• No results found

Vraag nr. 149 van 8 juli 1997 van de heer JOHAN MALCORPS

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 149 van 8 juli 1997 van de heer JOHAN MALCORPS"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 149 van 8 juli 1997

van de heer JOHAN MALCORPS

Petroleumtransport per pijplijn – Binnenvaart – Milieu

De Vereniging der Belgische Reders der Binnen-en Rijnvaart doet haar beklag over de oneerlijke concurrentie door NAVO-pijplijnen (Noord-Atlan-tische Verdragsorganisatie) van het CEPS ten aan-zien van de tankvaart op de binnenwateren wat het vervoer van petroleumproducten betreft. Vo o r a l wat de aanvoer van kerosine naar luchthavens b e t r e f t , zouden de NAVO-pijplijnen een aandeel innemen van bijna 20 % van de trafiek (cijfer voor 1 9 9 5 ) . Dit zou ten koste gaan van opdrachten en werkgelegenheid binnen de binnenscheepvaart. D e oneigenlijke subsidiëring van het civiel transport via NAVO-pijplijnen zou op die manier in tegen-spraak zijn met de inspanningen die het V l a a m s Gewest zich getroost om de binnenvaart te promo-ten en bijvoorbeeld eventueel het uit te keren bedrag aan slooppremies kunnen opdrijven.

De binnenvaarders verwijzen bovendien naar de mogelijke milieurisico’s verbonden aan de uitba-ting van dit soort pijplijnen. Het recente ongeluk bij DSM in het Nederlandse Heerlen, waar pas na maanden een lek in een benzeenleiding werd ont-dekt zodat 400 ton (kankerverwekkend) benzeen kon weglekken, spreekt in dit verband tot de ver-beelding.

Op eerdere vragen in verband met de militaire pijplijn Melsbroek-Bevekom antwoordde de minis-ter bevoegd voor Leefmilieu dat voor dit soort pijpleidingen geen milieuvergunning of milieuef-fectrapport vereist is en dat de controle valt onder het federaal ministerie van Economische Zaken, bestuur Energie, afdeling Energieproducten- en u i t r u s t i n g. Het gewest hoeft hierin dus niet te wor-den gekend.

Een ander gegeven is evenwel het feit dat bij het aanwenden van pijplijnen geen gasretoursysteem kan worden opgezet, zodat bij de belading grote hoeveelheden dampen vrijkomen (wat niet het geval is bij tankers uitgerust met dampretoursyste-m e n ) . Aangezien het opvangen van dit soort vluch-tige dampen een van de actiepunten is van het federaal en gewestelijk ozonplan, is dit zeker pro-blematisch.

1. Is er rond dit dossier al overleg geweest met de bevoegde federale ministers om de blijkbaar

tegengestelde beleidsopties met betrekking tot de binnenvaart aan te kaarten ?

2. Welke stappen heeft de minister reeds gedaan om van de federale autoriteiten uitsluitsel te krijgen rond de veiligheid van de pijplijnen en de controle hierop ?

3. Komen er bij transport per pijplijn inderdaad grote hoeveelheden vluchtige dampen in de lucht vrij ? Zijn er middelen om dat te belet-ten ?

4. Is er reeds onderzoek gebeurd naar het al dan niet milieuvriendelijke karakter van transport van petroleumproducten en andere vloeistoffen per pijplijn ? Wat zijn daarvan de resultaten ? N.B. : Deze vraag werd eveneens gesteld aan de

heer Theo Ke l c h t e r m a n s, Vlaams minister van Leefmilieu en Tewerkstelling.

Antwoord

Vermits geen enkel element van de vraag betrek-king heeft op mijn bevoegdheden, zal V l a a m s minister van Leefmilieu en Tewerkstelling Th e o Kelchtermans op deze vraag antwoorden.

Daartoe zal hij ook overleggen met collega Eddy B a l d e w i j n s, Vlaams minister van Openbare We r-ken, Vervoer en Ruimtelijke Ordening.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De kostprijs voor een degelijke herstelling van de schade is zo groot, dat de brug beter wordt afgebroken en door een totaal nieuwe wordt vervangen.. De brug werd einde de

Deze fietspa- den staan in opstand ten opzichte van de rijweg, zodat zij op die manier enigszins worden beveiligd tegen het

Volgens het indicatief driejarenprogramma 1997- 1999 zijn voor de N121 investeringen gepland voor 1998 (vak 's Gravenwezel – Brasschaat) en pas voor 2000 voor het vak Schilde –

Bovendien circuleren er plannen van de Geweste- lijke Ontwikkelingsmaatschappij (GOM) en van de bevoegde schepenen van Wommelgem en Ranst om op die plaats op termijn wel

Op basis van een vergelijkende studie van de gegevens die voor de verschillende knelpun- tengemeenten ter beschikking is gesteld,en van- uit de vaststelling dat er nood is aan

In de voorlaatste versie van BPA "Sint-Elooi II" (dat een veel ruimer gebied omvat dan de thans.. nog onbebouwde percelen die werden opgenomen in een onteigeningsplan van de

De ecologische risico’s verbon- den aan het uitzetten van transgene planten (de verspreiding van de transgene planten zelf, de uit- kruising met wilde variëteiten, het gevaar

Heeft de afdeling Monumenten en Landschap- pen in het verleden reeds de opdracht gekregen om de ecologische schade en de eventuele onherstelbaarheid ervan ook officieel vast