dagelijksch Bestuur uit om mede te deelen, waaraan het moet worden toegeschreven, dat, gedurende de eerste maanden van den oorlog, zoo weinig van de werkzaamheid van het Dagelijksch en van het Hoofdbestuur is gebleken en dat de uitgave van Neerlandia in die maanden gestaakt is;’

Het Groepsbestuur meent dat, na alles wat daarover gezegd en in Neerlandia geschreven is, deze vraag grootendeels als beantwoord mag worden beschouwd. Het is echter alsnog bereid bepaalde vragen zooveel mogelijk nader te beantwoorden. c. ‘Het woord ‘Voordracht’, voorkomend in het laatste lid van art. 21 van het Groepsreglement, worde vervangen door ‘aanbeveling’.

T o e l i c h t i n g . Het blijkt, dat er vele leden zijn, die in de meening verkeeren, dat de

Groepsvergade-32

ring geen leden voor het Hoofdbestuur mag kiezen, buiten de voordracht van het Groepsbestuur om. Inderdaad geven de bewoordingen van art. 21, laatste lid, tot die meening aanleiding. Overeenkomstig de bedoeling van die bepaling ware, in plaats van voordracht, aanbeveling te lezen.

P r a e a d v i e s . Zie voorstel 2 Amsterdam. H a a r l e m (Burger-Afd.):

1. De Afdeeling Haarlem van het A.N.V. is overtuigd, dat een volle ontplooiing van de in het Verbond levende krachten wordt belemmerd door een minder gelukkige organisatie van het Verbond.

‘De vergadering van Groep Nederland van het A.N.V. benoeme een commissie tot herziening van de statuten van het A.N.V. en in verband daarmede, van het reglement van Groep Nederland. De commissie heeft de opdracht voor October 1915 in Neerlandia het nieuwe Ontwerp van statuten en reglement kenbaar te maken.’ T o e l i c h t i n g . Er is in den laatsten tijd twijfel gerezen of de kracht, die het A.N.V. vooral naar buiten ont wikkelt, wel in goede verhouding staat tot den opgewekten geest, die bij een groot aantal leden van het Verbond vaardig is.

Men vindt de leiding van het Verbond, ook van de Groep soms te slap, te weinig voortvarend.

Naar het oordeel van de Afdeeling Haarlem is in deze meening waarheid. Doch niet den bestuurders persoonlijk behoeft verwijt te treffen. Men verandere - dit is de overtuiging van de Afdeeling - in de eerste plaats, maar dan ook zoo spoedig mogelijk, het wettig systeem van het Verbond, vooral de wijze, waarop Hoofd- en Groepsbestuur worden samengesteld.

Tot herziening van de Statuten van het Verbond is in 't voorjaar van 1913, door het Hoofdbestuur reeds een Commissie ingesteld.

Doch men kent tot heden noch de Commissie, noch haar werk. En intusschen verloopt het gunstig getij.

Groep Nederland neme thans harerzijds het initiatief en bereide wijziging der Statuten voor.

Een commissie tot voorlichting is daartoe noodig, niet te groot, een vijftal leden b.v.

Zij adviseere de Groep, stelle de wijzigingen voor, die zij in de wettelijke organisatie van het Verbond noodig acht. Zij moet haar aandacht tevens geven aan het Reglement van onze Groep, hetwelk met de Statuten ten nauwste samenhangt. Is haar advies bekend, in Neerlandia medegedeeld, en overwogen, dan staat het aan Groep Nederland om te beslissen in hoeverre zij de voorstellen der commissie tot de hare wil maken. Acht de Groep bepaald aangewezen veranderingen nu wenschelijk, dan is de tijd daar, om, overeenkomstig art. 5 der Statuten het

Hoofdbestuur te verzoeken om een Algemeene Vergadering bijeen te roepen, waarin het voorstel van Groep Nederland tot statutenwijziging punt van behandeling zal uitmaken.

P r a e a d v i e s . 30 Juli 1913 werd aan de besturen der Afdeelingen van Groep Nederland en de leden van Hoofd- en Groepsbestuur het volgend rondschrijven verzonden:

‘Zooals U bekend zal zijn heeft het Hoofdbestuur van het Algem. Nederl. Verbond een Commissie benoemd, bestaande uit de heer Dr. H.J. Kiewiet de Jonge, mej. E. Baelde, de heeren Mr. W. Dicke, Jhr. Mr. J.L.W.C. von Weiler en ondergeteekende, welke tot taak zal hebben eene wijziging voor te bereiden voor de statuten van het A.N.V. en van het reglement van Groep Nederland op de punten, die daarvoor in aanmerking komen.

