• No results found

Vraag nr. 119 van 18 februari 2000 van de heer JOHAN MALCORPS

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 119 van 18 februari 2000 van de heer JOHAN MALCORPS"

Copied!
5
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 119 van 18 februari 2000

van de heer JOHAN MALCORPS

Union Minière Hoboken – Milieu en gezondheid Uit onderzoek van wetenschappers verbonden aan de Universiteit Antwerpen (UA) blijkt dat eier-schalen van koolmezen in de omgeving van Union Minière (UM) in Hoboken veertig keer meer lood (Pb) bevatten dan hun soortgenoten op de campus van de UA in Wilrijk (Ecotoxicology and Environ-mental Safety, v 4 4 ,n l , september 1999, b l z . 8 1 - 8 5 ) . In de schalen werd ook veel meer cadmium (Cd), zink (Zn) en koper (Cu) aangetroffen.

De vervuiling met zware metalen had ernstige ge-volgen voor de voortplanting van de vogels : v e e l eieren kwamen niet eens uit en er was een afname van het aantal eieren. De onderzoekers willen nu de gevolgen voor het immuniteitssysteem en de spermakwaliteit van de vogels onderzoeken. M e n sluit naar verluidt niet uit dat vergelijkbare resulta-ten kunnen worden gevonden bij de omwonenden van Union Minière.

Uit de laatste monitoringgegevens door de V M M (Vlaamse Milieumaatschappij) van de verontreini-ging van de omgeving van de UM-vestiverontreini-ging in Ho-boken (cf. Jaarrapport 1998, E r e m b o d e g e m , j u n i 1999) bleek dat voor '98 de looddepositie op jaar-basis zowel boven de richt- als de grenswaarde uit-k w a m . De gemiddelde deposities op jaarbasis van alle zware metalen namen af ten opzichte van 1997. Voor arseen (As) nam het jaargemiddelde echter t o e. In 1998 werden ook sterk verhoogde dioxine-deposities gemeten.

De resultaten van het onderzoek naar zware meta-len in grasculturen bevestigen de stijgende trend van de laatste jaren voor de concentraties die wor-den gemeten van lood en koper. Ook voor de lood-uitval op groenten werden er normoverschrijdin-gen opgetekend op de proefvelden. Gezien de hoge concentraties aan looduitval is het niet moge-lijk veilig bladgroenten te telen. Ook uit een onder-zoek van bodemstalen in opdracht van het stadsbe-stuur van Antwerpen (dat half december vorig jaar werd bekendgemaakt) blijkt dat het cadmiumge-halte in Hoboken en Wilrijk tot aan de Boomse-steenweg te hoog is om bladgroenten te telen.

Het meest zorgwekkende ten slotte zijn en blijven de metingen van te hoge gehaltes aan lood in het bloed en loodstof op de handen van kinderen in de M o r e t u s w i j k . Hoewel het loodpercentage in het bloed van de kinderen de laatste jaren is gedaald,

meet men nog altijd het dubbele van de toegelaten g r e n s w a a r d e n . Daarnaast is er ook het onderzoek van lokale huisartsen die in de wijken Moretusburg en Vi n k e v e l d e n , op basis van een eigen registratie van kankers, op een gemiddelde uitkomen van 550 kankers per 100.000 inwoners (tegenover een ge-middelde van 340/100.000 in het Vlaamse gewest).

Door de opstart van de nieuwe "Smelter 2000" zou de uitstoot van zware metalen in de lucht moeten afnemen en door de sanering van het ertsenpark aan de Curiestraat zou de stofoverlast in de wijk sterk moeten verminderen. De bodemsanering op het bedrijfsterrein valt onder de afspraken ge-maakt in het convenant tussen het gewest en het bedrijf voor al zijn vervuilde sites. Op basis van een beschrijvend bodemonderzoek moet een bodemsa-neringsproject worden opgemaakt. Wat de sanering van de gronden buiten het bedrijfsterrein zelf be-treft (bv. M o r e t u s b u r g, maar ook Kruibeke) is de aansprakelijkheid van het bedrijf niet duidelijk. Men houdt het op een onderzoek (samen met OVAM en het LUC) naar alternatieve sanerings-technieken om de zware metalen in de bodem te i m m o b i l i s e r e n , zoals bijvoorbeeld het gebruik van koolzaadplanten of de inzet van beringiet (LUC : Limburgs Universitair Centrum).

