• No results found

Mevrouw Spoor heeft zich haar hele leven ingezet voor de goede naam van de Nederlandse sol- daten die gevochten hadden in Nederlands-Indië. Zo bleef zij haar man, kapitein Westerling en de Politionele Acties verdedigen. In 2000 sprak ze op hoge leeftijd nog steeds strijdvaardig in

De Volkskrant:

Alsof die Indonesiërs zulke lieverdjes waren. (…) Die Politionele Acties waren een zegen, daar was iedereen het over eens. Ik herinner mij nog goed dat mijn man op de ochtend waarop de operaties begonnen een Amerikaanse collega ontving die ter begroeting zei: “O, what a lovely day to start a war!”220

Dit was haar reactie op het voornemen van premier Kok om tegenover Indonesië zijn spijt te be- tuigen voor de ‘politionele acties’. Een paar jaar later in een interview naar aanleiding van haar memoires die in 2004 uitkwamen nam ze het zelfs nog op voor kapitein Westerling door in het

dagblad Trouw te stellen dat: ‘Kapitein Westerling heeft met zijn zuiveringsacties onder Javanen op Zuid-Celebes geweldig goed werk gedaan. De politionele acties waren echt nodig om het ide-

220 S. van Walsu, ‘Alsof de Indonesiërs zulke lieverdjes waren’, in: De Volkskrant, 2 maart 2000. Geraadpleegd via de website: http://www.volkskrant.nl/recensies/-alsof-die-indonesiers-zulke-lieverdjes-waren~a568927/. Mevrouw Spoor spreekt de menigte toe. © ANP Historisch Archief, fotograaf Ge van der Werff

85

aal van de verenigde staten van Indonesië overeind te houden.’221

Mevrouw Spoor had die jaren hard gewerkt om haar visie in boekvorm uit te brengen die ze naar aanleiding van de dissertatie van militair-historicus Petra Groen Marsroutes en dwaalspo-

ren: Het Nederlands militair-strategisch beleid in Indonesië, 1945-1950 (1991) op schrift wilde stellen.

Groen trok het strategisch inzicht van generaal Spoor in twijfel. Dit kon mevrouw Spoor niet over haar kant laten gaan. In een interview zei mevrouw Spoor dat elke keer als ze ‘dat boek van dat rooie meisje in zo’n trainingsbroek probeerde te lezen’, ze het ‘elke keer verontwaardigd in een hoek gooide.’222

Mevrouw Spoor moest opschieten want als zij er niet meer was kon niemand dit verhaal ver- tellen, stelde mevrouw Spoor op negentig jarige leeftijd vast:

Het is allemaal heel anders dan men denkt, dat vind ik zo verdrietig. Mijn man was een nazi, mijn man was een fascist, mijn man had het allemaal verkeerd gezien. En dan nogal die verhalen dat hij vergiftigd zou zijn, vermoord was, noem maar op. Dat begon me op een gegeven moment zo vreselijk te vervelen dat ik aan dit boek ben begonnen.223

Uit haar hutkoffers, waarin ze sinds 1949 nooit meer in had gekeken, kwamen allerlei officiële correspondenties en persoonlijke brieven van haar echtgenoot aan haar tevoorschijn. Mevrouw Spoor bracht haar herinneringen naar buiten als tegenwicht tegen alle ‘leugens’ die er de ronde deden over haar man en de strijd om onafhankelijkheid van de Indonesiërs.224

De veteranen identificeerde mevrouw Spoor met hun eigen herinnering en dat gaf haar een zekere draagkracht. Als veteranen haar zagen riep mevrouw Spoor een bepaalde nostalgie op: als generaal Spoor zijn zin had gekregen en dan hadden we kunnen doorzetten, dan had hij heel Indonesië verslagen. Tegelijkertijd bepaalde mevrouw Spoor een eigen richting omdat ze wilde zorgen dat Nederlanders de inspanningen in Nederlands-Indië op een bepaalde manier beter zouden herinneren, dan ze op dat moment deden. In het debat rond de dekolonisatie van In- donesië is zij niet alleen een echo maar een zelfstandige stem geworden. Mevrouw Spoor heeft lang succes gehad met haar narratief dat in het huidige debat in 2017 achterhaald is. Dat bete- kende dat mevrouw Spoor gaandeweg in een steeds specifiekere positie terecht kwam. Het is niet zo dat mevrouw Spoor de herinnering aan Indonesië en het gedachtegoed van haar man alleen maar droeg, zij vormde de herinnering ook.