Het zal de taak der Commissie aanmerkelijk verlichten, indien haar mededeeling wordt gedaan van veranderingen in de statuten of in het het reglement, welke aan U op grond van practische ervaring of om andere redenen wenschelijk mochten voorkomen.

Mocht U in dezen wenken willen geven, dan verzoek ik U beleefd mij deze v ó ó r O c t o b e r a.s. te willen kenbaar maken, opdat ze in de eerste bijeenkomst der Commissie ter sprake kunnen worden gebracht.

Hoogachtend,

(w.g.) N.J. ROELFSEMA,

Algemeen Secretaris-Penningmeester.’

Slechts enkele antwoorden kwamen op dit schrijven in.

De Commissiesie is thans met haar werkzaamheden een goed eind gevorderd en hoopt voor de Algemeene Vergadering met haar ontwerp gereed te komen. In elk geval behoeft, behoudens overmacht, niets de indiening en verdere behandeling van het ontwerp in den loop van dit jaar in den weg te staan.

Ten overvloede is aan Afdeeling Haarlem gevraagd eene nauwkeurig omschreven formuleering harer wenschen alsnog bij de Commissie in te dienen.

Het Groepsbestuur ontraadt om bovenstaande redenen het voorstel.

2. Het Algem. Nederl. Verbond zal er bij de Regeering op aandringen, dat aan de ambtenaren in de Koloniën een aanvangssalaris zal worden toegekend, dat hen in staat stelt, om getrouwd uit te gaan; zij zijn verplicht om zich zoo spoedig mogelijk te laten naturaliseeren.

Aan de Afdeeling is een toelichting gevraagd.

3. Dat er op zal worden aangedrongen door de Regeering, dat de ambtenaren in Nederlandsch-Indischen Staatsdienst vertrouwd moeten zijn met de Nederlandsche taal.

Aan de Afdeeling is een toelichting gevraagd.

4. De nieuwe wijze van belasting der Afdeelingen op 1 Januari 1914 ingevoerd, worde ten spoedigste vervangen door de oude afrekenings-wijze, die het

rechtvaardigste is tegenover alle Afdeelingen van het Verbond.

P r a e a d v i e s . In een vergadering met de penningmeesters der groote Afdeelingen (Amsterdam, Den Haag, Haarlem en Rotterdam), gehouden 22 Jan.

33

1915, kon, na een langdurige bespreking en een uitvoerige toelichting van de voordeelen der nieuwe regeling, het voorstel-Haarlem geen instemming vinden. Verdere gedachtenwisseling op een Algemeene Vergadering over zulke zuiver administratieve aangelegenheden, komt het Groepsbestuur, na deze grondige behandeling, onder penningmeesters zelf, tijdroovend en nutteloos voor. Mitsdien ontraadt het aanneming van het voorstel.

U t r e c h t (Burger-Afd.):

1. De Afdeeling Utrecht en Omstreken dringt er op aan art. 21 lid 4 van het

Huishoudelijk Reglement zoodanig te wijzigen, dat de Groepsvergadering rechtstreeks invloed kan oefenen op de samenstelling van het Hoofdbestuur.

P r a e a d v i e s . Zie voorstel 2 Amsterdam.

2. Het Groepsbestuur neme krachtige maatregelen ter bestrijding van de gewoonte, door bouwmeesters en eigenaars van gebouwen hoe langer hoe meer gevolgd, vreemde opschriften te gebruiken in plaats van Nederlandsche, en dat nog wel op de drukste punten van verkeer.

Aan de Afdeeling is een toelichting gevraagd. U t r e c h t (Stud.-Afd.):

1. De naam Algemeen Nederlandsch Verbond worde veranderd in Groot-Nederlandsch Verbond.

P r a e a d v i e s . Het Groepsbestuur acht elke zoodanige verandering nutteloos en ongeraden.

2. Het A.N.V. steune krachtig Coers' Liederbeweging.

Bovenstaande dagorde werd vastgesteld in de bijna voltallige Groepsbestuursvergadering van Zaterdag 23 Januari j.l.

***

Daar voor het afdrukken van Neerlandia de gevraagde inlichtingen niet alle zijn ingekomen, zal een volledige beschrijvingsbrief zoo spoedig mogelijk aan de Afdeelingen worden rondgezonden.

