• No results found

Gods wil om ons

In document God wil dat je gezond bent (pagina 43-52)

te genezen!

e

en uitvlucHt

Genezing maakt evenzeer deel uit van Christus’ verzoening als redding.

Het is geen aparte kwestie die los staat van redding, die los staat van heil.

Het Griekse woord dat in het Nieuwe Testament meer dan honderd keer gebruikt werd voor redding/ behoud, wordt ook vertaald met genezing, héél maken, gezónd maken én behouden, als het in betrekking staat tot genezing van zieken. Het is nooit Gods bedoeling geweest dat wat Jezus door Zijn lijden, sterven en opstanding tot stand bracht, opgesplitst zou worden en in afzonderlijke segmenten zou worden verdeeld. Sommige mensen hebben gezegd: ‘Wij accepteren de vergeving van zonden, maar genezing, voorspoed, welvaart en verlossing verwerpen wij, dát aanvaarden wij niet.’ Nee, het is in feite één totaal pakket. Het is allemaal inbegrepen! Het is verkeerd als de Kerk genezing voorstelt als een extra voordeel dat ‘zou kunnen gebeuren, maar dat het zeker geen deel uitmaakt van onze redding, onze zaligheid. Het zou gewoon aan de Heer zijn of Hij ervoor kiest om te genezen of niet.’ Maar het is altijd Gods wil je te genezen, net zo goed als het Zijn wil is je te vergeven. Hij wil dat je ziekte en kwalen weerstaat, net zo goed als dat Hij wil dat je zonde weerstaat.

onder deel va n de zondeva l

Ik heb vaak nagedacht over de vraag waarom iemand zich tegen genezing zou verzetten. Waarom zou iemand tegen genezing vechten? Gezondheid lijkt een algemeen verlangen te zijn. Denk eens aan al die pogingen, al die inspanningen die mensen doen om hun lichaam gezond te maken of

te houden. Zij besteden grote sommen geld aan doktersbezoeken, medi-catie en operaties. Alleen al aan medicijnen gaan gigantische bedragen om in de hedendaagse maatschappij. Mensen nemen al die middelen, die ook nog eens allerlei neveneffecten produceren. Op tv heb ik adverten-ties gezien van medicijnen die wel zoveel verschrikkelijke bijwerkingen veroorzaakten, dat ik - diep in mijn hart - heb gedacht: Ik zou liever ziek zijn dan al die bijverschijnselen hebben. Toch nemen veel mensen die er op de koop toe bij. Zij ondergaan bestraling en chemotherapie, die maken dat hun haar uitvalt. Zij nemen pillen in die hen enorm in gewicht doen toenemen, zij zwellen helemaal op. En in een poging om te blijven leven, laten mensen letterlijk delen van hun lichaam amputeren.

Niemand houdt van ziekte!

Zelfs zwaarmoedige mensen, mensen die zich allerlei ziekten inbeelden, mensen met vrees voor ziekte, houden niet van ziekten. Zij hebben zo’n angst voor ziekte, dat zij er helemaal door in beslag worden genomen, maar in feite zitten zij gevangen in ziekte, en voelen zich doodongelukkig.

Wereldwijd hebben mensen een hekel aan ziekten en kwalen. Dat is omdat God de mensheid niet gemaakt heeft om te sterven. De dood was iets wat de mens koos, maar het was niet iets wat God verkoos. De Heer bedoelde oorspronkelijk dat ons lichaam altijd zou leven. Ik heb een aantal medische rapporten gelezen waarin staat dat het lichaam in staat is zichzelf te genezen en te herstellen. De medische wetenschap kan echt niet begrijpen waarom het lichaam niet altijd voortleeft. Natuurlijk zijn er deze indringers, zoals bacteriën en virussen, maar wij hebben de capaciteit in ons om die te overwinnen. Gods oorspronkelijke plan was dat wij nooit ziek zouden zijn. Ziekte maakte geen deel uit van Gods plan - het was een deel van hetgeen wij in onwetendheid tijdens de zondeval kozen.

Wij zijn geschapen met een innerlijk, dat een door God gegeven verlangen in zich heeft om gezond te zijn. Mensen houden niet van ziekte. God houdt er ook niet van. Waarom verzetten sommige mensen zich er dan tegen dat God onze Genezer is? Eigenlijk zeggen zij: ‘Jij bent van de duivel’ als je gelooft dat de Heer vandaag geneest. Waarom zou iemand dat beweren, terwijl gezondheid een wereldwijde behoefte en begeerte is? Iedereen wil gezondheid. Waarom zouden wij aan God toeschrijven dat Hij iets minder wil voor onze gezondheid dan het beste?

Er bestaan ook minder heftige manifestaties van deze zelfde houding.

