• No results found

REGLEMENTEN EN TARIEVEN, VERGOE- VERGOE-DING AAN PAKHÜISMEESTERS EN

In document F > #* ac gfiti' (pagina 132-136)

SCHEEPS-OVERHEDEN, VOOR SPILLA-GIEN EN ONDERWIGTEN.

BESLUIT van Commissarissen-Generaal over Neder-landsch Indié', van den 16 Augustus 1817, no. 6, houdende eene algemeene bepaling ten aanzien der spillagié'n , welke te goed zullen worden gedaan.

In aanmerking genomen zijnde dat, enz. ;

Dat het van het grootste gewigt voor 's lands belangen is , om ten spoedigste de verkeerde begrippen tegen te gaan, welke nog, ondanks de verklaringen door den Gouverneur-Generaal in Rade , in den jare 1809 gegeven, plaats vinden, als ware de overbehouden spillagie als een wettig middel van bestaan voor de overbrengers en bewaarders voor 's lands producten te beschouwen, daar nogtans het woord spillagie genoegzaam het oogmerk aanduidt, hetwelk men daarmede heeft en alleen hebben kan, namelijk, de scheeps-overheden en administrateuren voor verliezen en tekortko-mingen te dekken ;

Dat enz. ;

Is goedgevonden en verstaan : Eerstelijk. Enz.

DEN HANDEL, SCHEEPVAART ENZ., IN NED. OOST-INDIE.

1 2 1 Ten tiveede. In het algemeen te bepalen, dat geene

spilla-gie zal worden goedgedaan , ten zij bij behoorlijke en eedigde verklaringen blijke, dat buiten toedoen van den be-waarder of overbrenger, de mindere hoeveelheid der bewaar-de of overgevoerbewaar-de goebewaar-deren is verloren geraakt.

Ten derde. Ei.z.

RESOLUTIE van den Gouverneur-Generaal in Rade, van 16 April 1819, n°. 3 , waarbij gearresteerd wordt het Re-glement en Tarief op de berekening , validering, afschrijving en vergoeding van onderwigten en spillagiën voor de Pakhuis-meesters en de overheden van schepen.

I s , na deliberatie, goedgevonden en verstaan:

Eerstelijk. Te arresteren zoo als gearresteerd wordt bij deze, het Reglement en Tarief op de berekening, validering, afschrijving en vergoeding van onderwigten en spillagiën voor de Pakhuismeesters in ISfederlandsch-Indië en voor de Over-heden van schepen, voor het Gouvernement op vracht va-rende , zoo als hetzelve aan deze Resolutie is geannexeerd.

Ten tweede. Enz.

REGLEMENT op het berekenen, valideren, afschrijven en vergoeden van spillagiën en onderwigten voor de Pakhuis-meesters in Nederlandsch-Indiè', mitsgaders voor de Overhe-den van schepen voor het Gouvernement op vracht varende.

Art. 1. De spillagie, bij het na te melden Tarief bepaald, wordt alleen toegestaan om de Pakhuismeesters en Scheeps-overheden, mitsgaders andere bewaarders en overbrengers van 's lands goederen, hoe ook genaamd , te dekken tegen tekortkomingen, welke werkelijk en zonder hunne schuld of toedoen zijn ontstaan.

2. Elk minder verlies dan de spillagie, alsmede alle over-wigten en overbevindingen op bewaarde en overgevoerde goederen, blijven het eigendom van den lande.

3. Aan de Pakhuismeesters en Schecpsoverheden zal niet worden ten laste gebragt, het bederf aan do bewaarde of overgevoerde goederen ontstaan, mits zij aantoonen en be-wijzen , dat hetzelve niet is veroorzaakt door verzuim of ver-keerde behandeling van hen zelven of hunne onderhoorigen.

