• No results found

Ontwikkelingen in een ‘micro-economie’

In document De staat van bestuur van Aruba (pagina 67-71)

4 Ontwikkelingen in de Arubaanse economie en overheidsfinanciën

4.1 Ontwikkelingen in een ‘micro-economie’

Aruba is een eiland van 180 km2, gelegen op 32 km afstand van Venezuela; zijn bevolkingsaantal ligt met 107.50076 ruim beneden de grens van één mil-joen die economen hanteren voor een ‘kleine’ of micro-economie.77 Aruba’s tropische maar droge klimaat maakt dat het land weinig geschikt is voor landbouw. Daarnaast had en heeft Aruba nauwelijks grondstoffen. Voor con-sumptie- en kapitaalgoederen is het in sterke mate aangewezen op invoer van overzee. Financiering van invoer vereist een instroom van deviezen door de uitvoer van goederen en diensten of het aantrekken van investeringen. Tot in de negentiende eeuw ontwikkelde het eiland zich op dit vlak erg lang-zaam.78 Aruba leek geplaagd te worden door kwalen die typerend lijken voor een kleine economie: weinig grondstoffen, een lage specialisatiegraad en schaalnadelen, met name ook bij het openbaar bestuur. Toch leiden deze nadelen niet zonder meer tot zwakke economische prestaties. Easterly en Kraay toonden aan dat kleine economieën over het algemeen welvarender zijn dan grotere economieën. Kleine economieën zijn gevoeliger voor externe schokken, maar dat komt doordat ze ‘noodgedwongen’ open zijn, een open-heid die de welvaart verklaart en de nadelen van ‘kleinopen-heid’ meer dan com-penseert.79 Aruba’s economische geschiedenis wekt inderdaad niet de indruk dat zijn kleine schaal het eiland tot stagnatie veroordeelde.

De ontwikkeling van de bevolking van Aruba verliep schoksgewijs. In de periode 1920-1960 liep het aantal inwoners op tot ongeveer 60.000, om ver-volgens te stagneren.80 Vanaf 1988 groeide de bevolking weer sterk, vooral

76 Tweede helft 2010 (website CBS Aruba www.cbs.aw, februari 2011). 77 Easterly en Kraay (1999, p. 2).

78 Haan (1998, p. 28 e.v.); IMF (2008a, p. 15). 79 Easterly en Kraay (1999).

door immigratie uit Zuid-Amerika en het Caribische gebied.81 Momenteel is ruim een derde van de bevolking niet in Aruba geboren.82 De bevolkings-dichtheid is hoog: in 2008 bedroeg deze 589 inwoners per km2. Aruba staat hiermee in de top twintig van dichtbevolkte landen en liet in 2009 binnen het Caribische gebied alleen Barbados (650) voor zich.83

Tot 1986 had Aruba, aldus Haan, te maken met de protectionistische econo-mische politiek die in Willemstad (en Nederland) vorm kreeg. Verschil van inzicht over de economische koers was voor Aruba mede aanleiding om te streven naar grotere autonomie. De autonomie begon onder een slecht gesternte omdat de Lago-raffinaderij sloot en de werkloosheid meteen opliep tot 28%. Aruba accepteerde een herstelprogramma van het IMF, wat een voorwaarde was voor steun uit Nederland. Het beleid van de regering Eman I wierp snel vruchten af; binnen enkele jaren was er volledige werkgelegen-heid. Aruba beschikte zelf over onvoldoende gekwalificeerd personeel voor de toeristenindustrie en de bouw, maar de instroom van buitenlandse arbeidskrachten creëerde de mogelijkheid om die bedrijfstakken toch te ont-wikkelen. Dat vereiste wel een hervorming van toelatings- en arbeidsmarkt-beleid. Vanaf 1986 gooide Aruba dus het roer om: 84

