• No results found

Vraag nr. 267van 28 juni 1996van de heer ETIENNE VAN VAERENBERGH

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 267van 28 juni 1996van de heer ETIENNE VAN VAERENBERGH"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 267 van 28 juni 1996

van de heer ETIENNE VAN VAERENBERGH Huisvestingsbeleid Vlaams-Brabant – Inventaris bouw-percelen

In antwoord op mijn schriftelijke vraag van 28 maart 1996 aan minister Leo Peeters zei de minister dat er geen specifieke inventaris bestaat van het aanbod van bouw- en woongelegenheden in Vlaams-Brabant (vraag nr. 66 – Leo Peeters, Bulletin van Vragen en Antwoorden nr. 11 van 15 april 1996, blz. 578).

Zonder een geregeld geactualiseerde inventaris van bouwpercelen is geen echt woonbeleid, en overigens ook geen industrie- of open-ruimtebeleid mogelijk. Dit is des te noodzakelijker in de Vlaams-Brabantse Rand, die kampt met sociale verdringing en verfran-sing.

De bevoegde Vlaamse administratie zou daarvoor bij-voorbeeld kunnen samenwerken met de Gewestelijke Ontwikkelingsmaatschappij Vlaams-Brabant (GOM) en de intercommunales Haviland en Interleuven. Zijn er sedertdien initiatieven genomen ? Zo neen, bestaan er plannen in die richting, eventueel in samen-werking met Ruimtelijke Ordening ?

N.B. : Deze vraag werd eveneens gesteld aan de heer Leo Peeters, Vlaams minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Stedelijk Beleid en Huisves-ting.

Antwoord

Alle gemeentebesturen zijn ingevolge het koninklijk besluit van 8 januari 1980 (Belgisch Staatsblad 21 februari 1980), verplicht een inventaris van de onbe-bouwde percelen bij te houden.

Op mijn initiatief heeft de Vlaamse regering op 24 juli 1996 een besluit van de Vlaamse regering houdende de tegemoetkoming van het Vlaams Gewest voor maatre-gelen in het kader van het grond- en pandenbeleid, goedgekeurd.

Dit besluit stelt subsidies in voor initiatieven in het kader van het grond- en pandenbeleid, onder meer voor de gemeentelijke inventaris van onbebouwde per-celen. Om de gemeenten te stimuleren tot het actuali-seren van de inventaris van onbebouwde percelen en deze inventaris jaarlijks bij te werken, werd een tege-moetkoming van het Vlaams Gewest ingesteld.

Als deze inventaris is opgemaakt overeenkomstig de bepalingen van het koninklijk besluit van 8 januari 1980 betreffende de inventaris van onbebouwde perce-len in verkavelingen en in woongebieden gelegen in het Vlaams Gewest, bedraagt de tegemoetkoming 50.000 frank, vermeerderd met 10 frank per perceel dat opge-nomen is in de eerste nieuwe geactualiseerde inventa-ris.

In afwijking van de bepalingen van het vermelde besluit kan de geactualiseerde inventaris echter op geautomatiseerde wijze worden opgemaakt, met dien

verstande dat de op te nemen gegevens dezelfde zijn en dat de weergave van die gegevens vormelijk gelijkaar-dig is met het door het vermelde besluit geregelde steekkaartensysteem. In geval van een dergelijke geau-tomatiseerde inventaris bedraagt de tegemoetkoming 100.000 frank, vermeerderd met 20 frank per perceel dat opgenomen is in de eerste nieuwe geactualiseerde inventaris.

Voor de jaarlijkse bijwerking van de inventaris wordt een tegemoetkoming toegekend van :

– 10.000 frank voor een gemeente met een inventaris van minder dan 1.000 onbebouwde percelen voor de bijwerking ;

– 25.000 frank voor een gemeente met een inventaris van 1.000 of meer, maar minder dan 2.000 onbe-bouwde percelen voor de bijwerking ;

– 50.000 frank voor een gemeente met een inventaris van 2.000 of meer onbebouwde percelen voor de bijwerking.

Daarnaast worden de vijf Vlaamse provincies aange-moedigd om samen te werken om een eenvormige methode te ontwikkelen voor de registratie van de gegevens met het oog op de uitbouw van een grond- en pandenbank. Hiervoor is een tegemoetkoming van 500.000 frank vastgelegd.

Het grond- en pandenbeleid is een belangrijk instru-ment voor de ruimtelijke ordening. De inventarisatie van de onbebouwde percelen vormt hiervan een essen-tieel onderdeel.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

In haar memorandum aan de Vlaamse regering van 20 september 1995 pleit de bestendige deputatie van de provincie Vlaams-Brabant voor het opzetten van een inventarisatieproject inzake

Voor de aanwerving van contractueel personeel voor bijkomende of specifieke opdrachten kan, in toepassing van artikel XIV 6 van het Vlaams personeelsstatuut, het

Welke uitvoering heeft de minister tot op heden gege- ven aan de regeringsverklaring inzake Vlaams-Brabant, waar gesteld werd : "Met het oog op het handhaven van

Hierbij werd, naar analogie van de maatregelen die de minister van Financiën bij zijn besluit van 14 september 1966 had getroffen, in uitvoering van het koninklijk besluit van 20

Vooreerst dient te worden gesteld dat de VCT de klachten ingediend door de colleges van burgemees- ter en schepenen van Linkebeek en Wezembeek- Oppem niet

Welke maatregelen zijn reeds uitgewerkt om de provincie Vlaams-Brabant en de gemeenten via hun eigen structuurplan in te schakelen en in te passen in een beleid dat de

Volgens La Libre Belgique van zaterdag 25 mei en Le Soir van 28 mei laatstleden is minister Jean-Pierre Grafé van de Franse Gemeenschap geschokt omdat de minister

Zoals de Vlaamse volksvertegenwoordiger ongetwijfeld weet, hebben de decreten die in deze materies door het Vlaams Parlement worden goedgekeurd territoriaal enkel werking in