Ten slotte blijkt uit een intern onderzoek van UM zelf naar de verontreiniging van bodem en grond-water op haar belangrijkste sites, dat de bodemsa-neringsnormen voor bodem en grondwater over-schreden zijn voor de waarden aan arseen, c a d m i-um, koper en lood.

Opmerkelijk is echter vooral de vaststelling dat het belangrijkste probleem van aantasting van bodem en grondwater gesitueerd is in de omgeving van het bedrijfsterrein. Men stelt vast dat voor lood en arseen de saneringsnormen ver overschreden zijn in de wijken Moretusburg en Vi n k e v e l d e n . Vo o r cadmium strekt de vervuilde zone zich verder uit : 1,5 km in westelijke richting en 2 km in noordoos-telijke richting. Het Sorgvliedtpark wordt bedreigd. De situatie van het grondwater noemt men zorg-w e k k e n d , maar niet dramatisch. De vervuiling zou niet doordringen tot ondergrondse waterlagen. H e t grondwater mag in geen geval worden gebruikt. Men vraagt zich af of er geen informatiecampagne nodig is (Environmetal Situation of UM sites, e x e-cutive summary, Woluwe, 20.12.1995).

(2)

b) Verwacht de minister resultaten die uitsluit-sel kunnen geven m.b. t . de risico's voor de i m m u n i t e i t , de vruchtbaarheid of kanker, zoals hierboven aangehaald ? Of worden na dit eerste verkennend onderzoek specifieke vervolgonderzoeken gepland ?

2. Zowel de administratie Milieu-, L a n d - ,N a t u u r-en Waterbeheer (Aminal), de stad A n t w e r p e n als het bedrijf zelf voeren metingen uit van dioxines en van zware metalen in bodem en straatstof.

a) Is er overeenstemming tussen de verschillen-de meetgegevens ?

b) Kan de minister de meest recente gegevens meedelen m.b. t . de neerslag van dioxines, zware metalen in de bodem, zware metalen in straatstof ?

c) Is er vanuit Aminal een objectieve controle geweest van de uitstoot van de nieuwe smel-t e r, of blijfsmel-t men afhankelijk van hesmel-t zelfcon-troleprogramma van het bedrijf ? Zo ja, w a t waren de resultaten van de A m i n a l -controle ?

3. a) Hoever staat het met het bodemsanerings-project op de bedrijfsterreinen van UM Ho-boken ?

Hoever staat het met de voorbereiding van de sanering van de omgeving ?

Zijn er dwingende termijnen opgelegd ?

b) Wie is financieel verantwoordelijk voor de sanering in de woongebieden ? Blijkbaar is hierrond betwisting tussen de Openbare A f-valstoffenmaatschappij voor het Vlaams Ge-west (OVAM) en UM ?

c) Is UM saneringsplichtig op de vervuilde gronden buiten het bedrijf ?

Is het voor de minister aanvaardbaar dat in het kader van het raamakkoord tussen OVAM en het Vlaams Gewest afbreuk zou worden gedaan aan de volledige sanerings-plicht van het bedrijf voor vervuilde gronden buiten de bedrijfsterreinen ?

4. a) Heeft de overheid zicht op de ernst van de vervuiling van het grondwater in de omge-ving van UM Hoboken ?

b) Klopt het dat de 30 à 40 meter dikke Boom-se kleilaag de meeste zware metalen tegen-houdt ?

c) Wordt er geïnvesteerd in een extra drainage van met zware metalen aangerijkt regenwa-ter dat dreigt af te spoelen naar de Schelde ?

d) Is er nood aan bijkomende maatregelen om een verdere verspreiding van de verontreini-ging te voorkomen ?

e) Wie is financieel verantwoordelijk voor de oplossing van dit probleem ?