Mevrouw Spoor was niet alleen onderdeel van de geschiedenis maar in die zin ook bepalend voor de wijze waarop het conflict herinnerd werd. Zij wilde dat Nederland zich haar man en het

221 J.A. de Moor, ‘Westerling, Raymond Paul Pierre (1919-1987)’, in: Biografisch Woordenboek van Nederland, geraadpleegd via de website: http://resources.huygens.knaw.nl/bwn/BWN/lemmata/bwn4/westerling; G. Marlet, ‘Achteraf kakelen de kippen’, in: Trouw,29 oktober 2004. Artikel geraadpleegd via website, https://www.trouw.nl/home/-achteraf- kakelen-de-kippen-~ad766ee3/.

222 ‘Guerrilla’, in: Reformatorisch Dagblad, 13 mei 1994. Geraadpleegd via de website, http://www.digibron.nl/search/ detail/5ad9880d11af7f99007f987dc7c73fb0/guerrilla.

223 G. Marlet, ‘Achteraf kakelen de kippen’, in: Trouw,29 oktober 2004. Artikel geraadpleegd via website, https://www. trouw.nl/home/-achteraf-kakelen-de-kippen-~ad766ee3/.

86

conflict met Indonesië zou herinneren op een manier waar zij mee kon leven. Het feit dat De

Telegraaf haar meerdere keren op een grote pagina zette, zorgde ervoor dat ze in de ogen van veel

mensen met terugwerkende kracht de oorlog goedpraatte. Het zorgde immers voor publiciteit. Mevrouw Spoor voelde zich vermoedelijk verongelijkt omdat haar (individuele) ervaring niet in de geschiedenisboeken terecht kwamen. De kleinerende woorden in de richting van Petra Groen van mevrouw Spoor toont dat zij honderd procent gelijk wilde. Na het verschijnen van het proefschrift Marsroutes en dwaalsporen was mevrouw Spoor niet meer genegen tot een gesprek met mevrouw Groen. Toen de geschiedschrijving over de oorlog genuanceerder werd ging me- vrouw Spoor steeds harder schreeuwen – tot op een gegeven moment niemand meer naar haar boodschap luisterde.

De impact van de oorlog in Nederlands-Indië op de directbetrokkenen en op de Nederlandse maatschappij is tot op de dag van vandaag merkbaar. Vijftien jaar geleden kon er nog niet over oorlogsmisdaden gepraat worden zonder dat alle veteranen daar boos over zouden worden. Het dominante narratief is inmiddels dat de dekolonisatie van Nederlands-Indië een keiharde gu- errillastrijd was, waarin tal van Indonesische groeperingen ook nog eens elkaar te lijf gingen. Alle partijen hebben zich daarin schuldig gemaakt aan extreem geweld. Desalniettemin wijzen historici er wel op dat de oorzaken van de gewelddadigheden wel meteen genuanceerd aan bod komen, die lagen namelijk buiten de invloedssfeer van de individuele militair. Veel Indiëgan- gers kwamen in een onmogelijke situatie terecht. Door bijvoorbeeld slechte opleidingen en uit- rusting, het gebrek aan inlichtingen en het desastreuze effect van jarenlange, uitputtende inzet van moreel en discipline. Het verhaal van mevrouw Spoor is in dit nieuwe narratief niet langer geloofwaardig. Langzamerhand verdween zij naar de achtergrond en in de herinnering van- daag de dag speelt ze geen enkele rol meer.

Toch had mevrouw Spoor lang succes met haar verhaal. De vastgeroeste beeldvorming van de Nederlandse regering over deze periode toont dat de mening van mevrouw Spoor in het de- bat niet zomaar een mening was maar een lange tijd een conventionele mening geweest is. Met stukken in de De Telegraaf trachtte mevrouw Spoor de publieke opinie te beïnvloeden ten guste van de militairen. En daar had ze lang succes mee.

