• No results found

OVERSCHEPING VAN GOEDEREN OP DE REEDEN, ENZ

In document F > #* ac gfiti' (pagina 66-70)

PUBLICATIE van 12 Mij 1825, waarbij wordt gearres-teerd een Reglement op de Entrepôts en Entrepôts-regten, mitsgaders op de overscheping van goederen op de reeden m Nederlandsch-Indië.

Wij Gouverneur-Generaal van Nederlandsch-Indië in Rade;

Aan allen, die deze zullen zien of hooren lezen, Salut!

doen te weten:

Alzoo Wij in ernstige overweging hebben genomen, en Ons bij ondervinding is gebleken, dat de "Wetten en ver-ordeningen , tot nog toe in Nederlandsch-Indë, met betrek-king tot de Entrepôts-regten, mitsgaders tot de oversche-ping op de reeden, van goederen op het middel der inko-mende en uitgaande regten onderworpen, bestaan hebbende, niet genoegzaam aan derzelver heilzaam oogmerk hebben beantwoord, alsmede dat de bedoelde "Wetten en verorde-ningen, successivclijk geëmaneerd, niet voldoende bekend zijn, om het algemeen, door derzelver duidelijkheid en ver-eenvoudiging die volkomen zekerheid en gerustheid te geven, welke tot uitbreiding en duurzame vestiging van eenen alge-meenen handel, op milde beginselen rustende, en bijzonder tot aanmoediging en faeilitering van den inlandschen handel, gevorderd worde. Zoo is het, dat Wij hebben goedgevonden en verstaan , te arresteren het navolgende :

REGLEMENT op de Entrepôts en de Entrepôts-regten, mitsga-ders op de overscheping van goederen op de reeden, in Ne-derlandsch-Indië.

Art. 1. Van den dag der afkondiging dezer Publicatie worden ingetrokken en buiten werking gesteld alle vroegere Wetten , reglementen, orders en bepalingen, op het stuk der Entrcpôt-regten , zoo wel als op dat der overschepingen op de reeden in Nederlandsch-Indië bestaande, en speciaal die, voorkomende bij het Reglement van 28 Augustus 1818, op het heffen der inkomende en uitgaande regten; bij de Instruction van 30 October daaraanvolgende voor de Water-fiskaals en Ontvangers van hetzelfde middel; bij de Publi-cation van 13 October 1821, 8 February en 9 Julij 1822 en bij de resolutiën van 7 October 1823 , n°. 1 1 , en 2 Novein ber 1824, n°. 16, met de daartoe behoorendo tarieven, en alle andere opgevolgde verordeningen en wijzigingen, hoe ook genaamd, thans nog in Nederlandsch-Indië in vigeur zijnde.

2. Op alle plaatsen in Nederlandsch-Indië , alwaar het belan" van den handel zulks zal vorderen, en geene andere, redenen van gewigt daartegen bevonden zullen worden te bestaan, zullen Entrepôts worden opgerigt.

3. In deze Entrepôts zullen, onder de hierna te melden bepalingen, worden toegelaten allo goederen, zonder onder-scheid , en van waar ook aangebragt wordende , met uitzon-dering alleen van buskruid, schietgeweer en andere vuurwa-penen, voor zoo ver de invoer daarvan, bij publicatie van 28 Mei 1822, is verboden.

4. Voor EntrcpOtregt zal worden betaald één ten hon-derd van den oorspronkelijken factuurprijs der goederen, of bij ontstentenis van zoodanige facturen, volgens de waarde, op welke gelijke goederen het laatst in het Entre pôt zijn ontvangen; dan wel, wanneer de berekening ook op dien voet niet kan geschieden, volgens de waarde van het kostende der goederen op eene verklaring, door den eigenaar der goederen of, in zijnen naam, onder presentie van eede te doen. Het Entrepôt-rcgt zal dadelijk, nadat de goederen in het EntrepOtzijn gekomen, moeten worden voldaan

5. Bovendien zal voor de geëntreposeerde goederen eene billijke pakhuishuur worden betaald, welke nader zal worden geregeld; zullende behalve zoodanige huur, in geen geval, eem<?e kosten van toezigt van die goederen aan do belang-hebbenden mogen worden in rekening gebragt.