***

De voorzitter wijst er nadrukkelijk op, dat geen nieuwe voorstellen meer op deze Algemeene Vergadering in behandeling kunnen komen, tenzij ¾ der, blijkens de lijst der aanwezigen, uit te brengen stemmen zich daar voor verklaren. (Zie art. 16 van het Groepsreglement).

Van de Afdeelingen.

Amsterdam en de Haagsche Afdeelingen.

We nemen ze samen, omdat te Amsterdam 30 December en te 's-Gravenhage 21 Januari dezelfde belangrijke V l a a m s c h e K u n s t a v o n d werd gegeven door mevr. Thekla Bruckwilder uit Brussel, René de Clercq, de dichter uit Gent, Jaak Opsomer, toondichter uit Lokeren en Orelio, de bekende zanger uit Amsterdam.

Te Amsterdam waar de avond door Prof. Te Winkel werd geopend, met een kort woord, getuigende van warme genegenheid voor het zwaar beproefde Vlaamsche land en van liefde voor de rijke Vlaamsche taal, kon men alle belangstellenden nauwelijks bergen. Na afloop werd een inzameling gehouden voor het comité tot steun van de Belgische slachtoffers.

In de Hofstad had de avond niet minder succes. Enkele zinnen uit een zeer waardeerend verslag in Het Vaderland, mogen dat getuigen:

‘Het was een avond vol van frissche gezonde kunst, welke de Haagsche Afdeeling van het Algem. Nederl. Verbond, buiten kijf een der nuttigste vereenigingen van het land, en onbegrijpelijkerwijs nog niet half genoeg als zoodanig gewaardeerd, ons gisteren schonk.

Onze dichter begon met een korte, chronologische beschouwing van de Vlaamsche kunst, bescheiden geboren in Memlinc, Van der Goes, Ruysbroec, krachtig opgegroeid in reuzen als Rubens, Benoit, Conscience, Gezelle en zooveel anderen.

Hoezeer het volksleven met kunstbloei saamgeweven was, bleek uit boeken als “de Leeuw van Vlaanderen” van Conscience en “Uilenspiegel” van Charles de Koster, dat waren als opstandingsboeken, waaruit de Vlaming die held wordt of is geworden, heeft geput en nog altijd zal putten.

Tijl was niet dood toen hij in het zand bedolven lag. Het hart van Vlaanderen kan niemand ter wereld ooit begraven.

De dichter dacht aan den nieuwen leeuw van Vlaanderen, aan den held, aan Koning Albert.

Wij hopen op een herhaling, te meer, waar wij de tijding mogen overbrengen dat alle Belgische gasten, leden van het Verbond, op alle avonden en uitvoeringen van de Nederlandsche Groep van harte welkom zijn, en dat Vlamingen, die nog niet lid mochten zijn, bij alle Nederlandsche Afdeelingen wijdgeopende armen vinden.’

Assen.

In December sprak Dr. Maurits Sabbe voor deze Afdeeling. De voorzitter, de heer E. Werner, opende den avond. De heer Sabbe droeg daarna een drietal zijner laatste schetsen voor: beelden uit het veroverde België, blijk gevende van het feit, dat de Belg, zelf in tijden van zware beproeving, zijn korrel zout: de schertsende humor, niet verliest.

De voorzitter dankte den spreker en de aanwezigen, die den heer Sabbe door hun toejuichingen reeds overtuigd hadden, dat zijn schetsen gretige en dankbare hoorders hadden gevonden.

Deventer.

In de Maandag 11 Jan. gehouden vergadering van leden dezer vereeniging, is de volgende motie aangenomen:

34

en omstreken van het A.N.V. spreekt haar vertrouwen uit in het Hoofdbestuur en keurt af de wijze, waarop enkele heeren gemeend hebben hunne grieven tegen het Hoofdbestuur van het A.N.V. kenbaar te maken.’

Gouda.

Secretaris dezer Afdeeling is de heer C.J.M. Kroon; penningm. de heer H.J.L. Kamsteeg.

Rotterdam (Jongel.-Afd.).

Deze Afdeeling hield 16 Jan. haar jaarvergadering. In plaats van de heeren v.d. Bos en C. Montijn, die zich niet herkiesbaar stelden, werden tot bestuursleden benoemd mej. B. Kraaijenveld en de heer R. van Yperen. Ook werden gekozen een tooneel-, een muziek- en een sub-boekencommissie.

