• No results found

4 Handhaving op clubhuizen

4.2 Inzet bestuursrechtelijke bevoegdheden

Naast de stopgesprekken bedienen bestuursorganen zich ook van hun bestuurs- rechtelijke bevoegdheden voor de handhaving op clubhuizen. Wijkt het gebruik van het pand af van de bestemming zoals die is neergelegd in het bestemmings- plan, dan kan het bevoegde bestuursorgaan handhavend optreden en bestuurs- dwang toepassen op grond van artikel 5:21 Algemene wet bestuursrecht (Awb). Gedogen bij strijdig gebruik mag, maar het uitgangspunt is dat bestuursorganen handhaven, wanneer zij dat kunnen:

‘Gelet op het algemeen belang dat gediend is met handhaving, zal in geval van overtreding van een wettelijk voorschrift het bestuursorgaan dat bevoegd is om met een last onder bestuursdwang of een last onder dwangsom op te treden, in de regel van deze bevoegdheid gebruik moe- ten maken. Slechts onder bijzondere omstandigheden mag van het bestuursorgaan worden gevergd dit niet te doen. Dit kan zich voordoen indien concreet zicht op legalisering bestaat. Voorts kan handhavend optreden zodanig onevenredig zijn in verhouding tot de daarmee te dienen belangen dat van optreden in die concrete situatie behoort te worden afgezien.’395

Ter illustratie twee voorbeelden: in 2012 besluit het college van B & W van de gemeente Enschede dat het gebruik van een pand als clubhuis van Satudarah MC in Enschede gestaakt dient te worden wegens strijd met het bestemmings- plan en artikelen 2.1 en 2.3a Wabo. Het besluit houdt stand bij de rechter.396

––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––

394 LIEC 2018, p. 16.

395 Rb. Almelo 14 november 2012, ECLI:NL:RBALM:2012:BY3550 (Staking clubhuis Satudarah Enschede), r.o. 5. Zie ook Winter & Mein 2017.

Een jaar later besluit het college van B & W van de gemeente Eindhoven om vergelijkbare redenen dat Satudarah MC het gebruik van een clubhuis te Eind- hoven dient te staken. Een daartegen gevoerde beroepsprocedure blijkt tever- geefs: de rechter houdt ook dit besluit in stand.397

Sommige gemeenten maken gebruik van bepalingen neergelegd in de APV, op grond waarvan de burgemeester bevoegd is tot sluiting van gebouwen, indien daar verstoringen van de openbare orde plaatsvinden. Van een verstoring van de openbare orde in die zin is onder meer sprake in geval van het voorhanden hebben van wapens als bedoeld in artikel 2 van de Wet wapens en munitie zon- der dat een daartoe strekkend(e) ontheffing, vergunning of verlof is gegeven.398

Op die grondslag hebben bijvoorbeeld burgemeesters van de gemeenten Apel- doorn en Beverwijk clubhuizen van Satudarah MC in hun gemeenten gesloten, nadat daar wapens waren aangetroffen.399

Een massale vechtpartij kan eveneens reden zijn tot sluiting (van andere panden dan een clubhuis). De burgemeester van Groningen besloot tot sluiting van een poolcentrum in het belang van de openbare orde op grond van artikel 2:32 lid 1 APV Groningen (2009), nadat daar een massale vechtpartij tussen twee groepen personen losbarstte. Een van die groepen bestond onder meer uit leden van Satudarah MC. Het besluit van de burgemeester werd tevergeefs aan- gevochten tot en met de hoogste bestuursrechter.400

Verder wordt de Gemeentewet aangegrepen om panden te sluiten. Op grond van artikel 174a Gemw is de burgemeester bevoegd om een woning, een niet voor het publiek toegankelijk lokaal of een bij die woning of dat lokaal beho-

––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––

397 Rb. Oost-Brabant 25 juni 2013, ECLI:NL:RBOBR:2013:2444 (Staking clubhuis Satudarah Eindhoven).

398 Zie bijvoorbeeld artikel 2:30b van de APV van de gemeente Zaanstad; artikel 2:10 lid 1 van de APV van de gemeente Amster- dam.

399 Zie bijv. F. Bouma, ‘Drugs en wapens gevonden bij invallen Satudarah’, NRC Handelsblad van 30 september 2017. Wapenbe- zit door leden van OMGs komt vaker voor, zie bijv. Rb. Limburg 21 juli 2014, ECLI:NL:RBLIM:2014:6410 (Verboden wapenbezit Bandidos-leden); Rb. Midden-Nederland 28 mei 2014, ECLI:NL:RBMNE:2014:2155 (Verboden wapenbezit Satudarah-lid). 400 ABRvS 10 februari 2016, ECLI:NL:RVS:2016:300. Vgl. Rb. Overijssel 12 oktober 2017, ECLI:NL:RBOVE:2017:3848, waarin een

horecapand volgens de voorzieningenrechter in lijn met het recht werd gesloten na te zijn beschoten. Volgens de horeca-uit- bater was de sluiting echter onrechtmatig, omdat zij vooral zou zijn bevolen vanwege de aanhoudende aanwezigheid van Satudarah-leden in de horecagelegenheid en de burgemeester zocht naar een juridisch aangrijpingspunt om op te treden tegen Satudarah-leden. Dit standpunt verwierp de voorzieningenrechter echter.

rend erf te sluiten, indien door gedragingen in de woning, in het lokaal of op het erf, de openbare orde rond de woning wordt verstoord.401