4. Minderheden, veroorzaakt door spillagie en bederf, zullen niet mogen afgeschreven worden , dan op speciale autorisatie, op de wijze hieronder te bepalen. Meerderhe-den echter zullen dadelijk bij de bevinding derzelve, moeten ingenomen worden , en zal daarvan te gelijker tijd, rapport worden gedaan aan den ambtenaar, aan wien de Pakhuis-meester , die de meerderheid bevindt, onmiddellijk onder-geschikt is.

5. Wanneer bij de Pakhuismecsters goederen ontvangen worden in kassen, balen, soekels, balies en diergelijken, welker inhoud aan stukken , maat, el of gewigt, niet zuiver kan worden ingenomen, zullen zij kunnen volstaan, met de-zelve kassen , balen, soekels , balies en diergelijken , bij het bruto gewigt, bij hunne boeken te verhandelen en te verant-woorden, mits dat brnto gewigt met een onderscheidend nommer of merk op elk derzelve worde bekend gesteld , en overigens de kassen, balen , soekels, balies en diergelij-ken, zich bevinden in eenen welgeconditioneerden on onge-havenden staat.

6. Ingeval een of meer kassen, balen , soekels, balies en diergelijken , bij de ontvangst, niet wel geconditioneerd zijn of dat er verschil is in het bekend gestelde bruto gewigt zullen de Pakhuismeesters tot het netto wegen, tellen of me.

ten overgaan, doch niet anders, dan in tegenwoordigheid van Gecommitteerden, de benoeming van welke door de

^ Pakhuismeesters, dadelijk na de bevinding, in geschrifte zal

1 worden verzocht van de autoriteit, onder welke zij onmid-dellijk staan.

7. Van elke opening, naweging, natelling, of nameting, in tegenwoordigheid van Gecommitteerden, zal worden op-gemaakt behoorlijk proces-verbaal, om te dienen waar het behoort.

8. De Pakhuismeesters, zoo wel als de schecpsoverheden, zijn verantwoordelijk voor alle fusten , kassen, kisten, balen, soekels, zakken, en voor alles wat tot iupakking, berging

°f emballage gediend heeft, en nevens de goederen is ontvangen.

9. Ten aanzien der specerijen wordt, in het bijzonder be-paald, dat, in geen geval, eene opening van kisten, vaten, soekels, balen, zakken, of diergelijken , specerijen inhou-dende , zal mogen geschieden , dan ten overstaan van expresse

Gecommitteerden, telken reize te benoemen door de auto-reit , aan welke de Pakhuismeester onmiddellijk oudergeschikt is.

10. In zelver voege zal het garbuleren der notenmuskaat, altijd geschieden moeten in tegenwoordigheid van speciale Gecommitteerden.

11. Opdat de bovenstaande bepalingen naauwkeurig zou-den kunnen gevolgd worzou-den , zal voortaan, bij zou-den afscheep van Gouvernements goederen, op elke kist, kasse, vat, pak, baal, kanasser en diergelijken , terwijl het gewogene nog op de schaal ligt, het bruto gewigt gemerkt, en de hoeveelheid of het gewigt op de factuur en het cognossement van lading duidelijk en naauwkeurig bekend gesteld worden. In zelver voege zal worden bekend gesteld, het getal der kisten, zakken, pakken, vaten en diergelijken, waarin de goederen zijn bevat, als ook het merk of nommer, waarvan dezelve zijn voorzien ; terwijl voorts de scheepsoverheden, voor re-kening van het Gouvernement op vracht varende, verpligt zullen zijn, bij het cognossement van lading, behalve voor het getal, ook nog te teekenen voor de hoeveelheid, mits-gaders voor de soort of qualiteit der bij hen ter vervoer ontvangen wordende goederen, met vrijheid echter, om daarbij te voegen zoodanige aanmerkingen, als zij, ter verzekering hunner eigene belangen, zullen vermeenen te behooren.