6. De ambtenaren, met het op- en toezigt over de Entre-pôts belast, zijn in geenen deele verantwoordelijk voor de goederen, welke in het Entrepôt worden gelegd, ten ware die, door bewezen verzuim, nalatigheid of slordigheid van

die ambtenaren, mogten zijn vermist, bedorven of in waarde verminderd.

7. Geene goederen zullen in het Entrepôt, anders dan op behoorlijke aangifte worden opgenomen , noch zonder zoo-danige aangifte daaruit worden ontslagen. Deze aangiften zullen moeten geschieden, op dezelfde wijze , als voor de In-komende en Uitgaande goederen, bij de Wetten en Regle-menten is bepaald.

8. Er zullen geene goederen in het Entrepôt worden ont-vangen, noch uit hetzelve worden vervoerd of afgegeven, anders, dan bij gehcele balen, pakken, vaten, tonnen of andere fust, manden, kisten of kasten, en zal bovendien uit de Entrepôts geen Invoer mogen geschieden van goede-ren beneden de waarde van Één duizend Indische guldens.

9. Geëntreposeerde goederen kunnen ten allen tijde in hetzelfde Entrepôt, op naam van een' anderen worden over-geboekt ; zij kunnen mede ten allen tijde van het eene En-trepot naar het andere, onder de vereischte zekerheid, wor-den overgebragt, hetzij op naam van wor-den entreposeur of van den nieuwen verkrijger; in beide gevallen zal geen nieuw Entrepôt-regt gevorderd mogen worden, hetwelk slechts een-maal zal behoeven te worden voldaan, zoo lang de goederen in Entrepôt blijven, en niet in- noch uitgevoerd worden.

10. Bij den invoer van geëntreposeerde goederen , zullen dezelve goederen beschouwd worden, als onmiddellijk uit zee komende, en ais zoodanig aan de voldoening der volle in-komende regten onderworpen zijn.

Er zal geen invoer van geëntreposeerde goederen mogen geschieden in havens of andere plaatsen, alwaar de schepen of vaartuigen, met welke die goederen zijn aangebragt, slechts tot het entreposcren van goederen, en niet tot den invoer, volgens do bestaande Wetten, zijn geregtigd.

11. Het Entrepôt is, onder toezigt van de ambtenaren der Inkomende en Uitgaande regten, voor de belangheb-benden toegankelijk op alle dagen, waarop, en gedurende al den tijd dat het kantoor van den Ontvanger, volgens de plaatselijke Reglementen, geopend moet zijn.

12. Op alle plaatsen , waar een Entrepôt nu reeds bestaat of in het vervolg zal worden opgerigt, zal het aan de sche-pen of vaartuigen van alle volkeren en natiën, van waar komende en werwaarts ook bestemd, vrijstaan, tot het los-sen van goederen in entrepôt binnen te loopen en in te kla-ren ; gelijk het ook aan alle schepen en vaartuigen, zonder onderscheid, van nu af aan geoorloofd zal zijn, om op ge-melde plaatsen, zoo wel uit het Entrepot, als daarbuiten, ladingen in te nemen en van daar uit te klaren ; wordende mitsdien bij deze het Reglement van 28 Augustus 1818, op op het heften der Inkomende en Uitgaande regten, mitsga-ders alle andere bestaande, met het hierboven gestatueerde strijdige bepalingen en speciaal die, voorkomende bij de Publicatie van 11 February 1823, in zoo ver ingetrokken en buiten werking gesteld.

13. Behalve de Entrepots, welke nu reeds te Batavia en Riouw bestaan, zal er onverwijld een Entrepot te Anjer, in de residentie Bantam, worden opgerigt.

14. Van de thans geëntreposeerde en nog in entrepôt lig-gende goederen, zal aan de belanghebbenden worden terug betaald, het verschil, hetwelk er bestaat, tussehen de vroeger betaalde Entrepôt-regten, en het regt van één ten honderd bij Publicatie bepaald.

15. De Wetten en Verordeningen thans bestaande op de overscheping van goederen uit het eene schip of vaartuig in het andere op de reeden, en speciaal de bepalingen te dien aanzien, voorkomende bij het Reglement van 28 Augustus 1818, op de heffing der Inkomende en Uitgaande regten, mitsgaders bij de Publicatie van 13 October 1821, worden bij deze ingetrokken en buiten werking gesteld.

