• No results found

Toen kwam er een klopje op onze deur en binnen wandelde Pop. Ik voelde, dat Julie haar uit het raam had kunnen gooien

‘Ja.’

‘Hoe moet ik Smidt nu straks noemen?’

‘Bij zijn naam natuurlijk.’

‘Moet ik dan Jog zeggen?’

‘Zoo heet hij toch?’

‘Ik vind het gèen naam. 't Klinkt direct zoo familiair. Stel je voor, dat ik op school

zeg, als hij binnenkomt: “Zoo Jog.” Dan giert de heele klas zeg.’

‘Echt wat idioots voor jou om te bedenken.’ Ik roffelde weer en harder. Julie voelde

aan haar hoofd.

‘Zal ik je haar schuieren?’

‘Nee.’

‘Wat zou hij zeggen tegen Pa?’

‘Dat jij een spook bent.’

‘Nee, dat hij jou zoo lie-ief heeft,’ en ik hopste heen en weer. ‘Wat lijkt me dat

ellendig zeg! Wat zal hij in zijn piepzak zitten. Weet je wel, dat zijne eene wenkbrauw

hooger zit dan zijn andere? Je moet ze eens recht masseeren. Net een werkje voor

jou.’

‘Horrid old pig,’ zei Julie.

‘Weet hij 't al, dat jij apathisch bent?’

‘Ik vraag Ma om te logeerkamer.’

‘Doe het zeg.’

Julie had net haar japonnetje vastgemaakt en was bezig haar armband uit te zoeken,

toen er gebeld werd. 't Was kwart voor drie.

‘Daar heb je 'm,’ jubelde ik. ‘Dat is zijn bibberbelletje.’ Ik sprong van het bed en

ik rende naar het raam om dat open te duwen, maar Julie greep me nog net aan mijn

rok vast. ‘Je kijkt niet uit het raam. Als je 't doet, dan gil ik. Dan roep ik Ma. Ben je

niet wijs zeg.’ Er klonken al voetstappen op de trap. Julie liet me los. ‘Hij komt

meteen naar boven. Da's nogal vrijpostig van hem. 't Is mijn slaapkamer ook.’

Toen kwam er een klopje op onze deur en binnen wandelde Pop. Ik voelde, dat

Julie haar uit het raam had kunnen gooien.

‘Zoo verloofde,’ zei Pop. ‘Van harte hoor! Dag Joost. Ik kom je gezelschap houden

vanmiddag.’

‘Erg leuk van je. We zitten al in afwachting van Jog.’

‘Wie is Jog?’ vroeg Pop.

‘Smidt.’

‘Heet hij Jog? Bewaar me wat een naam. Voor Smidt tenminste.’ Julie verdween

en ze sloeg de deur hard achter zich dicht. ‘Is ze daar kwaad om?’ vroeg Pop. ‘Betty

wordt nooit kwaad om zoo iets. En die zeg ik veel erger dingen.’ Ik had het raam al

opengegooid, en ik lag er op mijn knieën voor. Je kon de heele straat overzien tot

aan den hoek. Pop kwam naast me knielen. Onze klok sloeg net drie uur en die gaat

twee minuten voor, toen om den hoek Smidt aan kwam zeilen, met 'n hoogen dop

op en vreeselijk vooruitstekende knieën. Dat had ik nog nooit zoo opgelet. We doken

meteen, want hij keek zoo starend naar ons huis.

‘Heb je niet iets om naar beneden te laten?’ vroeg Pop. ‘Julies haarschuier bij

voorbeeld? Dat zal hij wel leuk vinden.’ Ik zocht nog gauw naar een touw, maar

Smidt was al binnen voor we het gevonden hadden. Toen gingen we op het bed zitten

en wachtten. En mijn hart begon ook wat te rommelen, want 't was zoo akelig stil in

huis.

‘Nu ligt Julie op apegapen,’ zei ik somber.

‘Toen Dolf bij Pa was, om Betty, heb ik een wekker laten afloopen vlak voor de

deur. En Pa dacht, dat er getelefoneerd werd, en die zei tegen Dolf: “Excuseer een

oogenblikje.” Buiten rolde hij pardoes over den wekker en dat ding ratelde maar

door. 't Was niet tot bedaren te krijgen. Pa heeft gebruld gewoon.’

Ik vond het een moedige daad van Pop. We kregen het erg koud, en 't was net of

er iemand doodziek was in huis. ‘Nu wordt Julie geroepen, hoor je wel? Daar komt

Mina naar boven,’ zei Pop, die 't verloop kende, van Betty nog. ‘En dan aanstonds

moeten Kees en jij binnenkomen.’

't Was kwart voor vier op onze klok, toen Mina ons haalde; mij alleen natuurlijk,

maar Pop ging mee. Op de gang stond Kees.

‘Hé Pop, ben jij hier?’

‘Dat zie je,’ Kees hoestte verschrikkelijk, dat was voor zijn kleur, maar Pop bleef

erg gewoon. Er schijnt dus toch niets achter dat tabeh te zitten. Met z'n drieën

stevenden we dus naar

beneden met Mina achter ons, die: ‘Gompie, gompie,’ zei. En in den salon zaten Pa

en Ma en Julie en Smidt naast elkaar op de canapé, en Julie heelemaal rood.

Pa wilde nog voorstellen notabene, maar ik wandelde meteen op Smidt toe en ik zei:

‘Dag Jog.’ 't Klonk zoo gek en zoo hard, net of ik het er om deed. Pop kreeg in haar

rechterwang een kuil, dat krijgt ze altijd als ze lachen moet.

‘Ik feliciteer u wel mijnheer Smidt,’ zei ze en ze drukte fier Smidt zijn hand. Ik

geloof, dat Smidt het niets leuk vond om Pop ook te zien, maar hij hield zich goed.

Pop ging naar Pa en Ma en ik zei:

‘O ja, many happy returns of the day Jog.’ Dat zegt Julie altijd als er iemand jarig

is. 't Was hier natuurlijk absoluut niet van toepassing en dat wist ik best, maar ik

dacht, Smidt snapt het misschien toch niet, die weet alleen wat af van de wet van

Archimedes en van de snelheid van een electrische vonk. Maar Ma keek kwaad en

Pa zei: ‘En moet je ons heelemaal niet gelukwenschen Joopje?’ en hij nam me bij

mijn hand en streek over mijn haar en gaf me een zoen, zoodat ik knipperig werd in

mijn oogen. 't Is natuurlijk wel allemaal door Julie, maar 't. was toch

-menschenkinderen wat is het al laat. Gauw afwerken. Smidt heeft bij ons gegeten en

hij heeft naast Julie gezeten. Ik heb een keer gezien hoe ze mekaar onder de tafel een

Kees heeft een half uur over Pops stoel gehangen, en al maar tegen haar gefluisterd.

Outline

GERELATEERDE DOCUMENTEN