12. Bij den afscheep zal naauwkeuriglijk aangeteekend, en bij het cognossement speciaal genoteerd worden, of de Scheepsoverheden het goed bruto of netto , bij het gewigt of bij de maat ontvangen hebben, dan wel of hetzelve hun is voorgeteid ; hij vervoer van tin zal aangeteekend worden, het getal der schuitjes, de groote van de kleine stukken onderscheidende, en bij het overbrengen van suiker, enz.

het tarra der kanassers, zakken en diergelijken, alsmede hoeveel aan gewigt tegelijk op de schaal is geweest, ten einde daarop, bij uitlevering, te kunnen acht slaan, en het goed op dezelfde wijze te kunnen doen afleveren, waarop hetzelve ontvangen is.

13. Een weegsel zal nimmer meer dan vijf of zes hon-derd ponden mogen bedragen, en om de tien weegsels zal het goed en de gewigten van schaal moeten verwisselen.

14. De Scheepsoverheden zullen verpligt zijn, alle goede-ren , door hen ter vervoer ontvangen, getrouwelijk in 's Gou-vernements pakhuizen over te brengen, en beginnen moeten te verantwoorden de stukken, kisten, zakken, pakken, vaten en diergelijken, gemerkt, zoo als bij het cognossement van lading is bekend gesteld, waarna eerst tot het verifiëren van het getal, gewigt of de maat zal worden overgegaan.

15. Wanneer echter eenige kisten, kasten, balen of dier-gelijken , met stuk- of pond-goederen, aan de Schecpsover-heden , behoorlijk gesloten, goed geconditionneerd en verze-geld afgeleverd zijn, zullen zij kunnen volstaan, met zoodanige kisten, kasten, balen of andere pakken , ongeopend, gaaf, ongeschonden en goed geconditioneerd en verzegeld, wederom te verantwoorden, zonder in dat geval, voor den inhoud aansprakelijk te zijn, mits in allen geval het bruto gewigt overeenkome.

16. Bij het overbrengen van suiker en tin, zullen de Scheepsoverheden kunnen volstaan, in het eerste geval, met de uitlevering van het bruto gewigt, en in het laatste, met dat van het aantal schuitjes door hen ontvangen, mits dezelve gaaf en ongeschonden zijn.

17. Ten aanzien van de suiker en tin wordt nog bepaald, dat, nadat de kanassers suiker en de schuitjes tin rigtig en ongeschonden uitgeleverd zijn, en de schuitjes tin overeen-komen mot het ingeladen getal, dezelve in presentie van de Scheepsoverheden, door eene commissie, daartoe door de plaatselijke autoriteit te benoemen, naauwkeurig zullen nagewogen en de kanassers getard worden, ten einde aldus het juiste gewigt te constateren.

18. Geene afschepingen uit, of ontvangsten in 's Gouver-nements pakhuizen hoegenaamd, zullen in den vervolge mo-gen gedaan worden, anders dan ten overstaan van beide partijen, namelijk den afleveraar en den ontvanger, dan wel van iemand hunnentwege, welke echter daartoe schriftelijk door hen zal moeten geautoriseerd en gemagtigd zijn. In het bijzonder zullen de Scheepsoverheden gehouden zijn, bij de ontvangst en de weging, door hunne persoonlijke tegen-woordigheid en door pertinente aanteekeningen van het ge-wigt, voor hunne belangen te waken, en zij zullen zich nimmer kunnen beroepen op ontvangsten en afleveringen ter goeder trouw, en buiten hunne tegenwoordigheid gedaan.

19. De Pakhuismeesters, zoo wel als de scheepsoverhe-den, die zullen bevonden worden schuldig te zijn , aan het ter kwader trouw achterhouden of verduisteren van

goede-16

ren, hun ter bewaring of tot het vervoer toebetronwd, zullen deswege crimineellijk actionabel, en behalve de vergoeding der schade, onderworpen zijn aan zoodanige straffen, als bij de wetten daartegen zijn bepaald.

