• No results found

Sturingsmodellen in het OWB

In document Evalueren, leren en sturen (pagina 122-128)

5.5.1 Vijf mogelijke sturingsmodellen in het OWB

Op basis van de vorige twee paragrafen adviseren we dat OCW zich beraadt op de wijze waarop ze invulling wil geven aan systeemverantwoordelijkheid c.q. systeemsturing. We

284 Zie AWTI (2020), Versterk de rol van wetenschap, technologie en innovatie in maatschappelijke transities, Den Haag.

hebben daartoe in onderstaande tabel een vijftal sturingsmodellen geschetst (zie Tabel 9).

Twee daarvan nemen systeemverantwoordelijkheid als startpunt en vullen dit bescheiden in.

De eerste kan gekenschetst worden als het administratieve model waarbij op basis van wettelijke bepalingen vooral financieel-administratief met het veld wordt omgesprongen en OWB niet of nauwelijks stuurt. De tweede variant gaat nog steeds uit van een vooral wettelijke en financiële benadering van het veld, maar wel een waarbij met de wet in de hand flink sturing wordt gegeven. Dat is een vorm van sturing die sterk gebaseerd is op de wettelijk positie van OWB.

De drie overige varianten gaan uit van een vorm van systeemsturing waarbij OWB een vorm van netwerksturing toepast en in toenemende mate op basis van – zoals we dat in paragraaf 5.3 aangeduid hebben - een “mobiliserende visie” mede sturing geeft aan het onderzoek- en wetenschapssysteem c.q. ruimte biedt aan de maatschappij om mede sturing te geven aan de wetenschap. De opvatting wat OWB behelst, is steeds breder en naarmate we meer naar model 4 en 5 opschuiven, zal OCW steeds bewuster moeten variëren in de rollen via welke zij sturing geeft. In het model aan de rechterkant van de matrix is OWB niet alleen een domein op zichzelf, maar ook een domein van waaruit kennisagenda’s van andere departementen mee aangestuurd worden. Het voornaamste kenmerk is hier echter dat OCW verantwoordelijkheid draagt voor de maatschappelijke sturing van onderzoek- en wetenschap of althans dit proces vormgeeft. Ze is daarbij de intermediair die zorgdraagt dat onderzoek- en wetenschapsbeleid in interactie met de maatschappij wordt gecreëerd en in belangrijke mate bijdraagt aan de oplossing van de grote maatschappelijke vraagstukken.

Juist in de modellen 4 en 5 neemt de betrokkenheid van de maatschappij bij de programmering, maar ook de randvoorwaarden waaronder de wetenschap functioneert, toe.

Het is niet alleen een kwestie van valorisatie van kennis (wat nog duidt op een enigszins lineaire opvatting van ‘kennisproductie’), maar van een wisselwerking tussen maatschappij met haar wensen en prioriteiten en de wetenschap die in verbinding staat met de maatschappij en zijn/haar license to operate moet verdienen. Wetenschapsbeleid geeft in belangrijke mate vorm aan die dialoog en draagt zo bij aan wederzijds begrip en maatschappelijke sturing van wetenschap. Dat hoeft overigens niet te betekenen dat er geen vrije en ongebonden wetenschap en zelfsturing door het complex van kennisinstellingen en wetenschapsfinanciers meer bestaat, maar dat wel sprake is van een voortdurende dialoog met en het afleggen van rekenschap aan de maatschappij.

Zoals eerder aangegeven hebben we als onderzoekers geen voorkeur welke keuze op dit continuüm wordt gemaakt, maar denken wel dat het goed zou zijn als OCW de wijze waarop ze invulling wil geven aan de systeemverantwoordelijkheid dan wel systeemsturing expliciet maakt en communiceert met het veld. Indien we het huidige OWB zouden moeten typeren dan beweegt het zich momenteel overwegend tussen model 2 en 3.

