• No results found

Tankputbrand Aanloop naar het incident

3 Risico-inventarisatie

Scenario 12: Tankputbrand Aanloop naar het incident

Een lek in een stationaire tank (of tankleiding), waarin een brandbare vloeistof is opgeslagen of het instantaan falen kan ontstaan door bijv. overvullen, waterslag of ernstige verzwakking van de tankconstructie.

Lekvloeistof wordt (grotendeels) opgevangen in een tankput. Verdamping zorgt voor een dampwolk die onder bepaalde omstandigheden ontstoken kan worden. De

dampwolkontbranding leidt tot een tankputbrand.

Scenario plasbrand stationair (tankputbrand)

Na het instantaan bezwijken van een tank, die gevuld is met brandbare vloeistof, loopt de brandbare vloeistof in de tankput. Bij het instantaan falen zijn ook elektriciteitskabels

beschadigd. De brandbare vloeistof in de tankput ontsteekt tot een volledige tankputbrand. De brandweer is op dit moment onvoldoende uitgerust om op een adequate wijze deze grote tankputbrand te bestrijden (netto tankputoppervlak > 1.900 m2).

Deze tankput beschikt (net als vele andere tankputten) niet over een stationair

beschuimingssysteem. Mobiele bestrijdingsmiddelen zullen daarom ingezet moeten worden.

Improvisatie zal nodig zijn met de kans op falen. Indien niet tijdig wordt ingegrepen met de beschikbare middelen bestaat er reëel gevaar dat andere tanks in dezelfde tankput eveneens zullen bezwijken of zullen gaan branden. Hoe voller de tanks, hoe kleiner de kans op bezwijken vanwege de warmteabsorptie door de vloeistof in de tank.

Door het tijdig activeren van de aanwezige koeling op de tanks wordt voorkomen worden dat de andere tanks in de tankput bezwijken.

Tanks in omliggende tankputten worden door de warmtestraling bedreigd. Koeling van deze tanks is noodzakelijk evenals het inzetten van de brandbestrijding in de tankput. Als sprake is van floating roof tanks zal de rimseal vol gezet worden met schuim. Stationaire beschuimings- en koelsystemen zullen indien mogelijk eveneens worden ingezet om escalatie c.q. domino-effecten te voorkomen.

Mogelijke toxische verbrandings- en ontledingsproducten zullen t.g.v. de warmtestuwing in de hogere luchtlagen terecht komen en daardoor in principe geen acuut gezondheidsgevaar vormen op leefniveau.

Door tijdig koelen van de tanks die aangestraald worden (zowel binnen als buiten de tankput) zullen geen extra opslagtanks bij de brand betrokken worden. De rookontwikkeling zorgt voor grote maatschappelijke onrust en aandacht van de media. Er vallen 3 lichtgewonden.

Impactcriteria Score en beknopte

motivatie 1.1 Aantasting integriteit grondgebied nvt

2.1 Doden nvt

2.2 Ernstig gewonden en chronische zieken B 2.3 Lichamelijk lijden (gebrek aan primaire

levensbehoeften

nvt

3.1 Kosten B

4.1 Langdurige aantasting natuur en milieu nvt ) 5.1 Verstoring van het dagelijkse leven nvt 5.2 Aantasting lokaal en regionaal

openbaar bestuur

nvt

5.3 Sociaal psychologisch impact A

6.1 Aantasting cultureel erfgoed nvt

Waarschijnlijkheid Score

Kans op gebeurtenis per 4 jaar C43        

43. In de expertmeeting was de verdeling B 27%, C 55% en een referentiebeoordeling van B hieruit volgt een score van C

blad 43 van 109

3.4.2 Crisistype Kernincidenten (Technologische Omgeving)

Conform de landelijke Handreiking Regionaal Risicoprofiel worden hierbij een aantal incidenttypen onderscheiden waarvan de volgende van toepassing zijn op regio Rotterdam-Rijnmond:

1. incident A-objecten: nabije centrales grensoverschrijdend;

2. incident A-objecten: scheepvaart met kernenergie en nucleair;

3. incident B-objecten: vervoer grote eenheden radioactief materiaal defensiemateriaal;

4. incident B-objecten: overige nucleaire faciliteiten brandklasse i;

5. incident B-objecten: overig vervoer en gebruik nucleaire materialen (laboratoria etc.) Context

Radioactieve stoffen komen op veel plaatsen in de regio voor. Radioactieve bronnen worden ingezet voor medische en technische doelen. Radioactieve stoffen komen ook voor in ertsen en materialen voor de olie- en gaswinning in het havengebied, en in afvalstromen die met deze activiteiten samenhangen.