20. Alle bewaarders en vervoerders van 's Lands goede ren, zijn tot vergoeding gehouden en verpligt, telken reize wanneer door verzuim, gebrek aan voorzorg, dan wel an-derzins door hun toedoen, eenige schade of minderheid aan die goederen onstaat. Mitsdien zal in geen geval, zelfs dan niet wanneer blijken voorhanden zijn, dat er geene kwade trouw heeft plaats gehad, eenige spillagie worden te goed gedaan, zoo niet hij behoorlijk beëedigde verklaring blijkt, dat de mindere hoeveelheid of het bederf is veroorzaakt, buiten toedoen van den bewaarder of overvoerder.

21. Bij bevinding van eenige minderheid of bederf, zullen de bewaarders of vervoerders gehouden zijn, daarvan eene naauwkeurige verklaring aan den Gouverneur, Resident of eerst aanwezige civile autoriteit te geven, met duidelijke aanhaling tevens van de redenen, waaraan zij de minder-heid of het bederf toeschrijven.

22. Voor zoo veel aangaat de Scheepsoverheden, zal de verklaring, in het voorgaande artikel bedoeld, mede moe-ten onderteekend zijn door moe-ten minste twee opvarenden van het schip of vaartuig, met het welk de goederen zijn overgevoerd en in allen geval, door den eersten Officier of Stuurman.

23. De Gouverneurs, Residenten of eerst aanwezige civile autoriteiten, oordcolende dat do opgegeven oorzaken der minderheid of schade, voldoende en aannemelijk zijn , zullen de beëediging der ingeleverde verklaring laten gevolg ne-men, mits de bevonden minderheid of het bederf niet te boven ga de spillagie , bij het ondervolgende tarief toegestaan.

24. De beëediging zal geschieden voor de Plaatselijke Ci-vile autoriteit.

25. De verklaring beëedigd zijnde, door de personen die dezelve hebben gegeven , zal daarop de afschrijving van het mindere of het bedorveno kunnen gevolg nemen.

26. In het tegenovergestelde geval, namelijk, wanneer de Gouverneur, Resident of eerst aanwezige Civile autoriteit, oordeelt, dat de aangegevene redenen voor de minderheid of het bederf onvoldoende en onaannemelijk, dan wel van dien aard zijn , dat meerdere ophelderingen dienaangaande worden vereischt, als ook, wanneer de minderheid of het bederf de toegestane spillagie te boven gaat, zal de verkla-ring worden gesteld in handen eener commissie van onzij dige personen, ten einde summier en met den moesten spoed het noodige onderzoek daarin te bewerkstelligen.

27. De processen-verbaal van het voorschreven onderzoek zullen met de bijlagen, behoorlijk geauthentiseerd , zoo spoedig doenlijk, gezonden worden aan de Hoofddirectie van financiën die dezelve zal examineren, en met hare consideration en advijs, aan den Gouverneur-Generaal aanbieden, om daaro]

verder , naar vereisch van zaken te beslissen.

28. De spillagie zal worden berekend naar het volgende TARIEF.

Voor de Pakhuismeesters en andere bewaarders.

Soort van goederen.

Voor de Scheepsoverheden en andere vervoerders.

Aluin. A . B.

Boter.

D.

Dranken, in bottels of flesschen Dito, in vaatwerk

DEN HANDEL, SCHEEPVAART ENZ., IN NED. OOST-INDIE.

1 2 3

Koper (Japansch). . { pond op ieder kistje wegende 100 Japansche katjes 120|

pd. Amsterdamsen.

N.

Nagelen . . . . I Zie Spece-Noten-mnskaat I rijen.

O.

Olie 8 percent.

P .

Peper. . . ! 2 per 100 pond.

Pik 4 per dito dito.

Poetjoek 3 per dito dito.

Padie 8 per dito dito.

E.

Radix China 2 per dito dito.