Aangenomen werd het voorstel eereleden en leden van verdienste benoembaar te stellen.

Het bestuur is thans als volgt samengesteld:

M.C. van Vooren Jr., 1e voorzitter; P.v.d. Ende, 2e voorzitter; mej. M.C. Roodenburg, 1e penningmeesteresse; C. Borstlap, waarnemend secretaris, Scheepstimmerlaan 25a; J. Roodenburg, mej. B. Kraaijenveld, R. van Yperen.

20 Jan. hield de voorzitter dezer werkzame Afdeeling een lezing met lichtbeelden1) over: Doel, werking en inrichting van het A.N.V.

Schiedam (Jongel.-Afd.).

Als secretaris treedt voorloopig op de heer A. Stolk, Broersvest 128.

Zwolle.

19 Jan. gaf deze Afdeeling voor hare leden een welgeslaagden Vlaamschen avond. Ook de Vlamingen die te Zwolle vertoeven, waren uitgenoodigd.

Vlaanderen

1) Deze reeks lichtbeelden bestaat uit 100 stuks en is ook voor andere afdeelingen beschikbaar, te bevragen aan het kantoors van het A.N. V, Wijnstraat 81, Dordrecht.

De aanval op het A.N.V.

2)

Ik ben op het oogenblik voor een paar dagen in Holland en kom zoo op de hoogte van den strijd tegen het A l g e m e e n N e d e r l a n d s c h Ve r b o n d gevoerd door den heer Cyriel Buysse en anderen. Ik heb thans eerst kennis kunnen nemen van den brief van den heer Buysse in de T e l e g r a a f van 27 Nov. l.l. waarin hij het Verbond aanvalt, naar aanleiding van het artikel G r o o t -N e d e r l a n d e n d e O o r l o g en leden van het Verbond aanzet om te bedanken.

N e e r l a n d i a heeft op waardige wijze den aanval beantwoord. Mijn vriend Herman van der Linden, die persoonlijk de verschrikkingen van den oorlog heeft ondervonden en die in Nederland zelf heeft kunnen nagaan, wat het A.N.V. voor de slachtoffers van dien oorlog gedaan heeft en doet, niet met w o o r d e n maar met d a d e n , heeft zijn woord gesproken. Professor De Louter heeft het artikel

G r o o t -N e d e r l a n d e n d e O o r l o g genoemd: ‘een loffelijk voorbeeld (van inachtneming van de onzijdigheid), een voorbeeld, dat waardeering en navolging, geen blaam verdient.’

De in de eerste plaats betrokken partij, dat is: het A l g e m e e n N e d e r l a n d s c h Ve r b o n d in Vlaanderen, de Vlamingen, die niet hun persoon in veiligheid hebben gebracht, maar in het vaderland onder den druk der gebeurtenissen leven, zijn niet in de gelegenheid geweest hun oordeel over het betrokken artikel te kennen te geven. Wij leven immers van de wereld afgesloten en hebben noch den aanval noch het verweer kunnen lezen. Ik zelf was nu in die gelegenheid en haast mij om het oordeel van de ‘betrokken partij’, waarvoor de heer Buysse en anderen heeten op te treden, uit te drukken.

N e e r l a n d i a sloot haar verweer met de woorden: ‘Geen kras woord, een hoog woord heeft de heer Buysse gevoerd, maar, daarvan zijn wij overtuigd, niet uit naam der Belgen.’

Ik zeg, als Secretaris van Groep België, dat die overtuiging v o l k o m e n

g e r e c h t v a a r d i g d i s . Ik ontzeg aan den heer Buysse a l l e g e z a g om uit naam der Vlamingen te spreken. De heer Buysse heeft jaren geleden op de Vlaamsche Beweging gesmaald - als ik het wel voor heb, is van hem de uitdrukking: d e s l o o t d e r f l a m i n g a n t e r i j -; is later bijgedraaid en heeft zich de hulde aan zijn schrijverstalent, door de vroeger gesmade flaminganten laten welgevallen. Maar in o n z e g e l e d e r e n stond hij nooit. Het is mij niet bekend, dat hij ooit door e e n i g e d a a d blijk gegeven heeft van eenige belangstelling in den arbeid van de Vlaamsche Beweging. Wel is mij bekend, dat toen Vermeylen hem verzocht om onze Beweging tot verovering van een Vlaamsche Hoogeschool door het gezag van zijn naam als schrijver kracht bij te zetten, hij dit g e w e i g e r d heeft. Daarom ontzeg ik hem alle recht om zich over het artikel G r o o t -N e d e r l a n d e n d e O o r l o g uit te laten, zooals hij het gedaan heeft.