Deze mensen zeggen misschien niet dat je van de duivel bent als je geloof hebt voor genezing. Misschien verwerpen zij jou niet als je op zieken de handen legt en gelooft dat zij zullen herstellen (Marcus 16:18). Maar zij zouden zeker zeggen: ‘Het is niet Gods wil om iedere keer te genezen.’

Waarom zouden zij dat denken? Ik heb eerder in dit boek al aangetoond dat genezing onderdeel is van de verzoening. God voorzag in genezing voor ons lichaam net zozeer - én op hetzelfde moment - als Hij voorzag in vergeving van zonden. Waarom dan strijden tegen genezing, terwijl dit zo overduidelijk is?

een GemeenscH a ppelijk e wortel

Ofschoon er vele redenen zijn waarom mensen bevooroordeeld en voor-ingenomen zijn, en tégen genezing onderwijzen, geloof ik dat dit alle-maal voortkomt uit een gemeenschappelijke wortel. Mensen trotseren de waarheid dat genezing in de verzoening is opgenomen, mensen weerstaan deze waarheid, en dat het de wil van God is om iedere keer te genezen.

Zij trotseren dat, omdat het hen goed uitkomt om dat te geloven. Er zijn misschien een paar oprechte mensen die verkeerd onderwezen zijn, maar waar het in dit onderwijs tegen genezing allemaal om draait, is dat het een uitvlucht is. Het omzeilt de verantwoordelijkheid die de onze zou worden, wanneer wij aanvaarden dat het Gods wil is dat wij gezond zijn.

Als de Heer heeft voorzien in genezing voor ons, en het duidelijk is dat niet iedereen genezen wordt, dan ontstaat de vraag: ‘Waarom zijn wij niet genezen?’ Als het Gods wil is dat wij gezond zijn, en wij het toch niet zijn, betekent dit dat wij enige mate van verantwoordelijkheid moeten aanvaarden. Ik zal deze kwestie later in het boek behandelen, wanneer ik bespreek waarom niet iedereen genezen wordt, maar voorlopig moeten wij beseffen dat wij een zekere verantwoordelijkheid moeten accepteren.

In een poging om verantwoordelijkheid en schuld te ontlopen, zeggen wij vaak: ‘Nou, het zal Gods wil niet geweest zijn.’ Maar dat is niet waar.

Sommige mensen argumenteren: ‘Als God iemand wilde genezen, dan zou hij genezen, of jij of ik voor hem bad of niet.’ Dat is ook niet waar.

Denk aan de vergeving van zonden. Gods Woord zegt dat ...

De Heere vertraagt de belofte niet (zoals sommigen dat als traagheid beschouwen), maar Hij heeft geduld met ons en wil niet dat enigen ver-loren gaan, maar dat allen tot bekering komen.

2 Petrus 3:9

Duidelijker dan dit kun je het niet maken. Gods wil is dat mensen gered worden. Toch is niet iedereen gered. Jezus Zelf profeteerde dat de meeste mensen voor de wijde poort zouden kiezen, die naar het verderf leidt, in plaats te kiezen voor de nauwe poort die naar het leven leidt.

Ga binnen door de nauwe poort, want wijd is de poort en breed is de weg die naar het verderf leidt, en velen zijn er die daardoor naar binnen gaan;

14 maar de poort is nauw en de weg is smal die naar het leven leidt, en weinigen zijn er die hem vinden.

Mattheüs 7:13-14

De wil van God aangaande redding geschiedt niet automatisch. Hij wil niet dat er iemand verloren gaat, maar dat allen tot bekering en de kennis van Hem komen. De Heer wil niet dat er iemand sterft en naar de hel gaat, maar Hij gaf ons een keuze. Mensen gaan naar de hel omdat zij Gods voorziening verwerpen. Sommigen verwerpen hem schaamteloos in open rebellie tegen de Heer. Anderen verwerpen hem omdat zij verkeerd onderwezen worden, dus vertrouwen zij op hun eigen goede werken, zoals naar de kerk gaan, rechtschapen en fatsoenlijk zijn, of tienden afstaan. (Romeinen 10:2-3.) Ofschoon zij misleid zijn, zijn het nog steeds de keuzes die zij maken waardoor zij de hemel missen.

ver a nt woor delijk Heid op zicH nemen

God wil niet dat er iemand naar de hel gaat, maar het gebeurt. Hij wil ook niet dat er iemand ziek is, maar ook dat gebeurt. Natuurlijk zijn er men-sen die in totale rebellie tegen de Heer en Zijn richtlijnen zijn, en zij zullen oogsten wat zij gezaaid hebben. Ook is er een andere categorie mensen die naar genezing verlangt, maar zij schieten tekort. Dit is omdat zij niet goed begrijpen hoe zij op de juiste manier genezing moeten ontvangen.