N.B. Deze vraag werd eveneens gesteld aan me-vrouw Mieke Vo g e l s, Vlaams minister van Welzijn, Gezondheid en Gelijke Kansen.

Antwoord

1. Hiervoor verwijs ik naar het antwoord van me-vrouw Mieke Vo g e l s, bevoegd voor Gezond-heid.

2. a) Recente meetgegevens dioxines

Al de dioxinedepositieresultaten worden hieronder in tabelvorm weergegeven.

Meetplaats Dioxinedepositie in pg TEQ/m2dag

Apr-mei Okt-nov Apr-mei Okt-nov

98 98 99 99 Hoboken 1 31 32 16 11 Hoboken 2 30 13 Hoboken 3 8,2 9,8 Hoboken 4 7,4 Hoboken 5 12 Hoboken 6 5 Kruibeke 6,8

(3)

De metingen werden in 2000 voortgezet. Te-vens werden dioxineconcentratiemetingen georganiseerd en op één plaats dioxinedepo-sitiemetingen over een volledig jaar. D e VMM en het bedrijf hebben afgesproken hun onderlinge meetresultaten van dioxines in de loop van het najaar van 2000 te bespre-ken.

– Wat deposities van dioxines betreft, w o r-den de metingen niet door de vermelde actoren uitgevoerd, maar wel door de Vlaamse Milieumaatschappij. De resulta-ten daarvan zijn hierboven uitvoerig weergegeven.

– Wat de zware metalen in de bodem be-t r e f be-t , wordbe-t verwezen naar punbe-t 3, a : er is een oriënterend onderzoek uitgevoerd door het bedrijf : de bodemtoestand zal nader worden omschreven in het beschrij-vend onderzoek.

Animal (AMI) heeft geen metingen uit-gevoerd naar zware metalen in de bodem. (AMI : afdeling Milieu-inspectie – red.) – Wat de zware metalen in het straatstof

b e t r e f t , wordt opnieuw verwezen naar de metingen van het VMM-meetnet.

Aminal (AMI) heeft evenmin metingen uitgevoerd naar zware metalen in het s t r a a t s t o f. De stad Antwerpen anderzijds heeft metingen laten uitvoeren (door PIH) in tuintjes op grotere afstand van het bedrijf ; de resultaten hiervan zijn be-s c h i k b a a r, doch nog niet in een eindrap-port gegoten. ( P I H : P r ovinciaal Instituut voor Hygiëne – red.)

b) Recente meetgegevens zware metalen in neervallend stof

Vanaf het voorjaar 1997 wordt in Hoboken met de Vlarem Titel II-meetstrategie "uitge-breid meetnet" gemeten. Een dertigtal krui-ken werden volgens een welbepaalde strate-gie geplaatst. De grens- en richtwaarden die voor lood en cadmium in Vlarem Titel II werden opgenomen, zijn gekoppeld aan de metingen met NILU-kruiken volgens deze welomschreven meetstrategie.

De looddeposities in Hoboken liggen hoog. Het gemiddelde – over alle kruiken bere-kend – bedraagt 3,66 mg/m2d a g. Dit is een

stabiele trend ten opzichte van het kalender-jaar 1998. De grenswaarde van 3 mg/m2d a g wordt op 18 van de 31 individuele kruiken in Hoboken overschreden. De richtwaarde, vooropgesteld in Vlarem Titel II en die 0,250 m g / m2 dag bedraagt, wordt slechts in twee verafgelegen (1000 m) kruiken gerespec-teerd.

Na afloop van de sanering die het bedrijf momenteel uitvoert, dienen gedurende een jaar metingen te worden uitgevoerd om na te gaan of in de toekomst de grenswaarde voor de Pb-depositie uit Vlarem zal kunnen wor-den gerespecteerd.