Toepassing van deze bevoegdheid stond centraal in een uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (ABRvS) van 5 april 2017. De feiten van die zaak zijn als volgt. De burgemeester van Echt-Susteren sluit de woning van een president van de Bandidos MC, nadat zijn woning tot tweemaal toe is bekogeld met explosieven. Volgens de burgemeester is dit gerechtvaardigd, omdat het gegeven dat de bewoner een Bandidos MC-president is, moet worden gezien als een gedraging in de woning die de openbare orde rondom de woning verstoort. De Afdeling is het daar niet mee eens en overweegt als volgt:

‘Met de rechtbank wordt vooropgesteld dat het gooien van explosieven richting de woning van [wederpartij] zonder meer kan worden aange- merkt als een ernstige verstoring van de openbare orde (…). Dat bete- kent echter nog niet dat de burgemeester reeds daarom bevoegd was tot toepassing van artikel 174a, eerste lid, van de Gemeentewet (…) nu de verstoring van de openbare orde in dit geval het gevolg was van explo- sieven die van buitenaf richting de woning werden gegooid en derhalve niet van gedragingen in de woning. Voor zover de burgemeester heeft betoogd dat de gedraging in de woning als bedoeld in artikel 174a, eer- ste lid, van de Gemeentewet “het bewonen van de woning door [weder- partij] in de hoedanigheid van president van een chapter van Bandidos” is, wordt overwogen dat de rechtbank deze redenering terecht niet heeft gevolgd. De rechtbank heeft daartoe met juistheid overwogen dat welis- waar aannemelijk is dat het gooien van de explosieven samenhing met de installatie van [wederpartij] als president van een chapter van de Bandidos, maar dat de persoon of positie van een persoon niet kan worden gezien als gedraging als bedoeld in voormeld artikel. Dit geldt naar het oordeel van de Afdeling ook voor het bewonen van een

––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––

401 Zie o.a. M. Vols & A. de Jonge, Overlast en verloedering. Wetsevaluatie wetten Victoria & Victor, Groningen: VROM-inspectie 2009; J.G. Brouwer & A.E. Schilder, ‘Woonoverlast en de persoonlijke levenssfeer: naar een balans tussen bescherming en beperking’, NJCM-Bulletin 2011, nr. 3, p. 307-324; M. Vols, Woonoverlast en het recht op privéleven. De aanpak van overlast- veroorzakers in Nederland, Engeland, Wales en België, Den Haag: Boom Juridische uitgevers 2013, p. 71-77; M. Vols, ‘Over nabuurschap en nabuurhaat in het recht’, Nederlands Juristenblad, 2015, nr. 42, p. 2926-2934; L.M. Bruijn & M. Vols, ‘Onder- mijning, drugscriminaliteit en vertrouwen in de rechtstaat’, in H.D. Tolsma & P. de Winter (red.), De wisselwerking tussen recht en vertrouwen bij toezicht en handhaving, Den Haag: Boom Juridische uitgevers 2017, p. 189-205.

woning door een bepaald persoon of een persoon met een bepaalde positie.’402

Een dergelijk ruime interpretatie van artikel 174a Gemw staat de Afdeling dus niet toe. De verstoring van de openbare orde moet zijn oorzaak hebben in gedragingen in de woning. Daarvan was in casu geen sprake.

Gelet op deze uitspraak van de Afdeling is het maar de vraag of het besluit van de burgemeester van Amsterdam om op grond van artikel 174a Gemw op 24 mei 2017 een woning van een lid van No Surrender MC te sluiten, gerecht- vaardigd is. De burgemeester besloot hiertoe, nadat een maand daarvoor in de portiek van de woning van het No Surrender-lid een ontploffing teweeg werd gebracht.403

Het komt met enige regelmaat voor dat een burgemeester een clubhuis sluit wegens de vondst van een partij harddrugs. Op grond van artikel 13b Opium- wet is hij hiertoe bevoegd, indien in een pand drugs worden verkocht, afgele- verd, verstrekt of daartoe aanwezig zijn. Het betreft een ruime bevoegdheid, die veelvuldig wordt gebruikt.404

Twee voorbeelden ter illustratie. De burgemeester van Enschede sluit in januari 2017 een supportershome op grond van verdenkingen van drugshandel waarvoor hij leden van motorclubs Satudarah en Saudarah verantwoordelijk houdt.405In diezelfde maand sluit de burgemeester van Emmen het clubhuis

van No Surrender te Emmen, nadat in dat pand tijdens een inval van de politie harddrugs werden gevonden. De burgemeester laat het clubhuis direct slopen, omdat het gebruik van het pand in strijd zou zijn met het bestemmingsplan en er geen bouwvergunning is afgegeven die op grond van artikel 2.1 en 2.3a Wabo wel is vereist.406

––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––

402 Rb. Limburg 21 januari 2016, ECLI:NL:RBLIM:2016:436, JG 2016, 30, m.nt. M. Vols,AB 2016, 265, m.nt. J.G. Brouwer; ABRvS 5 april 2017, ECLI:NL:RVS:2017:923, JG 2017, 45, m.nt. J. Koornstra & M. Vols, r.o. 5.3.

403 Zie het bericht ‘Woning No Surrender-lid dichtgetimmerd’, Het Parool 24 mei 2017. 404 Bruijn, Vols & Brouwer 2018; Vols & Bruijn 2015.

405 Rb. Overijssel 12 mei 2017, ECLI:NL:RBOVE:2017:1979 (Sluiting supportershome Satudarah); D. Mebius & M. Misérus, ‘Motorclubs verantwoordelijk voor cocaïnehandel supportershome FC Twente’, De Volkskrant 7 april 2017.

406 Persbericht van de Nationale Politie, ‘Sluiting en doorzoeking clubhuis motorclub No Surrender’, 13 januari 2017; H. de Zeeuw, ‘Clubhuis No Surrender Emmen gesloten vanwege handel in drugs’, NRC Handelsblad 13 januari 2017.