• No results found

OR-informatie Rubriek Jurisprudentie 23 april

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "OR-informatie Rubriek Jurisprudentie 23 april"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

JURISPRUDENTIE

Dezerubrieksignaleertenbehandeltdebelang-rijkstejurisprudenüe op or-gebied. De rubriek

wordt beurtefingsgeschreven door mrAdriaan

Dorresteif η (ondernemingsrecht) enmrCuus

Heerma van Voss (sociaal recht).

Bescherming fegen ont&lag

Ontbinding van arbeidsovereenkomst met or-Iid

na voltooiing van het project waar hij werkte,

wordt geweigerd omdat het or-lid wordt

be-schermd door de wet.

(Kantongerecht

Leeu-warden 18 februari

1992, artikel 21

WOR, 1639w BW)

M. Hermus is werkzaam bij Bouwbedrijf Friesland bv en lid van de ondernemings-raad. Toen het project waar hij werkzaam was voltooid raakte, vroeg de directie ont-binding van zijnarbeidscon-tract bij de kantonrechter wegens gewichtige redenen. De arbeidsovereenkomst met een or-lid kan immers niet worden beeindigd door opzegging.

Het bedrijf voerde aan dat het praktisch siecht uitvoer-baar was om Hermus eiders in het bedrijf in te zetten, aangezien vrijwel steeds sprake is van een ploeg tim-merlieden, die geruime tijd een vaste samenstelling heb-ben. Onder meer in verband met het woon-en werkver-keerzou het niet doenlijkzijn Hermus ten koste van een andere werknemer in een dergelijke ploeg te plaatsen. Bovendien zou het aanne-melijk zijn dat de verhoudin-gen binnen een dergelijke ploeg verstoord zouden wor-den, indien Hermus ten kos-te van een collega van de an-dere betrokken werknemers

in de plaats zou worden ge-steld.

De kantonrechter achtte dit standpunt onvoldoende overtuigend. Hij zag niet in dat een all-round timmer-man die voor alle voorko-mende timmerwerkzaamhe-den inzetbaar is, niet in een andere ploeg of op een ander project zou kunnen worden geplaatst. Ook zijn karakter of persoonlijke eigenschap-pen verzetten zieh daar niet tegen. De kantonrechter be-nadrukte in dit verband dat or-leden er met het oog op de uitoefening van hun taak op moeten kunnen vertrouwen, dat de in de wet geregelde ontslagbescherming effec-tief is. Hij wees dus het ver-zoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst af en veroordeelde Friesland in de kosten van de procedure.

Het ontslagverbod van or-le-den kent een uitzondering voor de opheffing van een on-derdeel van een ondememing. AI eerder werd uitgesproken dat de opheffing van een ploeg daar niet onder valt. Hetzelf-de geldt bij een aflopend pro-ject zoalshier aan de orde was.

Een ontbinding door de rech-ter is wel mogelijk, maar al-leen indien het verzoek geen verband houdt met het lid-maatschap van de or. De rech-ter constateert dat de redenen voor de ontbinding onvol-doende zijn. Een beetje ge-vaarlijk is de door de rechter genoemde mogelijkheid dat het karakter ofdepersoonlijke eigenschappen van de werk-nemer plaatsbaarheid kun-nen beletten, omdat een or-lid zieh als hetgoedisnu eenmaal kenmerkt door de nodige vast-houdendheid. Maar overi-gensis deuitspraaker een uit het boekje. Het ontslaan van leden uit een ploeg omdat een or-lid op een andere plaats niet ontslagen mag worden, is vaakgeen dankbare taak voor deondernemer. Maar dit is de consequentie van de bescher-ming die de wet aan het or-lid toekent. Die bescherming is immers almoeilijkgenoeg. Zo werd in OR-Informatie num-mer 2 in deze rubriek met in-st emming de weigering be-sproken van de verzoeken tot ontbinding van de arbeids-overeenkomst met or-leden van jongerencentrum De Dreef. Die uitspraak werd la-ter echla-ter gevolgd door een weigering van de president van derechtbankom toelating van de betrokkenen tot het werk te bevelen, waarna een tweede ontbindingsverzoek wel werd toegewezen, nu we-gens verstoorde arbeidsver-houdingen (zie

OR-Informa-tie nummer 4, 26februari 1992).

Bij de in behandeling zijnde herziening van het ontslag-recht wordt de ontslagbe-scherming van or-leden over-geheveldnaarhet BW (artikel

1639 h en i). Aanvankelijk dreigde de bepaling dat de rechter geen ontbinding mag toepassen, indien er een ver-band is met het or-werkdaar-bij te worden geschrapt (OR-Informatie nummer 4). De Tweede Kamer heeft echter een amendement aangeno-men, dat zegt dat de rechter bij ontbinding de ontslagverbo-den in zijn overwegingen moet betrekken. Hoewel deformu-lering iets slapper is, is de be-doeling van de wet in essentie daarmee gehandhaafd.

Guus Heerma van Voss

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De termijn van een jaar acht de rechtbank van dien aard dat niet meer gesproken kan worden van een incidenteel geval waarvoor het instem- mingsrecht van de ornietzou gelden..

Daarbijpast het argu- ment van de kantonrechter dat de ondernemer zieh zelf maar tot de bedrijfscommissie had moeten wenden mijns in- ziens niet in het systeem van de wet. Guus

Volgens de Rechtbank viel het project als zodanig niet te beschou- wen als een onderdeel van de onderneming in deze zin, doch wel de groep van vier voor het project vrijgemaak-

Volgens de CFO zou de stemming in strijd zijn met de geest en de strekking van de WOR en leiden tot een niet representatieve vertegen- woordiging in de commissie.. De rechter

Het standpunt van de or dat de rechter slechts in uitzonder- lijke gevallen van het advies van de bedrijfscommissie mag afwijken achtte zij in elk geval in deze zaak niet juist,

Hij overweegt dat hoewel in artikel 15 WOR niet naar artikel 6 wordt verwezen, dat nog niet betekent dat aan het getals- criterium van dat artikel geen waarde dient te worden

Commentaar Hoewel deze uitspraak een Duits ondernemingsraadslid betreft, is zij toch van belang voor haar Nederlandse colle- ga 'so A I eerder werd er in deze rubriek op gewezen dat

Gezien de leeftijd van Zurek (40 jaar), de duur van zijn dienstverband (13 jaar) en zijn salaris werd een vergoe- ding van f 50.000 toege- kend... dank afgenomen. Volgens Zurek had