Sommige mensen denken dat door een goed mens te zijn - door naar de

kerk te gaan, en als baby met water gedoopt te zijn - dit redding in hun leven zal voortbrengen. Mensen zijn misschien oprecht, maar ze zitten er oprecht naast. Ofschoon het niet Gods wil is dat mensen verloren gaan, gebeurt dit toch. Het is ook niet Gods wil dat mensen ziek zijn, maar ze zijn het wel. Ze begrijpen niet hoe ze genezing moeten ontvangen.

Wij moeten ons aandeel begrijpen en aanvaarden. We moeten begrijpen dat het òns falen is, het ligt niet aan God dat mensen naar de hel gaan en dat wij ziek zijn. Het is ons onvermogen dat wij geen verantwoordelijkheid aanvaarden. Daarin ligt de wortel waarom mensen zich tegen genezing verzetten. Wij willen geen verantwoordelijkheid op ons nemen. Wij willen de waarheid niet onder ogen zien dat wij - als gelovigen in Christus - iets hadden kunnen doen om te voorkomen, dat onze geliefde aan ziekte zou lijden en sterven.

Ik zeg niet dat het zonder meer onze schuld is, ofschoon het in sommige gevallen wel zou kunnen. Vaak is het niet de zonde van één enkel individu, dat ziekte en kwalen heeft gebracht, maar de zonde van de mensheid, die deze wereld verdorven heeft. Het is de zonde die ziektekiemen en virussen, schimmels en infecties en dergelijke heeft voortgebracht, wat nooit deel heeft uitgemaakt van Gods oorspronkelijke plan voor de mensheid. Zij zijn een misvorming van de natuur die door de zonde is ontstaan, niet per se een individuele zonde, maar het is de collectieve zonde die het hele systeem heeft aangetast. Ook al is het misschien niet iets wat wij persoonlijk gedaan hebben wat de ziekte veroorzaakte, er is echter altijd iets wat wij persoonlijk kunnen doen om dit kwaad te overwinnen en in gezondheid te wandelen.

niet Gods w il

Aan het begin van de zeventiger jaren was ik voorganger in een kerk in een klein stadje in Texas. Een echtpaar in die kerk had een kind dat als mongooltje geboren was. (Ik bedoel dat niet om een smet op hen te leggen. Ik besef dat wij die term niet meer gebruiken, maar zo noemden de ouders het. Ik herhaal alleen wat zij zeiden.) De moeder was een heel klein vrouwtje, en zij en haar man hadden in Guatemala gewoond toen

hun zoontje geboren werd. Zij kreeg dit baby’tje in een taxi op weg naar het ziekenhuis en hierdoor liep het hersenschade op.

Omdat hij met het Downsyndroom geboren was, had hij een gebrekkig en ontoereikend immuunsysteem. De dokter zei dat als het kind ooit verkouden zou worden, hij dan zou sterven omdat er niets was wat zij voor hem konden doen. Zij verwachtten niet dat hij in leven zou blijven, maar hij haalde het. Toen ik hem ontmoette, was hij vier jaar.

Uiteindelijk werd hij toch verkouden. Dus ging ik naar hun huis en bad met hem om genezing. Terwijl ik het kind in mijn armen hield, stierf hij.

Wij zaten daar met de ouders en baden urenlang voor dit kleine jongetje, dat hij uit de dood zou terugkomen. Wij deden alles wat ik wist dat wij konden doen. Tenslotte belden wij de autoriteiten. De politie kwam en het was een wonder dat wij niet allemaal naar de gevangenis werden gestuurd. De enige reden waarom zij ons niet arresteerden, was omdat de ouders de medische rapporten hadden, die bewezen dat de artsen hadden gezegd: ‘Als hij ooit ziek wordt of een infectie krijgt, houd hem gewoon thuis, want er is niets wat wij voor hem kunnen doen.’ Aangezien zij die papieren hadden, liet de politie ons gaan. De hele situatie was in- en intriest.

Satan was degene die een einde maakte aan zijn leven. Ook al had de duivel deze veldslag misschien gewonnen, de ouders vroegen mij zijn begrafenis te doen. Ik zocht onzeker naar iets om te zeggen wat hen beiden en mijzelf zou troosten. Ik had deze gebeurtenis persoonlijk opgevat en me aangetrokken. Het was korte tijd vertroostend geweest als ik gewoon gezegd had: ‘Nou, wij kunnen het niet geweest zijn die gefaald hebben.

Wij hebben alles geprobeerd wat wij konden.’ De ouders treurden, en ik wilde hen zeker niet met de vinger wijzen door te zeggen: ‘Het is jullie schuld.’ Het was troostend geweest om aan te komen zetten met wat clichés, met prachtige volzinnen die je religie meestal hoort geven, van die geijkte dooddoeners zoals: ‘Gods wegen zijn ondoorgrondelijk. Hij moet jullie zoon in de hemel gewild hebben. God had hem daar nodig.’