Rijst (nieuwe) 50 pond per kaijang.

Dito (overjarige) 100 dito per dito.

S.

Salpeter 4 per 100 pond.

Sappanhout 2 per dito dito.

Slootplaten 1 per dito dito.

Specerijen in soorten, namelijk Nagelen, Noten, Foelie en

Kaneel 1 per dito dito.

Spek (gezouten) 5 per dito dito.

Spijkers 1 per dito dito.

Staal 1 per dito dito.

Suiker (poeder) 3 per dito dito.

Nota. Deze 3 per 100 pond te laten strekken ten faveure van de Scheepsoverheden, bijaldien het bruto ge-wigt der kanassers niet accordeert met het bruto gewigt in het cognossement, doch integendeel ten faveure van de afzenders, wanneer het bruto gewigt accordeert en er echter een verschil in de tarra der kanassers bevonden wordt.

T.

Tamarinde 4 per 100 pond.

Teer 8 per dito dito.

Tin f- per dito dito.

NB. Dit komt ten faveure der afzenders, bijal-dien het getal schuitjes accorderende, bij het nawegen eene minderheid bevonden wordt.

V.

Vleesch (gezouten) 5 per 100 pond.

VV.

Was 3 per dito dito.

I J .

IJzer 1* per dito dito.

Z.

Zout, bij vervoer buiten Java. 8 per dito dito.

Zout, bij vervoer van de eene plaats van Java naar de

andere 5 per dito dito.

Zwavel 5 per dito dito.

29. Alle vergoedingen, zoo wel van minderheden als van bederf, zullen worden berekend naar den uitkoops- of marktprijs, voor de bewaarders ter plaatse alwaar de goe-deren zijn liggende, en voor de vervoerders ter plaatse van de aflevering.

Aldus gearresteerd bij den Gouverneur-Generaal over Nederlandsch-Indië in Rade , den zestienden April des jaars achttien honderd en negentien.

RESOLUTIE van den Gouverneur-Generaal in Bade, van 11 September 1820, n°. 7, bepalende dat mindere uitleve-ring van goederen geene inhouding van vrachtpenningen zal ten gevolge hebben.

Is goedgevonden en verstaan

Eerstelijk. In het algemeen te bepalen, dat, bij vervoer van goederen voor rekening van den Lande, de vrachtgelden

«uilen worden berekend, op de door het schip of vaartuig, volgens de cherte-partij of ander geldig bewijs, ingenomene goederen, zonder dat daarop eenige korting zal worden ge-daan ter zake van bevonden minderheden, hetzij dezelve beneden of boven de toegestane spillage zijn; alles onver-minderd de verpligting der Lands ambtenaren, om, bij de te houden afrekeningen, te zorgen, dat de vorderingen welke het Gouvernement ter zake van vergoedingen of anderzins, op de scheepsoverheden mögt hebben, behoorlijl worden in computatie gebragt.

Ten tweede. Enz.

RESOLUTIE van den Gouverneur-Generaal in Rade, van 7 Maart 1822, n°. 16, houdende ampliatie van het Tarief op de spillaadjen voor scheepsoverheden en andere vervoerders.

Is goedgevonden en verstaan:

Eerstelijk. Enz.

Ten tweede. Bij ampliatie op het Tarief der spillaadjai voor scheeps-overheden en andere vervoerders, gearresteerd bij Resolutie van 16 April 1819, n°. 3 , (Staatsblad n°. 38), te bepalen, dat voortaan van dingding (gedroogd vleesch) zal worden gevalideerd eene minderheid van 5 pond per 100 pond.

RESOLUTDG van den Gouverneur-Generaal in Rade, van 23 September 1823, n°. 8, houdende alteratie van het Re-glement op het berekenen en valideren van spillagien voor de Pakhuismeesters, voor zoo veel het artikel van het Zout betreft.