16. Voortaan zal het een' ieder vrijstaan, op de reede goederen uit het eene schip of vaartuig in het andere over te schepen, onder de volgende bepalingen:

a. Dat de overscheep niet begonnen, veelmin gedaan worde, anders dan op uitdrukkelijke schriftelijke ver-gunning van den Ontvanger der Inkomende en Uit-gaande regten, aan wien do belanghebbenden tot dat einde eene schriftelijke aanvrage zullen moeten doen, houdende : de namen en vlaggen der schepen of vaar-tuigen , tussehen welke de overscheping geschieden zal;

de namen der Gezagvoerders ; de plaatsen van waar de schepen of vaartuigen gekomen, en die, werwaarts die schepen respectivelijk bestemd zijn: de benaming, hoedanigheid en waarde der over te schepen goede-ren, alsmede de merken, nommers, het gewigt en de

DEN HANDEL, SCHEEPVAART ENZ., IN NED. OOST-INDIE. 55

hoeveelheid der balen , p a k k e n , fusten e n z . , der over te schepen goederen ; de p l a a t s , v a n w a a r die goederen zijn a a n g e b r a g t , en die van derzelver oorspronkelijke bestemming.

b. D a t de overscheping niet geschiede d a n onder het noo-dige toezigt v a n de ambtenaren der I n k o m e n d e en Uit-g a a n d e reUit-gten ; zullende tot dat einde altijd e'e'n der be-eedigde beambten van dat middel bij elke overschepiug tegenwoordig moeten zijn , a a n wien daarvoor een dag-geld v a n tien Indische guldens zal worden t o e g e l e g d , door de belanghebbenden te voldoen.

c. D a t alvorens de overscheping geschiedt, de wegens den overscheep verschuldigde r e g t e n , ten k a n t o r e van den Ontvanger der I n k o m e n d e en Uitgaande regten voldaan zijn, of daarvoor voldoende borgtogt gesteld worde.

17. D e g o e d e r e n , welke op reeden worden overgescheept zullen onderworpen zijn aan de navolgende regten en bepa lingen :

Oorspronkelijk bestemd voor, en geconsigneerd a a n an-dere plaatsen

G O E D E E E N .

Oorspronkelijk bestemd en geconsigneerd, om te wor-den ingevoerd of geëntre-poseord ter p l a a t s e , alwaar het schip of v a a r t u i g , die goederen i n h e b b e n d e , ter reede ligt

Vergezeld v a n een certificaat v a n betaalde r e g t e n , bij derzelver uitvoer v a n Ba-tavia

Komende uit eene der Neder-landsch-Indischc bezittin-gen of h a v e n s , en waarvan de Uitgaande regten ter dier p l a a t s e , onder borgstelling voor dezelve r e g t e n , nfet

zijn voldaan • Bepaalde waarde b e -nedenwelke geene over-scheping

w o r d t toegestaan.

O n b e p .

ƒ2000

O n b e p .

Onbcp.

K E G T E N , te voldoen van de over

gescheept w o r d e n d e goederen;

de overscheep geschie-dende in

Nederl.

schepen.

EntrepOt-regt.

E n t r e p ô t -regt.

Vrij.

Uitgaan-de regten.

Vreemde schepen.

Entrepôt-regt.

Entrcpôt-r e g t .

Verschil van Uit-g a a n d e regten.

Uitgaan-de regten.

1 8 . T e n gerijve v a n den handel zullen al d e reglemen-taire b e p a l i n g e n , a a n welke bij deze Publicatie wordt gere-fereerd, in een afzonderlijk Règlement v e r v a t , en onverwijld ter kennis v a n het publiek g e b r a g t worden.

E n opdat n i e m a n d hiervan onwetendheid v o o r w e n d e , zal deze a l o m , w a a r zulks gebruikelijk i s , worden afgekondigd en a a n g e p l a k t , in de N e d e r l a n d s c h e , Inlandsche en Chine-sche talen.

L a s t e n en bevelen v o o r t s , dat alle hoogere en lagere col-'egiën en a m b t e n a r e n , justicieren en officieren, ieder voor

2oo veel hem a a n g a a t , a a n de naauwkeurige uitvoering

de-Z (* de h a n d zullen h o u d e n , zonder eenige oogluiking of aanzien des persoons.

