Vraag nr. 150 van 11 januari 2000
van de heer JOHAN MALCORPS
Voorstedelijk tramnet Antwerpen – Planning Tijdens de begrotingsbesprekingen toonde de mi-nister zich voorstander van een snelle realisatie van voorstedelijke tramverbindingen tot een eerste gordel rond Antwerpen.
1. Ten noorden van Antwerpen wordt nu blijkbaar op korte termijn werk gemaakt van de verlen-ging van tramlijn 3 tot aan het kruispunt Breda-b a a n-HorsteBreda-baan op het grondgeBreda-bied van Scho-t e n . Men zou daarbij de middenberm van de Bredabaan volgen en een park-a n d-ride aanleg-gen ter hoogte van de Maxi GB en het vermelde kruispunt.
In vroegere plannen van De Lijn was er ech-ter ook sprake van de doortrekking van een sneltramlijn tot Brasschaat (zuin o o r d-(oost)-as).
Op welke termijn is de verlenging tot aan de Horstebaan gepland ?
Bestaan er ook concrete plannen voor een doortrekking over de Bredabaan tot in Bras-schaat ? Zo ja, aan welke termijn wordt er ge-dacht voor deze verlenging ? Zijn er al tracés uitgewerkt ?
Wat is het geplande eindpunt, ervan uitgaande dat de tram de Bredabaan blijft volgen ? Werd terzake vooraf met de omwonenden over-leg gepleegd ?
2. De minister kondigde ook aan dat ook wordt gedacht aan het doortrekken van een snelle tramlijn via de Noorderlaan tot in Ekeren (zuid-noord(west)-as).
Hoe concreet zijn deze plannen ? Aan welke termijn wordt hier gedacht ?
Is er al een voorstel van tracé en zo ja, welk ? Tot waar in Ekeren zou deze tramlijn lopen ? Wordt daarbij in een park-and-ride voorzien ? Bestaan er plannen om deze lijn later verder door te trekken tot in Stabroek ?
Werd de verlenging via de Kapelsesteenweg tot in Kapellen inderdaad afgevoerd, wegens prak-tisch onuitvoerbaar ?
3. Ideaal zou zijn dat er een evenwichtig net ont-staat met een fijnmazige bediening van de ver-schillende Ekerse wijken en een snelle aan-en afvoer richting Antwerpaan-en aan-en terug via de hoofdassen (trein en tram), met vlotte overstap-mogelijkheden.
Wat zijn de beleidsuitgangspunten van de minis-ter minis-terzake ?
In welke mate wordt bijvoorbeeld de planning van een snelle tramverbinding tot in Ekeren af-gestemd op de bestaande treinverbinding via lijn 12 en de dienstverlening in het station van Ekeren ?
In welke mate wordt verder ook aandacht be-steed aan de verbetering van de dienstverlening met bussen in de diverse Ekerse hoofdstraten ( E k e r s e s t e e n w e g, K l o o s t e r s t r a a t , D r i e h o e k-s t r a a t , Veltwijcklaan) en de verk-schillende woon-wijken (Rozemaai, Laar en andere) ?
Antwoord
De Lijn-Antwerpen heeft in samenwerking met de afdeling Wegen en Verkeer een visie ontwikkeld voor het creëren van stamlijnen. De stamlijnen zul-len de basis vormen voor het openbaarvervoeraan-bod in de gehele regio, en in het bijzonder voor het voorstedelijk tramnet.
Dit past binnen de globale visie van de afdeling Wegen en Ve r k e e r, bekend als het "Masterplan" voor de provincie A n t w e r p e n . Het "Masterplan" is, wat het openbaarvervoeraanbod betreft, g e b a s e e r d op de Dimarsostudie van 1990, die op dit ogenblik wordt geactualiseerd met een uitgebreid reizigers-onderzoek op de in de stad Antwerpen penetreren-de streeklijnen.
De resultaten van dit onderzoek zullen onder an-dere worden gebruikt om het Multimodaal Model te calibreren, dat dan zal dienen om de op basis van de Dimarsostudie gedefinieerde prioriteiten opnieuw te toetsen.
kader van de uitbouw van het voorstedelijk net, zoals opgenomen in het "Masterplan" voor de korte en middellange termijn.
Volgens het "Masterplan" behoort de uitbrei-ding tot Brasschaat tot de mogelijkheden op lange termijn voor de tweede gordel, maar dient zulks verder te worden onderbouwd. Een raad-pleging van de omwonenden, die deel uitmaakt van het onderzoek voor het maatschappelijk draagvlak van het project, is nog niet gebeurd. 2. De uitbouw van een stamlijn tot voorbij Ekeren
is opgenomen in het plan van De Lijn-Antwer-pen en past in de uitbreiding naar de eerste gor-d e l . Een vergor-der uitbreigor-ding tot gor-de tweegor-de gorgor-del (Stabroek) behoort op lange termijn tot de mo-g e l i j k h e d e n , maar moet verder worden onder-bouwd.
Het tracé richting Ekeren wordt gefaseerd uit-g e v o e r d . Eerst komen de Leien aan bod, v e r v o l-gens het gedeelte tot de Noorderlaan, w i j k Luchtbal (Punt aan de Lijn), waarna een aan-sluiting over de Noorderlaan tot Ekeren ge-pland is. Het verdere tracé is nog niet bepaald, met uitzondering van het tracé over de Noor-derlaan tussen de Groenendaallaan en de Pro-vinciale Politieschool (kazerne Luchtbal). De openbaarvervoerrelatie tussen Kapellen en Antwerpen kan op twee wijzen worden gereali-seerd : ofwel door de NMBS via lijn 12, met een aangepast model van voorstedelijk vervoer, ofwel met een voorstadstramlijn. Overleg hier-over met de NMBS is aan de gang. Het voorzien in een park & ride is opgenomen in het "Mas-terplan" en is gekoppeld aan de uitbouw van het voorstedelijk trein- en tramnet, waarvan de locatie nog moet worden bepaald.
3. Op dit ogenblik worden de verschillende wijken van Ekeren bediend met de lijnenbundel 70. Vanaf het centrum van Ekeren zijn deze lijnen georiënteerd op het centrum van A n t w e r p e n , wat een hoge frequentie garandeert.
Het treinaanbod, dat in de nabije toekomst zal worden gewijzigd in het noorden van A n t w e r-p e n , zal worden onderzocht met het oog or-p de heroriëntering van het openbaar vervoer. Sinds kort verbindt lijn 78 alle woonkernen, a t-t r a c t-t i e p o l e n , d i e n s t-t e n c e n t-t r a , . . . t-ten noordoost-ten van Ekeren met elkaar. Binnen de budgettaire mogelijkheden werd gelijktijdig het aanbod in de gehele regio aangepast aan de reële
behoef-t e n . Dibehoef-t had een behoorlijke reizigerswinsbehoef-t behoef-tobehoef-t gevolg.