Maar ik moest eerlijk zijn met het Woord.

Dus zei ik de ouders: ‘Ik geloof niet dat dit Gods wil was. De Heer heeft jullie zoon niet gedood. Hij heeft hier niet de hand in gehad.’ Toen

deelde ik uit 2 Samuël 12:23 en andere teksten hoe dit kind nu in Gods tegenwoordigheid is. Ik diende hoop toe, en de realiteit dat dit jongetje bij Jezus was.

‘de wa a r Heid z a l u v r ijm a k en

Maar toen het erop aan kwam waarom het gebeurde, zei ik in grote lijnen:

‘Het is ofwel mijn schuld, of jullie schuld, of van ons allemaal, of dingen die wij niet begrijpen. Ik weet niet wat het is, maar ik kan je garanderen dat het niet aan God ligt.’ Dat was niet zo troostend als wanneer ik ge-zegd had: ‘Nou, God werkt op ondoorgrondelijke manieren. Hij heeft het toegestaan. De Heer heeft dit met één of andere reden gedaan.’ Dat had kortstondig troost kunnen geven, maar de Bijbel zegt:

... en u zult de waarheid kennen, en de waarheid zal u vrij maken.

Johannes 8:32

Gods Woord is waar, en ik heb er nergens in kunnen vinden dat Jezus mensen ziek maakt. Ik moest hun gewoon vertellen: ‘Ik weet niet waar het probleem zit, maar het is niet God, Hij heeft dit niet gedaan. Satan heeft ons verslagen. Hij won de veldslag, maar de oorlog heeft hij niet gewonnen.

Jullie zoon is nu bij Jezus, maar het was niet Gods wil dat hij nu door ziekte zou heengaan.’ Omdat ik die mensen de waarheid vertelde, baden zij en God toonde hun wat gebieden waar zij angst, twijfel en ongeloof hadden binnengelaten. Dit had hun geloof gehinderd en ondermijnd en hen afgehouden van het ontvangen van het wonder dat zij nodig hadden.

Omdat zij de waarheid ontvingen, bekeerden zij zich en waren in staat die angst - die hun leven was gaan beheersen - te overwinnen.

De artsen hadden deze vrouw verteld dat de reden waarom haar kind het Downsyndroom had, was dat zij zo klein was. Zij zeiden dat het kind met een keizersnede ter wereld had moeten worden gebracht.

Zij concludeerden dat als zij ooit nog eens zwanger zou worden, de baby waarschijnlijk met een keizersnede geboren moest worden, en dat waarschijnlijk zowel zij als het kind er het leven bij zouden laten. Dus vertelden zij haar dat zij nooit meer een kind mocht krijgen.

Dat was begin zeventiger jaren. Sindsdien heeft zij nog drie of vier kinderen gekregen. Zij stuurde mij kortgeleden een foto van al haar kinderen. Zij waren geslaagd voor de middelbare school en volgden hoger onderwijs. Alle natuurlijke geboortes hadden thuis plaatsgevonden, zonder hulp van een dokter, omdat zij wist dat geen enkele dokter haar, na het zien van haar dossier, ooit nog zou toestaan een kind te krijgen.

Zij geloofde God gewoon. In plaats van kinderloos te blijven en haar hele leven verbitterd te zijn, zich afvragend: God, waarom hebt U dit gedaan?

kwam zij erachter dat God niet de veroorzaker is van ziekte, kwalen en dood. Deze dierbare zuster was in staat door te gaan en kinderen te krijgen, omdat zij de waarheid vastgreep en de waarheid maakte haar vrij.

wij fa len in Het ont va nGen

Ik begrijp waarom mensen willen zeggen: ‘Dit moet zeker Gods wil geweest zijn.’ Omdat wij dan vrijuit gaan. Als wij God de schuld geven dan treft ons geen blaam! De aandacht is van ons afgewend, zodat niet wij hebben gefaald. Maar het is een gemakkelijke uitweg - een uitvlucht.

Ik begrijp het, en ik ben in de verleiding geweest hetzelfde te doen, maar het is niet God die mensen ziek maakt. Het is niet God die mensen niet geneest; wij zijn het die niet ontvangen.

Mijn boek getiteld Je hebt het al! (te verkrijgen in de webshop www.andrewwommack.nl) ontvouwt en verklaart deze begrippen beter dan ik hier kan doen. Ook al wordt het algemeen op het christelijke leven toegepast, ik geef veel voorbeelden ván en onderwijs óver genezing, die aantonen dat God ons al genezen heeft. Het is niet een kwestie van God Die ons genezing aanreikt; het is een kwestie van ons en of wij ons uitstrekken en in geloof genezing ontvangen.

In document God wil dat je gezond bent (pagina 43-52)