Gegeven te Batavia, 12 Julij des j aars 1825.

P U B L I C A T D 3 van 9 Augustus 1 8 2 5 , waarbij wordt bepaald dat te S a m a r a n g en te Soerabaija Entrepôts zullen worden opgerigt, en dat de Chinesche jonken op die plaatsen, op gelijken voet als te B a t a v i a , ten handel zullen worden toegelaten.

Wij Gouverneur-Generaal van Nederlandsch-Indië in Sade;

A a n allen, die dezen zullen zien of hooren l e z e n , Salut !

a° e n te weten :

Alzoo bij Onze Publicatie van 12 Julij 11. houdende een Reglement op de Entrepôts en Entrepóts-regten, mitsgaders op de overscheping van goederen op de reeden in Nederlandsch-Indië, is b e p a a l d , dat op alle plaatsen in Nederlandsch-In-dië , alwaar het belang v a n den handel zulks zal vorderen en geene a n d e r e reden van gewigt daartegen bevonden zul-len worden te bestaan , E n t r e p ô t s zulzul-len worden o p g e r i g t , en het Ons , n a rijpe overweging is g e b l e k e n , ter bevorde-ring v a n den handel nuttig en noodzakelijk te zijn, d a t , behalve de E n t r e p ô t s , welke nu reeds te Batavia, te Riouw, en ten gevolge v a n voorschreven P u b l i c a t i e , te Anjer, i n d e residentie Bantam, bestaan , ook op gelijke wijze te Sama-rang en te Soerabaija E n t r e p ô t s worden daargesteld;

E n alzoo Wij tevens in aanmerking hebben genomen de nuttigheid en noodzakelijkheid, om tot verdere opbeuring en bevordering v a n d e n , sedert eenigen tijd meer en meer kwij-n e kwij-n d e kwij-n smallekwij-n hakwij-ndel ekwij-n vaart op Java , ook aakwij-n de Chi-nesche j o n k e n meerdere ruimte toe te staan , d a n a a n dezelve tot dus ver is vergund geworden ;

Z o o is h e t , dat Wij bij Resolutie heden in B a d e v a n I n -die g e n o m e n , hebben goedgevonden en verstaan :

Eerstelijk. N a a r aanleiding v a n art. 2 van het Reglement op de Entrepôts en de Entrepóts-regten, mitsgaders op de overscheping van goederen op de reeden in Nederlandsch-Indië, gearresteerd bij Onze Publicatie van 12 Julij 11., te bepalen, dat te Samarang en te Soerabaija E n t r e p ô t s zullen worden o p g e r i g t , op de bij voorschreven Reglement vastgestelde voorwaarden en verpligtingen.

Ten tweede. Met alteratie v a n art. 4 v a n het R e g l e m e n t op het heffen der Inkomende en Uitgaande regten op Java en Madura,' te b e p a l e n , d a t de Chinesche j o n k e n voortaan te Samarang en Soerabaija, op gelijken voet als te Batavia , ten handel zullen worden toegelaten.

E n opdat niemand onwetendheid v o o r w e n d e , zal deze a l o m , w a a r zulks gebruikelijk i s , w o r d e n afgekondigd en aangeplakt in de Nederlandsche, Inlandsche en Chinesche talen.

L a s t e n en bevelen v o o r t s , dat alle hoogere en lagere collégien en a m b t e n a r e n , justicieren en officieren, ieder voor zoo veel hem a a n g a a t , aan de naauwkeurige uitvoering d e -zer de h a n d zullen h o u d e n , zonder eenige oogluiking of aanzien des persoons.

Gegeven te Batavia, 9 A u g u s t u s des j a a r s 1825.

T A R I E F V O O R D E H E F F I N G V A N P A K H U I S H U U R I N D E E N T R E P O T S .

Resolutie van den Gouverneur-Generaal in Rade, van 14 Mei 1833 , n°. 1.

Gelezen de missive van den Directeur van 's L a n d s mid-delen en d o m e i n e n , d. d. 28 F e b r u a r y 11. n°. 2 2 6 , daarbij enz.;

I s goedgevonden en verstaan : Eerstelijk. E n z .