‘Het marktbeschermingsbeleid dat op Aruba zelf toch al nooit een hoge vlucht genomen had, wordt afgeschaft en gedwongen door het vertrek van de Lago worden alle kaarten gezet op het toerisme. De overheid ver-leent (te veel) garanties voor hotelbouw en financiert grote buitenlandse promotiecampagnes, het toelatingsbeleid wordt versoepeld zodat de benodigde gekwalificeerde arbeid op het eiland kan gaan werken, afspra-ken met buitenlandse vliegtuigmaatschappijen worden gemaakt om gere-gelde lijndiensten voor toeristen op te zetten, het aantal stakingsdagen is miniem, de lonen worden gematigd, enzovoort. Deze relatief kleine wijzi-gingen van de institutionele formele èn informele structuur leiden op Aruba tot wezenlijke veranderingen van eigendomsrechten, die vervol-gens grote invloed hebben op de economische prestaties. (…) De gemid-delde groei van Aruba in de jaren 1986-1995 is 7,6% per jaar en resulteert in een gemiddeld inkomen per hoofd van de bevolking van $ 17.700, waarmee Aruba een van de meest welvarende (ei)landen in de Caribische regio is geworden en Curaçao ver achter zich laat. Aruba is erin geslaagd zich te ontworstelen aan de Antilliaanse padafhankelijkheid.’

81 Toelichting ROP Aruba, april 2009, p. A-2. Overigens daalde in 2006 de immigratie met een derde, naar een

niveau dat ook in 2007 relatief laag bleef.

82 De verhouding tussen in Aruba en elders geborenen bedroeg in 2007 66% tegen 34% (www.cbs.aw). 83 In Nederland is de bevolkingsdichtheid 396 (Landsbesluit van 7 mei 2009, nr. 7, Toelichting ROP Aruba, april

2009, p. A-2); CBS Aruba (2009, p. 9). In CBS (2008b) signaleerde het CBS een discrepantie tussen de eigen schatting van het inwonertal (104.523) in 2007 en die van het bevolkingsregister, dat in dat jaar 107.189 inwo-ners telt. Het CBS vermeldt niet waar het verschil toe te herleiden is. Een gevolg van geschiedenis en immi-gratie is dat op Aruba een aanzienlijk deel van de bevolking Spaanstalig is. Geboren Arubanen spreken als eerste taal Papiaments. Het Nederlands wordt als tweede taal veel gesproken en verder vooral door Neder-landse immigranten; bovendien is het de taal van het openbaar bestuur.

Dat Aruba het in de jaren negentig niet alleen in absolute termen goed deed, maar ook relatief en niet alleen ten opzichte van Curaçao,85 bevestigen cijfers uit het CIA World Fact Book. Aruba behoort tot de rijkste landen in de Caribi-sche regio, gemeten naar het PPP-inkomen per hoofd van de bevolking (zie figuur 3).

Figuur 3 PPP-inkomen per capita in het Caribische gebied, in US $, in verschillende jarena 0 5.000 10.000 15.000 20.000 25.000

Aruba Barb. Colombia DR Haïti Jamaica Ned. Ant. Ven.

a PPP = Purchasing Power Parity, wat wil zeggen dat het inkomen is gecorrigeerd voor verschillen in koopkracht van een dollar in verschillende landen. De andere afkortingen in de figuur staan voor: Barb. = Barbados, DR = Dominicaanse Republiek, Ned. Ant. = Nederlandse Antillen en Ven. = Vene-zuela. De jaren waarin de CIA de gegevens mat, verschillen per land. Zo is het cijfer voor de Neder-landse Antillen van 2004, dat van Aruba van 2005 en dat de Dominicaanse Republiek van 2007. Bron: CIA World Fact Book

In 2010 heeft Aruba, zoals de meeste Caribische eilanden, een kleine, zeer open economie. Het IMF constateerde in 2008:86

‘Aruba remains one of the most developed islands in the regions. This success has been the result of market-friendly policies that have fostered a stable macroeconomic environment and a rapid expansion of the tour-ist sector. Equally important has been the openness of the economy as foreign investment and, in particular, migrant workers have been key contributors to economic growth.’