De visie die mevrouw Spoor uitdroeg stond zonder twijfel in verband met haar eigen erva- ringen en persoonlijk streven. Het plotselinge overlijden van haar man, de verloren oorlog, miskenning van de politiek en haar kritische houding ten opzichte van linkse politieke ideeën: het zijn kenmerken die in haar levenshouding liggen. Ze baande zichzelf een weg in conserva- tieve kringen en werd een graag geziene gast bij evenementen van het Veteranen Legioen. Voor de rest van Nederland daalde echter het respect voor mevrouw Spoor sinds de enquête van het NIPO met de jaren dat ze zichzelf politiek harder ging in zetten en het op ging nemen voor ka- pitein Westerling. Mevrouw Spoor bevorderende met haar boodschap niet de juiste emotie. Bij haar woede jegens de regering ging het mis. Ze zat opgesloten in haar eigen gelijk en in haar woede jegens de regering waardoor ze steeds meer in een hoek terecht kwam.

Het zou tot 2005 duren voordat de Nederlandse regering uitsprak dat ons land, achteraf ge- zien, in deze oorlog ‘aan de verkeerde kant van de geschiedenis’ had gestaan. Via de minister Ben Bot gaf de regering toe dat Nederland indertijd niet begrepen had dat de tijden voorgoed

87

veranderd waren en dat de Nederlandse rol in Indonesië was uitgespeeld.225De spijtbetuiging

voor de Politionele acties en erkenning van de Onafhankelijkheidsdag van Indonesië in 1945 door de minister Ben Bot betekende indirect dat mevrouw Spoor aan de verkeerde kant van de geschiedenis stond. In de herinneringen van mevrouw Spoor zag de werkelijkheid er heel anders uit. Dus greep ze naar woede als substituut voor verdriet en kwam in een achterhoede- gevecht terecht. Woede en wrok zijn geen teken van kracht en het was totaal niet constructief voor haar imago. Mevrouw Spoor bleef hangen in een rondedans van beschuldigingen en kon daarom haar mening niet bijstellen of overbrengen naar mensen – behalve als ze het al eens waren met haar.

225 B. Bot, ‘Over het verleden heen kijken’ in: De Trouw 19 augustus 2005. Geraadpleegd via de website, http://www. trouw.nl/tr/nl/4324/Nieuws/article/detail/1573847/2005/08/19/Ben-Bot-Over-het-verleden-heenkijken.dhtml

88

CONCLUSIE

Mede doordat mevrouw Spoor een drager van de herinnering aan de dekolonisatie was kreeg het verhaal over dekolonisatie in de naoorlogse periode in Nederland vorm. Toen mevrouw Spoor in 1942 voet aan de Australische wal zette stond ze voor een lange reeks uitdagingen. Zij gaf haar bestaan in die dagen een nieuwe draai en dat was via een man. Door de oorlogsom- standigheden ontmoette ze Simon Spoor en door de steeds veranderende omstandigheden kon zij verschillende rollen toe-eigenen. Dit resulteerde in zowel persoonlijke als maatschappelijke worstelingen. Welke publieke rollen nam had zij? Hoe gaf zij invulling aan die rollen? Wat wa- ren haar werkzaamheden als vrouw van de legergeneraal? Nam zij deel aan de strijd? Hoe ge- bruikte zij haar invloed? Hoe vond zij haar weg na de dood van haar man? Bij welke mensen en netwerken kon zij zich terug in Nederland aansluiten? Wat was haar bijdrage aan het publieke debat over de herinnering van de dekolonisatie? Hoe wilde zij dat de herinnering aan het kolo- niale verleden eruit zag? Welke rol was voor haar het belangrijkste?

Deze vragen heb ik met dit onderzoek naar de publieke rollen van mevrouw Spoor willen beantwoorden. Een veelheid aan omstandigheden, overtuigingen, gebeurtenissen en toevallig- heden liggen eraan ten grondslag. Ik heb deze vragen geordend door haar publieke rollen toe te schrijven: echtgenote in oorlogstijd, soldatenmoeder, weduwe met publieke ambitie en herin- neringsactiviste. Daaruit zijn drie hoofdthema’s te destilleren die de rollen van mevrouw Spoor bepaald hebben: de kolonie, de oorlog, en gender.