Ten tweede. T e arresteren het volgende

T A R I E F voor de heffing van pakhuishuur in de de Entrepots van Nederlandsch-Indië.

B E N A M I N G DEK G O E D E R E N .

Amfioen.

' P a t n a . . i Benares . Malva . . Levantsche . Persische .

V o o r welke hoeveelheid.

kist of pikol.

pijp of legger.

Arak on R u m < oxhoofd.

»lOOflesschen.

ipijp of legger.

Azijn ( oxhoofd.

/lOOflesschen.

ipijp of legger.

ß ;e r / oxhoofd.

jlOOflesschen.

Blik I Pi k o 1

-ipijp of legger.

Brandewijn { oxhoofd.

llOOflesschen.

Gambier

P&°1P a k - huis-h u u r per m a a n d

/ ' l

WETTEN, BESLUITEN EN REGLEMENTEN, BETREFFENDE

Kamfer. was en spermacetie Kapas

Katoen (ruwe)

Katoenen goederen (in balen of kisten.)

Wollen goederen (in balen ofkisten).

(pijp of legger,

Goederen in mindere hoeveelheid dan één pikol, één vat enz. zullen niet worden aangenomen, maar slechts bij ge-heele pakkaadje, enz.

De pakhuishuur kan voor niet minder dan eene halve maand berekend worden, en een tijdvak van meer dan vijf-tien, doch minder dan 30 dagen, wordt voor eene maand gerekend.

De goederen zullen niet afgegeven worden, dan navol-doening der pakhuishuur.

Voor goederen die in het Entrepot blijven, moet de pak-huishuur geregeld om de drie maanden betaald worden, zullende dezelve evenwel niet langer dan één jaar in het pakhuis mogen verblijven, zonder verlof van den Directeur.

Voor breuken van minder dan eene halve pikol, zal niets berekend worden; voor eene halve pikol of meerder oen geheele pikol.

Vloeibare goederen in kleinere fustagie dan één oxhoofd zullen betalen naar rato van den inhoud van het vaatwerk' Dranken in mindere hoeveelheid dan lOOflesschen, betalen als volgt:

BEPALINGEN NOPENS H E T IN ENTREPOT OP-SLAAN VAN GOEDEREN EN DE BESCHIKKING DAAROVER, EN OMTRENT DE BETALING VAN PAKHUISHUUR.

Besluit van den Gouverneur-Generaal van Nederlandsch-In~

die' van 21 September 1861, n°. 15.

Gelezen, enz. ;

Den Raad van Nederlandsch-Indië gehoord ; Is goedgevonden en verstaan :

Met ampliatie van het Reglement op de Entrepots en En-trepöts-regten (Staatsblad 1825, n°. 28), en van het voor-geschrevene bij het tarief voor de heffing van pakhuishuur m de Entrepôts (Staatsblad 1833, n°. 27), te bepalen, als volgt:

Art. 1. Overjarige, in liet Entrepot opgeslagene goederen, voor welker langer verblijf in hetzelve, door den Directeur der Middelen en Domeinen, geen verlof is gegeven, als-mede alle geëntreposeerde goederen, hetzij dezelve al dan mei overjarig zijn, en die, volgens verklaring van den En-treposeur en den Ontvanger, uithoofde van derzclver toe-stand, voor de reinheid en zuiverheid van 's Lands pak-huizen , als hinderlijk of schadelijk worden geoordeeld, zul-len , op do schriftelijke aanmaning der administratie, binnen eene maand na de ontvangst derzelvc, behooren ingevoerd, dan wel uit het Entrepot uitgevoerd te worden.

2. De voormelde goederen, na verloop van gemeld tijd-vak, door de belanghebbenden niet uil de pakhuizen ver-wijderd zijnde, zullen de Entrepositarissen door eenen deur-waarder van eene der plaatselijke regtbanken, namens den ontvanger worden gesommeerd, om alsnog binnen 14 da-gen den in- of uitvoer der bedoelde goederen te bewerkstel-ligen, met geregtelijke aanzegging en op straffe, dat, daar-aan met volddaar-aan wordende, de goederen in het openbaar op de gewone wijze zullen worden verkocht, en het provenu daarvan, na aftrek der inkomende regten, verschuldigde pakhuishuur en kosten, bij het vendu-kantoor ter hunner be-schikking zal verblijven.