De in 1999 gemeten Cd-depositie neemt toe ten opzichte van 1998. De richtwaarde voor c a d m i u m , vooropgesteld in Vlarem Titel II en die 0,020 mg/m2dag bedraagt, wordt op 27 van de 31 individuele kruiken in Hoboken o v e r s c h r e d e n , alsook in Kruibeke. Het – voor Hoboken berekende – gemiddelde be-draagt 0,065 mg/m2dag en overschrijdt daar-bij in het kalenderjaar 1999 de vooropgestel-de richtwaarvooropgestel-de voor Cd.

De in 1999 gemeten Zn-depositie neemt toe ten opzichte van 1998, die van As is stabiel ten opzichte van 1998 en die van Cu daalt ten opzichte van 1998. Voor deze elementen zijn er geen grens- of richtwaarden opgeno-men in het Vlarem II.

c) De metingen van de uitstoot van de nieuwe smelter worden opgenomen in het zelfcon-t r o l e p r o g r a m m a . De afdeling Milieu-inspec-tie heeft tot op heden geen controle uitge-voerd van de uitstoot van de nieuwe smelter. Naar analogie van de bestaande labocontrac-ten voor het analyseren van afvalwaters en a f v a l s t o f f e n , werkt AMI momenteel aan het uitwerken van een labocontract ten behoeve van luchtemissiemetingen. AMI engageert zich om zodra het contract operationeel is, vermoedelijk juni 2000, zelf metingen te laten uitvoeren op de nieuw smelter. D e z e metingen zullen bestaan uit een driedaagse m e e t c a m p a g n e. Deze controlemeting komt bovenop het zelfcontroleprogramma.

(4)

OVAM bezorgd, doch deze werden niet con-form verklaard. Gelet op het complexe ka-rakter van de verontreiniging werd op 5 ja-nuari 2000 een nieuw voorstel van beschrij-vend bodemonderzoek aan de OVAM be-zorgd.

Op 3 februari 2000 heeft OVAM dit voorstel van beschrijvend bodemonderzoek conform v e r k l a a r d . Voor de bodem heeft dit beschrij-vend bodemonderzoek betrekking op de zone van het bedrijfsterrein en voor het grondwater zal het de zone van het bedrijfs-terrein en de verspreiding naar de omgeving onderzoeken.

Op basis van dit conform verklaarde voorstel van beschrijvend bodemonderzoek dient een erkende bodemsaneringsdeskundige het be-schrijvend bodemonderzoek uit te voeren. Op basis van het conform verklaarde be-schrijvend bodemonderzoek zal, gesteund op objectieve criteria, een prioriteitsbepaling van de sanering worden vastgelegd.

Als bijlage en losstaand van dit beschrijvend bodemonderzoek zal Union Minière op vrij-willige wijze al haar bestaande kennis bezor-gen met betrekking tot bodemverontreini-ging in de omgeving. Hiertoe zal Union Mi-nière risicogerichte isocontourlijnen van de bodemverontreining in de omgeving uitzet-ten op kaart, en de beschikbare data- en ana-lysegegevens evenals de uitgevoerde risico-evaluaties bezorgen aan de OVAM als bijla-ge van het beschrijvend bodemonderzoek.

b) De kosten voor de sanering in de woonge-bieden dienen te worden gedragen door de s a n e r i n g s a a n s p r a k e l i j k e. Indien een sane-ringsplichtige kosten maakt overeenkomstig artikel 10 van het bodemsaneringsdecreet, kan deze van de saneringsaansprakelijke, zoals aangegeven is in artikel 32 van het bo-d e m s a n e r i n g s bo-d e c r e e t , een voorschot vorbo-de- vorde-ren of een financiële zekerheid eisen.

c) De kosten voor de sanering in de woonge-bieden dienen te worden gedragen door de s a n e r i n g s a a n s p r a k e l i j k e. Indien een sane-ringsplichtige kosten maakt overeenkomstig artikel 10 van het bodemsaneringsdecreet, kan deze van de saneringsaansprakelijke, zoals aangegeven is in artikel 32 van het bo-d e m s a n e r i n g s bo-d e c r e e t , een voorschot vorbo-de- vorde-ren of een financiële zekerheid eisen. A r t i k e l 1 0 , § 1 van het bodemsaneringsdecreet

ver-meldt dat de verplichting om tot bodemsane-ring over te gaan, rust op de grond waar de verontreiniging totstandkwam. Met andere w o o r d e n , indien verontreiniging aangetrof-fen buiten de eigen bedrijfsgrond totstand-kwam op de terreinen van UM, dan rust de verplichting tot bodemsanering bij UM.