85 In een latere publicatie zet Haan het economisch beleid van Aruba en zijn uitkomsten af tegen dat van Cura-çao. Waar de economie van Aruba floreert, stagneert die van Curaçao geruime tijd. Dit kwam ook tot uitdruk-king in de migratiecijfers: naar Aruba kwamen uit Curaçao vertrokken mensen (Haan, 2002). In de jaren vanaf 2002 ondernam de MEP-regering overigens pogingen de immigratie te beperken (zie hoofdstuk 8). 86 IMF (2008, p. 15).

Het IMF constateerde echter ook een vertraging in de Arubaanse groei sinds 2000 en dat andere landen in de regio de achterstand inhaalden.87 Verdere groei was volgens het IMF in 2008 afhankelijk van diversificatie van de econo-mie en investeringen, omdat er fysieke grenzen zijn gesteld aan het groeitra-ject uit het verleden, dat gebaseerd was op het aantrekken van steeds meer arbeidskrachten uit het buitenland.88

De economie ontwikkelde zich na de Status Aparte stormachtig, maar na aanhoudende groei kwamen vanaf 2000 ook perioden van krimp voor. Zo liep, na een periode van vrijwel volledige werkgelegenheid, vanaf 1999 de werkloosheid op, om sindsdien niet meer beneden de 5% te komen (zie figuur 4).

Figuur 4 Ontwikkeling BNP en werkloosheid in Aruba, in %, 1986-2009a -10 -5 0 5 10 15 20 1986 1988 1990 1992 1994 1996 1998 2000 2002 2004 2006 2008 2010 Groei BNP Werkloosheid

a De werkloosheidscijfers over 1986-1990, 1997 en 1998 ontbreken in de tabellen. De cijfers over 2010 zijn afkomstig uit het Informatiememorandum en betreffen een prognose.

Bron: Centrale Bank Aruba (2009, p. vii-ix); Regering van Aruba (2010b, p. 7)

De negatieve groei in 2001 en 2002 valt samen met externe ontwikkelingen als de dotcom-crisis en de aanslagen van 11 september 2001 in de Verenigde Staten, die gevolgd werden door een terugval in het toerisme. Vanaf 2008 liet de kredietcrisis Aruba opnieuw voelen hoe afhankelijk zijn ontwikkeling was van die in de wereldeconomie. In 2009 viel de export van goederen en dien-sten, waaronder toerisme, terug met 11,8%.89 De neergang in dat jaar was

87 IMF (2008, p. 4). 88 IMF (2008, p. 23). 89 CBA (2010, p. 14).

echter niet alleen het gevolg van externe ontwikkelingen. In juli 2009 sloot oliemaatschappij Valéro de raffinaderij voor onbepaalde tijd, waardoor 2.000 arbeidsplaatsen in gevaar kwamen; een besluit dat samenhing met afne-mende marges en een conflict met de MEP-regering.90 Het conflict kwam, aldus de AVP-regering, voort uit ‘onvrede van Valéro over de ingevoerde belasting op bedrijfsomzetten’.91 Deze Belasting over Bedrijfsomzetten (BBO) was in 2007 ingevoerd door de MEP-regering (zie hieronder).92 De belasting-maatregelen van haar voorganger hadden volgens de huidige regering ook bijgedragen aan de prijsstijgingen en inflatie die Aruba minder concurrerend maakten.93

In oktober 2010 signaleerde het IMF dat de Arubaanse economie weer lang-zaam herstelde, onder andere omdat het toerisme aantrok. Begin 2011 ging na onderhandelingen met de AVP-regering ook de olieraffinaderij weer open.94 De AVP-regering zette in december 2010 in een Informatiememoran-dum Aruba ten behoeve van de Vaste Kamercommissie Koninkrijksrelaties, haar visie uiteen op de economische situatie en de maatregelen die zij wil treffen om deze te versterken. Dit bevat tevens de laatste gegevens van de Centrale Bank Aruba, die wijzen op een eerste herstel van de economie in 2010.95 De regering verwacht een volledig herstel in 2013, na de implementa-tie van diverse maatregelen en een aantal structurele ombuigingen.

In document De staat van bestuur van Aruba (pagina 67-71)