Tabel 9: Sturingsmodellen in het OWB. en stuurt op basis van haar wettelijke positie, maar

Smal Smal Smal/breed (afhankelijk van

keuze thema’s)

Breed Breed

Reactief/proactief Reactief Reactief Reactief en proactief Proactief Proactief

Ruimte aan spelers in het veld

Veel ruimte Minder ruimte Veel ruimte Ruimte verschilt per

thema/aspect

Type model

Niet of nauwelijks Beperkt Op thema’s Ja, met enkele (bv

EZK, VWS, IenW, LNV, DEF)

Ja, volop

Gebruik evaluaties Beperkt en overwegend ex post

Niet Niet of nauwelijks Wel, maar op bescheiden

schaal

Volop Volop

Inhoudelijke prioriteitstelling

Nee Mogelijk Mogelijk Mogelijk Ja

5.5.2 Sturingsmodellen toegepast op de zeven specifieke onderzoeksthema’s

Nu we de sturingsmodellen in het OWB hebben ontwikkeld, kunnen we (als eerste oefening) deze modellen met terugwerkende kracht ook projecteren op de zeven specifieke onderzoeksthema’s (zie paragraaf 4.2). Hiermee wordt duidelijk welk sturingsmodel (volgens ons) nu domineert bij de verschillende thema’s. De onderbouwing van deze indeling is afgeleid uit de paragrafen 4.3 tot en met 4.9.

Tabel 10: Toepassing van de OWB-sturingsmodellen op de zeven specifieke onderzoeksthema’s OWB-sturingsmodel

Uit deze eerste analyse blijkt dat OCW vooral vanuit de wettelijke en financiële rolopvatting stuurt binnen deze thema’s. We realiseren ons dat we hier ‘hoog overvliegen’ bij deze thema’s en dat de OCW-sturing binnen de thema’s nog kan variëren (en dat de thema’s zelf ook niet uitputtend zijn). De NWA (een subonderdeel van thema 4) past bijvoorbeeld meer bij sturingsmodellen 4/5 (terwijl we de sturing binnen dit thema scharen onder model 3).

Richting de toekomst kan deze analyse helpen om na te gaan of bij (aangepaste) ambities in het OWB het huidige sturingsmodel per thema toereikend zal zijn. Mogelijk zal de DOWB haar rol moeten verstevigen (sterker directief sturen), verbreden (andere sturingsrollen aannemen, bijvoorbeeld meer regisseren) of delen (sturing afstemmen met/overlaten aan het veld).

5.5.3 Sturingsmodellen toegepast op de huidige beleidstheorie

Als tweede oefening, kunnen we de verschillende sturingsmodellen ook toepassen op de OWB-beleidsinstrumenten zoals opgenomen in de beleidstheorie (zie paragraaf 2.5). Zo kan het zijn dat DOWB niet alleen binnen thema’s maar ook instrumenten andere sturingsmodellen hanteert, hoewel er natuurlijk overlap bestaat tussen de instrumenten en de thema’s. Zo bevat de beleidsmix (zie hieronder) een aantal instrumenten gericht op internationalisering (en daar gaat thema 6 ook over). Ook hier geldt dat sommige

instrumenten (net als de thema’s) sub-instrumenten kennen waardoor binnen één instrument de sturingsmodellen kunnen variëren (maar we plotten de sturingsmodellen op instrumentniveau).

Tabel 11: Toepassing van de OWB-sturingsmodellen op instrumenten uit de beleidstheorie OWB-sturingsmodel

Uit deze beknopte analyse blijkt ook dat OCW hier ook vooral stuurt vanuit haar wettelijke en financiële rolopvatting. Ook hier geldt dat richting de toekomst nagegaan kan worden welke rollen gewenst zijn om beleidsdoelstellingen te behalen. Het is daarbij overigens logisch dat de thema’s waarop (nieuw) beleid gevoerd gaat worden en de huidige

beleidstheorie geïntegreerd worden in één nieuwe beleidstheorie, en er vervolgens bepaald wordt welke sturingsmodellen bij de verschillende onderwerpen/instrumenten gewenst zijn.

In document Evalueren, leren en sturen (pagina 122-128)