De OVAM wil er duidelijk op wijzen dat in het raamakkoord "geïntegreerde uitgangs-punten met betrekking tot bodemsanering van de in het Vlaams Gewest gelegen Union Minière-vestigingen" staat vermeld dat : " e r op geen wijze kan afbreuk gedaan worden aan de bepalingen van het bodemsanerings-d e c r e e t , hetgeen onbodemsanerings-dermeer betekent bodemsanerings-dat verontreinigde gronden waar overeenkom-stig het bodemsaneringsdecreet een sanering noodzakelijk is, ook effectief moeten worden gesaneerd conform de bepalingen van het bodemsaneringsdecreet."

4. a) Het beschrijvend bodemonderzoek dat zal worden uitgevoerd op basis van het boven-vermeld conform verklaarde voorstel van beschrijvend bodemonderzoek heeft onder andere tot doel de ernst van de grondwater-verontreiniging vast te stellen. Het beoogt een beschrijving te geven van de aard, h o e-v e e l h e i d , concentratie en oorsprong e-van de verontreinigde stoffen of organismen, de mo-gelijkheid op verspreiding ervan en het ge-vaar op blootstelling eraan van mensen, planten en dieren en van het grond- en op-p e r v l a k t e w a t e r, evenals een op-prognose van de spontane evolutie van de verontreiniging naar de toekomst toe.

b) In het beschrijvend bodemonderzoek zal worden nagegaan hoever de grondwaterver-ontreiniging zich heeft verspreid, en dit zowel in horizontale als in verticale zin. O p basis van deze gegevens zal dan ook blijken of de Boomse kleilaag als afperking in de diepte kan worden beschouwd.

(5)

versprei-ding van de verontreiniging in de richting van de wijk tegen te gaan.

e) Conform artikel 10, § 1 van het bodemsane-ringsdecreet rust de verplichting om tot bo-demsanering over te gaan bij UM, indien de verontreiniging tot stand kwam op de terrei-nen van UM.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Sinds enige jaren worden gemeenten aangemoe- digd om met De Lijn en het Vlaams Gewest mobi- liteitsconvenants af te sluiten, teneinde tot een planmatiger en

Gratis openbaar vervoer -12-jarigen – Gent-Eeklo Het aanbieden van gratis openbaar vervoer voor -1 2-jarigen en 65-plussers is zich gradueel aan het voltrekken in de

Deze werken werden aanbesteed op 23 november 1999 en zullen worden uitgevoerd in de maanden mei, juni en augustus 2000..

Op het driejarenprogramma 2000-2002 is er, b e- houdens het complex N49-R4 in Zelzate (2001), de fietsersbrug ter hoogte van Aalstgoed in Eeklo (aanbesteed) en het complex

Het is inderdaad zo dat het recht van voorkoop, i n- geschreven in de akte plus het bijbehorende bestek NM/V 64, nog steeds – uiteraard voorzover het voorkooprecht in de akte

Het vervoer- en containerbedrijf is een hin- derlijke inrichting klasse 2. Deze activiteit is sinds 31 december 1998 volledig stopgezet in de Nonnenstraat. De activiteit werd

Aangezien de activi- teiten van de firma al meer dan een jaar zijn stop- g e z e t , de sloping is aangevat en normaal gezien geen nieuwe vergunningen voor soortgelijke

Het onderzoek van het loodgehalte in het bloed is opgestart in 1978 en loopt nog steeds. De medische werkgroep "lood Hoboken" spreekt zich steeds in het voor- en najaar uit