En nu geef ik het oordeel te kennen van de b e t r o k k e n p a r t i j , in de eerste plaats Groep Vlaanderen van het A.N.V. Men wete dan in Noord-Nederland, dat het artikel G r o o t -N e d e r l a n d e n d e O o r l o g niet verschenen is b u i t e n v o o r k e n n i s e n g o e d k e u r i n g e n m e d e v e r a n t w o o r d e l i j k h e i d van Groep België van het A.N.V. In October waren nog niet alle betrekkingen met het Noorden afgesneden. Wij hebben destijds een drukproef van het artikel ontvangen, hebben ze aandachtig en m e t h e t g e v o e l o n z e r v e r a n t w o o r d e l i j k h e i d gelezen; wij hebben dat stuk niet w a l g e l i j k gevonden, geen f l a u w e , l a f f e

g r a p . Wij hebben het ten hoogste o m z i c h t i g gevonden, maar wij hebben geoordeeld dat die v o o r z i c h t i g h e i d v o l k o m e n g e b i l l i j k t wordt door de omstandigheden.

35

Als er nu zijn onder de leden van het A.N.V. die, misleid door het stuk van den heer Buysse, bedankt hebben, dan hoop ik, dat deze woorden hun onder de oogen komen en zeg ik tot hen: keert terug in onze gelederen; niet door woordengebral kan de zaak der Vlamingen gediend worden, maar door daden, en ik kan gelukkig de verzekering geven, dat het Verbond op krachtige en omvangrijke wijze werkzaam is, al wordt daar g e e n r e c l a m e m e e ge m a a k t .

En nu een woord tot d e a n d e r e n : ik heb geen andere gelegenheid; van avond moet ik weer huistoe en dan is alle verbinding weer afgesneden. Ik ben er vast van overtuigd, dat de heer Loosjes, c.s. mij niet beschouwen als den ‘s l a p s t e d e r s l a p p e n ’ noch zelfs als ‘e e n s l a p p e o n d e r d e s l a p p e n ’. Mijn woord en getuigenis zal dus wel eenige waarde hebben. Ik waardeer hun optreden in zooverre het voortspruit uit de warmste genegenheid voor Vlaanderen. Maar laat die warme genegenheid dan niet brengen tot onbesuisd handelen. Wij, Vlaamsche bewindslieden van het A.N.V., die mede ons aandeel hebben in de a l g e m e e n e l e i d i n g , hebben daarover toch ook een oordeel. Welnu ons oordeel over zoogenoemde s l a p h e i d is dat er ‘g e e n s l a p h e i d ’ maar ‘o m z i c h t i g b e l e i d ’ is en wij keuren dit v o l k o m e n g o e d omdat wij er vast van overtuigd zijn, dat onze zaak

GEÏNTERNEERDE VLAMINGEN TE HARDERWIJK.

Bovenste rij (van links naar rechts): Plasschaert, fabrieksbestuurder; H. Picard, jur. student van Brussel; H. Géna, onderstationchef uit Gent; Florimond van Cleemput, leeraar uit Aalst; L. Geeraerts, accountant uit Antwerpen; Robbrecht, student uit Gent; Max Chotiau, kunstschilder. Onderste rij: J. Harpigny, ingenieur; A. Brackman, ingenieur; M. van Rissighem, ingenieur, E. Le Roy, notaris; Jules M. Canneel, kunstschilder; Grosjean, ingenieur.

thans niet door woordengebral gediend wordt maar door daden. Al waardeer ik de drijfveeren, ik moet o n z a l i g noemen alle streven, dat s c h e u r i n g in het Verbond moet brengen of a f b r e u k moet doen aan de tegenwoordige g e z a g - en

i n v l o e d h e b b e n d e l e i d i n g van het A.N.V. Ik bezweer daarom de heeren Loosjes c.s. nu niet Katholieker te willen zijn dan de Paus, hun ondermijnend werk te willen staken en noodig alle leden van het A.N.V. uit zich te scharen om diegenen, die met rustige kracht de vlag van onze Vereeniging hooghouden.

H. MEERT,

In document Neerlandia. Jaargang 19 · dbnl (pagina 74-86)