3. Na verloop van dien tijd zal de ontvanger, op beko-mene autorisatie van denregter, welke op een simpel rekwest en summier onderzoek zal worden verleend, doen overgaan tot den publieken verkoop der alsdan nog in de pakhuizen on-wettig verbleven goederen, waarna met het provenu der-zelve zal worden gehandeld, zoo als bij het voorgaand ar-tikel is gezegd.

4. Met betrekking tot geheel bedorvene en mitsdien on-bruikbare geëntreposeerde provision en dranken, zal moeten gehandeld worden overeenkomstig het bepaalde bij art. 1, 2 en 3 van het Reglement op den verkoop van bedorvene goederen (Staatsblad 1818, n°. 9), en zal de vernietiging van zoodanige voorwerpen immer, zoo spoedt doenlijk"

plaats moeten vinden. ' De voor geëntreposeerde goederen verschuldigde

driemaan-dchjksche pakhuishuur, niet binnen den tijd van ééne maand, na het einde van ieder kwartaal aangezuiverd zijnde, zal de Entrepositaris door of namens den ontvanger, door eenen deurwaarder worden gesommeerd om die betaling binnen den tijd van 14 dagen te doen plaats vinden, met geregtelijke aanzegging, dat, bij niet voldoening daaraan, zoo veel van de geëntreposeerde goederen , waarvoor pakhuishuur verschul-digd is, des verlangende ter keuze van den Entrepositaris, m het openbaar zullen worden verkocht, als noodig zal worden bevonden voor de voldoening van pakhuishuur, in-komende jegten en kosten.

6. De autorisatie tot zoodanige» gedeeltelijken verkoop, zal op dezelfde wijze, als bij art. 3 is bepaald, van den regter gevraagd en door denzelven verleend moeten worden, en het meerdere provenu van dien verkoop, ter beschikking der belanghebbenden verblijven.

7. De opveiling der goederen, in de twee hierboven be-doelde gevallen, zal niet anders kunnen plaats vinden dan bij geheele balen, pakken, vaten, tonnen of andere fust, manden, kisten of kasten.

8. De bovenvermelde bepalingen zijn ook toepasselijk op zoodanige goederen, welke, uit hoofde van dcrzelvcr on-bekendheid , of om eenige andere reden, door de adminis-tratie in bewarenderhand moeten genomen, en mitsdien in de Tol-pakhuizen gedeponeerd worden, met dien verstande nogtans, dat indien de eigenaren of consignatarissen onbe-kend zijn, de bij art. 1, 2 en 5 bedoelde aanmaningen en sommation zullen geschieden door middel eener oproe-ping in de Javasche Courant, terwijl ook voor zoodanige goederen, de bij art. 5 bepaalde termijn, voor de betaling der pakhuizen, uiterlijk op zes maanden wordt gesteld.

DEN HANDEL, SCHEEPVAART ENZ., IN NED. OOST-INDIE, 57

R E C T I F I C A T I E VAN H E T TABIEE VOOR D E H E F F I N G VAN PAKHÜTSHUUB, IN DE

EN-TREPOTS VAN NEDERLANDSCH-INDIE.

Besluit van den Gouverneur-Generaal van Nederlandsch-Indie van 20 December 1838, n°. 9.

Gelezen, enz.;

Is goedgevonden en verstaan :

Bij rectificatie der drukfeil, ingeslopen bij de insertie in het Staatsblad van 1833, n°. 27, van bet tarief voor de hef-fing van pakaiüshuur in de entrepôts van Nederlandsch-Indië',l

gearresteerd bij de Resolutie van 14 Mei 1833, n°. 1, te verklaren, dat het daarbij gestelde, betrekkelijk de p'ak-huishuur voor amfioen, moet worden gelezen als volgt:

Benaming der goederen.

Amfioen.

' Patma, l Benaris,

Malva,

| Levantsche,

! Perzische,

Voor welke hoeveelheid.

i kist . . of pikol .

Pakhuishuur per maand.

f 1.00

„ 0.75

3

In document F > #* ac gfiti' (pagina 66-70)