Is goedgevonden en verstaan, om met alteratie en am-pliatie, in zoo verre, van het Reglement op het berekenen en valideren van spillagien en onderwigten, alsmede van het daaraan geannexeerde Tarief, gearresteerd bij Resolutie van de Hooge Regering, van 16 April 1819, n°. 3 , (Staats-blad n°. 38), te bepalen:

Eerstelijk. Dat aan de Pakhuismeesters bij de Verkoop-pakhuizen van hot Zout, zal blijven toegestaan de bij het Tarief vastgestelde spillagien van 5 percent op het door hen ontvangen en verdebiteerd wordende Zout, en 6 percent wanneer de toevoer van dat artikel met paarden of drung-beesten moet geschieden.

Ten tweede. Dat aan de Pakhuismeesters van de Zout-Hoofddepôts voortaan, in stede van 5 percent, 8 percent

oor spillagie wordt toegestaan, ten einde dezelve tegen de eventuele tekortkoming op dat artikel te dekken.

Ten derde. Dat de Pakhuismeesters, zoo bij de Hoofd-depöts als verkooppakhuizen van het Zout, bij het einde van ieder trimester, de aan hen toegestane spillagie op het Zout, gedurende dat trimester afgescheept of verkocht, zul-len mogen afschrijven, en dat de minderheden, welke bij het ledig vallen of opnemen der pakhuizen zullen worden geconstateerd, alsdan zullen worden geregulariseerd, mits alvorens door den Pakhuismeester, overeenkomstig het be-paalde bij art. 20 van het Reglement op het berekenen en valideren van spillagien en onderwigten, eene beëedigde verklaring worde afgelegd, dat de bevonden minderheid buiten zijn toedoen is veroorzaakt.

Ten vierde. Dat voortaan uit de Hoofddepôts niet dan bij dringende noodzakelijkheid eenig zout zal mogen worden afgescheept, hetwelk minder dan een jaar gelegen heeft.

Ten vijfde. Dat aan de scheepsoverheden, met het ver-voer van Gouvernements zout, zoo op Java en Madura, als op de buiten-etablissementen belast, voortaan 8 percent voor spillagie zal kunnen worden gevalideerd, mits dat voor het overige door hen stiptelijk worden nagekomen de onder-scheidene bepalingen, vervat in meergenoemd Reglement;

wordende mitsdien de civile autoriteiten bij deze nadrukkelijk aangemaand, om van gedachte bepalingen in geenen deelc af te wijken, maar integendeel zorgvuldig acht te slaan, dat van de ruimere tegemoetkoming, bij deze Resolutie toegestaan, zoo door de Scheepsoverheden, als Pakhuis-meesters, geen voor den Lande schadelijk misbruik worde gemaakt.

Ten zesde. Enz.

SPILLAGIE OP WIJNEN EN ANDERE DRANKEN.

Resolutie van den Gouverneur-Generaal ad interim in Rade, van 3 November 1834, n°. 5.

Gelezen, enz. ;

Is goedgevonden en verstaan:

Eerstelijk. Met referte tot de Resolutie van 23 November 1833, n°. 1, (Staatsblad n°. 61), alsnu definitief vast te stellen, de bij art. 2 der Resolutie van 31 October 1833, n°. 1, voorloopig gemaakte bepaling, dat, bij den aanvoer uit Nederland met Nederlandsche schepen, van wijnen en andere dranken, de berekening van spillagie, enz. zal ge-schieden, overeenkomstig het tarief van Inkomende, Uit-gaande en Entrepôt-regten, gearresteerd by de Publicatie van 8 February 1822, (Staatsblad n°. 7).

Ten tweede. Enz.

Extract, enz.

"WETTEN, BESLUITEN EN REGLEMENTEN, BETREFFENDE BEPALINGEN BETREFFENDE DE SCHOLEN

VOOR DE ZEEVAART, ZOO TE

In document F > #* ac gfiti' (pagina 132-136)