Naast de technische risico's spelen ook de maatschappelijke perceptie van stralingsrisico's een dominante rol bij de crisisbeheersing.

Voor de incidentenbestrijding worden activiteiten met radioactieve bronnen ingedeeld in de categorie A- en categorie B-objecten. Onder A-objecten vallen werkende kerncentrales in en nabij Nederland. Onder B-objecten vallen alle andere objecten waar sprake is van de aanwezigheid van radioactieve stoffen.

A-objecten, waar incidenten kunnen optreden die van meer dan regionale betekenis zijn.

Deze komen in de regio niet voor. Het betreft in de nabijheid van de regio de kerncentrales van Doel (B) en Borssele en het Reactor Instituut Delft. De gemeente Oostflakkee ligt binnen de maatregelenzone van de kerncentrale Doel. Kernenergievoortgestuwde schepen doen de haven van Rotterdam niet (meer) aan. Voor deze nucleaire aangedreven schepen is de afgelopen 5 jaar geen aanvraag meer ingediend. Als er een aanvraag binnenkomt voor het aandoen van het Havengebied wordt er een rampenbestrijdingplan op maat gemaakt. Vanwege deze op-maat-procedure en de lage frequentie van voorkomen is een scenario met een

nucleaire aangedreven schip niet verder uitgewerkt. Kernwapens kunnen incidenteel via de lucht de regio passeren.

B-objecten, waar de maximale incidentgrootte beperkt is tot lokale betekenis.

In de regio gaat het om grote aantallen laboratoria, ziekenhuizen en bedrijven. Binnen de ziekenhuizen zijn als grootste bronnen enkele HASS'en (High Activity Sealed Source)

opgesteld. Daarnaast bevinden zich daar veel kleinere bronnen voor medische toepassingen.

Verder vindt door de regio regelmatig transporten van radioactieve stoffen plaats. In

meerderheid gaat het om distributie van radioactieve stoffen voor medische toepassingen, en om meetbronnen voor materiaal onderzoek op locatie.

De grootste bronnen betreffen (afgewerkte) reactorstaven in bijzondere verpakking van en naar de kerncentrales. Daarnaast wordt (verrijkt) uranium als uraniumhexafluoridegas in vaten getransporteerd.

Toekomstige ontwikkelingen

Het EMC is mogelijk in de toekomst van plan een cyclotron (een circulaire deeltjesversneller) aan te schaffen. De cyclotron wordt gebruikt voor het opwekken van isotopen. De behoefte en vraag naar isotopen wordt steeds groter. Bepaalde ziektes kunnen met behulp van isotopen verminderd of zelfs genezen worden. Het opwekken van isotopen wordt tegenwoordig alleen gedaan in Petten (en bij storing in die reactor wordt overgestapt naar de reactor in Delft). Mocht deze ontwikkeling in de toekomst worden gerealiseerd dan moet dit in een nieuwe versie van het risicoprofiel nader beschouwd worden. Het is niet te verwachten dat in de nabije toekomst kernenergievoortgestuwde onderzeeërs of overige vaartuigen de haven van Rotterdam zullen aandoen.

blad 44 van 109

Spreiding over de regio

Figuur 3.9 Nederlandse zonering kernenergiecentrales Borssele en Doel

Cirkels van binnen naar buiten: evacuatie, jodiumprofylaxe, decentrale opslag jodium, schuilen

blad 45 van 109

Scenario 13: Verspreiding Radioactieve Stoffen na Kernincident