De samenleving in de kolonie werd gekenmerkt door andere eigenschappen dan die in de Europese metropool. De kolonie was, kort gezegd, een gecompliceerd krachtenveld van Euro- pese superioriteit, de beschavingsmissie en het handhaven van orde en controle, terwijl de Ne- derlandse politieke cultuur werd gekenmerkt door tolerantie, ruimdenkendheid, democratie, zakelijkheid en vrije handel. De normen en waarden die in de Nederlandse cultuur heersten, transformeerden in de kolonie in iets volstrekt anders: het geloof in superioriteit van het blanke ras. In de kolonie viel het nationale samen met het persoonlijke. Dit heeft zijn uitwerkingen ge- had. Mevrouw Spoor deelde de overtuiging dat het voor iedereen het beste was dat de koloniale verhoudingen zouden voortbestaan. Haar voortdurende koloniale standpunt kwam voort uit nostalgie en het willen verdedigen van haar man en zijn soldaten.

Het tweede thema was de oorlog. Mevrouw Spoor kwam in een oorlogssituatie terecht door haar huwelijk met Simon Spoor. Het zijn de unieke omstandigheden waardoor zij een eigen plek kon vinden en invullen als zelfstandige werkende vrouw. Het leven van het echtpaar Spoor stond volledig in het teken van het leger en de politiek. Voor haar was er in het begin

89

van het huwelijk in 1946 slechts een plaatsje aan de zijlijn beschikbaar maar ze werd meer dan dat. Als presentator van radio-uitzendingen van Radio Strijdkrachtenprogramma nam zij deel aan de strijd. Alleen al daarom kan mevrouw Spoor niet worden gedefinieerd als een apolitieke naïeve vrouw. Dat ze binnen het kader van haar mogelijkheden betrokken was oorlog in Neder- lands-Indië is onmiskenbaar. Haar symbolische rol van hoop werd door de voorlichtingsap- paraten politiek ingezet. Zij was huisvrouw noch moeder, wilde dat ook hoogstwaarschijnlijk niet zijn. Spoor herkende in haar iemand die haar leven op zijn voorwaarden wilde invullen en bereid was zich volledig in te zette voor het vaderland en het behoud van het voormalig Neder- lands-Indië.

Tenslotte, is gender een niet onderschatten factor van de publieke betrokkenheid van me- vrouw Spoor. Als vrouw in een mannenwereld was er een speciale rol voor haar mogelijk. Me- vrouw Spoor werd bekend door de man met wie ze trouwde, maar creëerde een eigen imago en rol voor haarzelf. Haar echtgenoot gunde haar relatief veel vrijheid en dat was bijzonder, zeker voor een conservatief en militair koppels. Zij kon tijdens het conflict een ruimte invullen die juist met haar vrouw-zijn in te vullen was. Ze nam tenslotte niet de macht in het leger over, maar gebruikte haar invloed op een voor haar mogelijke manier: streek plooien glad door haar radiopraatjes en troostte wie zich gekwetst voelden. Juist als vrouw kon zij een alternatief model van kracht bieden voor de soldaten en manifesteerde zij zich in een traditionele rol als soldaten- moeder.

De agency van mevrouw Spoor nam toe nadat Simon Spoor overleden was. Naar mate de re- putatie van de oorlog en haar echtgenoot verslechterden eiste mevrouw Spoor meer een publie- ke rol. Mevrouw Spoor wierp zich op als de beschermvrouwe voor de veteranen. Ze vond door haar sociale contacten een platform dat haar hielp een publiek en erkenning te vinden. De me- ning van mevrouw Spoor dat Indonesië politiek een onvolwassen land was dat nog niet toe was aan zelfbestuur, conformeerde aan het dominante discours. Het was voor haar dan ook geen zins moeilijk om deze mening te uiten: in dit geval kon zij haar agency breed inzetten. Dit bij el- kaar genomen maakt mevrouw Spoor behalve als vrouw, maar ook als politiek persoon hybride; ze ging uit van andere normen dan die in Nederland golden.